2024_GR_00096 - Ruimtelijke ordening - Sint-Andries - Koning Leopold III-laan 50 - Club Brugge Development NV - slopen van bestaand voetbalstadion, uitvoeren van een bronbemaling, bouwen en exploiteren van nieuw voetbalstadion met kleinhandelsactiviteiten en aanleg van parkeerplaatsen, wegenis en parkomgeving op Olympiasite - rooilijnenplan en zaak der wegen - goedkeuring.

Beoordelingsbevoegdheid van de gemeenteraad

De gemeenteraad heeft kennis genomen van de resultaten van het openbaar onderzoek. Er werden 38 standpunten, opmerkingen en bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek, waarvan één bezwaar zowel digitaal als analoog werd ingediend. Er zijn dus 38 bezwaren.

Volgende bezwaren werden geuit op de zaak der wegen.

Inrichting van de park(ing)ruimte

• In een park worden geen granulaten voorzien in de ondergrond
• Een park wordt niet afgesloten met een slagboom
• In een park staan geen verkeersborden
• Er wordt een grote verscheidenheid van verharding gebruikt: KWS, grasbetontegels, skeletbodems
• Visualisaties zijn niet realistisch: in werkelijkheid grasdallen, op visualisatie gras zonder halfverharding en bloemenweide
• Veel hogere verhardingsgraad dan wordt vermeld

Weerlegging bezwaar

De slagbomen worden in gebruik genomen op het moment dat het park als parking zal dienen. Op alle andere momenten staat de slagboom open om een vlotte doorgang voor voetgangers en fietsers te garanderen. Het is steeds mogelijk om ook in een parkomgeving verkeersborden te plaatsen.

De verschillende types verharding worden gebruikt voor de verschillende functies op de site. Ter hoogte van het stadion dient een duurzame verharding aanwezig te zijn. Omdat het grootste deel van de parkeerplaatsen zich in de parkomgeving bevindt, kan hiervoor geen monoliete verharding worden gebruikt. Hier is gekozen voor een verharding waarbij ook het groen kans heeft om zich te ontwikkelen. Er is gekozen voor een ondergrond met granulaten en niet voor grasdallen. Deze laatste zouden de groenontwikkeling in de weg staan. Omdat het park niet permanent wordt opengesteld als parking, zal er ook minder kans op schade zijn. De granulaten die worden gebruikt, zorgen ervoor dat de groene ruimte meer bestand is tegen het occasionele gebruik als parking.

Meervoudig ruimtegebruik is een vorm van zuinig ruimtegebruik die bijdraagt tot een vermindering van het ruimtebeslag. Dit is beleidsmatig gewenst en draagt bij tot een goede ruimtelijke ordening. Om meervoudig ruimtegebruik te kunnen bewerkstelligen zijn bepaalde aanpassingen nodig ten opzichte van wat bij enkelvoudig ruimtegebruik gebruikelijk is. Een doorsnee park dat niet geschikt is om te dienen als occassionele parkeergelegenheid zal inderdaad geen verstevigd gras hebben, en zal inderdaad minder verkeersborden, slagbomenen verhardingen hebben. Deze voorzieningen zijn vererist om het meervoudig ruimtegebruik te kunnen bewerkstelligen. Deze voorzieningen doen evenwel geen afbreuk aan het parkkarakter wanneer er geen gebruik is als parking. Er blijven zeer grote aaneengesloten opppervlakten aan grasveld over die buiten wedstrijddagen kunnen worden aangewend voor diverse soorten recreatie die eigen zijn aan een parkgebied zoals wandelen, lopen, spelen, sporten, picknicken of elk ander gebruik dat de bevolking aan een park kan geven. Het gaat om een vrij toegankelijke ruimte die voor het overgrote deel groen is ingericht, wat eigen is aan een park.

Bezwaar ongegrond

Openbaar domein en beschikbaarheid

• Het openbaar domein kan niet geheel of gedeeltelijk zijn openbare karakter worden ontnomen
• Olympiapark behoort tot het openbaar domein
• Deze zone zal in het weekend en ook tijdens de week niet beschikbaar zijn, maar parking worden.

