Terug
Gepubliceerd op 26/10/2022

2022_GR_00398 - Strategische cel - Lokaal Energie- en Klimaatpact Vlaanderen 2.0 - deelname Stad Brugge - principiële goedkeuring.

Gemeenteraad
ma 24/10/2022 - 18:30 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Annick Lambrecht; Dirk De fauw; Mathijs Goderis; Mercedes Van Volcem; Franky Demon; Jasper Pillen; Nico Blontrock; Minou Esquenet; Pieter Marechal; Pablo Annys; Hilde Decleer; Yves Buysse; Martine Matthys; Paul Jonckheere; Jean-Marie De Plancke; Dolores David; Jos Demarest; Pascal Ennaert; Sandrine De Crom; Mieke Hoste; Martine Bruggeman; Geert Van Tieghem; Sandra Wintein; An Braem; Alexander De Vos; Karin Robert; Stefaan Sintobin; Carlos Knockaert; Nele Caus; Raf Reuse; Karel Scherpereel; Doenja Van Belleghem; Brigitte Balfoort; Joannes Logghe; Olivier Strubbe; Janos Braem; Benedikte Bruggeman; Dirk Barbier; Florian De Leersnyder; Andries Neirynck; Chris Marain; Barbara Roose; Arnold Bruynooghe; Katrien Cattoor; Colin Beheydt

Afwezig

Philip Pierins; Wouter Bossuyt; Pol Van Den Driessche

Secretaris

Colin Beheydt

Voorzitter

Annick Lambrecht
2022_GR_00398 - Strategische cel - Lokaal Energie- en Klimaatpact Vlaanderen 2.0 - deelname Stad Brugge - principiële goedkeuring. 2022_GR_00398 - Strategische cel - Lokaal Energie- en Klimaatpact Vlaanderen 2.0 - deelname Stad Brugge - principiële goedkeuring.

Motivering

Motivatie

Indien Stad Brugge het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 goedkeurt, dan wordt een extra budget van 176.000 euro (voor het jaar 2022, 2023 en 2024) ter beschikking gesteld. Dit opent mogelijkheden om de ambities i.k.v. het Klimaatplan 2030 BruggeNaarMorgen extra te ondersteunen. 

De extra inspanningen die gevraagd worden in het kader van het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2022 moeten als volgt ingeschat worden:

