Zoals aangegeven wordt de vzw volledig gerund door vrijwilligers. De vrijwilligers die de meeste verantwoordelijkheden voor hun rekening nemen zijn veelal 70-plussers. Dit is voor hen op termijn niet houdbaar.

Bovendien krijgt de vzw het steeds moeilijker om vrijwilligers te vinden, maar stijgt de nood aan vrijwilligers (gezien het groeiend aantal woningen).

De vzw huurt zelf al 129 woningen in. Deze werking is vergelijkbaar met de werking van een klein “sociaal verhuurkantoor”. (Ter vergelijking Vivendo heeft 440 woningen en appartementen overgenomen van SVK Brugge, SVK Sovekans en SVK JOGI samen.)

De financiële en inhoudelijke verantwoordelijkheden die hier bij komen kijken, gaan ons inziens een vrijwilligersorganisatie te boven.

De vzw is nog een vrij jonge organisatie, maar als de huur door onderverhuurders voor langere periode niet wordt betaald, of als de woningen in slechte staat worden achtergelaten door gewezen huurders, dan is dit een enorm financieel risico voor de vzw. De vzw haalt wel aan dat ze ook inkomsten hebben uit onroerende goederen in eigendom, maar dan nog lijkt het financieel risico niet te onderschatten.

Bovendien staat de vzw zelf in voor de toewijzing van de woningen. Dit lijkt ons echter geen sinecure, gezien de vzw niet kan terugvallen op een regelgevend kader.

De verantwoordelijkheden die de vrijwilligers nu opnemen, zonder een professionele omkadering, zijn niet min. Ze ondersteunen de nieuwkomers in heel wat aspecten van het wonen en maatschappelijke integratie, helpen hen bij administratieve taken en zijn een aanspreekpunt voor de verhuurders.

Daarom stellen we volgende voor:

1. Vanuit Stad/OCMW voorzien we een financiering van een voltijdse coördinator en dit voor de periode van 1 jaar (maximum bedrag van 75.000 euro - 25.000 euro OCMW, 50.000 euro Stad). Deze coördinator heeft tot taak om:
   • In overleg met het dagelijks bestuur en het bestuursorgaan de dagelijkse werking van de vzw te coördineren voor wat betreft de woningen die zich op Brugs grondgebied bevinden;
   • In te zetten op het zoeken van nieuwe vrijwilligers en de ondersteuning van de vrijwilligerswerking;
   • In nauwe samenwerking met de Stad en het OCMW een analyse te maken van de huidige werking (zowel inhoudelijk, organisatorisch als financieel);
   • Op basis van deze analyse en in samenwerking met de bevoegde diensten van Stad en OCMW, een aantal pistes te formuleren om er voor te zorgen dat de werking van de vzw kan bestendigd of ingebed worden in andere organisaties zodat de doelstellingen van de vzw op termijn blijvend gerealiseerd kunnen worden.
     Bedoeling is dat er tegen eind maart 2025 door het bestuursorgaan van vzw Huizen van Vrede een voorstel kan voorgelegd worden aan het college.
   • Een toewijzingsreglement uit te werken in overleg met het OCMW, zodat een objectieve toewijzing steeds kan gegarandeerd worden.
2. Het bestuursorgaan van de vzw Huizen van Vrede bestaat uit 10 bestuursleden en komt maandelijks samen. Daarnaast is er een algemene vergadering met 16 leden. Momenteel woont een afgevaardigde van de sociale dienst deze vergaderingen ook bij. Om de werking van de vzw verder mee te kunnen opvolgen en af te stemmen op het lokaal (sociaal) beleid, duidt de raad voor maatschappelijk welzijn een vertegenwoordiger aan die zetelt in het bestuursorgaan en de algemene vergadering van de vzw en dit voor de duur van de overeenkomst.
3. Op basis van het voorgelegde voorstel kunnen Stad/OCMW dan verder beslissen over de ondersteuning van dit initiatief.

Er werd een samenwerkingsovereenkomst opgemaakt waarin de engagementen van zowel de vzw Huizen van Vrede als deze van het lokaal bestuur werden opgenomen.

Er wordt positief geadviseerd op de jaarrekening 2023.