Weerlegging bezwaar 

Het Olympiapark behoort op heden niet tot het openbaar domein. Het heeft wel een openbaar karakter als doorsteek voor voetgangers en fietsers. Het volledige park is momenteel volledig bezet met een stadion en oefenvelden. Met uitzondering van de paden tussen het stadion en de oefenvelden is het openbaar karakter dus zeer beperkt.

In nieuwe toestand zal het Olympiapark een duidelijk doorwaadbaar park zijn, waarbij men zich vlot van de ene omliggende straat naar de andere zal kunnen verplaatsen. Verder wordt ook het grootste deel van het park beschikbaar gesteld van de omwonenden.

Het klopt dat het park op het moment van de matchen wordt afgesloten omdat het dan tijdelijk als parking wordt gebruikt. Dit kan echter in gelijk welke zone  van het openbaar domein elders in de stad ook gebeuren. Vaak worden pleinen of straten afgesloten voor evenementen, waardoor het openbaar domein op die locatie tijdelijk niet toegankelijk is zoals het op andere momenten beschikbaar is.

Bezwaar ongegrond

De bezwaren met betrekking tot de bevoegdheid van de gemeenteraad zijn ontvankelijk. Op basis van bovenstaande motivering kunnen deze ongegrond worden verklaard.

De gemeenteraad is van oordeel dat de voorgestelde ligging, breedte en uitrusting van de gemeenteweg een geschikte en aanvaardbare invulling geeft aan het openbaar domein, met name een invulling die het Olympiapark zowel geschikt maakt als recreatieve voorziening voor de omliggende woonwijk als voor de parkeerbehoeften van het stadion.

De gemeenteraad treedt de beoordeling van de aanvrager bij dat het project kadert in het algemeen belang. Het ganse Olympiapark wordt voorzien van verschillende paden en wegen die het park doorkruisen. Grote toegangswegen en een verharde perimeter rond het stadion dragen bij tot de veiligheid van de site op wedstrijddagen, terwijl een fijnmazig net van paden het park doorwaadbaar maken voor buurtbewoners op niet-wedstrijddagen, waar ze kunnen wandelen, lopen of fietsen.

De voorziene paden zijn voldoende breed, verhard en bevatten geen grote hoogteverschillen zodat ook rolstoelgebruikers, ouders met kinderwagens en jonge kinderen met loopfietsjes of inline-skates of step er van kunnen genieten. Gelet op de nabijheid van enkele woonzorgcentra in de buurt is het Olympiapark ook voor hen een troef om hier te komen ontspannen.

In de parkzone aan de westzijde van het voetbalstadion worden verschillende zitbanken geïnstalleerd. Verder worden verschillende recreatieve inrichtingen voorzien. Het gaat om een loopparcours, een sprinttrack, drie mini-pitches, tien beweegstations, een ovalen piste, open grasvelden, een verkeersparcours en een speelplein.

Het gegeven dat de wegverbindingen tijdens wedstrijden niet toegankelijk zullen zijn, doet aan het voorgaande geen afbreuk: dat gebeurt slechts occasioneel en is ook op vandaag reeds het geval. De privatieve ingebruikneming van het openbaar domein kan door de wegbeheerder worden toegestaan.

Een deel van de site wordt ingenomen als permante parking, waarbij iedere bezoeker van het park of de op de site aanwezige functies kan gebruik maken van deze parking.

Het gegeven dat de inplanting van het stadion een aanleiding vormt voor de inrichting van het park, impliceert geenszins dat het project niet voldoen aan de doelstellingen en/of principes van het Gemeentewegendecreet. Net zomin als bijvoorbeeld de aanleg van een nieuwe weg in functie van een nieuwe verkaveling of bedrijvenzone dat zou doen.

In plaats van de bestaande oefenterreinen zoveel mogelijk te behouden en een klassieke parkeervoorziening (grote parking of parkeergebouw) op het terrein te voorzien, heeft men ervoor geopteerd om voor de omgeving een groene ruimte te creëren met recreatieve functies.