  • M.b.t. het eigen patrimonium en technische installaties:
    • Er wordt vooropgesteld dat de uitstoot van CO2 met minstens 55% moet gedaald zijn tegen 2030 in vergelijking met 2015. In het LEKP 1.0 lag deze ambitie op -40%. Tegelijk wordt gevraagd om het primair energieverbruik van de stadsgebouwen en technische installaties (inclusief vervoersmiddelen) te verminderen met 3%. Het gaat om een overall doelstelling, dus niet per gebouw/entiteit.  
    • De realisatie van deze doelstelling veronderstelt bijkomende inspanningen m.b.t. het energiezuiniger maken van het stadspatrimonium. De dienst Facilitair Beheer en de Energieambtenaar maken hieromtrent een voorstel op. 
  • M.b.t. de verhoogde doelstellingen woning- en wijkrenovatie (verrijk je wijk):
    • Er werd reeds in het LEKP 1.0 vooropgesteld om per 1.000 inwoners 50 woongelegenheden collectief te renoveren (minstens 10 woningen, minstens 1 energiebesparende maatregel) tegen 2030. Voor Brugge (65.000 woongelegenheden) betekent dit 65x50 = 3.250 woongelegenheden collectief renoveren. Er is een programma voor collectieve renovatie in opstart.
    • Er wordt bijkomend gevraagd om minstens 25 van deze 50 collectieve woningrenovaties te laten resulteren in fossielvrije woningen tegen 2030. Dat is een zeer ambitieuze doelstelling en veronderstelt niet enkel grondige renovatie maar ook investering in fossielvrije verwarming (warmtepomp/fossielvrij warmtenet). Om deze doelstelling te realiseren, moeten bijkomende inspanningen verwacht worden om Bruggelingen te stimuleren/faciliteren om over te stappen naar een fossielvrij energiegebruik in de woning. Hefbomen daartoe zijn:
      • verdere investering in collectieve renovaties via ontzorgen en wijkgerichte projecten: Assebroek, Zeebrugge ...
      • verdere investering in warmtenet als drager van fossielvrije/armere warmteoplossingen (Christus Koning, binnenstad, Sint-Pieters Molenwijk)
      •  ...
  • M.b.t. de verhoogde doelstelling collectieve woning/wijkrenovatie:
    • Er wordt vooropgesteld om per 1.000 wooneenheden de bewoners van 50 wooneenheden uit te nodigen voor een 'klimaattafel' in de periode 2022-2023-2024. Deze 'klimaattafels' worden idealiter per buurt/wijk georganiseerd en hebben tot doel bewoners te mobiliseren/informeren over de noodzakelijke stappen m.b.t. energieverbruik en renovatie. Tegelijk moeten deze tafels de kans bieden om ook de andere werven (vergroening, ontharding, deel- en fossielvrije mobiliteit) onder de aandacht te brengen en evt. koppelkansen te detecteren en benutten. Voor Brugge betekent dit de uitnodiging van de bewoners van 50x65 = 3.250 woningen naar zgn. klimaattafels. Er wordt niet bepaald hoeveel bewoners ook effectief moeten deelnemen aan deze klimaattafels, noch wat het resultaat van deze klimaattafels moet zijn.
    • De organisatie van deze klimaattafels kan ingepast worden in de ambities van het Klimaatplan 2030 BruggeNaarMorgen waar rond het informeren, mobiliseren en activeren van Bruggelingen en stakeholders doelstellingen zijn opgenomen. Een concrete methodiek hiertoe moet ontwikkeld worden.
  • M.b.t. de verhoogde doelstelling fossielvrij verplaatsen:
    • In het LEKP 1.0 werd reeds gevraagd te voorzien in 1 publiek laadpunt (CPE) per 100 inwoners, wat voor Brugge betekent dat er tegen 2030 1.180 publieke laadpunten beschikbaar moeten zijn. In het LEKP 2.0 wordt gevraagd dit op te schalen tot 1,5 laadpunt per 100 inwoners, wat voor Brugge betekent dat er 1.770 laadpunten voorzien moeten worden tegen 2030. 
    • Er werd een strategisch plan elektrisch laden uitgewerkt door de dienst Mobiliteit. Op basis van dit actieplan worden 1.500 publieke laadpunten vooropgesteld tegen 2030. De dienst Mobiliteit schat in dat 1.770 laadpalen haalbaar is, gelet de verdere ontwikkeling en realisatie van bijkomende semipublieke laadinfrastructuur.

Het LEKP 2.0 gaat net als het LEKP 1.0 om een inspanningsverbintenis: Stad Brugge engageert zich om maximale inspanningen te doen om de vooropgestelde doelstellingen van het LEKP in Brugge te realiseren. Er is wordt géén resultaatsverbintenis afgesloten, waarbij bij het niet behalen van de vooropgestelde doelstellingen een sanctie of terugbetaling dreigt. De LEKP 2.0-pot wordt verdeeld over de deelnemende gemeenten en steden, m.a.w. niet-deelnemende steden verliezen hun trekkingsrecht en dit bedrag wordt verdeeld over de deelnemende steden en gemeenten.   

De opvolging van het LEKP 2.0 verloopt op analoge manier als het LEKP 1.0. Dit betekent dat er jaarlijks een overzicht gegeven wordt van de realisaties i.k.v. het LEKP aan de gemeenteraad. T.a.v. de Vlaamse overheid wordt de rapportage verzorgd via de opvolging van het meerjarenbudget en de BBC (rapportagecode ABB-LEKP). 

