Het is noodzakelijk om, gesteund op een gemeentelijke politieverordening, alle nuttige maatregelen te nemen die een mogelijke verstoring van de openbare orde naar aanleiding van voormelde voetbalwedstrijden kunnen voorkomen. Hiertoe gebeurt een indeling van wedstrijden volgens een politionele risicoanalyse die rekening houdt met:
Deze indeling van wedstrijden is een evolutief gegeven en wordt bijgestuurd op basis van deze informatie.
De politieverordening gaat uit van drie perimeters:
Binnen deze perimeters gelden bijzondere voorschriften. Specifiek binnen de bezoekerszone is, wanneer deze geldt, de combiregeling voor de bezoekende supporters van toepassing. Een combiregeling is een belangrijke risicoverlagende maatregel. Via de combiregeling worden de bezoekende supporters verplicht om op voorhand een toegangsbewijs te kopen en met georganiseerd busvervoer naar de wedstrijd te komen. De loketten voor de bezoekende supporters zijn in geval van combiregeling ook gesloten 5 uur voor de start van de wedstrijd op de wedstrijddag. Er wordt ook bepaald dat voor het overige de loketten aan beide zijden van het stadion dan gesloten blijven.
De noodzaak voor het opleggen van deze combiregeling wordt ingegeven vanuit de vaststelling dat door de specifieke plaatsgesteldheid rondom het stadion een scheiding tussen de verschillende supportersstromen (bezoekers en thuissupporters) onmogelijk is.
Het systeem van de combiregeling kent enkele belangrijke, hoofdzakelijk politionele capaciteitsbeperkende voordelen, waaronder:
In de politieverordening wordt ook bepaald dat er naar aanleiding van wedstrijden in het Jan Breydelstadion tijdelijke verkeersmaatregelen getroffen worden.
Voor wedstrijden die een verhoogd veiligheidsrisico voor de openbare orde inhouden, worden bijkomende maatregelen genomen om de nodige ruimte te geven aan het dispositief voor ordehandhaving om supportersrellen en vandalisme te voorkomen. Deze wedstrijden zijn opgenomen in het protocolakkoord dat afgesloten wordt tussen Club Brugge KV en Cercle Brugge KSV, de stad en de veiligheidsdiensten. Deze wedstrijden worden per voetbalseizoen vastgelegd in een politieverordening houdende vaststelling van de risicowedstrijden in het Jan Breydelstadion.De gemeenteraad keurt de politieverordening houdende vaststelling van veiligheids- en verkeersmaatregelen bij voetbalwedstrijden in het Jan Breydelstadion goed.
Raadsleden Nele Caus en Stefaan Sintobin komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Teneinde bepaalde veiligheids- en verkeersmaatregelen te kunnen opleggen bij voetbalwedstrijden in het Jan Breydelstadion, dienen de voetbalwedstrijden te worden gecatalogeerd in de drie risiconiveaus (laag, gemiddeld of hoog risico). Per voetbalseizoen wordt er een inschatting per wedstrijd gemaakt zodat alle partijen voorafgaand in kennis zijn van alle maatregelen die al dan niet worden opgelegd.
De gemeenteraad keurt de politieverordening houdende vaststelling van de risicowedstrijden in het Jan Breydelstadion voor het voetbalseizoen 2023-2024 goed.
Raadsleden Ilse Coopman, Janos Braem, Stefaan Sintobin, Pascal Ennaert, Sandrine De Crom komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
De Visienota kent een omstandige voorgeschiedenis. Voorafgaand aan de gevraagde voorlopige vaststelling, werd reeds een aantal beslissingen genomen door het College van Burgemeester en Schepenen:
Vervolgens werd de Visienota ter kennisname voorgelegd aan de Gemeenteraad op 26 september 2022.
Daarnaast werden volgende participatie-initiatieven genomen:
Het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan wordt met deze nota voorgelegd. Het Regionaal mobiliteitsplan bestaat uit:
Daarnaast wordt ook het ontwerp-plan-MER ter kennisname toegevoegd. Dit hoort als bijlage bij het ontwerp-RMP, zodat de inhoudelijke kruisbestuiving is afgerond.
Tot slot geven we graag ook nog een overzicht van de volgende stappen:
Openbaar onderzoek
Op 15/05/2023 werd de officiële adviesvraag aan de adviesinstanties gesteld. Het openbaar onderzoek loopt van 31 mei tot en met 29 juli 2023. Uiterlijk 29 juli zijn dus het advies van de stad en de stedelijke adviesraden in te dienen bij MOW/de Vervoerregio.
Ook de gemeenteraden zijn een adviesinstantie. Gezien de periode van de adviesvraag dient het dossier in juni aan de gemeenteraad worden voorgelegd.
Management samenvatting Visienota 2030
De vervoerregio Brugge heeft de ambitie om in 2030 de mobiliteit anders, vlot, veilig, groen, sociaal en slim te organiseren. Daarnaast stelt de vervoerregio voorop om ook de nabijheid en leefbaarheid te verbeteren. Om dit te realiseren, zet de vervoerregio in op tien thematische bouwstenen:
De eerste bouwsteen, thema ‘ruimte’, houdt in dat de vervoerregio sterker wenst in te zetten op de relatie tussen het ruimtelijk beleid en het mobiliteitsbeleid. Het regionaal mobiliteitsplan heeft niet als doel om het ruimtelijk beleidsplan vorm te geven. Het wil wel belangrijke aandachtspunten meegeven aan het ruimtelijk beleid vanuit de invalshoek mobiliteit. De plek waar nieuwe ontwikkelingen worden voorzien, heeft namelijk een belangrijke impact op hoe de mobiliteit ernaar toe kan worden georganiseerd. Voor woongelegenheden betekent dit dat de vervoerregio aan het ruimtelijk beleid aanraadt om de focus vooral te leggen op strategische collectieve vervoerknooppunten, locaties met een goede OV-ontsluiting of locaties die op fiets- en wandelafstand liggen van een voldoende groot pakket aan basisvoorzieningen. Daarenboven is het aangewezen om daarbij ook aandacht te schenken aan de dichtheid van nieuwe woonontwikkelingen. Voor nieuwe tewerkstellingslocaties wordt aan het ruimtelijk beleid gevraagd om dit in de toekomst – waar de industrie dit toelaat – zoveel mogelijk te ontwikkelen op locaties die op hun beurt goed ontsloten zijn door openbaar vervoer, of die op fietsafstand liggen van een mix aan functies. Dit, gecombineerd met de nodige sensibilisering, moet de inwoners van de vervoerregio overtuigen om meer te vertrouwen op fiets en openbaar vervoer voor het woon-werkverkeer. Waar de industrie het niet toelaat om de werkgelegenheid in de buurt van bewoning te realiseren, is het opportuun om nieuwe ontwikkelingen zo veel mogelijk te enten op de spoor- en waterwegen of op het vrachtroutenetwerk. Ook de transportinfrastructuur op zich is een element in dit thema. Daarbij stelt de vervoerregio voor om in de toekomst vooral in te zetten op het vermijden van overgedimensioneerde verharding, en waar mogelijk bestaande infrastructuur te ontharden.
Het tweede thema omvat de visie op de wegencategorisering, waarbij de eerdere studies rond het robuust wegennet de basis vormen. De nieuwe wegencategorisering gaat uit van een gelaagd netwerk, waarin ook wordt geduid hoe de auto zich verhoudt t.o.v. de andere vervoerswijzen (bv. fiets, openbaar vervoer en voetgangers). De hoogste wegencategorieën, namelijk de Europese en Vlaamse Hoofwegen, vormen samen het hoofdwegennet. Dit vormt een maasvormige structuur tussen grote steden, waarop het doorgaand verkeer gefaciliteerd wordt. Het dragende netwerk vormt de volgende laag, en bestaat uit regionale en interlokale wegen. De regionale wegen zijn vooral gericht op het verbinden van kleinstedelijke gebieden (met elkaar, grotere steden of het hoofdwegennet). De interlokale wegen functioneren op een iets lager niveau, en verbinden hoofddorpen en attractiepolen. Ook het dragend netwerk vormt een maasvormige structuur. Tot slot is er het lokale wegennet, dat bestaat uit ontsluitingswegen of erftoegangswegen en uitgaat van boomstructuren. Op dit niveau is het niet wenselijk om doorgaand verkeer te faciliteren doorheen de mazen gevormd door de interlokale wegen, en wordt de nadruk gelegd op het verkeer dat binnen de mazen een herkomst of bestemming heeft. De vervoerregio zal in de komende periode het dragend wegennet verder vormgeven, en ook een advies uitbrengen op het hoofdwegennet.
De fiets is een belangrijke modus voor de vervoerregio, en vormt de derde bouwsteen van de visie. Om het fietsgebruik in de vervoerregio te stimuleren, wenst de vervoerregio het fietsnetwerk verder aan te pakken. Enerzijds zal daarom worden gekeken waar het BFF eventueel nog moet worden bijgestuurd, anderzijds wordt ingezet op het verbeteren van de kwaliteit van specifieke stukken in het netwerk. Daarbij wordt de prioriteit geschonken aan assen met een belangrijk fietspotentieel of het verbeteren van verbindingen met een beperkte veiligheid. Bij het verder verfijnen van deze prioriteiten, wordt ook gekeken naar de haalbaarheid, en wordt ingezet op het wegwerken van missing links en het realiseren van quick wins. Daarnaast vraagt de vervoerregio aan de Vlaamse overheid om de focus op fietspaden te verruimen naar fietsverbindingen en ondersteuning voor beperktere maatregelen, zoals fietsstraten, fietssuggestiestroken, campagnes en draagvlakverwerving. Waar opportuun, wordt gekeken naar het inzetten van landbouwwegen of oude verbindingswegen die een alternatief kunnen bieden voor routes die vanuit het BFF worden voorzien langs gewestwegen. Daarbij wordt uiteraard de nodige aandacht geschonken aan de verkeersveiligheid voor alle weggebruikers. Om de verkeersveiligheid verder te verhogen, wordt in de toekomst verder ingezet op het ontwerpen van ‘vergevingsgezinde fietspaden’. Gerichte campagnes en de verdere uitbreiding van een fietsdeelsysteem, moeten de burgers stimuleren om in de toekomst vaker op de fiets te springen.
De vervoerregio ontwierp reeds een nieuw openbaar vervoernetwerk, dat vanaf ca. juli 2023 in voege zou treden. Daarnaast blikt de vervoerregio ook verder vooruit, naar wat er op langere termijn nog verder nodig is. Openbaar vervoer is de duurzame modus die mikt op het bereikbaar maken van de vervoerregio op plekken waar de fiets minder een rol kan spelen, zoals bij verplaatsingen op langere afstand. Het is een integraal en gelaagd net waarbij een goede werking van de knooppunten van essentieel belang is. Naar de toekomst toe werken we aan een vraaggericht netwerk dat de toekomstige vervoersvraag optimaal invult met een gepast en proportioneel aanbod. Binnen de vervoerregio wordt ingezet op kwaliteit, waarbij naast een aantrekkelijk aanbod ook een goede doorstroming essentieel is.
De vijfde bouwsteen van de visie gaat verder in op de auto. Daarbij wenst de vervoerregio enerzijds het aantal autokilometers terug te dringen, en anderzijds de resterende autokilometers te vergroenen. Door in te zetten op de nabijheid tussen wonen en werken en het realiseren van een mix van functies, kunnen verplaatsingen met de auto vermeden worden en worden ingekort. Het autogebruik op zich wordt verder gestuurd, waarbij er op niveau van de hogere overheden een aantal handvaten voorhanden zijn, zoals kilometerheffing en de fiscaliteit rond bedrijfswagens. Daarmee gecombineerd wordt in de toekomst meer ingezet op het ‘fix the mix concept’, om zo voorrang te geven aan de duurzame vervoersmiddelen en de concurrentiepositie ervan te verhogen. De resterende auto- en voertuigkilometers worden emissievrij gemaakt, door verder in te zetten op de uitrol van elektrische laadpalen. Aan Vlaanderen wordt gevraagd om verder te investeren in groenere voertuigen voor het openbaar vervoer.
Gekoppeld aan het autobeleid, zet de vervoerregio als zesde bouwsteen in op de regionale aspecten van het parkeerbeleid. Om zoekverkeer langs de kust te beperken, wordt gewerkt naar een consistent parkeerverhaal. Ook voor stationsparkings vraagt de vervoerregio om dit op regionaal niveau te bekijken: het betalend stationsparkeren in station A mag niet voor negatieve effecten zorgen in station B. De ligging van de gemeenten rond de E40, de E403 en de A11 leent zich tot de aanleg van carpoolparkings aan op- en afritten. Het vrachtwagenparkeren is eveneens een problematiek die de gemeenten overstijgt: daar wordt in het bijzonder een oplossing gezocht voor (trans)nationaal vrachtverkeer dat de snelwegen verlaat. Tot slot adviseert de vervoerregio dat de verschillende gemeenten aan de slag gaan met parkeerverordeningen, en daarbij de fietsenberging vlotter bereikbaar maakt dan de autoparkeerplaats.
Logistiek vormt het zevende thema binnen de visie. Hierbij streeft de vervoerregio ernaar om voor het logistieke transport een modal shift van de weg naar de water- en spoorwegen te realiseren. Binnen de vervoerregio vormt de haven van Zeebrugge een belangrijke logistieke knoop. De toegang tot de haven vormt dan ook een belangrijk aandachtspunt. Om die modal shift te realiseren, wordt ingezet op het spoor, maar is er ook nood aan een betere ontsluiting via het water. Transport via pijpleidingen tussen de havens kunnen voor specifieke goederenstromen eveneens een oplossing bieden. Het is echter belangrijk om op te merken dat logistiek een keten vormt en zich vaak op een grotere schaal afspeelt. Daardoor is het aangewezen om in te zetten op afspraken tussen verladers en logistieke dienstverleners; maar moet ook buiten de vervoerregio gekeken worden naar opportuniteiten en ontwikkelingen die daar leven. Daarbij zien we een complementariteit tussen de haven van Zeebrugge en de luchthaven van Oostende, en is ook het inzetten van de sporen van de kusttram een te onderzoeken piste voor stedelijke distributie. Langs het kanaal Gent – Brugge komt de omgeving Woestijne in Aalter naar voren als interessante locatie, waar De Vlaamse Waterweg een logistiek knooppunt realiseert. Via het kanaal Gent-Brugge, de Leie, het kanaal Roeselare-Leie en het kanaal Kortrijk-Bossuit is vrachtvervoer richting Noord-Frankrijk mogelijk. Ook de waterlink Gent – Antwerpen kan verder worden geoptimaliseerd, met potentieel positieve gevolgen voor de vervoerregio Brugge. Binnen de provincie West-Vlaanderen kan de aanleg van wijksporen een oplossing bieden voor de capaciteitsproblemen op het spoornetwerk. Tot slot stelt de vervoerregio ook vast dat er binnen het domein van logistiek volop geïnnoveerd wordt, en dat dit bijkomend potentieel biedt naar de toekomst toe.
De vervoerregio formuleerde in het achtste thema een visie rond de opbouw en het functioneren van een vrachtroutenetwerk. Het is daarbij de bedoeling om – net als bij de wegencategorisering – naar een robuust netwerk te gaan. Dat betekent dat het netwerk de functie waarvoor het ontworpen is altijd moet kunnen blijven vervullen, ook in ongewone situaties. Binnen het netwerk worden vier categorieën gedefinieerd: hoofdvrachtroutes en regionale vracht(geleidings)routes die het doorgaand vrachtverkeer faciliteren en rasterstructuren vormen; aanrijroutes die specifieke bedrijventerreinen ontsluiten en boomstructuren vormen; en tot slot ook lokale vrachtroutes die op niveau van de steden en gemeenten kunnen worden gedefinieerd. Naar analogie met de wegencategorisering, wordt binnen het vrachtroutenetwerk dus ook een duidelijk onderscheid gemaakt tussen wegen met een verbindende functie en wegen met een bestemmingsfunctie. De vervoerregio is er daarenboven voorstander van om ook de tolheffing voor vrachtwagens hierop af te stemmen, en meer sturend te maken.
De negende bouwsteen van de visie is het thema veiligheid. Het is de ambitie van de vervoerregio om het aantal verkeersdoden terug te dringen. Enerzijds gebeurt dit door onveilige situaties weg te werken, zoals ook toegelicht binnen het thema fiets, waarbij de focus in eerste instantie ligt op de zwarte punten. Het ontvlechten van verkeersinfrastructuren, het toepassen van het ‘fix the mix’ principe (in het bijzonder langs scholen en in kernen) en het invoeren van zone 30’s op specifieke locaties vormen mogelijke tools om dit te realiseren. Vergevingsgezinde wegen zijn niet alleen van belang voor de fietsers, maar kunnen ook voor automobilisten het aantal dodelijke ongevallen terugdringen. Het is daarenboven van belang dat de weginrichting steeds maximaal de toegelaten snelheid ondersteunt. De verkeersveiligheid krijgt daarbij de prioriteit t.o.v. doorstroming. Dit kan verder worden ondersteund door blijvend in te zetten op politiecontroles en handhaving. Anderzijds wordt ook ingezet op sensibilisering en educatie, om de verkeersveiligheid van alle modi te verhogen. Tot slot wordt bij het uitwerken van het vrachtroutenetwerk ook rekening gehouden met mogelijke conflicten, waarbij het vrachtverkeer maximaal wordt geweerd uit de kernen.
Het thema toegankelijkheid is het tiende en laatste thema in de visie. Binnen dit thema wordt gefocust op het creëren van een vervoerssysteem dat sociaal, inclusief en toegankelijk is voor iedereen. Dit houdt in dat we zorgen voor een veilig fietsnetwerk voor jongeren en ouderen, ook richting scholen, en voldoende groentijd op lichtengeregelde voetgangersoversteken. Derde betalersystemen bieden een oplossing voor het betaalbaar houden van mobiliteit. Voor personen met een beperkte mobiliteit zetten we in op het toegankelijk maken van de bushaltes, en vraagt de vervoerregio aan de relevante overheden om ook de treinen en bussen uit te rusten voor personen met een motorische of visuele beperking.
Overzicht opmerkingen op reacties stad Brugge op het RMP
Met collegenota 2023_CBS_01257 reageerde de stad Brugge op een aantal punten beschreven in het voorlopig ontwerp RMP. Op deze reacties formuleerde de Vervoerregio volgende opmerkingen:
De gemeenteraad neemt akte van het openbaar onderzoek. De adviezen van de stad en de stedelijke adviesraden worden aan MOW/de vervoerregio overgemaakt.
De gemeenteraad geeft gunstig advies op het voorlopig ontwerp van regionaal mobiliteitsplan, met uitzondering van thematische bouwsteen 4 (openbaar vervoer).
Omwille van de grote impact is een evaluatie na vier maanden van het openbaar vervoerplan korte termijn noodzakelijk, dit met inspraak/participatie en indien nodig milderende maatregelen. Ook op de versnelde inzet van compacte elektrische busjes en overname van de door de stad Brugge gefinancierde centrumshuttle door De Lijn wordt aangedrongen.
De site en gebouw van Huize Minnewater zijn eigendom van OCMW Brugge. Maar in functie van de herbestemming neemt Stad Brugge de trekkersrol op zich. Sinds begin mei wordt het gebouw niet langer als WZC geëxploiteerd. Het gebouw wordt momenteel ontruimd en de nodige voorbereidingen worden getroffen voor de voorziene tijdelijke invullingen (periode augustus 2023-november 2024). Zowel in de tijdelijke context, als in functie van de eigenlijk grondige renovatie van het gebouw als in functie van de definitieve situatie is het belangrijk dat er goede en praktische afspraken worden gemaakt tussen Stad Brugge en de OCMW Brugge. In gezamenlijk overleg tussen Stad Brugge en OCMW en Mintus werd een beheer- en samenwerkingsovereenkomst opgemaakt.
Voorliggende overeenkomst tussen Stad Brugge en OCMW Brugge regelt alle praktische en financiële modaliteiten voor het gebruik van Huize Minnewater in de geest van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen dd.17/10/2022 (gekoppeld besluit 2022_CBS_04158).
De gemeenteraad keurt de bijgevoegde "Beheer- en samenwerkingsovereenkomst tussen OCMW Brugge en Stad Brugge betreffende bouw, inrichting en exploitatie van Huize Minnewater" goed.
Raadslid Janos Braem komt tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Indien Stad Brugge het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.1 goedkeurt, dan wordt een extra budget van minstens 213.000 euro voor de jaren 2024 en 2025 beschikbaar gesteld. Afhankelijk van het aantal deelnemende gemeenten kan dit bedrag verhoogd worden. Het definitieve bedrag zal gekend zijn vanaf september 2023.
Deze extra financiële steun creëert de mogelijkheid voor extra omkadering om de lokale klimaatdoelen ikv. het klimaatplan 2030 BruggeNaarMorgen te realiseren.