Deze verplaatsing van de bestaande trage wegen op de site is een aanzienlijke verbetering ten opzichte van de bestaande toestand en kadert in een volledig nieuwe inrichting van de Olympiasite. De wegen kunnen niet behouden worden in hun oorspronkelijk configuratie omdat (i) dat het goed functioneren van de site én het voetbalgebeuren in het gedrang zou brengen (cf. motivering inplanting voetbalstadion in project-MER) en (ii) de huidige configuratie van gemeentewegen geen logische structuur kent.

Het netwerk van verbindingen voor zachte weggebruikers (lopers, fietsers en wandelaars) dat deel uitmaakt van het toekomstige Olympiapark speelt in op de specifieke noden van de verschillende types van zachte weggebruikers. Het park vormt een verbinding tussen de vier omliggende straten in de vier windrichtingen: de Olympialaan in het noorden, de Koning Leopold III-laan in het oosten, de Doornstraat in het zuiden en de Lange Molenstraat in het westen.

Bovendien zijn de verbindingen een stuk kwalitatiever en functioneler dan de huidige verbindingen die op de Olympiasite aanwezig zijn. De huidige verbindingswegen worden immers bepaald door de ligging van de verschillende oefenvelden, hetgeen zorgt voor moeizame bochten (90°) en een weinig gestructureerd geheel. Er is geen afscheiding voorzien voor de verschillende types van zachte weggebruikers en de paden zijn slecht onderhouden.

De keuze om het ganse toekomstige openbare domein binnen de rooilijn te leggen wordt bijgetreden, nu het ganse park doorwaadbaar is met ontelbare paden en wegen en nu groenvoorzieningen, waterbuffering, afwatering, parking, enz. tot de wegenuitrusting behoren. Op die manier wordt een duidelijke en transparante grens getrokken tussen het openbare domein in zijn geheel en de aanpalende eigendommen van de omwonenden enerzijds en het terrein dat behoort bij het voetbalstadion anderzijds.

Dit is meteen ook de verantwoording voor de ‘ligging en breedte’ van de gemeentewegen, zoals weergegeven op het rooilijnenplan.

De dienst openbaar domein heeft het volgende advies uitgebracht:

Park(ing)

Het ambitieniveau ligt hier zeer hoog om van een periodiek gebruikte parking, het merendeel van de tijd, een gedeelde (recreatieve) invulling te geven. We geven onderstaand adviezen mee op verharding, beplantingskeuze, afwatering, onderhoud en medegebruik.

• De fietsbeugels moeten geplaatst worden op een monolietverharding dit in kader van het onderhoud en duurzaamheid van de betreffende zone.

De inplanting van 1834 fietsbeugels in graszone brengt een hoge beheerslast en kost met zich mee gezien deze graszone tussen en rond de fietsbeugels manueel moet gemaaid worden.

Fietsbeugels voorzien in graszone is ook niet duurzaam noch comfortabel gezien deze graszone bij natte weersomstandigheden kapot zal gelopen worden. 

• Plaszuilen moeten buiten de toekomstige kroonprojecties van de bomen worden geplaatst om schade te voorkomen en gezien de afvoer van deze plaszuilen en verharding niet in conflict mogen komen met de betreffende bomen.

• De shuttlebus parking ten oosten van het stadium moet herbekeken worden.
1. Er moet een monolietverharding worden voorzien voor het op- en afrijden naar deze parking/drop-off en het manoeuvreren door de shuttlebussen, dit in kader van de duurzaamheid van deze parking en zijn verharding. Grasbetontegels zijn niet geschikt voor het veelvuldig op- en afrijden en manoeuvreren van de shuttlebussen naar deze parking/drop-off.
• De langsgrachten/wadi’s tussen de parkeerplaatsen moeten voorzien worden van een obstakel zodat het inrijden van auto’s wordt belet. Wordt dit niet voorzien dan is het zeker mogelijk dat er occasioneel auto’s door deze langsgrachten/wadi’s rijden met schade aan deze groenzone tot gevolg.
• Ook het kruisen van de grachten door voetgangers moet gefaciliteerd worden. Supporters die de kortste weg willen nemen, moeten geleid worden ofwel op de rijstroken ofwel met doorsteken/brugjes op regelmatige afstand. Door het veelvuldig voorzien van deze doorsteken verhoogt ook het gebruik voor wandelaars en recreanten gedurende ‘niet-wedstrijddagen’.