De vergelijking tussen de huidige formatie van OCMW Brugge – Cel lokaal sociaal beleid en het voorstel nieuwe formatie OCMW Brugge – Cel lokaal sociaal beleid kan in de bijlage geraadpleegd worden.

Hoogstraat 9

Er worden twee verschuivingen voorzien naar Hoogstraat 9:

• 0,4 VTE polyvalent medewerker vanuit de mobiele equipe Mintus, maar krijgt in H9 de functietitel medewerker schoonmaak.
• 1 VTE administratief assistent vanuit de buurtcentra, maar krijgt binnen Hoogstraat 9 de functietitel digitaal assistent. Binnen H9 zijn er namelijk verschillende medewerkers aan het werk binnen het thema e-inclusie. Het lijkt ons dan ook opportuun dat zij samen een team vormen, waardoor deze verschuiving aangewezen is. 

Het budget wordt telkens mee verschoven.

Trajectwerking niet-Belgen: + 3,80 VTE maatschappelijk werkers 

In de trajectwerking niet-Belgen stromen de Oekraïners door die niet langer in opvang verblijven, maar een eigen huurcontract hebben.

Daarnaast zien we ook een toename van andere erkend vluchtelingen of subsidiaire beschermden met leefloon.

Er zijn 13 maatschappelijk werkers aan het werk in dit team, die 11,4 VTE in dossiers werken en 0,8 VTE voor coaching nieuwe medewerkers en project Taallent.  

1 VTE maatschappelijk werker werkt gemiddeld in 36 dossiers. Op vandaag zijn er in dit team 404 lopende dossiers en gemiddeld 35-tal nieuwe aanvragen per maand. Met de huidige groep zouden we in principe 410 dossiers behandelen.

De uitbreiding met 3,80 VTE maatschappelijk werker is noodzakelijk om kwaliteitsvol werk te kunnen leveren. Op vandaag werken er reeds tijdelijke medewerkers bovenop de bestaande formatie (van 8,2 VTE).

Trajectwerking jongeren: + 1 VTE jongerencoach en - 2 VTE projectmedewerkers

Het ESF-project Parcourage werkt via casemanagement met kwetsbare jongeren tot 30 jaar. Het project loopt voor 6 jaar en er is 0,75 VTE MW gesubsidieerd en 0,25 VTE co-financiering vanuit het OCMW (tot 31/12/2030). Er is een multidisciplinair samenwerkingsverband met medewerkers van CAW, De Sleutel, Groep Intro,...

Daarnaast worden de 2 VTE projectmedewerkers geschrapt van de formatie, aangezien dit project ten einde is gelopen.

LOI: + 1 VTE sociaal en logistiek assistent 

In het Oekraïne-team waren er 2 VTE medewerkers voorzien. Eén VTE is verschoven naar de LOI-werking, aangezien het aantal Oekraïnewoningen is verminderd. In het LOI zijn er meer startwoningen na LOI-opvang bijgekomen, waar er logistieke opvolging nodig is. In deze woningen verblijven de cliënten 1 tot maximum 3 maanden.

BSHV en energieloket

Er gaat 1 VTE maatschappelijk werker van het team BSHV naar CSR, omwille van de reorganisatie intake. Deze medewerker wordt ingeschakeld in CSR om de verzoekschriften in te dienen.

Omwille van een daling in het aantal dossiers, wordt het aantal VTE maatschappelijk werkers verminderd met 1,5 VTE. 

Bijkomend wordt de vermelding *** mee overgedragen naar het energieloket. De subsidies (***) die liepen tot 31/12/2023 werden met 1 jaar verlengd. Dit wordt op die manier aangepast in de formatie.

Collectieve schuldenregeling: -0,2 VTE bestuurssecretaris en + 1 VTE MW

In de werking van Collectieve schuldenregeling zijn er 2 juristen-leidinggevenden aanwezig. Gezien de daling van het aantal dossier CSR is het haalbaar om definitief naar een 4/5 VTE tewerkstelling te gaan voor een van de juristen.

Zoals hierboven aangegeven komt 1 VTE maatschappelijk werker over van het team BSHV naar CSR.