Het LEKP 2.1 gaat net als het LEKP 1.0 en 2.0 om een inspanningsverbintenis: Stad Brugge engageert zich om maximale inspanningen te doen om de vooropgestelde doelstellingen van het LEKP in Brugge te realiseren. Er is wordt géén resultaatsverbintenis afgesloten, waarbij bij het niet behalen van de vooropgestelde doelstellingen een sanctie of terugbetaling dreigt. De LEKP 2.1-pot wordt verdeeld over de deelnemende gemeenten en steden, m.a.w. niet-deelnemende steden verliezen hun trekkingsrecht en dit bedrag wordt verdeeld over de deelnemende steden en gemeenten.
De opvolging van het LEKP 2.0 verloopt op analoge manier als het LEKP 1.0. Dit betekent dat er jaarlijks een overzicht gegeven wordt van de realisaties i.k.v. het LEKP aan de gemeenteraad. T.a.v. de Vlaamse overheid wordt de rapportage verzorgd via de opvolging van het meerjarenplan en de BBC (rapportagecode ABB-LEKP).
Door het LEKP 2.1 te ondertekenen en deze bijkomende inspanningen/acties op te nemen wordt de realisatie van het klimaatplan 2030 BruggeNaarMorgen verder versterkt. De expliciete ondersteuning van kwetsbare Brugse buurten ondersteunt ook de Brugse ambitie om de klimaattransitie ook voor moeilijk bereikbare en kwetsbare Bruggelingen toegankelijk te maken.
Dit engagement komt tegemoet aan onder andere volgende punten van het Beleidsplan Brugge 2019-2024:
De gemeenteraad keurt de deelname van Stad Brugge aan het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.1 principieel goed.
De extra middelen van het LEKP 2.1 (geraamd op jaarlijks minimaal 213.000 voor de periode 2024-2025) worden maximaal ingezet voor het stimuleren, ondersteunen, ontzorgen van kwetsbare Bruggelingen en buurten, dit door middel van het opmaken van de zgn. wijkverbeteringscontract voor de deelgemeenten Sint Pieters en de Brugse binnenstad.
Het effectieve subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal gemeenten dat effectief het LEKP 2.1 ondertekent en zal bekend zijn september 2023. Van zodra het effectieve subsidiebedrag bekend is wordt een voorstel voor de optimale besteding van deze extra financiële middelen uitgewerkt en ter goedkeuring voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen en de Gemeenteraad in het najaar van 2023.
Raadslid Sandra Wintein, Karin Robert, Stefaan Sintobin en Nele Caus komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Draagvlak
In 2018 werd een Brugs netwerk (ledenlijst zie bijlage) opgericht dat als interdisciplinaire stuurgroep de regionale context bestudeert en adviezen tot actie formuleert. Deze groep komt een drietal keer per jaar samen. Door te participeren in deze werkgroep krijgen de netwerkleden aandacht voor ruimere diversiteit en het LGBTQI+ thema binnen hun werking. De meerwaarde ligt er ook in dat de Diversiteitsdienst vanuit verschillende werkingen input krijgt rond acties en mogelijkse processen waar we zelf niet altijd zicht op hebben. Elke organisatie/dienst die actief kan bijdragen aan de realisatie van de doelstellingen, is welkom in de stuurgroep.
Evaluatie actieplan 2020-2022
In overleg en samenspraak met de stuurgroep werd in 2020 een actieplan opgesteld met als kader de 6 strategische doelstellingen van de regenboogverklaring. De prioritaire acties per strategische doelstelling werden opgenomen in het plan. Ondertussen werden er heel wat acties gerealiseerd, anderen worden gecontinueerd in het nieuwe actieplan. Een aantal zaken konden niet gerealiseerd worden of werden minder relevant beschouwd wegens gewijzigde prioriteiten binnen diensten, personeelswissels, wijzigingen binnen organisaties en uiteraard heeft de corona pandemie ook zijn invloed gehad op de uitvoering van een aantal acties.
Een positieve impact
Een uitgebreid palet van de acties was gericht op zichtbaarheid, het informeren en sensibiliseren van de bevolking en/of specifieke doelgroepen. De acties rond Internationale Dag tegen Holebi- en transfobie zijn een jaarlijks terugkerend item waarbij hard ingezet werd op die zichtbaarheid. De afgelopen jaren slaagden we erin om heel wat organisaties uit het middenveld te bereiken en te betrekken in de steun aan en het zichtbaar maken van de doelgroep. Op heel wat locaties in Brugge wapperden er regenboogvlaggen in de periode van Internationale Dag tegen Holebi- en transfobie. Daarnaast werd de samenwerking met de lokale Brugse politie verder gezet en werkten we verder aan het uitbouwen van Prisma, het queer arts festival waarbij ondertussen heel wat lokale organisaties betrokken zijn (zie uitgebreide evaluatie in bijlage).
Actieplan 2023-2025
Met het nieuwe actieplan zetten we in op bewustwording en verbinding rond thema's als genderdiversiteit, seksuele oriëntatie en mensenrechten. Dit zowel over de verschillende beleidsdomeinen heen als bij het maatschappelijk middenveld. Daarnaast ligt onze focus op story telling, het nastreven van een veilige en toegankelijke stad voor iedereen, acceptatie, het ondersteunen van community building, het verhogen van meldingsbereidheid en aanpakken van discriminatie. We willen namelijk dat mensen uit de LGBTQI+ community zich thuis voelen in hun eigen stad.
Regie
Gelijke kansen voor iedereen en het streven naar een warme stad waarin iedereen zich thuis voelt is belangrijk. De LGBTQI+ doelgroep ervaart echter bepaalde ongelijkheden in de samenleving die zichtbaar en bespreekbaar gemaakt moeten worden net om gelijke kansen en respect te bevorderen. Deze doelgroep wordt nog steeds vaak geconfronteerd met vooroordelen, onbegrip, geweld en discriminatie. Daarom rust er nog vaak een taboe op geaardheid en genderidentiteit. Participatie en co-creatie zijn 2 belangrijke wegen om de LGBTQI+ community een stem te geven. Zij werden dan ook betrokken in het vorm geven van het regenboogactieplan 2023-2025. We organiseren regelmatig participatie en inspraakmomenten rond diverse thema's en zijn steeds op zoek naar aanvullende manieren om de stem te laten horen van LGBTQI+ personen.
Binnen stad Brugge streven we ernaar om het thema diversiteit in alle beleidsdomeinen op te nemen. We gaan actief de strijd aan met discriminatie en vooroordelen door in te zetten op een aantal jaarlijks terugkerende sensibiliseringsacties zoals bijvoorbeeld de Internationale Dag tegen Racisme en Discriminatie en Internationale Dag tegen Holebi- en Transfobie. Daarnaast zetten we ook in op positieve beeldvorming, respect voor elkaar, informatiedoorstroming naar de burger & het onderwijs en vormingen voor het personeel.
Enkele acties binnen het nieuwe plan:
Het volledig regenboogactieplan 2023-2025 is terug te vinden in bijlage.
De regenboogverklaring en het bijhorende actieplan wordt bekeken als een dynamisch, procesmatig instrument. We werken aan de doelstellingen en acties die er in opgenomen zijn maar blijven ruimte houden voor signalen die we ontvangen.
Termijn
We bekijken deze actiepunten over de periode 2023-2025 en monitoren alles op voortgang en realisatie. Na een termijn van 2 jaar doen we opnieuw onderzoek, rondvraag en herbekijken we de prioriteiten waaraan gewerkt moet worden.
Het regenboogactieplan 2023-2025 wordt goedgekeurd.
De evaluatie van het regenboogactieplan 2020-2022 wordt goedgekeurd.
Het reglement werd opgebouwd op basis van het bestaande huishoudelijk reglement van Kwibus. Aangezien er tussen beide werkingen enkele fundamentele verschillen zijn (zowel qua activiteiten als qua doelgroep) werd een eigen huishoudelijk reglement voor Kwix gemaakt.
Hieronder worden de grootste verschillen tussen beide huishoudelijke reglementen opgesomd:
De gemeenteraad keurt het huishoudelijk reglement goed.
Raadsleden Karin Robert en Yves Buysse komen tussen.
Schepen Mathijs Goderis antwoordt.
Cybercrime is niet enkel prioriteit bij de Stad Brugge, maar ook PZ Brugge. Daarom werd een samenwerkingsverzoek voorgelegd om dit project samen te ondersteunen. De specifieke medewerkers en Korpsleiding gaf hiervoor reeds hun akkoord.
Hackshield kan een belangrijke rol spelen bij het beheersen van dit fenomeen. Daarnaast verhoogt het positief contact tussen Politie en jongeren. Ten slotte geniet het beroep door deze game van extra ruchtbaarheid bij de ‘Future Cyber Agents’. Door in te zetten op het sensibiliseren van de jongeren kunnen we ook ouders en grootouders extra bereiken via hen. Ook op lange termijn kunnen we genieten van diezelfde vroeg gecreëerde awareness.
De samenwerking met PZ Brugge kent 2 luiken:
- Financieel, met een voorstel van verdeling kosten: 50/50.
De licentiekost bedraagt 8.750 euro exclusief btw per jaar, met een minimumdeelname van 3 jaar.
Dus (8.750/2).3= €13 125 exclusief btw voor 3 jaar.
Per partner is dat 5.293,75 euro incl. btw (4.375 euro + 21%) per jaar voor de komende 3 jaar.
- Communicatie
Ondersteuning en partnerschap van de communicatiedienst bij het creëren van lokale communicatie en ‘huldigingen’. Hierbij krijgen de preventiedienst en de PZ ook steeds zichtbaarheid en inspraak.
De gemeenteraad keurt de aankoop en de opstart van de sensibiliserende game 'Hackshield' goed.
5.293,75 euro (deel van de stad Brugge) wordt voorzien door de dienst preventie en samenleven, dit krediet is in 2023 voorhanden op BI049000, UD034, SA0024, rekening 61462100. In 2024 wordt 8.000,00 euro van rekening 61530000 – beleidsitem BI049000 – actie SA00243 – UD034 naar rekening 61462100 – beleidsitem BI049000 – actie SA00243 – UD034 verschoven. In 2025 wordt 5.000,00 euro van rekening 61530000 – beleidsitem BI049000 – actie SA00243 – UD034 naar rekening 61462100 – beleidsitem BI049000 – actie SA00243 – UD034 en 293,75 euro van rekening 61410100 - beleidsitem BI049000 - actie SA00260 - UD034 naar rekening 61462100 - beleidsitem BI049000 - actie SA00243 - UD034 verschoven.
5.293,75 euro (deel van PZ Brugge) wordt na facturatie aan PZ Brugge overgemaakt naar stad Brugge op BI049000, SA00243, 70302100; hiertegenover staat dat we via aanpassing 4de meerjarenplan 5.293,75 euro extra vragen op de volgende dimensies: BI049000, UD034, SA00243, rekening 61462100.
Verslag algemene vergadering 26 mei 2023
Er wordt aan de gemeenteraad gevraagd om kennis te nemen van het verslag van de algemene vergadering van Audio van 26 mei 2023.
Jaarrekening 2022
Op 26 mei stelde de algemene vergadering van Audio de jaarrekening 2022 vast zonder opmerkingen. Artikel 485 van het DLB stelt dat de bepalingen van deel 2, titel 7, inzake het bestuurlijk toezicht van toepassing zijn op de welzijnsvereniging.
Bijgevolg bezorgde Audio de stad Brugge de jaarrekening 2022 (bijlage 5 in het bundel van bijlagen bij het ontwerpverslag), samen met de toelichting en een kopie van het desbetreffende besluit van de algemene vergadering van Audio.
De vereniging sluit het werkjaar 2022 af met een omzet van 625.324,51 euro en met een negatief saldo van 69.805,91 euro. Het balanstotaal bedraagt 383.840 euro. Het eigen vermogen bedraagt einde 2022 263.275 euro. De algemene vergadering beslist dat het verlies van het boekjaar 2022 zal genomen worden van het reservefonds. De niet aangewende kredieten voor investeringen worden niet overgedragen naar het volgende boekjaar.
De jaarrekening 2022 wordt ter kennisgeving voorgelegd aan de gemeenteraad. De gemeenteraad kan binnen 50 dagen na verzending zijn opmerkingen ter kennis brengen aan de provinciegouverneur die uiteindelijk de jaarrekening goedkeurt.
Nieuwe leden
De algemene vergadering van 26 mei nam kennis van de beslissing inzake toetreding van negen lokale besturen als nieuwe leden van de vereniging. (bijlage 8 in het bundel van bijlagen bij het ontwerpverslag) Het betreft de toetreding van OCMW Landen, AGB Landen, gemeente Hove, OCMW Hove, gemeente Herent, OCMW Herent, gemeente Kruibeke, OCMW Kruibeke en AGB Kruibeke onder de opschortende voorwaarde van de goedkeuring van de toetreding van deze nieuwe leden door elk van de huidige deelgenoten.
Teneinde aan alle juridisch-administratieve verplichtingen te voldoen, dient de gemeenteraad nu deze beslissing formeel goed te keuren.
- Overeenkomstig artikel 20 van de statuten van Audio, zijn de afgevaardigden van de deelgenoten verantwoordelijk voor kennisgeving van het verslag van de algemene vergadering aan de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn of het hoogste bestuursorgaan van de publieke rechtspersoon die geen gemeente of OCMW is of het hoogste bestuursorgaan van de private rechtspersoon zonder winstoogmerk. De dienst algemeen bestuur heeft nu deze taak op zich genomen.
- Artikel 485 van het DLB stelt dat de bepalingen van deel 2, titel 7, inzake het bestuurlijk toezicht van toepassing zijn op de welzijnsvereniging.
- Conform artikel 490 paragraaf 2 van het decreet over het lokaal bestuur (DLB), wordt de jaarrekening voorgelegd ter kennisname
De gemeenteraad neemt kennis van het verslag van de algemene vergadering van Audio van 26 mei 2023.
De gemeenteraad neemt kennis van de jaarrekening 2022 Audio wv.
De gemeenteraad keurt de toetreding van de nieuwe leden OCMW Landen, AGB Landen, gemeente Hove, OCMW Hove, gemeente Herent, OCMW Herent, gemeente Kruibeke, OCMW Kruibeke en AGB Kruibeke tot de welzijnsvereniging Audio goed.
De exploitatie-ontvangsten liggen iets hoger (minder dan 1000 euro) dan wat was voorzien in het budget. De exploitatie-uitgaven liggen mooi in lijn met hetgeen was gebudgetteerd.
Er werden geen investeringen uitgevoerd.
De jaarrekening 2022 werd ingediend met een overschot op de exploitatie van 1.498,59 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro (geen enkele grote investering).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Het overschot op de exploitatie van 2022 wordt meegenomen in het budget van 2024 (geboekt onder de noemer "K", nl. gecorrigeerd overschot/tekort exploitatie n-2). Daardoor wordt de nood aan exploitatietoelage voor dat jaar minder.
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van de Protestantse Kerk.
De jaarrekeningen 2021 van het Centraal Kerkbestuur 2 werden ingediend. Dit betreft de kerken Sint-Michiels, Sint-Baafs, Sint-Andries en Sint-Anna, Sint-Godelieve, Sint-Willibrord, O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen, O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen, Sint-Katarina, H. Hart en H. Philippus, H. Jozef en Christoffel. De exploitatie - en investeringstoelagen werden vastgesteld.
Sint-Michiels
De exploitatie-ontvangsten lagen iets hoger dan gebudgetteerd, ca. 7000 euro. Dat komt hoofdzakelijk door meer inkomsten uit vieringen en gebruiksvergoedingen die ze ontvangen als derden het gebouw gebruiken. De exploitatie-uitgaven liggen in lijn met het budget 2022. De lagere uitgaven voor de erediensten worden gecompenseerd door iets hogere uitgaven voor het gebouw van de eredienst.
Er gebeurden geen grote investeringen.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 17.875,96 euro. Het totaal investeringsresultaat bedraagt 461.512,83 euro, grotendeels te wijten aan de verkoop van de pastorie gelegen Dorpsstraat 3 te Sint-Michiels. De kerkfabriek zal nog bepalen welke bestemming aan deze gelden zal worden gegeven.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Baafs
De exploitatie-ontvangsten liggen in lijn met wat was voorzien in het budget. De exploitatie-uitgaven liggen aanzienlijk lager dan wat was voorzien in het budget. Het verschil bedraagt ongeveer 20.000 euro. Dit betreft zowel de kosten voor de erediensten, de kosten voor het gebouw van de eredienst als de kosten voor het bestuur van de eredienst.
Er gebeurden geen grote investeringen.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 65.197,17 euro. Dit is een vrij groot overschot, enerzijds te wijten aan het exploitatieoverschot van de jaarrekening 2021 (75.253,15 euro) en anderzijds te wijten aan lagere exploitatie-uitgaven.
Het investeringsresultaat bedraagt 2.758,89 euro (te wijten aan het overschot op de investeringen van vorige jaren).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Andries en Sint-Anna
De exploitatie-ontvangsten liggen iets hoger dan was gebudgetteerd; een klein verschil van ca. 1.200 euro. Deze komen vooral door inkomsten uit de erediensten. De exploitatie-uitgaven liggen lager dan was gebudgetteerd (ca 5000 euro); dit zowel voor de eredienst, de gebouwen van de eredienst, het bestuur van de eredienst en het privaat patrimonium.
Er gebeurden geen grote investeringen.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 13.068,87 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Godelieve
De exploitatie-ontvangsten liggen in lijn met wat was voorzien in het budget. De exploitatie-uitgaven liggen lager dan was gebudgetteerd, ongeveer 12.000 euro. Dit is vooral te wijten aan de eredienst, gebouwen van de eredienst en bestuur van de eredienst.
Er gebeurden geen grote investeringen.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 19.425,41 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Willibrord
De exploitatie-ontvangsten liggen in lijn met wat was voorzien in het budget. De exploitatie-uitgaven liggen aanzienlijk lager dan was gebudgetteerd. Het verschil bedraagt ongeveer 22.000 euro. Dit is vooral te wijten aan de eredienst, gebouwen van de eredienst en bestuur van de eredienst.
Er werd een investeringsuitgave geboekt van 1.024,87 euro. Dit was te wijten aan stormschade waarbij de herstelling in totaal 1024,87 euro bedroeg en de tussenkomst van de verzekering beperkt was tot 560,70 + 177,87 euro bedroeg. De vrijstelling van 286,30 euro werd door de kerkfabriek zelf betaald. Er is een extra investeringsontvangst door de verkoop van de kerkstoelen aan Christus Koning (750 euro).
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 32.777,48 euro. Het investeringsresultaat bedraagt 7.794,78 euro, deels ten gevolge van een investeringsoverschot van 2021 en deels door de verkoop van de stoelen en na aftrek van de investeringsuitgaven door de noodzakelijke herstellingen ten gevolge van de stormschade.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen
De exploitatie-ontvangsten liggen iets hoger dan was voorzien in het budget (ca. 2000 euro), vooral door de ontvangsten van vieringen. De exploitatie-uitgaven liggen iets lager dan was gebudgetteerd, vooral ten gevolge van lagere uitgaven voor de erediensten. Het verschil betreft ongeveer 5000 euro.
Er werd een investeringsuitgave geboekt van 363.875,82 euro voor de omvorming tot centrumkerk. Dit is budgetneutraal want wordt volledig gefinancierd door de pastorale eenheid (bedrag zowel in ontvangsten als in uitgaven).
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 26.505,83 euro. Er is een investeringstekort van 17.917,68 dat werd overgedragen uit vorige jaren.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen
De exploitatie-ontvangsten liggen ongeveer 4000 euro hoger dan was voorzien in het budget. Dat heeft vooral te maken door de eredienst en extra inkomsten door het gebruik van het gebouw door derden. De exploitatie-uitgaven liggen ongeveer 2000 euro hoger dan wat was gebudgetteerd. Dit heeft vooral te maken met het privaat patrimonium (taks op leegstand dat elk jaar verhoogt).
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 310.464,55 euro. Het investeringsresultaat is 92.525,50 euro (dit investeringsoverschot is het gevolg van een vervallen belegging die in 2021 niet werd herbelegd wegens de extreem lage rentevoeten).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Katarina
De exploitatie-ontvangsten liggen iets hoger dan was voorzien in het budget. De ontvangsten voor vieringen liggen iets lager, maar deze voor gebruik van het gebouw door derden iets hoger. Het verschil met het budget is daardoor klein (ca. 1000 euro).
De exploitatie-uitgaven liggen lager dan gebudgetteerd, ongeveer 7000 euro. Ook hier is dit vooral te wijten aan de lagere kosten voor de erediensten, lagere kosten aan het gebouw van de eredienst en minder uitgaven voor het bestuur van de eredienst. Extra uitgaven werden opgelost met een IKA (ggk door de kerkraad 12/12/2022).
