Agenda buitengewone algemene vergadering 13 december 2022 :
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge toetredingen
3.Evaluatie 2022, te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
4.Begroting 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
5. Actualisering presentievergoeding
6. Statutaire benoemingen
Varia
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn heeft in zitting van 7 januari 2019 één lid aangeduid om het OCMW te vertegenwoordigen in de algemene vergaderingen van TMVS voor de volledige legislatuur: mevrouw Minou Esquenet, en de heer Alexander De Vos als plaatsvervanger.
Raad voor Maatschappelijk Welzijn beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de buitengewone algemene vergadering TMVS dv van 13 december 2022 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge toetredingen
3.Evaluatie 2022, te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
4.Begroting 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
5. Actualisering presentievergoeding
6. Statutaire benoemingen
Varia
Mevrouw Minou Esquenet wordt aangeduid om het OCMW Brugge te vertegenwoordigen in de algemene vergaderingen van TMVS dv en wordt gevolmachtigd in naam van de OCMW-raad deel te nemen aan al de beraadslagingen en stemmingen, alle notulen, de aanwezigheidslijst en andere documenten te tekenen, en in het algemeen alles te doen wat nodig is om de belangen van de raad te behartigen op deze vergaderingen.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn draagt de aangeduide vertegenwoordiger(s)/plaatsvervangend vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de algemene vergadering van TMVS dv vastgesteld op 21 juni 2022, te onderschrijven en haar/zijn (hun) stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de raad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Verslag algemene vergadering 30 september 2022
Er wordt gevraagd het verslag van de algemene vergadering van Audio van 30 september 2022 ter kennisgeving voor te leggen aan de Raad.
Opvolgingsrapportering 2022
De leden van de Algemene Vergadering hebben per mail een document ontvangen met toelichting bij de operationele en financiële resultaten van het eerste semester 2022 (stand van zaken van de prioritaire acties en actieplannen van het MJP, een overzicht van de geraamde en gerealiseerde ontvangsten en uitgaven van het lopende jaar en toelichting bij de operationele en financiële resultaten) en de BBC rapporten (overzicht van de prioritaire doelstellingen en actieplannen, doelstellingenrekening en ontvangsten en uitgaven naar economische aard).
Alle leden van de Algemene Vergadering hebben zonder opmerkingen kennigenomen van de rapportering op de algemene vergadering van 30 september.
Overeenkomstig artikel 20 van de statuten van Audio, zijn de afgevaardigden van de deelgenoten verantwoordelijk voor kennisgeving van het verslag van de algemene vergadering aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het verslag van de algemene vergadering van Audio van 30 september 2022.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het opvolgingsrapport 2022 van Audio.
Raadslid Charlotte Storme is op 15/1/2019 verkozen door de raad voor maatschappelijk welzijn als lid van de algemene vergaderingen van de welzijnsverenigingen Mintus en Ons Huis.
Naar aanleiding van haar ontslag kunnen de leden van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van de lijst die haar heeft voorgedragen samen een kandidaat-lid aanwijzen.
Cf. de brief en mail van Raf Reuse wijst de Groen-fractie raadslid Katrien Cattoor aan voor de opvolging binnen Mintus en Ons Huis.
De Raad neemt akte van het ontslag ingediend met brief van 7/9/2022 door raadslid Charlotte Storme in de organen van de welzijnsverenigingen Mintus en Ons Huis.
De Raad neemt akte van de voordracht van raadslid Katrien Cattoor door de Groen-fractie als opvolger binnen de welzijnsverenigingen en benoemt raadslid Katrien Cattoor tot lid van de algemene vergadering van de welzijnsverenigingen Mintus en Ons Huis.
Raadslid Geert Van Tieghem komt tussen.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Bijgevolg wordt voorgesteld om deze wijzigingen in bijlage op te nemen in de rechtspositieregeling.
1. Omstandigheidsverlof
Deze voorgestelde wijzigingen houden rekening met een zo groot mogelijke gelijkheid tussen contractuelen en statutairen én met de eventuele reeds onderhandelde toekomstige wijzigingen in de BVR d.d. 07.12.2007 en 12.11.2010.
2. Sociaal medisch team
Bij beslissing d.d. 13.09.2021 werd de formatie van het OCMW aangepast waardoor er voor de groep Brugge een preventieadviseur psychosociale aspecten werd opgenomen.
Gelet op de inhoud van de functie is deze papsy een correcte aanvulling van het sociaal medisch team, teneinde het team beperkt te houden wordt voorgesteld het lid van het directieteam als vast lid te schrappen uit de samenstelling.
Daarom wordt voorgesteld volgende wijziging aan te brengen aan de samenstelling van het sociaal medisch team:
De vaste leden:
De tijdelijke leden:
Op vraag van het SMT kan het mogelijk zijn dat de (directe) leidinggevende, de betrokken medewerker en/of betrokken deskundigen worden uitgenodigd om een beter zicht te krijgen op de situatie en de diverse standpunten te horen, om zo een beter gericht advies te kunnen formuleren.
Artikel 2 van de rechtspositieregeling wordt dus als volgt gewijzigd:
"Sociaal-medisch team
Een overlegplatform rond het aanwezigheidsbeleid samengesteld uit:
- De arbeidspsycholoog;
- De arbeidsgeneesheer;
- De verantwoordelijke van de sociale dienst personeel;
- De preventieadviseur psychosociale aspecten.
Dit team bepaalt overeenkomstig artikel 106 of een personeelslid in aanmerking komt voor een herplaatsing wegens gezondheidsredenen, waarna de aanstellende overheid hierover beslist."
3. Principes in verband met privé-anciënniteit
Het volgende wordt voorgesteld:
1. uitbreiden van de knelpuntberoepenlijst: deze wordt zoals jaarlijks in een afzonderlijk punt behandeld.