Focus woningrenovatie: 6 organisatieprincipes als leidraad voor verdere uitwerking

Gezien de inhoud van dit LEKP 2.0 vooral ligt op de renovatie van private woningen, stellen we voor om de extra inkomsten (geraamd op minimaal 176.000 euro) maximaal te bestemmen voor het versterken van onze inspanningen om Bruggelingen te stimuleren, begeleiden, ondersteunen en waar mogelijk ontzorgen bij de energetische renovatie van hun woning. 

Door de dienst Wonen, de dienst KLIMID en de Strategische Cel werd een voorstel uitgewerkt hoe deze extra middelen optimaal ingezet kunnen worden om de activiteiten rond particuliere woningrenovatie te versterken van zodra het definitieve bedrag LEKP bekend is. Er worden 6 principes voorgesteld die de richting en het kader bepalen waarbinnen door de dienst Wonen, de dienst KLIMID en de Strategische Cel een concreet voorstel verder dient uitgewerkt worden. Het gaat om volgende principes: 

  • Principe 1: Stad Brugge neemt een duidelijker regierol op voor een Brugse renovatiestrategie
    • De ondersteuning van particulieren voor het renoveren van hun woning is versnipperd over verschillende partners: Stad Brugge, WVI, OCMW (Woon&Energieloket), Vlaamse Overheid, Fluvius, het Provinciaal Steunpunt Duurzaam Bouwen (Acasus),... Deze versnippering is niet transparant voor particulieren. Door een sterkere regierol op te nemen kan Stad Brugge een duidelijker aanspreekpunt en verdeelpunt zijn voor Bruggelingen met vragen rond woningrenovatie en energiebesparing.
    • Deze regierol houdt eveneens in het helder zetten van de samenwerking met alle Brugse partners, zodat er een goede informatiedoorstroming en afstemming is, zonder afbreuk te doen aan de opdracht en autonomie van elk van deze partners.
  • Principe 2: Versterking van de selectie en doorverwijzing/opvolging van de renovatievragen
    • Stad Brugge, evenals andere diensten rond woningrenovatie, worden momenteel overspoeld door renovatievragen allerlei. Een goede triage, selectie en doorverwijzing is essentieel om deze veelheid aan vragen effectief te behandelen. 
    • Er wordt voorgesteld om de middelen van LEKP 2.0 te benutten om 1 VTE niveau B aan te werven die ingezet kan worden als eerstelijnscontact voor het ontwikkelen en realiseren van een goede triage, selectie en doorverwijzing. Aanwervingsvoorwaarden te bepalen in nauw overleg met dienst Personeel&Organisatie en het College van Burgemeester en Schepenen.
    • Raming van de loonkost voor 1 VTE B1-niveau: 57.754,52 euro.  Met de extra middelen van het LEKP 2.0 kan dit budgetneutraal gerealiseerd worden. 
  • Principe 3: Versterking van de administratieve ondersteuning
    • De huidige administratieve belasting van de bestaande renovatiecoaches (2 VTE) zorgt ervoor dat kostbare tijd verloren gaat die niet kan ingezet worden voor effectief renovatieadvies, begeleiding en opvolging van Bruggelingen met renovatieplannen. Het gaat onder meer over administratieve taken, het inplannen van bezoeken, opmaken en versturen van renovatieadviezen, aanvragen en bezorgen van informatie m.b.t. subsidies, ondersteuning, aannemers ...  Er wordt voorgesteld om via de middelen van het LEKP 2.0 1 VTE niveau C aan te werven die ingezet kan worden om de hele administratieve organisatie en opvolging van renovatiedossiers in goede banen te leiden zodat de renovatiecoaches maximaal ingezet kunnen worden voor het opmaken van hun renovatieadviezen en de opvolging daarvan. Aanwervingsvoorwaarden te bepalen in nauw overleg met dienst Personeel&Organisatie en het College van Burgemeester en Schepenen.
    • Raming van de loonkost voor 1 VTE C1-niveau: 48.672,05 euro. Met de extra middelen van het LEKP 2.0 kan deze aanwerving budgetneutraal gerealiseerd worden. 