Er werden geen investeringen uitgevoerd.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 20.558,41 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
H. Hart en H. Philippus
De exploitatie-ontvangsten liggen aanzienlijk hoger dan was voorzien in het budget. Dit heeft echter enkel te maken met een transfer vanuit het privaat patrimonium wegens ontoereikende financiële middelen (5000 euro).
De exploitatie-uitgaven liggen hoger dan was gebudgetteerd. Het verschil bedraagt ongeveer 15.000 euro. Dit heeft vooral te maken met hogere uitgaven voor de gebouwen van de eredienst ten gevolge van extra energiekosten en hogere schoonmaak en onderhoudskosten.
Er werden voor 8.482,10 euro investeringen uitgevoerd (grote herstellingen aan het gebouw van de eredienst).
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 4.936,57 euro en een overschot op de investeringen van 165.133,97 euro (dit investeringsoverschot is het gevolg van vervallen beleggingen die in 2020 en 2021 niet werden herbelegd wegens de extreem lage rentevoeten - van zodra de rente herneemt zal deze som door het kerkbestuur worden belegd).
Er dient te worden opgemerkt dat de kerkfabriek een exploitatietoelage inschrijft van 60.447,27 euro terwijl de werkelijk uitbetaalde exploitatietoelage 40.447,27 euro bedraagt. Dit dient te worden aangepast.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Jozef en Kristoffel
Er werden 2.048,50 euro ontvangsten geboekt, waar er geen waren voorzien in het budget (Sint-Jozef en Christoffel zat toen al in de procedure voor onttrekking aan de eredienst). Deze extra ontvangen hebben vooral te maken met creditnota's, wellicht voor nutsvoorzieningen nadat het gebouw niet meer werd gebruikt.
De exploitatie-uitgaven liggen ca. 1000 euro lager dan gebudgetteerd. De hoger kost voor verzekeringen wordt gecompenseerd door een lagere uitgave voor de gebouwen van de eredienst.
Er werden geen investeringen uitgevoerd.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 2.713,87 euro. Het investeringsresultaat is 2500 euro (ontvangsten).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
ALGEMEEN
De overschotten op de exploitatie van 2022 worden meegenomen in het budget van 2024 (geboekt onder de noemer "K", nl. gecorrigeerd overschot/tekort exploitatie n-2). Daardoor wordt de nood aan exploitatietoelage voor dat jaar minder.
Het investeringsoverschot/tekort wordt in het budget van 2024 overgenomen (geboekt onder de Y-waarde, nl. overschot/tekort n-2).
De gemeenteraad is ertoe gehouden advies te verstrekken over de door het Centraal Kerkbestuur 2 ingediende jaarrekeningen 2022.
Sint-Michiel (Emmaüs)
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Michiels.
Sint-Baafs
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Baafs.
Sint-Andries
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Andries.
Sint-Godelieve
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Godelieve.
Sint-Willibrord
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Willibrord
O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen.
O.L.-Vrouw Onbevlekt Ontvangen
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw Onbevlekt Ontvangen.
Sint-Katarina
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Katarina.
H. Hart en H. Philippus
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur H. Hart en H. Philippus, mits aanpassing van het bedrag van de exploitatietoelage naar 40.447,27 euro.
Sint-Jozef en Christoffel
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Jozef en Christoffel.
Raadsleden Pol Van Den Driessche, Doenja Van Belleghem komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
De jaarrekeningen 2022 van het Centraal Kerkbestuur 3 werden ingediend. Dit betreft de kerken H. Kruisverheffing en Sint-Jozef, Sint Thomas-van-Kantelberg, Sint Leo-de-Grote, O.L.-Vrouw-Bezoeking, Sint-Donaas, Sint-Jozef, Sint-Niklaas en Sint-Pieter-in-Band. De exploitatie - en investeringstoelagen werden vastgesteld.
H. Kruisverheffing en Sint-Jozef
De exploitatie-ontvangsten liggen ongeveer 4000 euro hoger dan was voorzien in het budget. Dat is hoofdzakelijk te wijten aan extra ontvangsten van vieringen en vooral aan extra inkomsten door gebruik van het kerkgebouw door derden.
De exploitatie-uitgaven liggen dan weer hoger dan gebudgetteerd (ca. 3000 euro). De hogere loonkost heeft men kunnen compenseren met andere posten. De hogere kost voor nutsvoorzieningen en onderhoudswerken (ten gevolge van het uitstel van de totale restauratie) echter niet. Deze meeruitgaven hebben echter geen invloed omdat er ook meer inkomsten waren dan was voorzien in het budget.
Bij investeringen zien we een bedrag van 239.001,93 vervallen beleggingen als inkomst die werd gebruikt voor de aankoop van het appartement dat zal dienen als secretariaat als uitgave. Er zijn enkele kleinere bedragen opgenomen ten gevolge van correcties omwille van een foutieve berekening door de notaris van de verkoper.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 10.752,02 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
H. Thomas-van-Kantelberg
De exploitatie-ontvangsten liggen iets hoger dan was voorzien in het budget (ca. 1000 euro). Omwille van de energiekosten, wordt er sinds 2022 een vergoeding aangerekend voor gebruik van het gebouw door derden. De exploitatie-uitgaven liggen in lijn met en binnen het bedrag dat was gebudgetteerd. De opvallende stijging van de kosten voor de nutsvoorzieningen worden elders gecompenseerd door minderuitgaven.
Wat betreft investeringen werd het keukenraam vervangen van de pastorie in 2021 maar de factuur werd pas in 2022 ontvangen en betaald.
De vervanging van het toilet werd in 2022 uitgevoerd, maar de factuur werd pas in 2023 door de stad terugbetaald. Vandaar een investeringstekort van 799,05 euro.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 15.334,68 euro. Het investeringsresultaat is een tekort van 799,05 euro wegens een uitgave in 2022 die pas in 2023 werd terugbetaald.
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
H. Leo-de-Grote
De exploitatie-ontvangsten liggen in de lijn met wat was voorzien in het budget. De exploitatie-uitgaven liggen ongeveer 5000 euro lager dan gebudgetteerd. Dit ligt vooral een de kosten voor de erediensten en de uitgaven voor het bestuur van de erediensten.
Er werden geen investeringen voorzien.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 13.502,83 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro (geen enkele grote investering).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
O.L.-Vrouw-Bezoeking
De exploitatie-ontvangsten liggen ongeveer 5000 euro hoger dan was voorzien in het budget. Dat ligt vooral aan extra ontvangsten uit de vieringen en een terugbetaling voor geleden stormschade.
De exploitatie-uitgaven liggen een kleine 9000 euro hoger dan was gebudgetteerd te wijten aan diverse onvoorziene factoren, zoals dakwerken, verhoogde kosten voor nutsvoorzieningen, stijging van de premies voor verzekeringen. Er is evenwel een daling voor het bestuur van de erediensten.
Wat betreft investeringen werd een bedrag van 32.437,50 euro ontvangen als voorschot van de provinciale toelage voor het project "Horizon 2025". Daarnaast is er een extra opbrengst van 551.890,17 euro door de verkoop van (landbouwgronden) en de aanwending van eigen middelen. Daarvan werd het grootste deel gebruikt voor erelonen en ontwerpuitgaven en de aankoop van onroerende goederen (twee nieuwbouw studentenkamers en bijkomende ondergrondse parkeergarages) met het oog op verhuur.
De kerkfabriek O.L.-Vrouw Bezoeking ontvangt geen exploitatietoelagen van de stad. Dit is al 10 jaar zo.
De jaarrekening 2021 resulteert in een overschot op de exploitatie van 2.973,30 euro (gevolg van een exploitatietekort in 2022 en een exploitatie-overschot in 2021) en een overschot op de investeringen van 183.736,37 euro (verschil tussen exploitatie-overschot van 2021, verhoogd met extra inkomsten en verminderd met de uitgaven).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Donaas
De exploitatie-ontvangsten liggen ongeveer 1000 euro hoger dan wat was voorzien in het budget. Dat ligt vooral aan de inkomsten door gebruik van het gebouw door derden.
De exploitatie-uitgaven liggen ongeveer 2000 euro lager dan wat was gebudgetteerd. Er waren minder kosten voor de erediensten en voor het gebouw.
Er werden geen investeringen uitgevoerd.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 13.138,77 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro (geen enkele grote investering).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Jozef
De exploitatie-ontvangsten liggen meer dan 1000 euro lager dan wat was voorzien in het budget door lagere ontvangsten uit de vieringen.
De exploitatie-uitgaven liggen dan weer ongeveer 15.000 euro lager dan wat was gebudgetteerd. Dat ligt vooral aan lagere kosten voor de eredienst (ca. 9000 euro) en minder uitgaven voor het bestuur van de eredienst (ca. 3000 euro).
Er werden geen investeringen uitgevoerd.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 29.573,49 euro. Het investeringsresultaat is 0 euro (geen enkele grote investering).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Niklaas
De exploitatie-ontvangsten liggen ongeveer dubbel zo hoog dan wat was voorzien in het budget (18.542,17 euro ipv 9.940 euro), maar dit heeft hoofdzakelijk te maken met eenmalige transacties zoals terugbetalingen door Electrabel en een financieringstransactie.
De exploitatie-uitgaven liggen ongeveer 5000 euro lager dan wat was gebudgetteerd. Er waren hoofdzakelijk minder uitgaven voor de erediensten en voor het bestuur van de eredienst.
Onder grote herstellingen valt de vervanging van de zekeringskasten voor een bedrag van 3.932,50 euro, door de kerkfabriek uitgevoerd en betaald in 2022 doch door de stad pas terugbetaald in 2023. De toelage van 4.303,90 euro betreft de uitgave voor het herstel van het kerkportaal, uitgevoerd en betaald door de kerkfabriek in 2021, doch pas betaald door de stad in 2022.
De jaarrekening 2022 resulteert in een overschot op de exploitatie van 31.465,08 euro en een tekort op de investeringen van 3.932,50 euro (bedrag uitgegeven door de kerkfabriek in 2022 doch pas betaald door de stad in 2023 en dus pas als toelage te boeken in 2023).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
Sint-Pieter-in-Banden
De exploitatie-ontvangsten liggen een kleine 1000 euro lager dan wat was voorzien in het budget, vooral te wijten aan minder ontvangsten van vieringen.
De exploitatie-uitgaven liggen daarentegen ongeveer 10.000 euro lager dan wat was gebudgetteerd. Deze minderuitgaven situeren zich in de grote posten zoals de erediensten (ca. 5000 euro), de gebouwen van de eredienst (ongeveer 2000 euro) en het bestuur van de eredienst (ongeveer 1000 euro).
De investeringen betreffen de aankoop van een appartement (350.000 euro) met het oog op verhuur. Er werd tevens een perceel landbouwgrond geruild voor een woning (waarde 340.000 euro).
De herstellingen van 39.900 euro betreffen de renovatie van het vrijgegeven parochiehuis (voormalige pastorie) om te kunnen verhuren.
De uitgaven voor deze herstellingen en de aankoop van een appartement werden hoofzakelijk gefinancierd met vervallen beleggingen.
De jaarrekening 2021 resulteert in een overschot op de exploitatie van 17.342,67 euro en een overschot op de investeringen van 14.870,01 euro (vooral te wijten aan het overschot op de investeringen van vorige jaren).
Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2022.
ALGEMEEN
De overschotten op de exploitatie van 2022 worden meegenomen in het budget van 2024 (geboekt onder de noemer "K", nl. gecorrigeerd overschot/tekort exploitatie n-2). Daardoor wordt de nood aan exploitatietoelage voor dat jaar minder.
Het investeringsoverschot/tekort wordt in het budget van 2024 overgenomen (geboekt onder de Y-waarde, nl. overschot/tekort investeringen n-2).
De gemeenteraad is ertoe gehouden advies te verstrekken over de door het Centraal Kerkbestuur 3 ingediende jaarrekeningen 2022.
H. Kruisverheffing en Sint-Jozef
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur H. Kruisverheffing en Sint-Jozef.
Sint Thomas-van-Kantelberg
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint Thomas-van-Kantelberg.
Sint Leo-de-Grote
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint Leo-de-Grote.
O.L.-Vrouw-Bezoeking
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur O.L.-Vrouw-Bezoeking.
Sint-Donaas
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Donaas (ook Stella Maris).
Sint-Jozef
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Jozef.
Sint-Niklaas
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Niklaas.
Sint-Pieter-in-Banden
De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het kerkbestuur Sint-Pieter-in-Banden.
Raadslid Andries Neirynck komt tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
De Stad is eigenares van het onroerend goed, gelegen te 8000 Brugge, Rozendal 33, gekend bij het kadaster in de 4e afdeling Brugge, sectie D, met het perceelnummer 0078 C P0000, blijkens akte verleden op 28 november 1980 voor notaris Frans Bouckaert.
Het goed is volgens het gewestplan “Brugge-Oostkust” (K.B. 07/04/1997) gelegen in woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde en is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed als vastgestelde archeologische zone “Historische stadskern van Brugge” en “Brugge – Oudste kern”. Het is ook gelegen binnen het UNESCO-werelderfgoed Kernzone en UNESCO-werelderfgoed Bufferzone, doch niet gekend als “beschermd onroerend erfgoed”.
De woning is sinds 1 januari 2023 vrij van huur.
Op 21 februari 2022 werd een schattingsverslag opgemaakt door het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert, waarbij de venale waarde werd geraamd op € 245.000,00.
Op 8 maart 2022 werd voor dit goed een EPC met certificaatnummer 20220308-0002559751-RES-1 afgeleverd. De woning kreeg een energielabel E (475 kWh/m² jaar).
Op 17 februari 2023 werd een asbestinventarisattest met certificaatnummer 20230217-000213.000 afgeleverd. Er werd 1 asbestmateriaal vastgesteld waarvoor een zorgvuldig beheer is vereist.
De woning vraagt een totaalrenovatie.
Na een eerste verkoopspoging via het Biddit-platform bleek dat de geschatte waarde van € 245.000 niet kon worden gehaald.
Een en ander is wellicht te verklaren door de noodzaak tot renovatie waarvan de kosten de voorbije periode, ingevolge de stijging van de materiaalprijzen, enorm zijn toegenomen.
Op 12 mei 2023 werd een nieuw schattingsverslag opgemaakt, waarbij rekening houdend met de nieuwe omstandigheden, de venale waarde werd geraamd op € 190.000.
De gemeenteraad dient akkoord te gaan met de verkoop tegen de bijgestelde prijs.
De gemeenteraad gaat akkoord met het intrekken van gemeenteraadsbesluit van 25 april 2023 (2022_GR_00142) betreffende de verkoop woning Rozendal 33.
Er zal worden overgegaan tot de verkoop via het online biedplatform Biddit van het onroerend goed, gelegen te 8000 Brugge, Rozendal 33, gekend bij het kadaster in de 4e afdeling Brugge, sectie D, met het perceelnummer 0078 C P0000, mits het behalen van de prijs van € 190.000,00.
De verkoop zal dienen te gebeuren met volgende bijzondere voorwaarden:
De Voorzitter van de Gemeenteraad, de Algemeen Directeur, de Financieel Directeur en desgevallend hun vervangers worden gemachtigd om alle stukken in verband met voormelde verkoop te ondertekenen en om de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting om ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
De Stad is eigenares van de hoeve met aanhorigheden en grond, gelegen te 8000 Brugge, Blankenbergse Dijk 155, gekend bij het kadaster in de 8e afdeling Brugge, sectie L, met het perceelnummer 0544 B P0000, met een kadastrale oppervlakte van 7.532 m², om deze te hebben aangekocht in een grotere geheel, blijkens akte verleden op 30 november 2020, voor notaris Christophe Vandeurzen.
De verwerving gebeurde voor de realisatie van open ruimte en recreatie en in het bijzonder voor de realisatie van de inzichten die werden geformuleerd worden tijdens de opmaak van het masterplan voor het recreatiegebied Sint-Pietersplas. Op 25 oktober 2021 hechtte de Gemeenteraad zijn goedkeuring aan het eindrapport "Masterplan voor het recreatiegebied Sint-Pietersplas".
Over de hoeve
GEBOUW OPPERVLAKTE
GEBOUW 1: WONING | 270 m² bewoonbare oppervlakte |
BIJGEBOUW 2 | 340 m² |
BIJGEBOUW 3 | 206 m² |
BIJGEBOUW 4 | 137 m² |
BIJGEBOUW 5 | 186 m² |
BIJGEBOUW 6 | 143 m² |
BIJGEBOUW 7 | 101 m² |
Het goed is vrij van gebruik.
Op 27 maart 2020 werd voor dit goed een EPC met certificaatnummer 20200327-0002263206-RES-1 afgeleverd. De woning kreeg een energielabel F (1.322 kWh/(m² jaar).
Op 21 mei 2023 werd door Abesco een asbestattest met het referentienummer 20230521-000161.000. afgeleverd, waarvan de eindconclusie niet-asbestveilig is.
De elektrische installatie moet volledig worden gerenoveerd. Er gebeurde daarom geen keuring conform artikel 276bis van het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties van 10 maart 1981.
Op 11 juli 2022 werd een schattingsverslag opgemaakt door het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert, waarbij de venale waarde van het goed wordt geraamd op € 450.000.
Op 30 maart 2023, aangevuld op 17 april 2023 met een recht van uitweg, werd door Nico Decoster, landmeter-expert voor het landmeetkantoor Decoster een opmetingsplan opgemaakt, waarbij het te verkopen goed, met een oppervlakte van 6.284 m², wordt afgebeeld als Lot B1.
Verkoop hoeve
Te vestigen erfdienstbaarheden
Bijzondere voorwaarden
Het goed zal worden verkocht met alle heersende en lijdende, zichtbare of onzichtbare, voortdurende en niet–voortdurende erfdienstbaarheden.
De koper zal in de rechten en plichten worden gesteld die voortvloeien uit de akte legaatsaflevering-verdeling verleden voor notaris Hendrik Debucquoy te Diksmuide op 17 april 2007.
Omwille van de globale bouwfysische toestand en het ontbreken van verschillende basisvoorzieningen (aansluiting riolering, leidingwater, elektriciteit, aansluiting telecom) wordt er in een renovatieverplichting voorzien.
Er werden allesomvattende Biddit-verkoopsvoorwaarden opgemaakt door notaris Filip Maertens.
De gemeenteraad dient akkoord te gaan met de voorgestelde wijze en voorwaarden van verkoop.
De intrekking van het gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2022 (2022_GR_00369 - Eigendommen - verkoop hoeve met aanhorigheden, op en met grond, gelegen Blankenbergse Dijk 155 + vestiging erfdienstbaarheid - goedkeuring) wordt goedgekeurd.
Er zal worden overgegaan tot de verkoop, via het online Biddit-platform, van de te restaureren hoeve gelegen te 8000 Brugge, Blankenbergse Dijk 155, gekend bij het kadaster in de 8e afdeling Brugge, sectie L, deel van het perceelnummer 0544 B P0000, met een gemeten oppervlakte van 6.284 m², afgebeeld als LOT B1, op het opmetingsplan opgemaakt op 30 maart 2023, aangevuld op 17 april 2023 met een recht van uitweg, door Nico Decoster, landmeter-expert voor het landmeetkundig bureau Decoster, mits behalen van de prijs van € 450.000, te verhogen met de kosten van de verkoopsprocedure, zijnde het verschil tussen de werkelijke kosten en de forfaitaire bijdrage in de kosten door de koper te betalen en verder volgens bijgaande verkoopsvoorwaarden en vestiging van erfdienstbaarheden.
De Voorzitter van de Gemeenteraad, de Algemeen Directeur, de Financieel Directeur en desgevallend hun vervangers worden gemachtigd om alle stukken in verband met voormelde verkoop en te vestigen erfdienstbaarheden te ondertekenen en om de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting om ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
De Stad is eigenares van de grond, gekend bij het kadaster in de 30e afdeling (Sint-Andries), Paul Gilsonstraat 25+, sectie B met het perceelnummer 0602 X 002 P0002 door aankoop op 3 januari 1985 jegens het OCMW Brugge.
Bij akte van 1 december 1977 verleden voor notaris Frans Bouckaert te Brugge, stelde het OCMW Brugge een oppervlakte van 115 m² grond ter beschikking aan de nv "Verenigde Energiebedrijven van het Scheldeland-Ebes", thans IMEWO , zoals aangeduid op het opmetingsplan opgemaakt door de heer Robert Vanden Bussche, meetkundige schatter te Brugge van 4 mei 1977, voor de duur van 30 jaar, met een mogelijkheid tot stilzwijgende verlenging, behoudens vooropzeg van één van de twee partijen, twee jaar voor de vervaldag.
De cabine werd opgericht met bouwvergunning 599 van 13 mei 1977.
IMEWO wenst deze distributiecabine in de toekomst te vernieuwen. Deze cabine is en blijft zeer noodzakelijk voor dit stadsdeel.
IMEWO is bereid om de grond waarop de distributiecabine voor openbaar nut werd gebouwd, aan te kopen.