Afwatering

• Het voorzien van een overloop op de langsgrachten/wadi’s is noodzakelijk om eventuele wateroverlast op de parking te voorkomen. Het plaatsen van extra drainages langs de rijwegen kan aanvullend zorgen voor betere afwatering en ontwatering van de doorlaatbare parkeerstroken en betere spreiding van de toevoer in de tussengrachten. De peilbuismetingen indiceren immers dat de grondwaterstand op bepaalde locaties op de site slechts op 50cm onder het maaiveld hangt, wat betekent dat de langsgrachten/wadi’s gevuld zullen worden door de grondwaterstand. In kader van de infltratie- en buffervoorzieningen moet men er mee rekening houden dat de huidige sportterreinen op heden allemaal voorzien zijn van drainages. Grondverbetering, voldoende drainage en het voorzien van overloop op de langsgrachten/wadi’s lijken ons dan ook absoluut noodzakelijk om wateroverlast te voorkomen en in kader van kwalitatieve en duurzame groenzone.  

Verlichting

De verlichting mag niet interfereren met de hoogstammige bomen die worden aangeplant. 

Er mag geen zijdelings of opgaande pollutie optreden ten gevolge van de verlichting.

Beplanting

Het voorstel is nu om op de parking populieren aan te planten (3 soorten: 60% Marilandica populier, 20% Ratelpopulier en 20% Grauwe abeel) in de wadi’s over de gehele parking.

• Het aanplanten van honderden bomen van dezelfde soorten houdt een risico in wanneer de betreffende boomsoort ofwel ziek wordt ofwel een volwassen stadium bereikt waarbij vervanging zich opdringt. Er moet gekozen worden voor verschillende boomsoorten volgens de ‘10-20-30-vuistregel’. Deze houdt in dat maximaal 10 procent van het bomenbestand op de site van één soort is (bvb Populus × canadensis ‘Marilandica’), maximaal 20 procent van één geslacht (bvb Populus) en maximaal 30 procent van één familie (bvb Salicaceae of wilgenfamilie).
• Het beplanten van verschillende parkings met verschillende soorten bomen kan ‘herkenbaarheid’ geven, waarbij bv. een parking met rode herfstkleur een andere locatie heeft op het terrein als een parkeerzone met een gele herfstkleur. Zo kunnen opdelingen gemaakt worden naar herfstkleur, bloei, verschijningsvorm, etc.
• Populieren zijn takbreuk- en windworpgevoelig. Een gegeven wat in moeilijke relatie staat met een autoparking. Daarnaast is het gegeven van wortelopdruk gekend bij populieren wat er voor kan zorgen dat het maaiveld niet vrij is van wortels. Alsook wortelopslag die veel voorkomt bij abeel. In bijlage ‘A.9.2 Nota beplantingsplan’ wordt gesproken dat er rekening gehouden zal worden met het gegeven dat de voorgestelde boomsoorten takbreuk- en windworpgevoelig zijn.
• De beschikbare bewortelbare ruimte voor de bomen op de parking is niet in verhouding met de boomsoort. De voorgestelde soorten (Marilandica-populier, grauwe abeel en ratelpopulier) zijn bomen van 1^ste grootte A. Dit zijn bomen die groter worden dan 20 meter. Bomen van dergelijke omvang vragen een bewortelbaar volume van 50-60 m³. Aangezien de grondwatertafel zich op geringe diepte bevindt en de bodem van de wadi zich 50cm onder het maaiveld bevindt, zullen de bomen zeer oppervlakkig wortelen waardoor er een verhoogde kans op windworp ontstaat. Gezien de locatie is dit absoluut niet wenselijk.