Formatie team Oekraïne

-1 VTE toeleider in diversiteit

Sinds de start van de Oekraïne-crisis in maart 2022 was er nood aan een tolk en persoon die Oekraïne en de cultuur goed kende. Er is een medewerker gevonden voor 2 jaar en maakte deel uit van het team van de Diversiteitsdienst van de stad.

Deze toeleider kiest zelf om de overeenkomst niet meer te verlengen.

Er was een subsidie voorzien vanuit GBO Oekraïne (tot eind 2023) om deze loonkost te dekken.

-1 VTE maatschappelijk werker

Oekraïners stromen door naar trajectwerking niet-Belgen doordat ze niet langer in opvang verblijven. Hierdoor wordt 1 VTE maatschappelijk werker geschrapt.

 -1 VTE sociaal en logistiek assistent

1 VTE sociaal en logistiek assistent wordt ingeschakeld in het LOI (zie motivatie bij team LOI).

De vergelijking tussen de huidige formatie en het voorstel nieuwe formatie kan in de bijlage geraadpleegd worden.

Zie hierboven. 

1 VTE ICT-front end developer => ICT-tester

De kennis voor front end developing is momenteel aanwezig bij de huidige ICT – Architecten. Hierdoor is de noodzaak aan een front end developer minder dan 3 jaar geleden. Om de ICT – Architecten te ondersteunen in het opleveren van kwalitatieve producten wensen we de functie ICT-front end developer te vervangen door een functie ICT – tester. Het doel van de functie is om testen te automatiseren via testlijsten en ook om aan digitaliseringsprojecten mee te werken in de test fase. We stellen vast dat er projecten vertraging oplopen door een gebrek aan testen. Hoe sneller een fout ontdekt kan worden hoe lager de kost ook is om deze recht te trekken, tevens lever je ook een beter product af en zorg je ervoor dat projecten minder vertraging oplopen.

De vergelijking tussen de huidige formatie van Mintus - Informatica en het voorstel nieuwe formatie Mintus - Informatica kan in de bijlage geraadpleegd worden.

Wijzigingen in de formatie worden in kleur aangeduid. Indien het aantal VTE daalt, wordt dit in het groen aangeduid. Indien het aantal VTE stijgt in het rood. Als er iets inhoudelijk wijzigt (bv: een nieuwe functietitel of een nieuwe functie) wordt dit in het geel aangeduid.

In de huidige context met war for talent is het niet langer evident om de positie van ingenieur in te vullen. Daarenboven blijkt dat voor onze organisatie ook mensen zonder diploma van ingenieur, maar die kunnen buigen over een ruime ervaring in de sector, vaak ook in aanmerking komen voor het invullen van deze functie. Het aanpassen van de omschrijving naar projectleider technieken is dan ook een weloverwogen keuze om ruimer op de markt te kunnen gaan aanwerven. Door te opteren voor projectleider technieken kunnen immers zowel ingenieurs, als personen die gegroeid zijn in hun job binnen deze sector in aanmerking komen. Dat maakt dat de slaagkans om de positie in te vullen met geschikte profielen een stuk groter kan worden.

Op vandaag zien we dat het deel bouw voldoende is afgedekt, maar door de steeds stijgende hoeveelheid technieken binnen gebouwen in functie van de verstrengde klimaateisen zien we een al dan niet tijdelijke stijging in het deel van de technische opvolging. Gezien we maximaal binnen ons eigen toebedeelde contingent van medewerkers willen blijven, wijzigen we daarom de niet ingevulde functie van assistent architect naar projectleider. Op vandaag is vooral nood aan technische ondersteuning, maar ook dit kan in de toekomst weer wijzigen. Het aantal VTE voor de functies projectleider technieken en projectleider bouw worden daarom samen genomen. Zo kan er meer ingespeeld worden op specifieke behoeften aan een projectleider op vlak van technieken of op vlak van bouw. Zo kan het voorvallen dat een projectleider bouw uit dienst gaat en vervangen wordt door een projectleider technieken.