Op 20 april 2023 werd een schattingsverslag opgemaakt door de heer Kris Audenaert, landmeter-expert voor het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert, waarbij de waarde van het goed werd geraamd op € 13.800.
Er werd voor deze verkoop een ontwerpovereenkomst opgemaakt.
Deze aankoop zal geagendeerd worden op eerstvolgende de Raad van Bestuur van IMEWO op 19 juni 2023.
De Gemeenteraad dient akkoord te gaan met voorgestelde verkoop.
Er zal worden overgegaan tot de verkoop van een perceel grond (115 m²), met opstal (distributiecabine voor elektriciteit), gelegen te 8200 Brugge (Sint-Andries), Paul Gilsonstraat 25+, gekend bij het kadaster in de 30e Afdeling Brugge (Sint-Andries), sectie B met het perceelnummer 0602 X 002 P0002, aan IMEWO, tegen de prijs van € 13.800, aan IMEWO, onder de voorwaarden opgenomen in de ontwerp verkoopovereenkomst.
De Voorzitter van de Gemeenteraad, de Algemeen Directeur, de Financieel Directeur en desgevallend hun vervangers worden gemachtigd om alle stukken in verband met voormelde verkoop te ondertekenen en om de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting om ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
Raadslid Janos Braem komt tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
In het beleidsprogramma 2019-2024 wordt bijzondere aandacht gegeven aan volgende punten:
233. We zorgen ervoor dat wonen in Brugge voor iedereen betaalbaar is en blijft.
235. We maken een woonbeleidsplan op met aandacht voor gezinnen, senioren en studenten. We leggen accenten specifiek voor het sociaal wonen en het klimaatbewust bouwen en verbouwen.
205. Naast de focus op wooncomfort, richt ons woonbeleid zich op duurzaam wonen met zo weinig mogelijk energieverbruik en dus zo laag mogelijke energiefacturen.
243. Sociale huisvesting moet integratie bevorderen. Daarom gaan we ook voor kleinere projecten en spreiding. We beogen 700 bijkomende sociale woningen. We willen het samenvoegen van de beide sociale huisvestingsmaatschappijen (Vivendo en de Brugse Maatschappij voor huisvesting) stimuleren en onderzoeken dit op haalbaarheid.
De Stad is eigenares van de grond gelegen te 8000 Brugge, Sint-Claradreef 18 en 1+ om deze grond onder grotere oppervlakte te hebben aangekocht van de heer Jean Pieters, blijkens akte verleden op 14 mei 1976 voor de toenmalige burgemeester van de Stad Brugge, de heer Michel Van Maele.
Bij akte verleden op 1 april 1977 voor notaris Louis Vande Putte, notaris te Brugge, heeft de Stad aan de toenmalige samenwerkende vennootschap "Brugse Maatschappij voor huisvesting" ondermeer een perceel grond met een kadastrale oppervlakte van 2.422 m², gelegen te 8000 Brugge, aan de Sint-Claradreef 18, thans gekend bij het kadaster, Sint-Claradreef 18 en 1+, in de 5e afdeling Brugge, Sectie F, met de perceelnummers 0089 M 005 P0000 en 0089 N 005 P0000, in erfpacht gegeven voor een looptijd van 70 jaar, ingaande op 1 januari 1977, om te eindigen op 31 december 2046, met als doel op deze grond een sociaal woonproject te realiseren.
Er werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd door het College van Burgemeester en Schepenen op 6 april 1979, waarna (1982) men over is gegaan tot de constructie van onder andere een appartementsgebouw, bekend onder de naam ‘Clarendam’.
Op 15 december 2021 werd krachtens proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering der aandeelhouders opgesteld door notaris Filip Maertens, het vermogen van “Brugse Maatschappij voor Huisvesting”, waaronder het recht van erfpacht (met inbegrip van de opgerichte building, ter plaatse gekend als “Residentie Clarendam”, en de door IMEWO opgerichte elektriciteitscabine), overgedragen op de bv Vivendo, bij wijze van fusie door overneming.
Het gebouw "Résidentie Clarendam"
Het gebouw kent sinds enige jaren bouwfysische problemen, waardoor de huisvestingsmaatschappij geconfronteerd wordt met ofwel zware renovatiekosten ofwel sloop om een nieuw gebouw te laten oprichten.
Het oprichten van een nieuw, nog te ontwerpen gebouw of het verbouwen van de bestaande woonentiteiten, binnen de looptijd van de bestaande erfpachtovereenkomst is voor de huisvestingsmaatschappij niet motiveerbaar rekening houdend met de economische haalbaarheid en de beperkte resterende terugverdientijd (+/- 20 jr).
Vivendo bv wenst de tréfonds van het gebouwencomplex aan te kopen met het oogmerk op een renovatie.
Voorwerp verkoop
Tijdens het voorbereidingstraject (met Vivendo BV) van het verkoopdossier bleek dat het beter is om het te verkopen goed anders te configureren dan het destijds in erfpacht gegeven perceel.
Hiertoe werd op 7 februari 2023 door landmeter-expert Tomas Vanden Bussche een opmetingsplan opgemaakt. Het opmetingsplan werd geregistreerd in de databank van de plannen van afbakening met het referentienummer 31805-10197.
Overdracht grond
Wordt verkocht: aan bv Vivendo:
Komt terug in het patrimonium van de Stad:
Erfdienstbaarheid
Bij de verkoop dient ten gunste van het Lot X2, het appartementencomplex met ondergrondse parkeergarage, heersend erf, een erfdienstbaarheid van toegang/uitweg te worden gevestigd zoals afgebeeld op voornoemd opmetingsplan, meerbepaald over
Prijs
Op 20 november 2022 werd een schattingsverslag opgemaakt door de heer Kris Audenaert, lic. landmeter-expert optredend voor het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert. De geschatte waarde houdt rekening met het sociaal karakter van de grond en de aanwezige bebouwing.
Er kon met de bv Vivendo tot een overeenkomst worden gekomen over de prijs. Deze wordt als volgt samengesteld:
De principale koopsom van € 1.309.000,00.
Distributiecabine voor elektriciteit, Sint-Claradreef 1+
De cabine, met inbegrip van leidingen, kanalisaties en meters, werd destijds door IMEWO op de in erfpacht gegeven grond opgericht en komt door de verzaking aan het recht van erfpacht, door Vivendo bv, terug in volle eigendom van de Stad Brugge.
Uitvoering
Er werd voor deze verkoop, met vestiging erfdienstbaarheden en de verzaking aan delen van het recht van erfpacht van 1 april 1977, een ontwerp-akte opgemaakt.
De gemeenteraad dient akkoord te gaan met de voorgestelde wijze van verkoop en het vestigen van de noodzakelijke erfdienstbaarheden.
De gemeenteraad hecht haar goedkeuring aan volgende transacties met de BV Vivendo:
en dit zoals afgebeeld op het opmetingsplan opgemaakt op 7 februari 2023 door landmeter-expert Tomas Vanden Bussche, landmeterskantoor VD te Brugge, tegen de principale koopsom van € 1.309.000, en verder onder de voorwaarden in bijgaande ontwerp-akte.
De voorzitter van de gemeenteraad, de algemeen directeur, de financieel directeur en desgevallend hun vervangers worden gemachtigd om alle stukken in verband met voormelde transacties, te ondertekenen en om de algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting om ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
De Stad is eigenares van een perceel grond met opgerichte garages, gelegen te 8200 Brugge (Sint-Michiels), Baron Ruzettelaan 114+, gekend bij het kadaster in de 25ste afdeling Brugge (Sint-Michiels - 2de afdeling), sectie B, met het perceelnummer 0117 H 8 P0000, met een oppervlakte van 1.874 m², door verkrijging ingevolge de nalatenschap van mevrouw Jacqueline Wagner, overleden te Brugge op 24 februari 2011, zonder voorbehouden erfgenamen te hebben nagelaten via legaatafgifte ten voordele van de Stad Brugge, blijkens akte verleden op 13 januari 2020 voor notaris François-Xavier Willems.
SABIJAC bv, eigenaar van de percelen, Baron Ruzettelaan 116, 114, 112, 110 en 108, wenst:
De realisatie van hogervermelde intenties hebben onderstaande consequenties tot gevolg:
1. (be)vestiging van erfdienstbaarheid van recht van overgang ten laste van het perceel 0117 H 8 P0000 (grond met garagecomplex, eigendom van de Stad Brugge)
Op heden bestaat al een erfdienstbaarheid van overgang ten laste van het perceel 0117 H 8 P0000 (lijdend erf) in het voordeel van de goederen sub A, B, C en D, zijnde perceel 0117 T 7 P0000 én de loten 1, 2 en 3, zoals afgeschetst op het opmetingsplan de dato 16 maart 2023 (heersend erf), teneinde de eigenaar van deze goederen toe te laten zich toegang te verlenen tot de tuin, garages en bergingen gelegen achteraan hun eigendom.
De Stad Brugge bevestigt en verleent het recht van overgang over haar voormelde eigendom “Baron Ruzettelaan 114+”, en meerbepaald over de reeds bestaande doorrit van de Baron Ruzettelaan naar het achterliggend binnengebied in het voordeel van het heersend erf (voorbeschreven goederen sub A, B, C en D), op de wijze zoals aangeduid in een “roze arcering” op voormeld opmetingsplan van 16 maart 2023, om de huidige en de toekomstige eigenaars van
a) de privatieven van de Residentie Iliana de mogelijkheid te geven zich toegang te verschaffen tot de autostaanplaatsen en de fietsenberging van de Residentie Iliana; en
b) de eigendommen Baron Ruzettelaan 108/110/112/114 de mogelijkheid te geven zich toegang te verschaffen tot hun tuin, bergingen en garages.
2. Vestiging van erfdienstbaarheid voor lichten en zichten
A. In de omgevingsvergunning van 12 september 2022 is voorzien dat de Residentie Iliana zal worden gebouwd tot op de perceelsgrens met het hogerbeschreven lijdend erf. Deze muur zal worden gekwalificeerd als een private muur behorende tot de Residentie Iliana.
B. In de “zijgevel links” van de op te richten “Residentie Iliana”, ter hoogte van de doorrit naar het achtergelegen binnengebied, zijn raamopeningen voorzien op het gelijkvloers en de bovengelegen verdiepingen. Hier dient rekening te worden gehouden met de wetgeving op lichten en zichten, en meerbepaald artikel 3.132 §1 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek, stipulerende dat “In of op een gemene muur een eigenaar geen vensters, muuropeningen, balkons, terrassen of soortgelijke werken kan aanbrengen.” Er dient hiertoe een erfdienstbaarheid te worden gevestigd op het lijdend erf in het voordeel van het heersend erf - in afwijking van artikel 3.132 §1 lid 2 BW - om raamopeningen te maken in de voormeld op te richten muur op de perceelsgrens met de op te richten “Residentie Iliana”, en dit zoals aangeduid op het plan 4/5 opgemaakt door de architect Architektenburo Wim Baekelandt, kantoorhoudende te 8300 Knokke-Heist, Dorpsstraat 3/11, op 23 november 2022.
3. SABIJAC BV, handelend in eigen naam én in naam van de toekomstige mede-eigenaars verbindt er zich toe geen procedures tegen de Stad Brugge aan te spannen, in het kader van de mogelijke toekomstige herbestemming van huidig lijdend erf, samen met het erachter liggende park bekend als het Edward Joossensplein, in de mate dat deze herbestemming geen afbreuk doet aan de hoger gevestigde en bestaande erfdienstbaarheden en/of voor zover deze geen impact heeft op de lichttoetreding, in voordeel van het heersend erf.
4. Erfdienstbaarheid inzake de bestaande lindeboom
Op het perceel 0117 H 8 P000, eigendom van de Stad, ter hoogte van de groenzone (aansluitend op autostaanplaats “P04”) van de nieuw op te richten “Residentie Iliana” bevindt zich een waardevolle lindeboom waarvoor er:
- geen graafwerken mogen worden uitgevoerd in de kroonprojectiezone van de bestaande lindeboom,
- buiten voormelde kroonprojectiezone geen wortels met een diameter groter dan drie centimeter mogen worden beschadigd.
Voor de vestiging van deze erfdienstbaarheden werd een ontwerp-akte opgemaakt, waarin voormelde erfdienstbaarheden gedetailleerd worden beschreven.
De gemeenteraad dient haar goedkeuring te geven aan de (be)vestiging van deze erfdienstbaarheden conform de voorwaarden opgenomen in bijgaande ontwerpakte.
De gemeenteraad bevestigt en hecht zijn goedkeuring aan de vestiging van volgende eeuwigdurende en kosteloze erfdienstbaarheden:
- er mogen geen graafwerken worden uitgevoerd in de kroonprojectiezone van de bestaande lindeboom;
- buiten voormelde kroonprojectiezone mogen geen wortels met een diameter groter dan drie centimeter worden beschadigd.
en verder zoals beschreven in bijgevoegd ontwerp van akte.
Raadsleden Pol Van Den Driessche en Pascal Ennaert komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
Ter uitvoering van het Collegebesluit 2023_CBS_01618 van 17 april 2023 wordt voorgesteld aan de Gemeenteraad om akkoord te gaan met volgende wijzigingen aan de erfpachtovereenkomst met VZW Koninklijke Tenniskring in 't Vrije:
Hiervoor werd een ontwerp van addendum opgemaakt, met volgende (samengevatte) voorwaarden:
Duur van de erfpacht:
De erfpacht zal beëindigd worden op 31 december 2034 om 24u00.
Erfpachtvergoeding:Per 01 januari 2023 bedraagt de erfpachtvergoeding € 400,00 per maand, jaarlijks op 1 januari indexeerbaar volgens de gezondheidsindex (basis 2013), met als aanvangsindex december 2022.
De stipte betaling van de erfpachtvergoedingen en de nog af te betalen opgelopen betalingsachterstand
tot 31/12/22, ten bedrage van €42.768,15 euro, is een essentiële contractvoorwaarde zonder dewelke
de stad Brugge deze overeenkomst niet zou hebben gesloten. De erfpachtovereenkomst wordt van
rechtswege ontbonden:
- als de erfpachter failliet wordt verklaard of wordt onderworpen aan een andere vorm van
insolventieprocedure, het erfpachtrecht het voorwerp wordt van een uitvoerend beslag of de
vennootschap van de erfpachter wordt ontbonden;
- ten nadele van de erfpachter bij niet-betaling van een canon op de vervaldag of een betaling
zoals voorzien in het afbetalingsplan, na ontvangst van een aangetekend schrijven als ingebrekestelling
dat een maand na ontvangst zonder gevolg blijft.
Alle kosten en lasten naar aanleiding van deze wijziging zijn ten laste van de vereniging.
De gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan het ontwerp van addendum aan de erfpachtovereenkomst met VZW Koninklijke Tenniskring In 't Vrije.
Er wordt gewerkt via IKA's, waardoor het budgetneutrale transacties betreft:
Via IKA batch 2022-1004939 wordt 2 x 25000 euro ( NOM300/NOM301 ) verschoven van BI068000/SRB068000, rekening 64960100 naar BI068000/ SA00718, rekening 61410100.
Via IKA batch 2022-1005127 wordt 25000 euro ( NOM302) verschoven van BI068000/SRB068000, rekening 64960100 naar BI068000/SA00716, rekening 61462100.
De gemeenteraad geeft goedkeuring voor volgende budgetneutrale transacties, via IKA'S:
IKA batch 2023-1006016 - 40.000 euro (NOM NVT) van Brugge Plus verschuiven naar BI068000/ SA00714 van Brugge Plus verschuiven naar SA00714, rekening 61462100.
IKA batch 2023-1006016 - 35.000 euro (NOM NVT) van Brugge Plus verschuiven naar BI068000/SA00718 van Brugge Plus verschuiven naar SA00718, rekening 61400100.
De meerwerken op de reguliere posten in het gedeelte riolerings- en wegenwerken zijn ontstaan door wijzigingen tijdens de uitvoering, enkele hoeveelheden voorzien in de meetstaat werden onderschat. Deze meerwerken bedragen 68.569,08 euro excl. btw of 74.886,31 euro incl. btw.
Deze meerwerken zijn aanvullende werken op de hoofdopdracht. Gezien de werken in uitvoering waren en het om een onderschatting van hoeveelheden gaat, was het niet mogelijk deze aanvullende werken via een nieuwe procedure toe te wijzen aan een andere aannemer, dit om de continuïteit van de werken te garanderen en tijdig de werken te beëindigen i.f.v. de opening van het Cactusgebouw.
De bijkomende werken zijn werken die niet voorzien waren in de oorspronkelijke opdracht; onvoorziene werken die de continuïteit van de werken in het gedrang brachten. Dit zijn extra werken zoals o.a. de omgevingsaanleg van het Cactus Muziekcentrum, overname van materialen die niet konden gebruikt worden tijdens de aanleg, groenaanleg Bargeweg, bijkomende verkeersmaatregelen. De bijkomende werken bedragen 104.872,59 euro excl. btw of 126.601,62 euro incl. btw.
Initieel was de omgevingsaanleg van Cactus Muziekcentrum niet opgenomen in het dossier Bargeweg. In verrekening 1 en 2 werd de aanleg van het ontvangstplein en brandweerweg toegewezen aan aannemer Huys. Tijdens de uitvoering bleken nog diverse meerwerken, aanvullende werken noodzakelijk om de opdracht te voltooien, voor de opening van het Cactus Muziekgebouw. Door de beperkte termijn was het niet mogelijk om deze opdracht aan te besteden. Door de werken te laten uitvoeren door aannemer Huys werd de hinder naar de omgeving tot een minimum beperkt. Zo konden ook de kosten verder beperkt worden.
Hieronder volledige opsomming van deze bijkomende werken:
OP 1: Leveren en plaatsen voegbanden
Het plaatsen van voegbanden voor de toplagen bitumineuze verhardingen cfr. het Standaardbestek 250 was niet voorzien in de meetstaat.
OP 2: Ophogen deksels in voetpad
Het betreft het verhogen van straatpotten en putdeksels van nutsmaatschappijen voor de aanleg van het voetpad in de Bargeweg, kant Visioen.
OP 3: Reinigen bestaande slikputten
Bij de riolerings- en wegenwerken in de Bargeweg bleek een straatkolk verstopt te zijn, voor de goede voortgang van de werken werd aannemer Huys gevraagd om deze te ruimen.
OP 4: Terugplaatsen verkeersborden
Het betreft het opbreken en terugplaatsen van stootpalen, niet voorzien in de meetstaat.
OP 5: Verbindingsput Mayflower
Omwille van een dwarsende buis werd bij de rioolaansluiting van de boot op de DWA-riool een tussenput uit metselwerk gemaakt om de aansluiting mogelijk te kunnen maken.
OP 6: Fundering MB 20 cm
Om een zo duurzaam mogelijk uitvoering te realiseren van de toegang tot de bus- en mobilhomeparking van Interparking, de toegang tot de parking van het Cactus Muziekcentrum en de jachthaven werd een fundering uit schraal beton aangelegd, dit in plaats van zandcement zoals voorzien in de meetstaat.
OP 7: Wegenisbeton 15 cm
Om een zo duurzaam mogelijk uitvoering te realiseren van de toegang tot de parking van het Cactus Muziekcentrum en de jachthaven werd een verharding in wegenisbeton aangelegd, dit in plaats van betonstraatstenen zoals voorzien in de meetstaat.
T.h.v de toegang tot de bus- en mobilhomeparking van Interparking werden dikkere betonstraatstenen dan voorzien geplaatst.
OP 8: Extra fase asfalt
Het asfalteren van de Bargeweg in het gedeelte tussen R30 en toegang jachthaven diende in 2 fasen uitgevoerd te worden. Gezien de uitvoeringsperiode van het werk rond het zomerbouwverlof viel splitste de aannemer het gehele werk in 2 en zette zich maximaal in om de toegang tot de bus- en mobilhomeparking via de R30 tijdens het bouwverlof te verzekeren.
OP 9: Detectielussen
Voor de realisatie van de fietsenstalling kant Interparking diende een gedeelte asfalt vernieuwd te worden. Hierbij moesten de detectielussen voor het verlaten van de parking opgebroken en vernieuwd te worden. De uitvoering werd gerealiseerd door de firma Skidata uit Zaventem.
OP 10: Groenbescherming t.h.v doorgang t.b.v. jachthaven
Om de toegang tot de jachthaven te garanderen tijdens de aanleg van het asfalt in de rijweg en fietspad, de cementbetonverharding in de tussenstrook werd een tijdelijk weg gecreëerd in de groenzone. Hiervoor dienden volgens het advies van Openbaar Domein afdeling Boombeheer de bomen en ondergrond beschermd te worden.
OP 11: Supplement rode asfalt
Meerprijs voor de aanleg van het fietspad in rode asfalt i.p.v. de voorziene oker/beige kleur.
OP 12: Fundering verkeersdrempels in vloeibeton
Geprefabriceerde betonelementen als aanzet van een verkeersplateau dienen te worden verankerd in een vloeibeton, de post was niet voorzien in de meetstaat.