Uit het ontwerp is het niet duidelijk hoe de afwatering van de wadi’s gebeurt. Om wateroverlast en continue waterstagnatie aan de stamvoeten te voorkomen is een overloop van de wadi’s naar de vijvers en/of de RWA wenselijk. 

• Om beworteling mogelijk te maken moet er voldoende water en zuurstof aanwezig zijn. Bij de voorziene opbouw van de parking (30 cm betonpuin met 25% natuursteenslag 0/8) met daarboven 10cm teelaarde met lavasteen, beheerd als gazon) is de kans realistisch dat door de compactatie ten gevolge van het parkeren onvoldoende zuurstof zal doordringen in de bodem om wortelgroei mogelijk te maken. Dit zal leiden tot het vroegtijdig afsterven van de bomen waardoor het beoogde effect van parkeffect en integratie van stadion niet behaald wordt.
• Bomen mogen niet in de wadi’s geplant worden, maar ter hoogte van het maaiveld. De bomen dienen naast de wadi’s aangeplant te worden. Ofwel dienen de wadi’s   onderbroken te worden, telkens waar een boom geplant wordt. Anders wordt de groeiplaats te nat, waardoor als gevolg van zuurstofgebrek in de bodem, wortelgroei bemoeilijkt of onmogelijk wordt en de bomen risico lopen af te sterven. 

Nabij het stadion worden heuvels aangelegd met Robinia (valse acacia). Deze boom wordt beschouwd als invasief. Een alternatief dient voorzien te worden. Ook de volledige beplantingslijst dient gescreend te worden op invasieve soorten. 

Bomen die op minder dan 3 meter ten opzichte van het gebouw (stadion) staan worden bij voorkeur op minimum 6m plantafstand ten opzichte van het gebouw geplaatst. 

Hagen die hoger zijn dan 160cm worden machinaal onderhouden, de ruimte hiervoor moet dan ook voorzien worden.

Een algemene onderhoudszone (gazon) rondom het terrein langsheen de perceelsgrens van minimum 150cm moet voorzien worden.

Lastenboek en meetstaat

De volledige omgevingsaanleg moet gedurende 3 jaar ten laste zijn van de aannemer conform het standaardbestek. 

De omgevingsambtenaar ruimte beoordeelt het advies op volgende manier:

Park(ing):

• Zone fietsbeugels.

De dienst openbaar domein vraagt om de zones voor waar de fietsbeugels komen te verharden met een monoliete verharding. Dit komt het onderhoud op deze plaatsen ten goede. Het verharden van de zones met fietsbeugels doet het parkkarakter van de site niet teniet. De fietsbeugels zijn een permanent gegeven in de omgeving. Het voorzien van verharding onder deze fietsbeugels zorgt voor een beter comfort en zal het fietsgebruik stimuleren. Aangezien de parkomgeving op niet-matchdagen ook toegankelijk is voor fietsers is een degelijke uitrustig voor fietsers dan ook een must.

De verharding onder de fietsbeugels moet voldoende groot zijn om de fietsen te kunnen stallen. Deze dient bijgevolg een oppervlakte te hebben van 1 m x 1.95m per fietsbeugel.

• Zone plaszuilen:

De opmerking wordt gevolgd. Daar waar op de plannen de plaszuilen, met hun verharding en ondergrondse leidingen interfereren met de bomen, moet de inplanting van de plaszuil en/of de bomen herbekeken worden

• Zone shuttlebusparking:

Omwille van de duurzaamheid is het beter dat de volledige zone in monolietverharding wordt aangelegd. Indien er geen aanpassing is aan voorliggend plan, zal snel schade optreden door in- en uitrijdende bussen. Indien er gebruik gemaakt wordt van twee soorten verharding zal snel schade optreden aan de overgang tussen de twee types verharding. Om dit te vermijden is een volledige monoliete verharding de beste optie. Deze locatie is ook minder geïntegreerd in de parkzone, waardoor de impact op de groene beleving eerder beperkt is. De bijkomende verharding moet wel mee worden opgenomen in het afwateringsconcept van de site om wateroverlast op aanpalende percelen te vermijden.