Wijziging functietitels 

Om de functies binnen het atelier aantrekkelijk te houden op de arbeidsmarkt, werden de titels onder de loep genomen. Hierdoor willen we de functies als volgt wijzigen:

• Technisch hoofdmedewerker (domein) => hoofdmedewerker (domein) (C4-C5)
• Technisch medewerker (domein) => medewerker (domein) (C1-C2-C3)
• Technisch assistent (domein) => assistent (domein) (D1-D2-D3)
• Technisch werkman/vrouw (domein) => medewerker in opleiding (domein) (E1-E2-E3)

Daarnaast spreken we niet meer over horticultuur, maar over groen. 

De functie technisch assistent vervoer wordt weggelaten, aangezien dit een fout is die geslopen is in de vorige wijziging.

Bosarbeider: -0,40 VTE

Voor wat betreft het bosbeheer zijn op vandaag niet alle vacatures ingevuld. Er werd geopteerd om voor een aantal jaar te kijken of uitbesteding van een aantal werken, vooral deze waarbij gespecialiseerd materiaal voor nodig is waar wij zelf niet over beschikken, niet meer armslag heeft om de verwachte resultaten te bereiken. Deze functie wordt dan ook licht afgebouwd.

** wordt weggelaten

De vermelding bij ** wordt weggelaten, aangezien dit niet meer relevant is en wordt aangepast zoals de andere *, waarbij er een flexibele inzet is rekening houdend met de actuele noden op de werkvloer.

De vergelijking tussen de huidige formatie en het voorstel nieuwe formatie kan in de bijlage geraadpleegd worden.

Wijzigingen in de formatie worden in kleur aangeduid. Indien het aantal VTE daalt, wordt dit in het groen aangeduid. Indien het aantal VTE stijgt in het rood. Als er iets inhoudelijk wijzigt (bv: een nieuwe functietitel of een nieuwe functie) wordt dit in het geel aangeduid.

De formatiewijziging voor seniorenzorg wordt voorgelegd met de volgende wijzigingen:

• Dienst thuiszorg – Expert kwaliteit en zorg: Aanpassing loonschaal van B1-B2-B3 naar B4-B5. Deze functie staat in voor de kwaliteitswerking voor alle thuiszorgdiensten, namelijk de buurtcentra, de dienst thuishulp (dienstenchequebedrijf), de zorgcoördinatie en de dienst gezinszorg. Aanvankelijke sloeg de kwaliteitswerking enkel op de buurtcentra (toen nog dienstencentra genoemd). Door de toevoeging van de dienst thuishulp, de dienst gezinshulp en de zorgcoördinatie is deze functie duidelijk verzwaard. Vandaar het voorstel om de loonschaal aan te passen. 
• De Logistieke dienst, wordt aangepast naar Dienst onderhoud gebouwen, waarbij de subteams (onderhoudsploeg, dag- en avondploeg) tot 1 team worden omgevormd. De technische ploeg (met klusjesmedewerker) wordt uit deze dienst gehaald. 0,4 VTE wordt bovendien verplaatst naar de Hoogstraat 9 (en in die formatie opgenomen).
• Dienst klantenadministratie: de klusjesmedewerker wordt in de praktijk vanuit deze dienst aangestuurd, en dus verwijderd uit de logistieke dienst en uit de buurtcentra. De functie administratief hoofdmedewerker en deskundige administratie wordt in de formatie aangepast naar een bijkomende administratief medewerker. Daarnaast wordt 1 VTE administratief medewerker van de “dienst welzijn”, die reeds eerder vanuit de Stad zijn overgezet, nu ook toegevoegd in de formatie. 
• Dienst zorgcoördinatie: Het voorstel is om 0,5 VTE zorgcoördinator – maatschappelijk werker toe te voegen, gezien de toename van de hoeveelheid werk. Per 104 geholpen klanten van minstens 4 uur wordt namelijk 0,5 VTE gesubsidieerd. De toename van de hoeveelheid werk is onder meer te wijten aan (1) De opstart van de dienst gezinszorg, (2) de impact van Belraiscreener (en sociaal supplement voor gezinszorg) die zorgt voor langer durende huisbezoeken en (3) het beheer van de niet naar Vivendo overgedragen seniorenwoningen.  Vroeger stond de dienst zorgcoördinatie enkel in voor de toewijzingen en zorgde het SVK voor de infoverstrekking, de intake van nieuwe inschrijvingen en het beheer van de wachtlijst. Die elementen zijn bij ontbinding van het SVK overgedragen naar de dienst zorgcoördinatie (zonder dat er personeel van SVK overkwam).
• In de buurtcentra wordt ZOC niet meer apart in de formatie opgenomen. De werking met doelgroepmedewerkers (vroeger LDE), wordt immers niet meer tot 1 locatie beperkt. We streven ernaar om met 5 polyvalent medewerkers – in opleiding te werken, zijnde personen met individueel maatwerk, verspreid over de buurtcentra. Gezien de uitbreiding van de buurtcentra (Scharphout en Van Zuylen), worden 2 extra gastvrouwen voorgesteld. Op administratief vlak wordt de functie administratief assistent geschrapt, en wordt de functie van administratief medewerker met 1 VTE verhoogd, wat neerkomt op het toevoegen van een administratieve functie van de “dienst welzijn” die eerder vanuit de Stad zijn overgebracht naar de buurtcentra, maar nog niet opgenomen waren in de formatie.
• Dienst thuishulp: In de toekomst zou met 9 gezinshulpen en 1 gezinshulp in opleiding worden gewerkt, in plaats van 10 gezinshulpen. Voor deze functies wordt nu ook de IFIC loonschaal vermeld. Deze wijziging de mogelijkheid dat medewerkers de opleiding tot zorgkundige kunnen volgen via werkplekleren dankzij het structureel instroomkanaal, wat eerder is mogelijk gemaakt in de WZC. Het aantal VTE huishoudhulpen is van 145 naar 130 teruggebracht wat dichter ligt bij de realiteit.
• In de Centra van Dagverzorging wordt de functie van ergotherapeut vervangen door de functie Welzijnsmedewerker. Daardoor kunnen we ruimer aanwerven volgens de norm reactivering (zoals in de WZC reeds het geval is). Het is wel zo dat er strikt zal worden opgevolgd dat het aantal welzijnsmedewerkers met het diploma ergotherapeut / kinesist / logopedist niet onder de vereiste norm daalt. Daarnaast zijn in de formatie het aantal VTE aangepast volgens de subsidiëring die voorzien wordt volgens het voorziene aantal bezoekers van de CDV. Het aantal VTE is daardoor gedaald in vergelijking met de vorige formatie.
• In de Woonzorgcentra is het aantal VTE aangepast volgens de subsidiëring op basis van de zorgzwaarte van de bewoners. Voor de volledigheid is ook het aantal VTE vermeld dat kan ingezet worden ter vervanging van het ADV verlof waar medewerkers recht op hebben. Deze worden ingezet in verschillende functies volgens de geldende subsidieregels. Dit is dus geen aparte functie die moet ingevuld worden, maar zijn wel extra VTE waar een WZC gebruik van kan maken. In WZC Sint-Pietersmolenwijk is het aantal VTE teruggebracht voor een bezetting van 150 bewoners in plaats van een volledige bezetting van het WZC. Daarbij doen we ook nog een administratieve rechtzetting: De loonschaal voor woonzorgcoördinator is IFIC 18 (of A1a-A1b-A2a) en de loonschaal voor de teamcoach is dezelfde als in de andere WZC (IFIC 17, of BV5, of B4-B5). 

Gezien bovenstaande aanpassingen daalt het aantal VTE in de formatie van 1030,25 naar 997,45. Dit betekent een daling van ongeveer 2 miljoen euro als men de oude met de nieuwe formatie vergelijkt.

De vergelijking tussen de huidige formatie en het voorstel nieuwe formatie kan in de bijlage geraadpleegd worden.

Wijzigingen in de formatie worden in kleur aangeduid. Indien het aantal VTE daalt, wordt dit in het geel aangeduid. Indien het aantal VTE stijgt en/of indien iets inhoudelijk wijzigt (bv een nieuwe functietitel), wordt dit in het groen aangeduid.