OP 45: Leveren en plaatsen van noppenfolie. Te plaatsen tussen verharding en gebouw.
OP 46: Leveren en plaatsen funderingszand vooraan.
OP 47: Waterdoorlatende steenslagfundering volgens 5-4.13, dikte 20 cm.
OP 48: Fundering en stut van schraal beton voor lijnvormige elementen volgens 5-4.9, volume <=0,050 m³/m – goot.
OP 49: Onbehandelde betonstraatstenen, grijs volgens 6-3.4, 220 x 110 x 80 mm.
OP 50: Bed van zandcement voor bestratingen van betonstraatstenen, Enom = 3 cm volgens 6-3.4.4.2.
OP 51: Leveren en plaatsen blindegeleidingtegels - zelfde als gebruikt op Bargeweg.
OP 52: Mortelbed voor bestratingen van betontegels, Enom = 2,5 cm volgens 6-3.7.4.3.
OP 53: Leveren en plaatsen van noppenfolie. Te plaatsen tussen verharding en gebouw.
OP 54: Rioleringsbuizen diameter du = 250 mm volgens 7-1 PP buizen volgens 3-24.4.4.8 reeks SN 8 - kleur grijs.
OP 55: Fundering van zandcement of granulaatcement volgens 7-1.1.2.2, di of du <= 300 mm.
OP 56: Omhulling met zand volgens 7-1.1.2.2, di of du <= 300 mm.
OP 57: Bochtstukken in PP volgens 7-5, du = 160 mm.
OP 58: T- of Y-stukken in PP volgens 7-5, du = 160 mm.
OP 59: Straat- of trottoirkolk volgens 7-6.1.1 - type geprefabriceerde betonnen bak type I en gietijzeren rooster met zichtvlak x hoogte = min.540 x 340 x 180 mm.
OP 60: Plaatsen van kantstroken of watergreppels in waterdoorlatende betonstraatstenen volgens 3-23.2 type A1 (afmetingen in cm) volgens 8-3.4, 2 rijen grijze waterdoorlatende betonstraatstenen 22 x 11 x 10.
OP 61: Grondverzet volgens 4-2, uitgraving volgens 4-2.1.2.2 uitgraving met behulp van zuigmachine. Aarde te verwijderen. Dikte 30cm.
OP 62: Waterdoorlatende steenslag fundering volgens 5-4.13, dikte 15 cm.
OP 63: Fundering en stut van schraal beton voor lijnvormige elementen volgens 5-4.7., volume <= 0,075 m³/m.
OP 64: Geprefabriceerde betonnen trottoirbanden volgens 8-1.2, type ID2.
OP 78: Voegvulling van mortel, volgens 6-3.4.4.2, 22/11/8.
OP 79: Voegvulling van mortel, volgens 6-3.4.4.2, blindegeleidetegels.
OP 80: Bestrating grasbetontegels met substraat.
OP 81: Plaatsen riooldeksel met kader type 5 incl. op hoogte brengen deel I.
OP 82: Plaatsen greppel 2 rijen 22/11/8 inclusief voegvullen.
OP 83: Afdekking teelaarde.
OP 84: Bestrating grasbetontegels met substraat – karrespoor.
OP 85: Plaatsen riooldeksel met kader type 5 incl. op hoogte brengen deel II.
Na goedkeuring van de verrekeningen 1 en 2 door het college en de gemeenteraad dienden de meetstaten van de verrekeningen nog te worden aangepast. Na overleg ter plaatse met aannemer Huys, onderaannemer Mahieu, de architect van het Cactus Muziekcentrum en Openbaar Domein werden alle uit te voeren werken in kaart gebracht; de voorziene posten bleken niet voldoende om de werken tot een goed einde te volbrengen. De meetstaten werden aangevuld.
OP 65: Regie-uren arbeider.
OP 66: Regie-uren mini-graver.
OP 67: Regie-uren mini-dumper.
Dit zijn prestaties die in regie werden uitgevoerd voor het plaatsen en verwijderen van rijplaten voor de groenbescherming t.h.v toegang tot de jachthaven, opzoeken boomwortels vooraan het Cactus Muziekcentrum, verplaatsen van het bomenzand aan de achterkant van het Cactus Muziekcentrum.
OP 68: Afbreken oude pompput t.h.v loket + afhalen betonplaat + leveren en plaatsen gewapende betonplaat
Bijkomende werken voor het afwerken van een oude put die werd aangetroffen aan de voorkant van het Cactus Muziekcentrum t.h.v het loket.
OP 69: Zandstralen wegmarkering
Het gedeeltelijk verwijderen van wegmarkeringen die aangebracht werden tijdens de werken in fase 1 van de heraanleg Bargeweg (aanleg DWA-riool), dit t.h.v de overgang naar fase 2.
OP 70: Wegname doorgang groenbescherming
Verwijderen van de groenbescherming die werd geplaatst om de toegang tot de jachthaven te garanderen tijdens de aanleg van het asfalt in de rijweg en fietspad en de cementbetonverharding in de tussenstrook.
OP 71: Wegname OV via VSE
Bij de aanleg van de fietsenstalling t.h.v Interparking diende het profiel van het terrein aangepast / verlaagd te worden, hierdoor kwam de fundering van een openbare verlichtingspaal vrij. Om de stabiliteit van deze paal te garanderen diende deze met de bijhorende bekabeling verdiept te worden. De werken werden uitgevoerd door aannemer Eiffage VSE uit Neder-Over-Heembeek na opdracht van AWV.
OP 72: Leveren en plaatsen verkeersborden - klein.
OP 73: Leveren en plaatsen verkeersborden - groot.
OP 74: Leveren en plaatsen palen - klein.
OP 75: Leveren en plaatsen palen – groot.
OP 76: Meerprijs plaatsen verharding.
Na de heraanleg van de Bargeweg diende nieuwe signalisatie geplaatst te worden, dit was niet voorzien in de meetstaat.
OP 77: Opbraak elektriciteitskast
Voor de verwezenlijking van de fietsenstalling t.h.v Interparking diende een buiten dienst gestelde elektriciteitskast verwijderd te worden.
OP 86: Extra aanwerken deksels
Bij de omgevingsaanleg van het Cactus Muziekcentrum dienden 28 deksels van diverse putten op peil gebracht te worden van de nieuwe aanliggende verhardingen.
OP 87: Overschot boomkratten.
OP 88: Overschot permatex.
Bij de omgevingsaanleg van het Cactus Muziekcentrum konden een aantal boomkratten en filterdoek door de omstandigheden ter plaatse niet worden gebruikt. Deze werden overgenomen door Openbaar Domein en zullen in een toekomstig project worden gebruikt.
OP 89: Greppel van 3 i.p.v. 2 stenen : regel van 3
Meerprijs voor de aanleg van de greppel in 3 rijen betonstraatstenen i.p.v. 2 langs voorkant van het Cactus Muziekcentrum.
OP 90: Leveren en aanplanten van heesters met naakte wortel volgens 11-8.2, plantmaat 25/30, Rosa Street Dance (5 planten/m² x 250 m²).
OP 91: Bodemafdekking met stropellets, dikte 5 cm
OP 92: Hakken en wieden van de grond tussen heesters volgens 11-14.3 (250 m² x 7 beurten x 3 jaar).
OP 93: Snoeien van heesters (250 m² x 1 beurt x 3 jaar).
OP 94: Begieten (40 l/m² x 250 m² x 20 beurten x 3 jaar).
In de meetstaat was er geen beplanting voorzien van de gecreëerde groenzones. De aannemer werd gevraagd om hiervoor een offerte over te maken, inclusief voor het onderhoud gedurende 3 jaren.
OP 95: Leveren en plaatsen wegneembare anti-parkeerpalen
Bij een eventuele interventie van de brandweer gebeurt het aanrijden via het karrenspoor, deze route kan niet gebruikt worden voor het verlaten van de locatie. Het wegrijden dient te gebeuren via de voorkant van het Cactus Muziekcentrum, om misbruik van deze route te voorkomen door derden (bijv. leveranciers) werd de weg afgesloten door middel van 4 wegneembare palen.
OP 96: Opbraak steun verkeersbord
Verwijderen van een steun met verkeersbord t.h.v toegang tot parking Cactus Muziekcentrum.
OP 97: Betonneren van middengeleider t.b.v. toegang tot parking Cactuszaal (verwijderen teelaarde, fundering en betonneren)
Na ingebruikname van de Bargeweg bleek het voor nightliners en tourbussen, al dan niet met een trailer daar achteraan, onmogelijk te zijn om de parking Cactus Muziekcentrum in te rijden zonder over de onverharde strook tussen rijweg en fietspad tegenover de toegang tot de parking te rijden. Om verdere schade van de groenzone te voorkomen werd beslist om deze op te vullen met wegenisbeton.
OP 98: Bijplaatsen van een straatkolk op parkeerplaats Interparking (incl. stukken)
Na aanleg van de fietsenstalling t.h.v Interparking bleek tijdens en na een regenbui water te stagneren op de parking, hiervoor werd een bijkomende straatkolk geplaatst en aangesloten op de riolering.
OP’s 13 t.e.m. 44 zijn meerwerken m.b.t. de omgevingsaanleg Cactus Muziekcentrum die eerder werden goedgekeurd (nota’s 2022_GR_00333 en 2022_GR_00334).
Overzicht van de meerkosten (bedragen in euro en incl. btw):
Verrekening 1: | 170.863,13 |
Verrekening 2: | 144.049,80 |
Verrekening 3: | 198.122,39 |
Totaal: | 513.035,32 |
De totale meerkosten bedragen 173.441,67 euro excl. btw of 198.122,39 euro incl. btw (btw enkel op wegenis) (+138,34% t.o.v. het gunningbedrag van 370.858,67 euro incl. btw). Het stadsaandeel bedraagt 117.527,22 euro excl. btw of 142.207,94 euro incl. btw en het aandeel Farys 55.914,45 euro excl. btw.
De gemeenteraad keurt de meerwerken en bijkomende werken ten bedrage van 173.441,67 euro excl. btw of 198.122,39 euro incl. btw (btw enkel op wegenis) goed. Het stadsaandeel bedraagt 117.527,22 euro excl. btw of 142.207,94 euro incl. btw en het aandeel Farys 55.914,45 euro excl. btw.
De kosten ten laste van Stad Brugge worden benomen via BI020002, actie SA00411 - Bargeweg: rioolaansluiting Cactus, rekening 22000007.
Raadsleden Andries Neirynck, Jean-Marie De Plancke en Barbara Roose komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
In april werd de vergunning verleend.
Raming: 537.963,42 euro excl. btw - 650.935,74 euro incl. btw.
Wijze van gunnen: openbare procedure.
Uitvoeringstermijn: 90 werkdagen.
De gemeenteraad keurt het ontwerp en de wijze van gunnen, nl. via openbare procedure, goed voor het geraamde bedrag van € 650.935,74 incl. btw.
Het voorziene budget voor 2023 (500.000 euro) werd verschoven naar 2024. In 2024 wordt met 4de AP MJP 800.000 euro voorzien (500.000 + 300.000), mits goedkeuring gemeenteraad.
Uitvoering van het mobiliteitsbeleid geeft vaak aanleiding tot meerdere kleine ingrepen zoals betere oversteekplaatsen, verbeterde bushaltes, aanleg van fietspaden waar mogelijk, aanpassingen om meer parkeerplaatsen te voorzien in woonstraten, aanpassing in schoolomgeving…. De concrete opdrachten worden telkens voor goedkeuring voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.
De cluster Openbaar Domein beschikt over een lastenboek met een groot aantal posten die de meest gangbare werken bevatten. Voor dit lastenboek werd er gebaseerd op de werken die de voorbije jaren werden uitgevoerd.
Voor de basisopdracht die loopt tot en met eind december 2023 wordt de uitgave beperkt tot 165.289,26 euro (excl. btw en excl. herziening).
Voor 2024, 2025 en 2026 wordt de uitgave budgettair beperkt tot 661.157,03 euro (exclusief btw en excl. herziening) per jaar.
Het bestek voorziet de mogelijkheid de opdracht 3 maal uitdrukkelijk te verlengen per kalenderjaar.
Wijze van gunnen: openbare procedure.
Het ontwerp en de wijze van gunnen, openbare procedure, voor de raamovereenkomst Mobiliteit 2023-2026 wordt goedgekeurd en kan 3 maal uitdrukkelijk verlengd worden.
De uitgaven worden jaarlijks budgettair beperkt tot 661.157,03 euro excl. btw en excl. herzieningen per jaar of 800.000 euro incl. btw.
De geraamde kosten worden benomen op rekening 22500007 - Beleidsitem BI020001 - Actie SA00679.
Er is momenteel geen budget voorzien op jaren 2024 - 2025 - 2026, deze budgetten werden met 4de aanpassing meerjarenplan voorzien (totaal 2,4 miljoen euro), mits goedkeuring gemeenteraad.
Zie verslag in bijlage.
De gemeenteraad geeft goedkeuring voor het toekennen van een toelage van 18.750,00 euro als stadstussenkomst voor de restauratiewerkzaamheden aan de bedaking van het pand, Gistelsesteenweg 30 te 8200 Brugge.
Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut.
De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur.
Ingeval van verkoop van het pand Gistelsesteenweg 30 te 8200 Brugge binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd.
Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie SA00584, rekening 66420100.
Raadslid Janos Braem komt tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Er wordt voorgesteld om leden aan te duiden die zo dicht mogelijk staan bij de praktijk.
Voor de stuurgroep toewijzingsraad Brugge worden 2 vertegenwoordigers voorgesteld:
- de Coördinator Welzijnsvereniging ’t Sas: Thibault Jonckheere;
- de Hoofdmaatschappelijk werker Lokaal Opvanginitiatief: Faiza Karim Rajput.
Er worden ook 2 plaatsvervangende vertegenwoordigers voorgesteld:
- de adviseur maatschappelijke dienstverlening: Veerle Van Vynckt;
- de hoofdmaatschappelijk werker traject: Barbara de Smet.
Mevr. Faiza Karim Rajput (Hoofdmaatschappelijk werker Lokaal Opvanginitiatief ) en Dhr. Thibault Jonckheere (Coördinator Welzijnsvereniging ’t Sas ) worden, bij geheime stemming, aangeduid als effectieve vertegenwoordiger om de stad Brugge te vertegenwoordigen in de stuurgroep toewijzingsraad van de woonmaatschappij regio-Brugge binnen het deelwerkingsgebied Brugge.
Mevr. Veerle Van Vynckt (adviseur maatschappelijke dienstverlening ) en Mevr. Barbara de Smet (hoofdmaatschappelijk werker traject) worden, bij geheime stemming, aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de stad/gemeente te vertegenwoordigen in de stuurgroep toewijzingsraad van de woonmaatschappij regio-Brugge binnen het deelwerkingsgebied Brugge.
Raadsleden Janos Braem en Wouter Bossuyt komen tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Gelet artikel 173, van de Grondwet;
Gelet op artikel 40, §3, van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op de artikelen 5.2.1, 5.2.5, 5.2.6 en 5.2.7 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden;
Overwegende dat notarissen en vastgoedmakelaars informatie over onroerende goederen bij de gemeente kunnen aanvragen;
Overwegende dat de gemeente het belangrijk vindt dat potentiële kopers met kennis van zaken een beslissing kunnen nemen over een onroerend goed;
Overwegende dat gemeenten op zoek zijn naar mogelijkheden om informatie over onroerende goederen efficiënter en veiliger te delen;
Overwegende dat er een Besluit van de Vlaamse regering in de maak is om de rechten en plichten in het kader van de verwerking van vastgoedinformatie over te dragen vanuit Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf (athumi).
Overwegende dat gemeenten samenwerken met Digitaal Vlaanderen/athumi[1] om een Vastgoedinformatieplatform te ontwikkelen en om in een testfase te onderzoeken hoe informatie over onroerende goederen op een efficiënte wijze kan worden ter beschikking gesteld;
Overwegende dat het Vastgoedinformatieplatform een elektronisch informatiesysteem is voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie en vastgoeddossiers tussen bronhouders en aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars;
Overwegende dat de gemeente via het Vastgoedinformatieplatform de door aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, aangevraagde vastgoedinformatie kan verzamelen en de vastgoeddossiers kan ontsluiten;
Overwegende dat het verzamelen en ontsluiten, via het Vastgoedinformatieplatform, van vastgoeddossiers op verzoek van aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, voor de gemeente een administratieve last en bijhorende kost met zich meebrengt;
Overwegende dat, overeenkomstig het Retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken een retributie verschuldigd is voor het verstrekken van vastgoedinformatie, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 30 mei 2017 en gewijzigd op 20 december 2021.
Besluit
Artikel 1 - Definities
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
1° vastgoedinformatie: gebouw-, grond- of omgevingsgebonden gegevens inzake een onroerend goed, inclusief informatie met betrekking tot het juridische, administratieve of fysieke statuut van dit onroerend goed;
2° lokale gegevensbron: vastgoedinformatie die een gemeente of de rechtspersonen die ervan afhangen, beheert;
3° centrale gegevensbron: vastgoedinformatie die een Vlaamse instantie of een externe overheid beheert;
4° Vastgoedinformatieplatform of VIP: elektronisch informatiesysteem voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie tussen aanleverende entiteiten en aanvragers;
5° vastgoeddossier: de combinatie van verschillende datasets, samengesteld uit vastgoedinformatie met betrekking tot een perceel, of een onderdeel, die op aanvraag wordt ontsloten door de aanleverende entiteit, door Digitaal Vlaanderen/athumi[2] wordt samengevoegd en door de lokale overheid ter beschikking wordt gesteld aan de aanvrager;
6° externe overheid: overheidsinstanties, vermeld in artikel I.3, 8° van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
7° Vlaamse instantie: elk van de volgende overheidsinstanties:
8° aanvrager: de notaris of vastgoedmakelaar die in het kader van zijn beroepsactiviteiten of taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm bepaalde vastgoedinformatie nodig heeft en daartoe een aanvraag via het VIP doet;
9° algemene verordening gegevensbescherming: Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;
10° persoonsgegevens: de gegevens, vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming;
11° verwerking: een verwerking als vermeld in artikel 4, 2), van de algemene verordening gegevensbescherming;
12° verwerkingsverantwoordelijke: een verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming;
13° betrokkene: een betrokkene als vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming.
Artikel 2 - Algemeen
De stad Brugge verzamelt de opgevraagde vastgoedinformatie uit lokale gegevensbronnen. De stad Brugge doet een beroep op het VIP om vastgoedinformatie uit centrale gegevensbronnen op te halen en samen te voegen met het vastgoeddossier. De Stad Brugge stelt het vastgoeddossier via het Vastgoedinformatieplatform aan de aanvrager ter beschikking.
In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, verwerkt de gemeente die gegevens met als doeleinde om aanvragers samengevoegde vastgoedinformatie uit centrale en lokale gegevensbronnen ter beschikking te stellen in het kader van hun beroepsactiviteiten of in het kader van taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm zijn bepaald.
Met ingang van 12 september 2023 wordt ten voordele van de Stad een retributie geheven op aanvragen, gedaan via het Vastgoedinformatieplatform, tot het verkrijgen van het vastgoeddossier, overeenkomstig het Retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken een retributie verschuldigd is voor het verstrekken van vastgoedinformatie, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 30 mei 2017 en gewijzigd op 20 december 2021.
Artikel 3 - Verschuldigde
De retributie is verschuldigd door de aanvrager.
Artikel 4 - Bedrag
Het bedrag van de retributie wordt vastgelegd als volgt, zoals ook bepaald in het hogervermelde Retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken:
Voorwerp aanvraag | Retributiebedrag |
| 30 EUR per perceel of capakey |
Artikel 5 - Invorderingswijze
De onbetwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling ingevorderd conform artikel 177, tweede lid, van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
De betwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling burgerrechtelijk ingevorderd.
Artikel 6 - Verwerking van persoonsgegevens
§1. In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, treedt de Stad Brugge voor de doeleinden omschreven in artikel 2 op als verwerkingsverantwoordelijke.
§2. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 persoonsgegevens met betrekking tot de volgende categorieën van betrokkenen:
§3. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 volgende categorieën van persoonsgegevens:
§4. De stad Brugge bewaart de persoonsgegevens die het verwerkt, niet langer dan noodzakelijk is om de doeleinden, vermeld in artikel 2, te bereiken en conform artikel III.87, §1 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, of tot de betrokkene vraagt om de persoonsgegevens die de Stad Brugge verwerkt, te verwijderen, conform de voorwaarden, vermeld in de algemene verordening gegevensbescherming. De archiveringstermijn van de persoonsgegevens bij de Stad Brugge bedraagt 3 jaar overeenkomstig de bepalingen van de Selectielijst voor Vlaamse gemeentearchieven.