• Inrichting parkeerplaatsen:

Er wordt niet meegegaan in de voorwaarde om een obstakel te voorzien ter hoogte van de wadi en ook niet om de parkeerplaatsen te beperken in diepte. Het voorzien van een obstakel ter hoogte van iedere parkeerplaats, zal het parkkarakter teniet doen, dergelijke elementen zijn storend in de parkomgeving. . Als de parking gebruikt wordt, dan is dit een gebruik als evenementenparking. Enkel bij het inrijden van de parkings kan er een risico zijn op het te ver doorrijden van de parkings, maar op dat ogenblik is er toezicht van parkeerwachters. Het risico op het occasioneel doorrijden van een wagen is om die reden klein, zodat dit niet verantwoordt om het hele park hiervoor aan te leggen met obstakels. Het beperken van de diepte van de parkeerplaatsen tot 5 meter is evenmin wenselijk. Enerzijds moet voor een vlotte doorstroming op de toegangspaden tot de parkeerplaatsen daar voldoende ruimte worden gegarandeerd. Indien wagens aan die zijde uitsteken wordt daar de ruimte beperkt en de doorgang belemmerd. Een standaard voertuig is tussen de 4 en 5 meter lang. Er zijn uitzonderingen in min en meer, maar er is een tendens om meer en meer langer voertuigen te voorzien. Ook een voertuig dat 5 meter of korter is zal uitsteken indien de bestuurder niet helemaal tot het einde doorrijdt.  Bovendien faciliteert een dipere parkeerplaats het vlot inrijden, wat het “vullen” van de parking faciliteert. Het is bovendien ook wenselijk om langere wagens toe te laten comfortabel te parkeren, omdat dit soort voertuigen meer personen kunnen meenemen en het juist de bedoeling is te komen tot een grote bezetting van de wagens.. Kleinere wagens zullen bovendien een extra marge hebben bij het inrijden, waardoor het risico op het te ver doorrijden nog bijkomend wordt verminderd.

Kruisen wadi’s:

Om de doorwaadbaarheid van de volledige site te garanderen is het noodzakelijk dat de bezoekers op zijn minst de voorziene padenstructuur kunnen volgen. Ter hoogte van de paden moet dus een brugje worden voorzien over de wadi’s om een comfortabele kruising van deze mogelijk te maken.

Afwatering:

De dienst openbaar domein wenst deze bezorgdheid aan te kaarten. Bij uitvoering van de parkomgeving zal verder in detail gekeken worden of en waar deze bijkomende overlopen noodzakelijk zullen zijn.

Verlichting:

Deze opmerkingen vallen niet onder de zaak der wegen

Groenaanplanting:

• De plaatsing van groenvoorzieningen staat weergegeven op de plannen.
• De opmerkingen over de boomkeuze en bewortelbare ruimte worden meegenomen als een aanbeveling voor de vergunningverlenende overheid.
• Aangezien er een kwalitatief onderhoud van de site noodzakelijk is, zal de onderhoudsstrook van 1.50 m moeten worden voorzien langs alle perceelsgrenzen waar een haag wordt aangeplant.

Lastenboek en meetstaat

• Deze opmerkingen vallen niet onder de zaak der wegen, maar worden in een afzonderlijke overeenkomst opgenomen.

Toetsing aan de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

De in artikel 3 van het gemeentewegendecreet vernoemde doelstellingen zijn:

• De uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;
• De herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief vlak als op functioneel vlak.

          Advies dienst mobiliteit hierop:

Het nieuwe stadion van Club Brugge voorziet zowel op verschillende parkings en in de onmiddellijke omgeving van het stadion in verschillende recreatieve zones (grasvelden, verkeerspark, vijvers, kleine voetbalvelden…). Bedoeling hiervan is dat wanneer Club Brugge geen wedstrijd speelt deze elementen als een recreatief element ter beschikking worden gesteld van de omwonenden/bezoekers. Ter hoogte van de westelijke ingang van het stadion wordt ook een parkzone ingericht. Het aanbrengen van deze parkzone is, in combinatie met de andere aangebrachte elementen (grasvelden, verkeerspark…) een positief element en versterkt op deze manier de sociale cohesie van de buurt. 