CPBW:

Huidige samenstelling:

Artikel 62:

Werkgeversafvaardiging:

• De adjunct- algemeendirecteur C. Fillet, Voorzitter CPBW
• Adviseur personeel – P.Delbarge
• Diensthoofd atelier – L. Verbrugghe
• Adviseur seniorenzorg – F. Debaere
• Bestuurssecretaris secretariaat – B. Beka
• Plaatsvervangers: E. Claeys, C. Maerten, A. Vandycke

 Werknemersafvaardiging:

• A.C.O.D.: K. Hinderycks, N. Rombaux, S. Kempinck, D. Vanliefde, B. Rooseboom 
• A.C.V.-openbare diensten.: M. De Windt, R. Ingelbrecht, S. Lonneville
• V.S.O.A.: E. Roels, I. Sonnaert, T. Schepens, J. Andries.

Technici: 

• A.C.O.D.: D. Vanliefde
• A.C.V.-openbare diensten: J. Beernaert, E. De Wulf
• V.S.O.A.: I. Daveloose, G. Catrysse

 Preventiedienst:

• Departement gezondheidstoezicht – Dr. A.-M. Temmerman, Dr. M. Claeys; plaatsvervangend Dr. I. Deruytter
• Preventieadviseur: C. Desutter
• Preventiesecretariaat: J. Algoedt

Voorstel gewijzigde samenstelling:

Artikel 62:

 Werkgeversafvaardiging:

• De adjunct- algemeendirecteur C. Fillet, Voorzitter CPBW
• Adviseur personeel – P.Delbarge
• Adviseur seniorenzorg – F. Debaere
• Adviseur technische dienst – A. Vandycke
• Adviseur Maatschappelijke dienstverlening – Veerle Van Vynckt
• Plaatsvervangers: E. Claeys, C. Maerten, Jimmy Van Troyen, Conny Beyaert

Werknemersafvaardiging: 

• A.C.O.D.: K. Hinderycks, N. Rombaux, S. Kempinck, plaatsvervangers: D. Vanliefde, L. Everaert
• A.C.V.-openbare diensten.: M. De Windt, R. Ingelbrecht, S. Lonneville, plaatsvervanger: S. Lagauw
• V.S.O.A.: J. Andries, S. Soubry, plaatsvervangers : L. Van Acker

Technici:

De afvaardiging van de overheid enerzijds en de representatieve vakorganisaties anderzijds kunnen zich laten vergezellen door technici.

Preventiedienst:

• Departement gezondheidstoezicht – Dr. A.-M. Temmerman, Dr. M. Claeys; plaatsvervangend Dr. I. Deruytter
• Preventieadviseur: C. Desutter
• Preventiesecretariaat: J. Algoedt

Aanpassing artikel 11:

Huidig artikel:

Paragraaf 1

4 dagen van de extra-legale vakantie mogen naar het volgend kalenderjaar overgebracht worden, met dien verstande dat ze voor 1 februari van dat jaar dienen genomen te worden. De overgedragen dagen extra[1]legale vakantie die op uiterlijk 31 januari niet werden opgenomen, gaan definitief verloren. Bij gemotiveerd verzoek kan de OCMW-secretaris een afwijking toestaan.

Paragraaf 2

De regeling opgenomen in paragraaf 1 is slechts van toepassing vanaf overdracht van het jaar 2017-2018. Voor de overdracht van extra-legale vakantie 2015-2016 en 2016-2017 geldt volgende overgangsregeling: 7 dagen van de extra-legale vakantie mogen naar het volgend kalenderjaar overgebracht worden, met dien verstande dat ze voor 1 mei van dat jaar dienen genomen te worden. De overgedragen dagen extra-legale vakantie die op uiterlijk 30 april niet werden opgenomen, gaan definitief verloren. Bij gemotiveerd verzoek kan de Algemeen Directeur of zijn gedelegeerde een afwijking toestaan.

Voorstel wijziging artikel: 

4 dagen van de extralegale vakantie mogen naar het volgend kalenderjaar overgebracht worden, met dien verstande dat ze voor 1 april van dat jaar dienen opgenomen te worden. De overgedragen dagen extralegale vakantie die op uiterlijk 31 maart niet werden opgenomen, gaan definitief verloren. Bij gemotiveerd verzoek kan de  Algemeen Directeur of zijn gedelegeerde een afwijking toestaan.