§5. De stad Brugge doet een beroep op Digitaal Vlaanderen/athumi[3] voor de doeleinden omschreven in artikel 2. Digitaal Vlaanderen/athumi treedt in dit kader op als verwerker van de Stad Brugge, die de verwerkingsverantwoordelijke is. De modaliteiten van de verwerking zijn geregeld in de verwerkingsovereenkomst die te vinden is in Bijlage 1.
Artikel 7 – Ondertekening
De vastgoeddossiers die de Stad Brugge via het Vastgoedinformatieplatform ter beschikking stelt, worden niet ondertekend aangezien het vastgoeddossier een louter informatief document betreft dat geen beleidsmatige stellingname inhoudt en niet kwalificeert als stuk of briefwisseling in de zin van artikel 279 van het Decreet lokaal bestuur.
Artikel 8 – Vastlegging retributie
De retributie, zoals bepaald in artikel 4, wordt bepaald in overeenstemming met het Retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken en is vanaf 12 september 2023 verschuldigd op vastgoeddossiers, die vanaf de bekendmaking van dit reglement kunnen worden aangevraagd via het Vastgoedinformatieplatform.
Artikel 9 - Bekendmaking
Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
[1] Rechten en plichten in het kader van het Vastgoedinformatieplatform worden overgedragen van Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf bij een Besluit van de Vlaamse regering in de periode waarin deze overeenkomst ondertekend wordt. De verwerkingsovereenkomst wordt ondertekend door (i) DV als het besluit nog niet is gepubliceerd (ii) Vlaams Datanutsbedrijf zodra het BVR gepubliceerd is.
[2] Rechten en plichten in het kader van het Vastgoedinformatieplatform worden overgedragen van Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf bij een Besluit van de Vlaamse regering in de periode waarin deze overeenkomst ondertekend wordt. De verwerkingsovereenkomst wordt ondertekend door (i) DV als het besluit nog niet is gepubliceerd (ii) Vlaams Datanutsbedrijf zodra het BVR gepubliceerd is.
[3] Rechten en plichten in het kader van het Vastgoedinformatieplatform worden overgedragen van Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf bij een Besluit van de Vlaamse regering in de periode waarin deze overeenkomst ondertekend wordt. De verwerkingsovereenkomst wordt ondertekend door (i) DV als het besluit nog niet is gepubliceerd (ii) Vlaams Datanutsbedrijf zodra het BVR gepubliceerd is.
De gemeenteraad keurt de aansluiting op het Vastgoedinformatieplatform en vaststelling retributie met de verwerkingsovereenkomst, voor de instap tot het Vastgoedinformatieplatform, goed, in afwachting van het decreet.
Op de vraag van Elia kan niet worden ingegaan in het huidig planproces. De plandoelstelling is beperkt tot in lijn brengen van de bepalingen over zonnepanelen met de rest van Brugge zodat, in uitvoering van de EU noodverordening ook in Christus Koning Noord Oost zonnepanelen kunnen geplaatst worden zichtbaar vanop het openbaar domein. De plandoelstelling is beperkt. Om deze doelstelling te verwezenlijken werd een verkorte procedure gevolgd conform artikel 7.4.4/1 van de VCRO. Een bestemmingswijziging in een RUP kan niet met dergelijke procedure. Er kan dus niet worden ingegaan op de vraag van Elia om binnen het lopend planningsproces de bestemming te wijzigen naar gebied voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond.
Gelet op het ongegrond bezwaar dat afwijkt van de plandoelstelling en gelet op de gunstige adviezen van de bevoegde instanties en gelet op het ontbreken van bezwaren over het schrappen van het absoluut verbod op zonnepanelen zichtbaar vanop het openbaar domein kan de beslissingsprocedure worden verdergezet zonder aanpassingen aan het wijzigingsvoorstel.
De woorden "met uitzondering van zonnepanelen/ zonneboilers die zichtbaar zijn vanaf het openbaar domein (gemeentelijk stedenbouwkundige verordening Art.24§2)" in artikel 1.7 worden geschrapt.
In verband met het advies van de provincie om de wijziging goed te keuren aan de hand van een gecoördineerde versie van het RUP:
Het wijzigingsvoorstel is in DSI (digitale stedenbouwkundige informatie platform van de Vlaamse overheid) opgeladen en kreeg er een eigen dossiertype (Herziening of Opheffing Verouderde inrichtingsvoorschriften). Dat dossiertype volgt een eigen logica waarin een gecoördineerde versie van het RUP na wijziging geen plaats kan krijgen. De wijziging wordt bijgevolg verdergezet onder de vorm van een wijzigingsdocument. De gecoördineerde versie zal worden opgemaakt in functie van communicatie naar de burger. Zo'n gecoördineerde versie hoeft niet te worden bekrachtigd. Zo wordt deels tegemoet gekomen aan het advies van de provincie.
De gemeenteraad neemt kennis van de goedkeuring van het CBS van de wijziging van artikel 1.7 van het RUP Christus Koning Noord Oost zoals definitief goedgekeurd op 11 oktober 2013 en van de beslissing om de woorden "met uitzondering van zonnepanelen/ zonneboilers die zichtbaar zijn vanaf het openbaar domein (gemeentelijke stedenbouwkundige verordening Art.24§2)" te schrappen in artikel 1.7.
De Gemeenteraad stelt de wijziging van artikel 1.7 van het RUP Christus Koning Noord Oost definitief vast.
Het project omvat de aanvraag voor het bouwen van 2 bouwblokken, met in totaal 179 wooneenheden, een dubbelhoge makersplint, kantoorruimtes en een ondergrondse parking onder het grootste bouwblok + de omgevingsaanleg.
Het projectgebied situeert zich in het bouwblok dat omsloten wordt ten noorden door de Sluisstraat, ten oosten door de sluis, ten zuiden door de Sint-Pieterskaai en ten westen door de Krakeleweg.
Volgende handelingen worden voorzien:
De zaak der wegen van de aanvraag bestaat uit het volgende:
Het openbaar domein wordt uitgebreid met alle onbebouwde ruimtes gelegen binnen de rooilijn. Deze zullen ingericht worden als een publiek toegankelijke zone. De zones zijn onder te verdelen in:
Het makersplein zal deels toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer en dit vanaf de Krakeleweg tot aan het grootste bouwblok i.f.v. bediening van de makershal.
Het kanaalplein en buurtplein zijn in principe enkel toegankelijk voor de zwakke weggebruiker, m.u.v. hulpdiensten.
Voor een meer uitgebreide beschrijving kan worden verwezen naar het aanvraagdossier, en in het bijzonder naar het inplantingsplan en de diverse plannen en documenten m.b.t. de omgevingsaanleg.
Het verzoek tot aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de rooilijn is conform artikel 12, §2 van het Gemeentwegendecreet geïntegreerd in een aanvraag tot omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden, voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens het decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Beoordelingsbevoegdheid van de gemeenteraad
De gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid over de zaak der wegen. De gemeenteraad beschikt evenwel niet over de bevoegdheid om zich uit te spreken over de vergunningsaanvraag, nu deze dient te worden beoordeeld door de vergunningverlenende overheid.
De gemeenteraad dient zich uit te spreken over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein, rekening houdend met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.
De gemeenteraad dient daarbij wel rekening te houden met het project waar de aanvraag deel van uitmaakt.
Beoordeling
De gemeenteraad heeft kennis genomen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek:
Er werden in totaal 8 bezwaren en/of opmerkingen ingediend tijdens het eerste openbaar onderzoek. 1 van de 8 bezwaren betreft in feite een kennisgeving van het standpunt van de Gecoro op het dossier, door de voorzitter van Gecoro-B (de voorzitter geeft zelf aan dat dit niet als bezwaar kan worden geformuleerd).
Eén element in de bezwaarschriften handelt over de opname in het openbaar domein:
We zien hier weer een project dat de te onderhouden gronden zou overdragen in openbaar domein met kosten onderhoud dus voor de stad Brugge?
Evaluatie van dit element:
Het nieuwe makersplein zal een waardevolle toevoeging zijn aan het fijnmazig netwerk als doorsteek voor fietsers en voetgangers, en op die manier positief bijdragen aan het openbaar domein. De inrichting van het plein werd voorbesproken met de dienst Openbaar Domein opdat deze zo onderhoudsvriendelijk mogelijk zou zijn en volgens de voorwaarden van de dienst Openbaar Domein. In de voorwaarden is opgenomen dat er eerst gedurende 3 jaar voorzien wordt in het onderhoud van alle groenzones door een externe aannemer waarna overdracht in het openbaar domein kan gebeuren.
De overige elementen in de bezwaarschriften handelen over andere zaken dan de bevoegdheid van de gemeenteraad.
Tijdens het tweede openbaar onderzoek werden tot op heden nog geen bezwaren en/of opmerkingen ingediend.
De gemeenteraad is van oordeel dat de voorgestelde ligging, breedte en uitrusting van de gemeenteweg een geschikte en aanvaardbare invulling geeft aan het openbaar domein.
Toetsing aan de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
Voorwerp van de Zaak der Wegen (1) reflectie vanuit de Atlas der Buurtwegen
Ter ingeleide is vooreerst op te merken dat de historische buurtweg (chemin n° 8 - Koolkerke) reeds bij beslissing dd 16 06 1899 werd afgeschaft (bron : GisWest Geoloket). De aanleiding was de realisatie van het Boudewijnkanaal en de nieuwe havendokken eind 19e – begin 20e eeuw waardoor destijds de kiem gezaaid werd van wat vandaag de Zeebrugse haven is. Het agrarisch-pastorale landschap transformeerde hierdoor in een havenlandschap welke een andere logica naar landschap, mobiliteit, … introduceerde welke vandaag nog steeds haar stempel drukt.
Voorwerp van de Zaak der Wegen (2) visievorming op het nieuwe openbaar domein
We verwijzen naar het rooilijnplan in bijlage welke de overdracht van 3.249 m² als toekomstig openbaar domein vooropstelt.
In de omgevingsvergunningaanvraag werd, met een duidelijke link naar hoger geschetst beslist beleid, een visie op dit openbaar domein geponeerd in de nota’s
Ter ingeleide is aan te stippen dat de visievorming niet louter slaat op het over te dragen domein maar op het integrale bouwblok als gevat tussen Sint-Pieterskaai, Krakeleweg, Sluisstraat en Boudewijnsluis. Zo wordt kortom uitdrukking gegeven aan de wens van het stadsbestuur Brugge om tot een kwalitatieve invulling van het publiek domein in het Makersdistrict en bij uitbreiding het Kaaidistrict te komen.
In deze kan ook verwezen worden naar het collegebesluit dd 09 01 2023 “2022_CBS_05474 - B-punt - Hoofdcoördinator - Sint-Pieterskaai: princiepsbeslissing inzake (aanvang procedure tot) overdracht beheer openbaar domein” welke vanuit deze visievorming op het grotere bouwblok ook gesprekken initieerde richting De Vlaamse Waterweg en het Agentschap Wegen en Verkeer i.f.v. een toekomstige beheeroverdracht.
Deze verbrede kijk maakt dat een visie werd geponeerd op een dubbel schaalniveau
In de ontwerpnota lezen we de vertrekpunten voor het ontwerp van de publieke ruimte
Ruimte voor makers
Binnen de publieke ruimte op het maaiveld wordt gefocust op de maakeconomie. Er wordt dan ook gewerkt op een robuuste omgeving die in typologie, layout en materialiteit beantwoordt aan deze eisen. Het publiek domein past zich in in de sfeer van de haven en zijn bedrijvigheid, maar weet er tegelijk gelaagdheid en kwaliteit in te brengen door de focussen op een doorwaadbaar netwerk, herkenningspunten en een groen en biodivers kader voor de makersactiviteiten en het wonen.
Netwerk en doorwaadbaarheid
Op en rond de site wil het ontwerp voor de publieke ruimte de bestaande netwerken herstellen, versterken en aanvullen. Het gaat over netwerken voor gemotoriseerd verkeer en voetgangers en fietsers. Deze netwerken krijgen in het ontwerp een duidelijke plaats.
Knooppunten als herkenning
Het ontwerp is opgevat als een aaneenschakeling van knooppunten. Dit zijn ruimtes binnen het plan met elk hun eigen focus en karakter. Zij worden ontworpen met een zekere eigenheid, maar tegelijk met voldoende samenhang. Deze knooppunten worden verbonden door de verschillende netwerken.
Groene multifunctionele draagstructuur
De netwerken en knooppunten worden gedragen door een groene draagstructuur. Het groen vormt een continue achtergrond voor de verschillende ruimtes en wordt divers ingezet. Het werkt tegelijk verbindend en installeert biodiversiteit in de verder harde omgeving.
Fasering en grens van de aanleg
Het plan voorziet in een totaalvisie op de site en de onmiddellijke omgeving om zo maximaal mogelijk in te zetten op kwaliteit. In eerste fase en dus deel van de aanvraag, wordt een plan gerealiseerd dat kan aansluiten op de bestaande inrichting van het openbaar domein. Het plan is dus niet afhankelijk van een verdere aanpak van de omgeving, maar kan daar op termijn alleen maar wel bij varen.
Tevens werd een visie op de diverse verkeersstromen geponeerd, quote
Voor een omstandige evaluatie verwijzen we naar het advies (PRO/2023/bs/004) uitgebracht op de eigenlijke omgevingsaanvraag (welke we hier niet zullen herhalen daar dit an sich niet het voorwerp uitmaakt van een bespreking van de zaak der wegen).
Motivatie – bespreking vanuit het Decreet Gemeentewegen (1)
Toets aan artikel 3
…
In reflectie kan een toets gemaakt worden naar gewenste kenmerken van een netwerk aan trage wegen:
waarbij in bijzonder gewezen kan worden op de gehanteerde achteruitbouwlijn langs de Sint-Pieterskaai en de creatie aldaar van een buurtplein dit aansluitend op een kanaalplein, hierdoor zal de bestaande fietsverbinding langsheen de ringvaart kwalitatiever ingericht worden en wordt ook de redundantie van het netwerk versterkt immers bij een geopende brug op de Sluisstraat kan langsheen het kanaalplein en het buurtplein gereden worden (heden ook wel openbaar domein doch eerder desolaat ingericht als een desolate kade en een verloederde parking onder een hoge brug).
Illustratief citeren we de visie op de knooppunten - de pleintjes:
• open workspace makers
• picknickruimte bewoners / werknemers
• visuele rust / menselijke schaal
• verblijfsruimte / verpozing
• sportruimte
• onthaalplein / onthaalruimte
• parkeerplaatsen deelwagens
• laad- en loszone
• Kiss & Ride
• picknickruimte
• visuele rust / menselijke schaal
• behoud bestaande bomen
• vertoeven aan het water
• zomerbar
• sportruimte
• overdekte hal
• marktplein
• tentoonstellingsruimte
Motivatie – bespreking vanuit het Decreet Gemeentewegen (2)
Toets aan artikel 4
…
Wordt een reflectie gemaakt:
Addendum: voorstel naar naamgeving
Ter volledigheid en ter informatieve titel (daar dit via een andere, geëigende procedure zal doorlopen worden).
Er werd reeds een vraag naar naamgeving overgemaakt aan het stadsarchief welke bij mail dd 21 12 2022 volgend meedeelde :
Er is een bijeenkomst van de Straatnamencommissie geweest in september waarbij een verkaveling met twee straatnamen tussen de Boudewijnsluis en de Pathoekeweg aan bod is gekomen (zie plan bijlage). De rode ‘straat’ wordt Pannewegel (naar een oude buurtweg die daar begon) en het paarse deel wordt Boudewijnkaai.
De fietsbrug is daar niet aan bod gekomen omdat namen van bruggen niet tot de bevoegdheid van de Straatnamencommissie behoren. Maar naar analogie van de brug voor de auto’s en de Boudewijnkaai, zou ik hier voorstellen om de ‘Boudewijnfietsbrug’ te gaan.
We citeren tevens het bijgevoegde kaartje :
Conclusie: gunstig advies
Opname in het openbaar domein
De gronden aangeduid op het plan binnen de rooilijn zullen worden overgedragen in het openbaar domein.
Aan de omgevingsvergunning wordt een overeenkomst voor overdracht gekoppeld.
Voorwaarden
De voorwaarden van de cluster Openbaar Domein m.b.t. de inrichting worden bijgetreden:
De gemeenteraad neemt kennis van de resultaten van het openbaar onderzoek.
De gemeenteraad:
Gezien de stad actief wil inzetten op het optimaal gebruik van de reeds aanwezige sportinfrastructuur is het naschools openstellen aan billijke stedelijke tarieven een manier om efficiënt om te gaan met de beschikbare middelen. De toevoeging van de sporthal VTI Vaartdijkstraat aan het aanbod van sportinfrastructuur is een enorme meerwaarde. Blue Stars maakt de hele week gebruik van deze sporthal en zo zijn er in de andere stedelijke sporthallen mooie uren vrijgekomen voor andere verenigingen.
De aanpassingen in de naschoolse overeenkomst van de sporthal VTI Vaartdijkstraat worden goedgekeurd.
De koetsiers motiveren hun vraag tot tariefverhoging met volgende argumenten:
"Na vergelijk met de indexaanpassingen, de huidige inflatie en kostenstructuren (incl. loonaanpassingen van personeel) werd het tarief voor 2024 bepaald op 70 € per koets per half uur."
Zie bijlage 2
In bijlage 3 vindt u de evolutie van de tarieven van huurkoetsen, huurrijwielen, huurauto's en stadsrondvaartbootjes vanaf 2002 (indien van toepassing) tot nu.
De reders motiveren hun vraag tot aanpassing van de tarieven met volgende argumenten:
"Helaas hebben de toenemende energieprijzen, de kostprijs per elektrische boot nu (stijging van 50.000€ in vergelijking met de eerste) en de toenemende personeelskosten een groot effect gehad op onze inkomsten. Wij zien geen andere mogelijkheid dan mee te gaan met deze prijzen om dergelijke kosten te kunnen blijven dragen."
Zie bijlage 4
De tarieven voor de huurkoetsen worden vastgesteld op 70 euro per koets voor een rondrit van 30 minuten.
Dit nieuwe tarief gaat in op 01.01.2024 en geldt voor onbepaalde duur.
De tarieven voor de stadsrondvaartbootjes worden als volgt vastgesteld:
De aangepaste tarieven voor de stadsrondvaartbootjes gaan pas in na goedkeuring van bijgaande overeenkomst door de gemeenteraad. In deze overeenkomst worden de modaliteiten geregeld wat betreft de exploitatie op de stedelijke waterlopen.
Zie bijlage 6
Het stadsbestuur bevestigt de intentie om vanaf 1 januari 2028 enkel nog elektrisch varen op de Brugse reien toe te laten.
Een CRM-systeem(Customer Relations Management systeem) is een onmisbare tool om de B2B-contacten (internationale pers en reisprofessionelen) te beheren en proactief te benaderen. De CRM is noodzakelijk om de werking van het sales-, pers- en marketingteam van Toerisme Brugge te faciliteren.
Om de continuïteit van onze werking niet in gevaar te brengen, zou een nieuw systeem up and running moeten zijn in oktober 2023.
De gemeenteraad keurt het voorstel van Cronos Public Services goed voor de realisatie van een CRM systeem van Visit Bruges voor een bedrag van 160.309,03 incl btw.
De voorgestelde pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van de Stedelijke Academie (DKO), het Stedelijk Conservatorium Brugge en de Stedelijke Nijverheids- en Taalleergangen werden overlegd met de vakorganisaties met een protocol van akkoord d.d. 22 mei 2023 als gevolg. De voorgestelde pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten (KSO) werden eerder goedgekeurd op de gemeenteraad van 27 februari 2023.
De voorgestelde pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van het Stedelijk Basisonderwijs Brugge werden eveneens overlegd op 22 mei 2023 met een protocol van niet akkoord als gevolg. De volgende reden wordt vermeld: “Een deel van het personeel zou de voorkeur geven aan 2 halve facultatieve vrije dagen in de maand mei dan de voorgestelde data door de directies”.
De gemeenteraad keurt het voorstel m.b.t. de pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van het Stedelijk Basisonderwijs Brugge goed:
Pedagogische studiedagen
Facultatieve vrije dagen
De gemeenteraad keurt het voorstel m.b.t. de pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van de Stedelijke Academie (DKO) goed:
Pedagogische studiedagen
Facultatieve vrije dagen
De gemeenteraad keurt het voorstel m.b.t. de pedagogische studiedagen en facultatieve vrije dagen van het Stedelijk Conservatorium Brugge goed:
Pedagogische studiedagen
Facultatieve vrije dagen
De gemeenteraad keurt het voorstel m.b.t. de pedagogische studiedagen van de Stedelijke Nijverheids- en Taalleergangen goed:
Pedagogische studiedagen
Binnen het stadsbestuur werd afgesproken om de loonkosten te indexeren. Een 50% toelage vanuit het cultuurcentrum voor de loonkost dient bijgevolg ook te worden geïndexeerd.