  • Principe 4: Extra externe financiering voor woningrenovatie maximaliseren
    • Er zijn mogelijkheden om de inspanningen voor renovatieadvies die Stad Brugge organiseert deels te laten vergoeden door andere organisaties, zoals bv. de burenpremie van Fluvius. Door onze renovatiecoaches maximaal in te zetten als erkend BENO-coach en het nakomen van een aantal administratieve verplichtingen, kan per renovatieadvies een vergoeding verkregen worden. Deze extra inkomsten willen we inzetten om onze renovatieadviezen en -begeleiding te versterken.  
  • Principe 5: Een duidelijke branding en marketing van de Brugse renovatiestrategie
    • We missen in Brugge een duidelijke identiteit en transparantie van onze lokale renovatiestrategie. Een dergelijke identiteit vloeit voort uit een een heldere organisatiestructuur (principe 1) en laat toe om helder te communiceren over de lokale aanpak rond renovatie.  
    • We stellen voor om een duidelijke merkidentiteit te creëren gekoppeld aan een heldere communicatie. Daarbij kan ook overwogen worden om de dienstverlening rond energetische renovatie ook organisatorisch dichter bij elkaar te brengen op een vlot toegankelijke locatie, dat ook meteen  als algemeen infopunt rond woningrenovatie in Brugge dient. 
  • Principe 6: Een klimaatwerkbank woningrenovatie
    • In het kader van het klimaatplan BruggeNaarMorgen wordt een klimaatalliantie opgebouwd waarin o.a. klimaatwerkbanken ingezet worden om relevante partners aan het werk te zetten om heel specifieke klimaatdoelen te realiseren. Gezien het versnipperde landschap van actoren rond woningrenovatie en de noodzaak om een versterkte samenwerking op Brugs grondgebied te realiseren, lijkt het aangewezen een dergelijke klimaatwerkbank woningrenovatie op te starten. Deze moet tot doel hebben een duidelijke en transparante renovatiestrategie voor Brugge uit te werken en op te volgen. Stad Brugge kan daarin initiatiefnemer zijn en betrekt de noodzakelijke partners.  
    • Deze klimaatwerkbank woningrenovatie kan ook ingezet worden om specifieke ondersteuningskansen zoals bv. het Vlaamse noodkopersfonds (ondersteuning van het OCMW voor het verlenen van renteloze renovatieleningen i.f.v. het renoveren van financieel zeer zwakke woningeigenaars) in goede afstemming uit te werken. Evt. kunnen ook hiervoor middelen van het LEKP 2.0 ingezet worden om aanvraag en opvolging hiervan vlot te laten verlopen, zonder extra druk te zetten op de al sterk bevraagde sociale diensten.  

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De gemeenteraad keurt de deelname van Stad Brugge aan het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 principieel goed.

Artikel 2

De extra middelen van het LEKP 2.0 (geraamd op jaarlijks 176.000 euro voor de periode 2022-2024) worden maximaal ingezet voor het stimuleren, ondersteunen, ontzorgen van Bruggelingen bij het energetisch renoveren en fossielvrij maken van hun woning.  Een voorstel voor de optimale besteding van deze extra financiële middelen wordt uitgewerkt en ter goedkeuring voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen en de Gemeenteraad. Het effectieve subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal gemeenten dat effectief het LEKP 2.0 ondertekent en zal bekend zijn begin december 2022. 

Artikel 3

De 6 organisatieprincipes worden goedgekeurd als kader waarbinnen de dienst Wonen, i.s.m. de dienst Klimaat & Milieu en de Strategische Cel, een concreet voorstel uitwerken om vanaf 2023 de activiteiten rond particuliere woningrenovatie te versterken van zodra het effectieve subsidiebedrag gekend is waarover Brugge zal beschikking ikv. LEKP 2.0 (december 2022).