2. beperkt meenemen van relevante privé-anciënniteit voor niet-knelpuntberoepen: voor de functies die niet op de knelpuntberoepenlijst staan, wordt voorgesteld om een beperkt aantal jaren relevante privé-anciënniteit in aanmerking te nemen. Het voorstel is 6 jaar in geldelijke en schaalanciënniteit. De schaalanciënniteit wordt toegekend op basis van een vergelijking van die diensten met de voorwaarden en met het functieprofiel voor de functie waarin het personeelslid aangesteld wordt.
3. specifieke omstandigheden: er kunnen specifieke omstandigheden zijn waarbij er meer relevante ervaring wordt meegeteld dan de standaard (zie punt 2), bijv. bij herneming, bij specifiek leidinggevend profiel,... Voor deze functies kan voor x-aantal jaren relevante privéanciënniteit of als zelfstandige meegeteld worden bij de berekening van geldelijke en/of schaalanciënniteit. Dit wordt opgenomen in het opstartformulier dat, gelet op de uitzondering die gevraagd wordt, voorgelegd wordt aan het BOC.
De schaalanciënniteit wordt toegekend op basis van een vergelijking van die diensten met de voorwaarden en met het functieprofiel voor de functie waarin het personeelslid aangesteld wordt.
Bovenstaande principes gelden enkel voor procedures in aanwerving.
Het onderzoek rond de relevantie van privé-anciënniteit wordt gevoerd door de selectiecommissie van de betreffende procedure op basis van de functieomschrijving. Het personeelslid levert zelf de bewijsstukken voor de diensten die bij een andere overheid, in de privésector of als zelfstandige gepresteerd werden. Als bewijsstukken worden aanvaard:
1° attesten van de vroegere werkgever die bevestigen dat en hoelang een personeelslid een bepaalde functie heeft uitgeoefend en die weergeven wat dat inhield;
2° de functiebeschrijving van de vroeger uitgeoefende functie;
3° evaluaties over de uitoefening van de vroegere functie;
4° zo nodig, attesten of getuigschriften van aanvullende vorming.
Aangezien dit een rechtstreekse impact heeft op het salaris van de medewerkers, dienen deze principes in de rechtspositieregeling opgenomen te worden.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn beslist akkoord te gaan met de in bijlage voorgestelde wijzigingen van de rechtspositieregeling voor wat betreft het omstandigheidsverlof en de principes in verband met de toekenning van privé-anciënniteit.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn gaat akkoord met het voorstel om in artikel 2 van de rechtspositieregeling het onderdeel over het Sociaal medisch team als volgt aan te passen:
"Sociaal-medisch team
Een overlegplatform rond het aanwezigheidsbeleid samengesteld uit:
- De arbeidspsycholoog;
- De arbeidsgeneesheer;
- De verantwoordelijke van de sociale dienst personeel;
- De preventieadviseur psychosociale aspecten.
Dit team bepaalt overeenkomstig artikel 106 of een personeelslid in aanmerking komt voor een herplaatsing wegens gezondheidsredenen, waarna de aanstellende overheid hierover beslist."
We stellen voor om de resterende middelen uit het sociaal relanceplan n.a.v. de coronacrisis 2020-2021 als eenmalige energiepremie uit te betalen aan de vergunde kinderopvanglocaties in Brugge, zowel kinderopvang baby's en peuters als kinderopvang schoolgaande kinderen.
Andere gemeentebesturen kiezen om elk initiatief dezelfde premie te geven en we zouden dit hier ook volgen. De ervaringen uit het energieloket leren ons dat een berekening op basis van verbruik en facturen (in bepaalde gevallen) complex is en tijdrovend voor beide partijen. Ook een premieberekening volgens opvangvorm of per kind is niet zo evident (niet recht evenredig met verbruik). Bovendien spelen er heel wat variabelen mee, zoals bv. de economische kwetsbaarheid van 'kleine' onthaalouders, energetisch pijl van gebouwen, gedeeld gebruik van gebouwen...
Er zijn volgens onze gegevens in 2022 114 erkende locaties waarop kinderopvang wordt aangeboden. Zie lijst in bijlage.
Het gaat over een forfaitaire tussenkomst van €500 met daarbovenop een bedrag per erkende of vergunde plaats boven de 8. Het bedrag per plaats wordt bepaald door het resterende budget na de forfaitaire tussenkomst te delen over het aantal geldige aanvragen. We kiezen voor meer dan 8, omdat er een extra ruimte moet voorzien worden door de organisator van zodra er meer dan 8 kinderen in de groep aanwezig zijn. Op deze manier sluit de premie nauwer aan bij de reële kost van energie voor een initiatief in de kinderopvang. We volgen hier ook mee het advies van het lokaal overleg kinderopvang.
De premie kan door alle vergunde kinderopvanglocaties eenvoudig opgevraagd worden via het loket Kinderopvang ten laatste op vrijdag 2/12/2022 en zal uitbetaald worden voor het eind van het jaar 2022. Er zijn 5 bijkomende voorwaarden naast de erkenning door Kind en Gezin:
Mocht na ontvangst blijken dat het kinderopvanginitiatief toch niet aan de voorwaarden kan voldoen, dan dient de premie teruggestort te worden.
De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord om alle vestigingsplaatsen met erkende kinderopvangplaatsen die aan de premievoorwaarden voldoen een eenmalige tussenkomst te geven voor stijgende energiekosten in 2022. Het bedrag bestaat uit een forfait van € 500 en daarbovenop een variabel bedrag afhankelijk van het aantal vergunde/erkende kindplaatsen vanaf 9 plaatsen.