Het verhogen van de toelage vanuit het cultuurcentrum naar het Concertgebouw voor de danscoördinator de komende jaren tot volgende bedragen:
Deze samenwerkingsovereenkomst legt de onderlinge afspraken tussen het stadsbestuur en Brugge Plus vzw vast.
De samenwerkingsovereenkomst met Brugge Plus vzw voor de periode 2023-2025 wordt goedgekeurd.
Wereldwijd wordt De Belgische kunstenares Berlinde De Bruyckere (*1964) als een van de belangrijkste beeldhouwsters van de laatste decennia beschouwd. Zij startte haar loopbaan aan het eind van de jaren’80 en veroverde midden jaren ’90 de internationale kunstwereld. Ondertussen groeide De Bruyckere uit tot één van de meest toonaangevende kunstenaars van het land en wordt uitgenodigd op de belangrijkste internationale individuele en groepstentoonstellingen. Verder werden haar sculpturen aangekocht door de belangrijkste musea en privécollecties ter wereld. In 2013, werd De Bruyckere geselecteerd voor het Belgische paviljoen op de Biënnale van Venetië waar zij haar monumentale sculptuur ‘Kreupelhout’ toonde. De opname van de nieuwe sculptuur ‘Liggende Arcangelo’ (2023) betekent een verrijking voor het Sint-Janshospitaal Museum en verstevigt tegelijk de uitstraling en reputatie van de collectie van Musea Brugge.
Recente tentoonstellingen
‘Berlinde De Bruyckere. PEL / Becoming the figure’, Arp Museum Bahnhof Rolandseck, Remagen, Germany (2022); ‘Berlinde De Bruyckere. Plunder / Ekphrasis’, MO.CO. Montpellier Contemporain, Montpellier, France (2022); ‘Berlinde De Bruyckere. Engelenkeel’, Bonnefanten Museum, Maastricht, The Netherlands (2021); ‘Berlinde De Bruyckere’, Middelheimmuseum, Antwerp, Belgium (2020); ‘Berlinde De Bruyckere. ALETHEIA’, Fondazione Sandretto Re Rebaudengo, Turin, Italy (2019); ‘Berlinde De Bruyckere. It almost seemed a lily’, Museum Hof van Busleyden, Mechelen, Belgium (2018); ‘Embalmed’, Kunsthal Aarhus, Aarhus, Denmark (2017); ‘Berlinde De Bruyckere. Suture’, Leopold Museum, Vienna, Austria (2016); ‘Berlinde De Bruyckere. The Embalmer’, Kunstraum Dornbirn, Dornbirn, Austria (2015)’; and ‘Berlinde De Bruyckere. The Embalmer’ Kunsthaus Bregenz, Bregenz, Austria (2015).
De gemeenteraad aanvaardt het aanbod van BVBA Buggenhout De Bruyckere, Sint-Theresiastraat 3, 9000 Gent, BE 0476259112, om de sculptuur ‘Liggende Arcangelo’ (2023) aan Musea Brugge te verkopen voor een totale prijs van € 254.400 (incl. 6% btw).
Het bedrag van € 254.400 (incl. 6% btw) voor de verkoper - vertegenwoordigd door BVBA Buggenhout De Bruyckere, Sint-Theresiastraat 3, 9000 Gent, BE 0476259112, kan benomen worden van het museaal investeringsfonds BI070000 - SRB070000 - UD114 - KPL 112 - 27500001.
Het addendum bouwt voort op de beheersovereenkomst uit 2019, waardoor alle clausules die hierin zijn vastgelegd ook gelden voor het erfgoed dat Musea Brugge nu in beheer neemt.
Het addendum betreft het beheer en behoud van alle kunst- en erfgoedvoorwerpen in OCMW-bezit - oftewel al het “roerende OCMW-patrimonium” – dat bewaard wordt op de zolders van WZC Minnewater, en het erfgoed van het OLV ter Potterieklooster en de O.L.V. ter Potteriekerk, met inbegrip van de objecten op deze laatste locatie die onroerend door bestemming zijn.
Aanvullend legt het de volgende voorwaarden vast:
- Inventaris van het erfgoed op de zolder van het WZC Minnewater dat overgebracht wordt naar de Erfgoedfabriek wordt in 2026 overgemaakt aan het OCMW;
- Beheer, behoud en ontsluiting van het erfgoed wordt door MB overgenomen volgens geldende museale normen (ook normen die in de toekomst ontwikkeld worden of de standaard worden);
- Het OCMW stelt eenmalig in het boekjaar 2024 €25.000 ter beschikking voor de verhuis vanuit Minnewater;
- Raad van Bestuur van het OCMW wordt in kennis gesteld van toegekende bruiklenen.
Parallel aan dit addendum wordt de overdracht van het klooster en kerk van O-L-V-ter Potterie geregeld door FaB en dienst eigendommen.
Het addendum blijft geldig zolang de beheersovereenkomst uit 2019 in voege blijft.
Het addendum heeft betrekking op de collecties aanwezig op de zolders van het WZC Minnewater en in het kerk en klooster van de O-L-V- ter Potterie. Indien er nog collecties overgedragen zullen worden, zal dit met aanvullende addenda gebeuren.
Het addendum dat het beheer van de collecties van de zolders van het Minnewater en in de kerk en het klooster van de O-L-V-ter-Potterie overdraagt aan Musea Brugge, wordt goedgekeurd.
De ontvangst van een eenmalige bijdrage van € 25.000 aan de verhuiskosten van het OCMW wordt ingeboekt als een vermindering van de werkingstoelage aan het OCMW Brugge op rekening 69410000, bi001000, SRB001000, UD007, DJ2024.
De uitgave voor de verhuis van de collectie zolder Minnewater wordt ingeboekt op rekening BI070000, SANP00739: Collectieverhuis OCMW-Minnewater, 614110100 technisch materiaal, DJ2024, UD114.
De Commissie voor Toponymie en Straatnamen adviseert volgende nieuwe straatnaam voor dit gedeelte van de Abdijbekestraat (deel met huisnummers 2,4, 4A en 4B): het Sint-Lodewijkspad met als bijschrift op het straatnaambordje: 'Oudste college van Brugge'. Deze nieuwe straatnaam verwijst dus naar het aanpalende Sint-Lodewijkscollege dat in 1834 in Brugge werd gesticht en in 1972 verhuisde naar de huidige locatie op Sint-Andries. Er is gekozen voor het achtervoegsel 'pad' omdat het een stuk aangelegde weg is vooral voor voetgangers en fietsers.
Wegens verwarring met onder meer de postbedeling krijgt het gedeelte van de Abdijbekestraat met huisnummers 2, 4, 4A en 4B, op advies van de Commissie van Toponymie en Straatnamen, als nieuwe straatnaam het Sint-Lodewijkspad met als bijschrift op het straatnaambordje: 'Oudste college van Brugge'.
Het reglement voor ondersteuning voor deelnemende kroegen aan Klinkende Kroegen en WIJklanken ter goedkeuring voorleggen aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurt het reglement voor ondersteuning voor deelnemende kroegen aan Klinkende Kroegen en WIJklanken goed.
Een nieuw raamcontract tot het periodiek onderhoud en herstel van stookinstallaties van de stad Brugge wordt in de markt geplaatst.
De gemeenteraad keurt het ontwerp en de wijze van gunnen, zijnde de openbare procedure, voor de raamovereenkomst tot het periodiek en onderhoud en herstel van stookinstallaties, diverse stadsgebouwen, goed.
Deze opdracht wordt geraamd op 300.273,60 euro incl. btw en excl. prijsherziening, en wordt als volgt benomen: Dienstjaar 2024-2027, rekening 61030100, BI11908, SRB11908.
Doelstelling van het project
Het doel van dit project is om via grondig onderzoek van de site en haar gebouwen te komen tot een masterplan/globale aanpak van de volledige site van het Begijnhof, die de basis zal vormen voor de restauratie van de verschillende huizen op de site.
Grote restauratiewerken van sommige panden dringen zich op. De vele klachten en gebreken resulteren in een onaangenaam wooncomfort in verschillende woningen. Niet enkel bouwkundig maar ook fysisch zijn er grote tekorten. Gezien deze laatste een grote impact hebben op het bouwkundige aspect, maar ook een groot aandeel zullen hebben in het algemeen comfort van de woningen, is het van belang alles goed te onderzoeken en in kaart te brengen. Het stadsbestuur streeft naar een kwalitatieve en duurzame aanpak van de woningen waardoor het wooncomfort sterk zal verbeteren en beantwoorden aan de hedendaagse normen van bewoning (cfr. klimaatdoel voor 2050 van de stad), die tegelijk ook moet zorgen voor een bouwhistorische opwaardering.
Belangrijk is te vermelden dat alle woningen verschillend zijn, dat sommige horizontaal zijn ingedeeld, andere verticaal, dat sommige woningen door elkaar lopen, waardoor het momenteel vaak onmogelijk is bij opzeg van een huurcontract de individuele woning al helemaal aan te pakken zoals het zou moeten. Daarom is er nood aan een grondige voorstudie/analyse, met plan van aanpak voor een gedetailleerd masterplan. Voor deze taak wordt er een ontwerpteam aangesteld.
Vandaag krijgt de stad regelmatig vraag naar andere invullingen (onderwijs, stichting erfgoedkunde, etc..) Om daar een gefundeerd antwoord te kunnen op bieden, dient de ganse site te worden onderworpen aan een herbestemmingsonderzoek. Zo kan worden nagegaan welke bestemmingen naast het wonen integreerbaar zijn op de site, zonder de sfeer te verstoren maar eerder om deze te versterken.
Omschrijving van de opdracht
De opdracht omvat:
Wijzigingen ten opzichte van het vorige bestek aanstelling ontwerper
Het programma en de doelstelling van het project zijn behouden gebleven in het bestek. De opmeting werd uit het bestek getrokken en zal via een andere aanbesteding lopen die nog zal worden voorgelegd in het College. Voordeel hiervan is dat we scherpere prijzen zullen krijgen en dat de procedure reeds kan starten tijdens de nieuwe selectieprocedure voor de aanstelling van een ontwerper. Het is de bedoeling dat de plannen ter beschikking zijn als het ontwerpteam wordt aangesteld en van start gaat met de opdracht van het masterplan.
De raming voor de opmaak van het masterplan werd verhoogd n.a.v. info die we van de kandidaten meekregen bij de vorige aanbestedingsprocedure.
Fasering:
De opdracht wordt in verschillende fases gezien. De fases van deze procedure omvatten:
1. Fase voorstudie en analyses
De uitvoering van studies, vooronderzoeken en analyses ter plaatse van de verschillende entiteiten en de site van het Begijnhof om de problematieken op te lijsten en een duurzame aanpak te kunnen formuleren (80 werkdagen).
2. Fase opmaak masterplan / bestemmingsonderzoek en restauratieve aanpak
De opmaak van een masterplan met de aanduiding van de diverse bestemmingen, gekoppeld aan een fasering en een raming zowel per entiteit alsook per fase (100 werkdagen).
Indicatieve/ gewenste timing:
De gemeenteraad keurt het ontwerp van het dossier "aanstellen van ontwerpteam voor opmaak masterplan en voorgaande studies en inventarisatie van de problematieken van de Begijnhofsite" goed.
De wijze van gunnen, met name de mededingingsprocedure met onderhandeling, wordt goedgekeurd.
De selectieleidraad wordt goedgekeurd ter aanvang van selectiefases van deze procedure.
Er wordt kennis genomen van de vooropgestelde fasering van de opdracht en de indicatieve timing van de procedure.
Klant | |||||
Functies | Aantal huidig kader | Aantal nieuwe formatie | niveau | motivatie | beslissing |
Hoofd cluster klant | 1 | 1 | A5a-A5b | Situatie blijft ongewijzigd |
|
Stafcoördinator | 2 | 2 | A1a-A2a | Situatie blijft ongewijzigd |
|
Diensthoofd Burgerzaken | 0 | 1 | A1a-A2a | Nieuwe functie | Vraag tot formatiewijziging |
Dienstverleningscoördinator | 3 | 3 | B4-B5 | Situatie blijft ongewijzigd |
|
Expert Burgerzaken | 0 | 1 | B4-B5 | Nieuwe functie | Vraag tot formatiewijziging |
Administratief hoofdmedewerker
| 1 | 1 | C4-C5 | Naamswijziging: Hoofdmedewerker Burgerzaken/Vreemdelingenzaken | Vraag tot formatiewijziging – technische aanpassing |
Secretariaatscoördinator | 0 | 1 | C4-C5 | Nieuwe functie | Vraag tot formatiewijziging |
Baliemedewerkers | 37 | 40 | C1-C3 | Integratie baliemedewerkers Parkeerwinkel (budgettair reeds voorzien, maar formatiegewijs nog niet) 2020_CBS_04140 | Vraag tot formatiewijziging – technische aanpassing
|
Administratief medewerker | 25.15 | 20,95
| C1-C3 | Schrappen 4,2 VTE op C1-C3-niveau en vervangen door: -1 secretariaatscoördinator -1 Diensthoofd Burgerzaken -1 Expert Burgerzaken | Vraag tot formatiewijziging |
Huisbewaarder | 2 | 1 | E1-E3 | Technische aanpassing: Er is maar één huisbewaarder gelinkt aan cluster Klant i.p.v. 2 (adres: Centrale begraafplaats) | Vraag tot formatiewijziging – technische aanpassing |
Redacteur Funerair Erfgoed | 0 | 0,4 | B1-B3 | Technische correctie: Budgettair reeds voorzien, maar formatiegewijs nog niet) | Vraag tot formatiewijziging – technische aanpassing
|
Dienstleider Crematorium | 1 | 1 | B1-B3 | Situatie blijft ongewijzigd |
|
Technisch medewerker | 5 | 5 | C1-C3 | Situatie blijft ongewijzigd |
|
Budgettaire impact:
Beschikbaar budget:
-4,2 VTE administratief medewerker (C1-C3) =210 039,53 euro.
Aan te wenden budget:
1 VTE diensthoofd Burgerzaken A1a-A2a= 74 845,01 euro;
1 VTE Expert Burgerzaken B4-B5 = 69 960,80 euro;
1 VTE Secretariaatscoördinator C4-C5 = 63 596,53 euro;
= 208 402,34 euro.
Deze formatiewijziging kan budgetneutraal uitgevoerd worden.
De daling van 4.2 VTE op C-niveau zal gefaseerd gebeuren onder de vorm van vrijwillige uitdiensttredingen (medewerker die zelf ontslag neemt of pensionering, dewelke zich eerst voordoet).
De aanstellingen van de (nieuwe) medewerkers in de nieuwe functies kunnen pas gebeuren als er voldoende budget beschikbaar is (m.a.w. als er voldoende vrije plaatsen op C1-C3-niveau zijn binnen de cluster).
Het organogram van cluster Klant ziet er op vandaag als volgt uit:
2. Waar wilt Cluster Klant naartoe?
Om de cluster Klant anno 2023 naar een nog hoger niveau te tillen en de dienstverlening verder te optimaliseren (cfr beleidsprogramma: “De stad wil een excellente dienstverlening aanbieden”) dienen er een aantal wijzigingen te worden aangebracht in de formatie.
Het is de ambitie van de cluster Klant om de dienstverlening de komende jaren nog meer vraaggericht, deskundig, vriendelijk, proactief, efficiënt, toekomst en mensgericht uit te bouwen.
Het uitgangspunt van dit nieuwe dienstverleningsconcept is dat we de burger één centrale poort aanbieden tot de dienstverlening.
Cluster Klant wil eveneens inzetten op het vergroten van de kennis en deskundigheid van haar medewerkers, zodat die nog beter de burger kunnen bijstaan bij complexe en minder complexe vragen.
Vraaggerichte dienstverlening
De dienstverlening binnen de cluster Klant is vraaggericht en vaak ook dienstoverschrijdend:
Voor bepaalde vragen van burgers is er een grote expertise vereist. Voor dergelijke materie zou het principe van klantbegeleider ingevoerd worden.
De klantbegeleider is een centraal aanspreekpunt voor de burger rond bepaalde thema’s en vraagstellingen die waar nodig de antwoorden bij de diensten verzamelt en terugkoppelt. Het gaat om een rol die medewerker opneemt.
Burgers verwachten steeds meer dat ze hun dienstverlening tijdsonafhankelijk kunnen afnemen. Hieraan komt de Stad reeds tegemoet door het wijzigen van de openingsuren. Daarnaast schakelt de huidige maatschappij een versnelling hoger op vlak van digitalisering. Als organisatie dienen we hierop in te pikken.
Er dient uiteraard ook nog rekening te worden gehouden met bevolkingsgroepen die digitaal niet onderlegd zijn én de grootte van het grondgebied. Hieraan kunnen we tegemoetkomen via o.a. de mobiele dienstverlening (Bus van de Bruggeling).
Cluster klant is hét uithangbord van de Stad wat betreft de dienstverlening aan de burger. Klantgerichtheid zit dan ook verweven in het DNA van deze medewerkers. Zij zijn dus bij uitstek de dienst om een coachende en regisserende rol op te nemen richting de andere stadsdiensten.
Deskundigheid
Het vergroten van deskundigheid betekent het verruimen van expertise binnen de materie burgerzaken: Er is een nood aan deskundigheid en expertise als gevolg van verschillende grote wetswijzigingen.
Daarboven zijn er diverse belangrijke projecten binnen het vakgebied Burgerzaken (twee verkiezingen in 2024, Bus van de Bruggeling,…) die enige expertise vereisen.
3. Nieuwe structuur cluster Klant
Om aan bovenstaande zaken tegemoet te komen, wordt volgend nieuw organogram voorgesteld:
-Directie & Stafteam:
*1 Clusterhoofd;
*2 Stafcoördinatoren.
-Algemeen secretariaat:
*1 Secretariaatscoördinator;
*1 Administratief medewerker.
-Dienst Burgerzaken:
*1 Diensthoofd Burgerzaken;
*1 Expert Burgerzaken;
*1 Hoofdmedeweker Burgerzaken/Vreemdelingenzaken;
*Baliemedewerkers Themabalies Burgerzaken;
*Administratief medewerkers Burgerzaken.
-Dienst Publiekszaken en Kwaliteit:
*3 Dienstverleningscoördinatoren;
*Team Midoffice en Kwaliteit;
*Contactcenter;
*Projectmedewerkers;
*Medewerkers Onthaalbalie;
*Expertenteams, trajectbegeleiding.
-Crematorium:
*1 Dienstleider;
*5 Technisch medewerkers;
*1 Administratief medewerker.
Er wordt dus gekozen voor twee nieuwe grote diensten binnen de cluster Klant:
Toelichting nieuwe functies
-Diensthoofd Burgerzaken
Het diensthoofd Burgerzaken zorgt ervoor dat er binnen de cluster Klant een eenduidig aanspreekpunt is met de nodige expertise in de materie burgerzaken. Dit diensthoofd kan optreden als een inhoudelijk verantwoordelijke voor de dienstverlening Burgerzaken, het verbeteren van de processen, administratieve vereenvoudiging enz.
Het diensthoofd is de eindverantwoordelijke in de materie Burgerzaken en voor het personeel van Burgerzaken, onder aansturing van het hoofd van het cluster Klant.
-Expert Burgerzaken
De Expert Burgerzaken heeft een vergaande kennis van de wetgeving, volgt steeds alle actuele wetswijzigingen op en kan onder meer juridisch advies geven bij de vaak complexe dossiers rond nationaliteitsaanvragen, vreemdelingenkwesties enz.
De expert Burgerzaken staat in voor de inhoudelijke opleiding van de medewerkers Burgerzaken. Dezer medewerker ondersteunt het Diensthoofd bij specifieke dossiers.
-Secretariaatscoördinator
De secretariaatscoördinator staat in voor het budgetbeheer, personeelsadministratie en andere ondersteunde taken (beheer economaat, opvolging clusterbrede administratie, ondersteunen Stafteam) binnen de cluster. Deze medewerker stuurt eveneens de administratief medewerker binnen dit team aan.
4. Conclusie
Deze formatiewijziging kan volledig budgetneutraal gebeuren en levert efficiëntiewinsten op en past binnen de doelstellingen van het bestuursakkoord.
De gemeenteraad keurt bovenstaande formatiewijziging van cluster Klant goed.