Op deze manier wordt de verbinding tussen verschillende straten en wijken uit Sint-Andries mogelijk gemaakt waardoor het fijnmazige trage wegennetwerk een forse uitbreiding kent. Het is een positief element om dit waar te nemen. Door dergelijke inrichting wordt de toekomstige uitbreiding op zowel recreatief als functioneel vlak van het trage wegennetwerk gegarandeerd. 

Aan artikel 3 wordt voldaan. 

De in artikel 4 van het gemeentewegendecreet vernoemde principes zijn:

• Wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
• Een wijziging, verplaatsing, of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
• De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
• Wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
• Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoefte van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

           Advies dienst mobiliteit hierop:

4.1 De wijzigingen, waarbij er onder andere verschillende grasvelden, parken en een verkeerspark worden aangebracht staan ten dienste van het algemeen belang. Doordat dergelijke (groen)zones ook buiten de wedstrijduren beschikbaar zullen zijn versterkt dit alleen maar de sociale cohesie van de buurt en wordt het trage wegennetwerk zowel recreatief en als functioneel fors uitgebreid. 

4.2 Er dienen geen buurtwegen verplaatst te worden binnen het projectgebied. 

4.3 Het projectgebied werd in functie van het decreet gemeentewegen door de dienst mobiliteit grondig geanalyseerd. 

• Op zich zijn de parkeerplaatsen te ruim ingetekend. Parkeerplaatsen hebben op het plan een afmeting van 2,5m op 6m. Door deze afmeting wordt de afstand tussen twee rijen parkeerplaatsen 4m. Als de parkeervakken kleiner worden (2,5m op 5m) kan er in totaliteit 2m toegevoegd worden aan de tussenruimte en wordt deze zo 6m. Met 6m hebben voertuigen voldoende ruimte om vlot in- en uit te kunnen rijden. Er is voldoende ruimte beschikbaar, dus dit betreft een (visuele) optimalisatie bij uitwerking op het terrein.  
• Fietsnietjes worden vaak in het gras geplaatst. De fietsnietjes die in het gras geplaatst worden dienen voorzien te worden van een comfortabele ondergrond (eventueel grasdallen) zodat fietsers bij regenweer niet in de “modder” om hun fiets moeten. De afstand tussen de fietsnietjes wordt op 1m geadviseerd. Fietsnietjes worden 0,80m van het einde van de haag geadviseerd.
• De bussen die naar de verschillende (rand)parkings zullen rijden worden ten oosten van het stadion ingetekend. We adviseren om naar elke bus een zebrapad aan te brengen (ifv geleiding van de supporters) en om duidelijk aan de hand van bordjes (die boven een mensenzee vlot te zien zijn) kenbaar te maken welke bus naar welke randparking rijdt. Op deze manier worden supporters maximaal gestuurd en wordt het risico op het nemen van een verkeerde bus veel kleiner. Het verkeerspark dat hier eveneens aan de oostelijke zijde van het stadion aanwezig is, wordt geadviseerd ietwat zuidelijker te plaatsen zodat de vele supporters de aangebrachte thermoplast niet snel teniet kunnen doen.
• Er is voldoende ruimte voorzien om de diverse verkeersstromen bij elke toegang te scheiden en deze te optimaliseren in functie van de verkeersveiligheid.
• Het pad van het park aan de westelijke zijde van het stadion is niet overal 4m breed. De verkeersstromen van alle West-toegangen werden geanalyseerd. Bepaalde paden worden idealiter 4m breed ingetekend. Op deze manier wordt de snelste stroom naar het stadion geoptimaliseerd.  