Dienstleiding | |||||
Functie | Aantal huidige formatie | Aantal nieuwe formatie | Schaal | Omschrijving | Beslissing |
Cultuurfunctionaris-coördinator | 0 | 1 | A4a-A4b | Toevoeging functie in het licht van de leiding van de dienst.
| Vraag tot formatiewijziging. |
Cultuurfunctionaris | 4 | 3 | A1a-A2a | Schrappen functie t.v.v. cultuurfunctionaris-coördinator | Vraag tot formatiewijziging. |
Team programmatie/subteam productie | |||||
Functie | Aantal huidige formatie | Aantal nieuwe formatie | Schaal | Omschrijving | Beslissing |
Projectcoördinator innovatie en participatie | 1 | 0 | C1-C3 | Schrappen functie t.v.v. coördinator productie.
| Vraag tot formatiewijziging.
|
Coördinator productie | 0 | 1 | B1-B3 | Toevoegen coördinator voor de subafdeling productie
| Vraag tot formatiewijziging. |
7,5 administratief medewerkers | 7,5 | 3,5 | C1-C3 | Wijzigen functietitel van 4 administratief medewerkers | Vraag tot formatiewijziging. |
4 productiemedewerkers | 0 | 4 | C1-C3 | Wijziging functietitel van administratief medewerker naar productiemedewerker | Vraag tot formatiewijziging |
Team administratie | |||||
Functie | Aantal huidige formatie | Aantal nieuwe formatie | Schaal | Omschrijving | Beslissing |
Bode | 1 | 0 | D1-D3 | Schrappen functie t.v.v. functie bij team communicatie.
| Vraag tot formatiewijziging.
|
Team communicatie | |||||
Functie | Aantal huidige formatie | Aantal nieuwe formatie | Schaal | Omschrijving | Beslissing |
Deskundigen communicatie | 0 | 2 | B1-B3 | Uitbreiden van het team met 2 deskundigen communicatie
| Vraag tot formatiewijziging. |
Communicatiemedewerker | 2 | 1 | C1-C3 | Schrappen 1 functie t.v.v. functie bij team communicatie | Vraag tot formatiewijziging. |
Team techniek en uitbating | |||||
Functie | Aantal huidige formatie | Aantal nieuwe formatie | Schaal | Omschrijving | Beslissing |
Expert theatertechniek | 1 | 2 | B1-B3 | Vervangen van een functie theatertechniek door expert theatertechniek | Vraag tot formatiewijziging. |
Administratief medewerker techniek | 0 | 1 | C1-C3 | Voorzien van deze functie in dit team | Vraat tot formatiewijziging. |
Theatertechnicus | 14,5 | 12,5 | C1-C3 | Schrappen 1 functie t.v.v. functie expert theatertechniek | Vraag tot formatiewijziging. |
Seizoens-onthaalmedewerkers | 5,44 | 5,05 | E1-E3 | verminderen met 0,34 VTE | Vraag tot formatiewijziging. |
Budgettaire impact: budgetneutraal
Beschikbaar budget:
101.695 euro (ruimte voor 0,5 VTE op B-niveau, wegvallen opdrachten, schrappen van functie van bode en van 0,34 VTE onthaalbeambte).
Voorziene bewegingen en kostprijs:
1 VTE A1a-A2a opheffen en vervangen door 1 VTE A4a-A4b cultuurfunctionaris-directeur = 13.500 euro;
2 VTE C1-C3 opheffen en vervangen door 2 VTE B1-B3 (productie/theatertechniek) = 18.620 euro;
2 VTE B1-B3 waarbij 1 C1-C3 opheffen en vervangen en 1 nieuwe functie = 68.710 euro;
100.830 euro.
Deze formatiewijziging kan budgetneutraal uitgevoerd worden.
Door te verzien in functies op een hoger niveau door het vervangen van een functie op een lager niveau, dient er zorgvuldig gepland te worden.
De aanstellingen van de (nieuwe) medewerkers in de nieuwe functies kunnen pas gebeuren als er voldoende budget beschikbaar is.
Met het oog op nieuwe competenties, zal dit zorgvuldig aangepakt worden.
Dienstleiding: de functie op A4-niveau moet samen met de A4-functie infrastructuur en uitbating de kern van de leiding van het cultuurcentrum uitmaken. Ze is qua verantwoordelijkheid te vergelijken met de functie van bibliothecaris-coördinator.
Programmatie en productie: De medewerkers die op vandaag al bezig zijn met producties, worden met deze wijziging ook duidelijk in het organogram en in de dienststructuur. Er wordt voorzien in 1 coördinator en 4 productiemedewerkers. Deze medewerkers samenbrengen in één team is efficiënter omdat ze elkaar bij afwezigheid kunnen vervangen en maakt de projecten waaraan ze werken ook meer divers. Het zal ook de integratie van de ploeg en de eenvormigheid van de procedures ten goede komen.
Communicatie: Bij communicatie wordt voorzien in opwaardering van een functie naar B-niveau én komt er een functie bij op B-niveau. De communicatie binnen de cultuursector is het laatste decennium fundamenteel veranderd. Terwijl vroeger de nadruk lag op traditionele dragers zoals flyers, brochures en affiches wordt de communicatie nu vooral gevoerd op de sociale media. Een simpele aankondiging volstaat niet meer. We hebben nood aan iemand die aan ‘storytelling’ doet, die filmpjes maakt over de voorstellingen, over wat er achter de schermen gebeurt, over de reacties van het publiek. Dit is een specifiek profiel dat in ons kader momenteel niet aanwezig is.
Theatertechniek:
De huidige personeelsformatie bij de technische ploeg heeft een zeer vlakke hiërarchische structuur: een theatertechnisch coördinator, een expert theatertechniek en 14,5 theatertechnici. Deze vlakke structuur zorgt er voor dat er heel wat taken die eigenlijk bij een leidinggevende thuishoren naar de technici worden doorgeschoven. Het gaat om taken als aankoop van materiaal, plannen van de technische werkzaamheden en onderhoud. Het voorstel is om het met een technicus minder te doen maar om één technicus op te waarderen tot de tweede expert theatertechniek.
Uitbating:
Door de inzet van jobstudenten is het haalbaar om met 0,34 VTE onthaalmedewerkers te verminderen, ook met het oog op de budgetneutraliteit.
De gemeenteraad keurt bovenstaande formatiewijziging van cluster Cultuur/Cultuurcentrum goed.
Het beheer van Modulair gebeurt door de Republiek, in nauw overleg met de centrummanager (Strategische Cel) en de business consultant (Werk & Ondernemen) van Stad Brugge. Binnen het subsidiedossier willen we de resterende middelen voor de marketing en promotie van de tool als bijkomende subsidie toevoegen aan de middelen van de Republiek die hiertoe reeds werden voorzien, teneinde een geïntegreerde en efficiënte campagne te kunnen voeren die een doorslaggevende impact kan hebben op het welslagen van Modulair.
De gemeenteraad kent een bijkomende nominatieve toelage van 30.000 euro toe aan Stadsmakers VZW.
Goedkeuring voor de interne kredietaanpassing van 61460100, BI011918, SA00565, VLSPACETINDE 15.000 euro en 61465000, BI011918, SA00565, VLSPACETINDE 15.000 euro naar rekening 64960100, BI011918, SA00565, VLSPACETINDE, NOM0364 30.000 euro.
Raadslid Nele Caus komt tussen.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Vanuit de visie Brugge Circulaire Stad willen we ook huren en delen in Brugge verder uitbouwen en dus ook deze Green Deal Huren en Delen mee ondertekenen. Hiermee engageren we ons om verder in te zetten op de circulaire economie, en meer specifiek op het vergroten, verduurzamen en verenigen van de huur- en deelmarkt.
In de circulaire economie is er een bijzondere plaats voor de deeleconomie, of meer algemeen 'gebruik boven eigendom'. Het idee dat we niet alle spullen die we gebruiken ook altijd zelf moeten aanschaffen, kan immers bijdragen tot een meer circulaire economie.
Volgende ambities willen we verder waarmaken in onze stad:
Deelname aan deze Green Deal kan strategisch zeer interessant zijn voor het uitbreiden van ons netwerk en het detecteren van de nodige opportuniteiten.
Wat levert het op voor Brugge?
Deelnemers aan de Green Deal worden meegenomen in een co-creatie traject onder professionele begeleiding. Door middel van een design- en innovatietraject worden uitdagingen ontdekt, oplossingen bedacht, scenario’s gevalideerd via experimenten en gevalideerde kennis gedeeld. Dit traject zal ervoor zorgen dat we het economisch en circulair potentieel van huur-en deelinitiatieven helder krijgen, incl. de voorwaarden waaronder deze systemen kunnen opschalen.
Investering
De Green Deal is een inspanningsverbintenis en geen resultaatsverbintenis tussen de partijen die het document ondertekenen. De partijen engageren zich ertoe om, gedurende de termijn van de Green Deal, samen te werken aan de succesvolle uitvoering van de Green Deal. Deelname is gratis.
Stad Brugge engageert zich om:
Er wordt verwacht dat deze Green Deal 3 jaar in beslag neemt en afloopt op 31 december 2025. Jaarlijks wordt een evaluatie voorzien.
De gemeenteraad gaat akkoord met de ondertekening van de Green Deal Huren en Delen.
Wat houdt een digiscan in:
Een digiscan is een gratis doorlichting van de digitale vaardigheden en de toegang tot digitale technologieën die een kwetsbare persoon/gezin heeft om daarna de nodige ondersteuning te kunnen voorzien, zoals doorverwijzing naar een Digibank voor een opleiding of het ter beschikking stellen van hardware. Vanuit de resultaten van de bevraging bij de digiscan wordt tevens een verbeterde vorm van OCMW-hulpverlening ontwikkeld.
De digiscan wordt gratis ingezet bij:
Erkenning 'uitvoeren digiscan' als DAEB
Wij zijn van mening dat deze activiteit van algemeen belang is, en zonder overheidstussenkomst niet onder dezelfde voorwaarden inzake objectieve kwaliteit, veiligheid, betaalbaarheid, gelijke behandeling of algemene toegang, vervuld zou worden.
Toekenning DAEB 'uitvoeren digiscans' aan Vereniging WOK
Bijgevolg stellen we voor om de uitvoering van de opdracht 'uitvoeren digiscans' toe te kennen aan Vereniging WOK. In het kader van de lokale diensteneconomie loopt er reeds een samenwerkingsovereenkomst met Vereniging WOK voor de energiesnoeiers. Daarom wordt een addendum aan deze samenwerkingsovereenkomst ter goedkeuring voorgelegd en dit voor de periode 1 juni 2023 tot en met 31 december 2025.
Er zijn geen bijkomende financiële implicaties, omdat de uitvoering van de digiscans valt binnen de voorziene compensatie voor de energiesnoeiers, zijnde € 22.095,05 per jaar.
De samenwerkingsovereenkomst vindt u in bijlage 2 terug en het addendum in bijlage 3.
Opmerking:
Vanaf 1 juli 2023 wordt de maatregel 'Lokale Diensteneconomie' ingekanteld in de nieuwe maatregel 'Individueel Maatwerk'. LDE-initiatieven hebben de keuze om:
Wat een LDE-initiatief ook beslist, de wijzigende maatregelen mogen geen impact hebben op de bestaande samenwerkingsverbanden die de lokale besturen met de LDE-promotoren zijn aangegaan.
Vereniging WOK kiest voor de overgangsmaatregel (optie 2). Daarom wensen we de samenwerking met Vereniging WOK in het kader van de uitvoering van de digiscans nog te bekrachtigen vooraleer de nieuwe maatregel op 1 juli van start gaat. Zodoende garanderen we voor WOK de mogelijkheid om hun engagement binnen het OCMW-project 'digiscans' (subsidies van POD MI) te kunnen opnemen binnen de bestaande samenwerkingsovereenkomst met WOK.
De gemeenteraad gaat akkoord met de erkenning van het uitvoeren van digiscans als een Dienst van Algemeen Economisch Belang.
Er wordt akkoord gegaan met de toewijzing van het uitvoeren van digiscans aan Vereniging WOK via een addendum aan de lopende samenwerkingsovereenkomst.
Het betreft hier actie SA01503 met volgende omschrijving:
"De regisseur organiseert jaarlijks minstens één overleg tussen de regisseur, VDAB, de maatwerkbedrijven en de werkvloeren AMA WSE. Tijdens dit overleg worden concrete acties geformuleerd om de samenwerking over de treden van de participatieladder heen te optimaliseren en een betere instroom en doorstroom van doelgroepmedewerkers te realiseren. De regisseur organiseert jaarlijks minstens één overleg tussen de promotoren van de Aanvullende Lokale Diensten om kennis en ervaringen te delen en ondersteuningsacties op te zetten. De regisseur bekijkt de mogelijkheden van een regionale projectoproep of subsidiereglement om bestaande diensten en activiteiten binnen de sociale economie te optimaliseren, nieuwe diensten te helpen ontwikkelen en de tewerkstelling en/of doorstroom van doelgroepmedewerkers te bevorderen door het wegnemen van drempels."
In het verleden werden er al ad hoc interne projecten van sociale-economieondernemingen ondersteund met middelen van de regierol. De organisaties gaven aan dat een beperkte financiële incentive een stimulans is om specifieke interne projecten op te starten. Bijgevolg werd een nieuw subsidiereglement uitgewerkt. Op het beheerscomité van Werkkracht10 van 17/05/2023 werd een eerste draft voorgelegd en bijgewerkt. Er werd tevens beslist dat er jaarlijks € 27.000 wordt vastgelegd voor dit subsidiereglement. Zie bijlage 3.
Subsidiereglement 2023-2025
Met dit subsidiereglement willen we voor de werkingsjaren 2023 tot en met 2025 de sociale economie stimuleren om hun werking constant in vraag te stellen en interne projecten op te zetten die de werking verder optimaliseren. De projecten moeten beperkt in omvang zijn en vernieuwen of overstijgen de dagdagelijkse werking van de organisatie.
De finale doelstelling van de interne projecten is:
Aan het ontvangen van de subsidie hangt ook een leerdoelstelling: alle begunstigden nemen deel aan een disseminatie-event en delen hun ervaring en kennis met de ondernemingen binnen de sociale economie uit de regio Brugge.
Organisaties kunnen jaarlijks tussen 15 augustus en 30 september een online aanvraag indienen. Ze kunnen kiezen om een project uit te werken binnen 6 thema's:
Een driekoppige jury beoordeelt de aanvragen en maakt een ranking op. Een organisatie kan jaarlijks maximaal € 5.000 ontvangen.
We vragen de goedkeuring voor dit reglement en de bijgaande jaarlijkse uitgave van maximum € 27.000.
Het subsidiereglement 2023-2025 in het kader van de regierol sociale economie en werk van het intergemeentelijk samenwerkingsverband Werkkracht10 en de bijgaande maximale uitgave van € 27.000 worden goedgekeurd.
Raadsleden Stefaan Sintobin en Raf Reuse lichten hun actuele vragen toe.
Raadsleden Annick Lambrecht en Pol Van Den Driessche komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw en Schepen Pablo Annys antwoorden.
In uitvoering van artikel 10 van het Huishoudelijk Reglement van de gemeenteraad wordt volgende actuele vraag van raadslid Stefaan Sintobin en van raadslid Raf Reuse geagendeerd:
* Actuele vraag van raadslid Stefaan Sintobin:
Graag toelichting bij toewijzing ‘smaakhaven’ aan Antwerpen.
* Actuele vraag van raadslid Raf Reuse:
De Groen-fractie in het Vlaams Parlement kaartte in Het Laatste Nieuws de ondoorzichtige procedure aan bij de vestiging van het Vlaams Culinair Centrum. Hoewel Brugge over de beste kaarten beschikte volgens Toerisme Vlaanderen, koos minister Zuhal Demir toch voor Antwerpen als locatie voor 'Smaakhaven'. Deze beslissing ruikt naar vriendjespolitiek. Werd het stadsbestuur actief betrokken bij dit dossier? Was ze op de hoogte van het feit dat de Sint-Godelieveabdij en het Kapucijnenklooster in aanmerking kwamen als locatie en de uiteindelijke beslissing om het VCC in Antwerpen te vestigen?
Raadslid Sandrine De Crom interpelleert over waterkwaliteit van onze Brugse reitjes.
Raadslid Stefaan Sintobin interpelleert over vervuiling reitjes.
Raadslid Andries Neirynck interpelleert over aanpak vervuiling Brugse reitjes.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Raadslid Sandrine De Crom interpelleert over Panna voetbalkooien.
Raadslid Sandra Wintein komt tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Raadslid Nele Caus interpelleert over zomerbars en pop-ups.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Raadslid Sandrine De Crom interpelleert over High Five.
Raadsleden Geert Van Tieghem en Karel Scherpereel komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw en Schepen Goderis antwoorden.
Raadslid Sandrine De Crom interpelleert over evaluatie van de Brugge Awards.
Raadslid Nele Caus komt tussen.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Raadslid Sandrine De Crom interpelleert over Wereld Eetstoornis Actiedag.
Schepen Pieter Marechal antwoordt.
Raadslid Stefaan Sintobin interpelleert over toekomst van het cruisetoerisme in Brugge.
Raadsleden Karin Robert en Raf Reuse interpelleren over cruisetoerisme onder de loep.
Raadsleden Pol Van Den Driessche, Pascal Ennaert, Jean-Marie De Plancke en Benedikte Bruggeman komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw, Schepen Mieke Hoste en Schepen Mercedes Van Volcem antwoorden.
Raadslid Doenja Van Belleghem interpelleert over verenigingen ondersteunen in het verwerven van accommodatie.
Schepen Nico Blontrock antwoordt.
Raadslid Pol Van Den Driessche interpelleert over Walpleintje/Place du Tertre.
Raadsleden Benedikte Bruggeman, Karin Robert en Sandrine De Crom komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw en Schepen Mercedes Van Volcem antwoorden.
Raadslid Ilse Coopman interpelleert over stijging geweld tegen politie en hulpverleners.
Raadsleden Stefaan Sintobin en Sandrine De Crom komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Raadslid Geert Van Tieghem interpelleert over straatverlichting ’s nachts in Brugge.
Raadslid Benedikte Bruggeman interpelleert over vraag om straatverlichting niet meer te doven.
Raadsleden Barbara Roose, Karin Robert en Sandrine De Crom komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw en Schepen Mercedes Van Volcem antwoorden.
Raadslid Ilse Coopman interpelleert over zomerscholen.
Raadslid Karin Robert komt tussen.
Schepen Jasper Pillen antwoordt.
Raadslid Dolores David interpelleert over mobiliteit Lissewege.
Raadslid Jean-Marie De Plancke komt tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Raadslid Olivier Strubbe interpelleert over Brugge bloeit.
Raadsleden An Braem, Stefaan Sintobin, Benedikte Bruggeman en Dolores David komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
Raadslid Brigitte Balfoort interpelleert over het recht op meevaderschap.
Raadslid Karin Robert komt tussen.
Schepen Jasper Pillen antwoordt.
Raadslid An Braem interpelleert over brand Veldstraat.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
De Gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van het door de Burgemeester genomen besluit.
De gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de Burgemeester d.d. 1 juni 2023 tot aanstelling van Hoofdcommissaris van politie Yves Rotty als waarnemend korpschef met ingang van 1 juli 2023.
De gouverneur verzoekt het stadsbestuur om het antwoord ter kennisgeving aan de eerstvolgende zitting van de gemeenteraad voor te leggen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd hiervan kennis te nemen.
De gemeenteraad neemt kennis van het antwoord van de gouverneur aan dhr. Sintobin.
Het huishoudelijk reglement van de Gecoro, meer bepaald artikel 12, voorziet dat het verslag van de vergadering aan de gemeenteraadsleden ter kennis wordt gebracht via het agendapunt "akten en mededelingen".
De gemeenteraad neemt kennis van de verslagen van de Gecorovergaderingen van 8 maart 2023, 18 april 2023 en 10 mei 2023.
Inhoudelijk
Werkkracht10 versterkt de 10 lokale besturen uit regio Brugge in hun activerings- en tewerkstellingsbeleid en verbindt hen met actoren om samen een inclusieve arbeidsmarkt te realiseren. Het team van Werkkracht10 bestaat uit 3 medewerkers, waarvan 2 fulltime vanuit OCMW Brugge ter beschikking worden gesteld en 1 medewerker voor 75% vanuit Stad Brugge. Zij staan in voor de organisatie van wijk-werken i.s.m. VDAB, de uitvoering van de regierol sociale economie en werk, werkgeversbenadering i.f.v. TWE art.60 en het jongerenproject Kzienvantel, de uitbouw van een versterkte samenwerking met VDAB, de opstart van projecten rond digitalisering en e-inclusie, enzovoort.
Voor een uitgebreid overzicht van alle acties in 2022 verwijzen we naar het activiteitenverslag in bijlage 1.
Financieel
De acties en budgetten van de regierol sociale economie maken deel uit van het meerjarenplan van de beherende gemeente Stad Brugge. Daarnaast is er een aparte boekhouding en financiële rekening voor de andere activiteiten. Hiervan leggen we de jaarrekening 2022 en begroting 2023 ter kennisgeving voor.
Jaarrekening Werkkracht10 - 2022:
Zie bijlage 2 'toelichting jaarrekening 2022'
Begroting Werkkracht10 - 2023:
Zie bijlage 3 'toelichting bij begroting 2023'
De gemeenteraad neemt kennis van de jaarrekening en het jaarverslag 2022 van Werkkracht10 ILV en de door het beheerscomité van Werkkracht10 goedgekeurde begroting 2023.