De dienst mobiliteit geeft in het algemeen ook de volgende zaken mee: 

• De dienst mobiliteit vraagt nauw betrokken te worden bij de uitvoering van het stadion.
• Oversteken op de site zelf en naar de site toe dienen drempelloos te zijn in functie van toegankelijkheid. Dit in functie van het fiets- en voetgangerscomfort.
• Het plaatsen van paaltjes dient weloverwogen te worden. Wanneer de werken van deze site het einde naderen wil de dienst mobiliteit gerust ter plaatse komen in functie van het uittekenen van de paaltjes
• Op de site zelf dienen er voldoende wegmarkeringen en verkeersborden te worden aangebracht. Wanneer de werken van deze site het einde naderen wil de dienst mobiliteit gerust ter plaatse komen in functie van het uittekenen van de markeringen/verkeersborden.
• De dienst mobiliteit is steeds bereid om rond de tafel te zitten en de gegeven feedback verder te bespreken/toe te lichten

4.4 Er worden geen gemeentegrenzen overschreden. 

4.5 In de intekening van de nieuwe wegenis wordt rekening gehouden met enerzijds de uitbreiding van het trage wegennetwerk alsook met het functioneel gebruik van de weg op lange termijn. 

Aan artikel 4 wordt voldaan. 

De omgevingsambtenaar ruimte beoordeelt het advies op volgende manier:

• Afmetingen parkeerplaatsen:

Er wordt om de hoger vermelde redenen niet meegegaan in de voorwaarde om de parkeerplaatsen te beperken in diepte.

• Zone fietsbeugels:

Om de hoger vermelde redenen wordt deze opmerking bijgetreden..

• Zone shuttlebussen:

Om de hoger vermelde redenen wordt deze opmerking bijgetreden.

• Breedte paden:

Geen van de wandelpaden aan de westzijde heeft een breedte van 4 m. Door de paden te verbreden van 2 m naar 4 m wordt een zeer grote bijkomende hoeveelheid verharding voorzien. De inrit aan West 3 heeft een breedte van 3.50 m. Doordat hier geen kruisend verkeer voorzien is (de stromen in en uit vinden op een verschillend moment plaats), is deze breedte voldoende.

• Betrokkenheid dienst mobiliteit:

Dit valt niet onder de zaak der wegen.

Het voorstel is bijgevolg in overeenstemming met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

Opname in openbaar domein

De ruimte tussen de rooilijnen dien op te worden genomen in het openbaar domein. Dit toekomstige openbaar domein wordt weergegeven op het plan “BA_Addendum_OlympiasiteRooilijnplan_N”

De grens van het openbaar domein loopt ter hoogte van het stadion over de asfaltverharding. Het is noodzakelijk dat deze grens gevisualiseerd wordt, zodat op elk ogenblik op eenvoudige wijze kan bepaald worden waar het openbaar domein stopt. Dit kan door het aanbrengen van merktekens langsheen de grens van het openbaar domein.

Voorwaarden

De gemeenteraad verzoekt de volgende voorwaarden op te leggen:

Aanduiding grens openbaar domein

• De rooilijn rondom het stadion op de verharding te materialiseren door merktekens.

Inplanting plaszuilen:

• De plaszuilen dienen te worden ingeplant buiten de toekomstige kroonprojectie van de bomen.

Zone fietsbeugels:

• De fietsbeugels moeten geplaatst worden op een monolietverharding. De verharding dient een oppervlakte te hebben van 1 m x 1.95 m onder iedere fietsbeugel.

Zone shuttlebusparking oost:

• De parkeerstroken aan de shuttlebusparking dienen de monolietverharding te worden doorgetrokken omwille van de duurzaamheid.

Groenaanplanting:

• Een algemene onderhoudszone (gazon) rondom het terrein langsheen de perceelsgrens van minimum 150cm moet voorzien worden.

Wandelpaden ter hoogte van wadi’s:

• Om het kruisen van de grachten door voetgangers te faciliteren moeten ter hoogte van de voorziene wandelpaden brugjes worden voorzien.

Wegmarkeringen:

• Ter hoogte van de shuttlebusparkings dient een zebrapad te worden aangebracht naar elke opstapplaats. Bijkomend dient de nodige signalisatie te worden aangebracht om aan te geven welke bussen van welk perron vertrekken.
• Het verkeerspark moet meer zuidelijk aangebracht te worden om mogelijke schade aan de thermoplast te beperken.

Lasten

De kosteloze aanleg van het park wordt als last aan de aanvrager opgelegd