/

De feitelijke onverdeeldheid die thans bestaat voor bovengenoemd perceel, kan tenietgedaan worden door de verkoop van alle eigenaars aan één enkele eigenaar.

Overeenkomstig het Decreet Lokaal Bestuur, dient elke verkoop van onroerend goed door het OCMW in principe openbaar te gebeuren. Hiervan kan enkel gemotiveerd worden afgeweken.

In casu is er perceel gewoon in mede-eigendom en is een afpaling van het aandeel van de verschillende eigenaars de facto onmogelijk.

Aangezien de andere eigenaars hun onverdeeldheid verkopen aan de BV Meat Big Distribution, zal het feitelijk onmogelijk worden voor het OCMW om haar aandeel in deze onverdeeldheid aan iemand anders te verkopen.

Het komt dus gepast voor om het aandeel van 14a 75ca van het OCMW Brugge in deze onverdeeldheid, te verkopen aan de BV Meat Big Distribution, voor een prijs van €10.974,00.

Notaris Van Hoestenberghe maakte de ontwerpakte over op 29/07/2024. Deze werd nagezien door de administratie van de technische dienst en er werden geen opmerkingen geformuleerd.

Het beschikken over een PEFC certificaat is een meerwaarde die niet alleen garanties biedt inzake de duurzame exploitatie van de bossen, maar ook een bevestiging naar derden toe dat de bossen van OCMW Brugge op een duurzame manier worden beheerd.

Om het certificaat te vernieuwen wordt onderstaande charter ter goedkeuring voorgelegd:

CHARTER VAN ENGAGEMENT VOOR PEFC DUURZAAM BOSBEHEER IN WALLONIË

VANAF 2024

VOOR PUBLIEKRECHTELIJKE RECHTSPERSONEN

Hierbij vragen wij u om deel te nemen aan de PEFC-boscertificering zoals beschreven in de PEFC-normen voor duurzaam bosbeheer voor het Waalse Gewest.

Door het charter te ondertekenen, verbinden wij ons ertoe, voor al onze percelen:

1. Verordening 

• Om de wetten, decreten en voorschriften te respecteren die van toepassing zijn op ons bos.

2. Informatie – vorming

• Informeer of train ons over de principes van duurzaam bosbeheer in al zijn aspecten.
• Informeren en/of ervoor zorgen dat alle personen die betrokken zijn bij het beheer en de werkzaamheden op ons terrein worden geïnformeerd/getraind over duurzaam bosbeheer en de eisen van de PEFC (inclusief beheerders, exploitanten, bosbouwaannemers, houders van jachtrechten).
• Informeer en, indien van toepassing, zorg ervoor dat niet-professionele bosarbeiders worden opgeleid op het gebied van veiligheid op het werk.

3. Managementdocument

• Laat de gemandateerde beheerder een beheersdocument (beheerplan of eenvoudig beheerdocument) opstellen dat minstens voldoet aan de eisen van de PEFC-normen voor duurzaam bosbeheer.
• Stuur binnen een jaar na ondertekening van het beheersdocument een kopie van het beheersdocument naar Filière Bois Wallonie.
• Maak het managementdocument openbaar. 

4. Passende bosbouw

• Ervoor zorgen dat de kwaliteit en kwantiteit van de bosbouwproductie worden gegarandeerd, in tijd en ruimte, aangepast aan het station, rekening houdend met de evolutie van de klimatologische omstandigheden.
• Ervoor zorgen dat de gezondheid van onze bossen wordt bewaakt en Filière Bois Wallonie informeren in geval van grote problemen.

5. Regeneratie

• Plan en voer natuurlijke regeneratie en/of beplanting uit met soorten die zijn aangepast aan de site. 
• Gebruik diverse herkomsten en/of herkomsten op het niveau van ons eigendom en behoud de herkomstcertificaten.
• Houd rekening met de aanwezigheid van elitebomen of opstanden op ons terrein, zodat het oogsten van zaden kan worden overwogen.
• Gebruik geen GGO's en invasieve soorten van lijst A van invasieve soorten in België.

6. Mengsel 

• Ons bos diversifiëren door een mix van soorten (in groepen, stroken, boeketten of vloeren, of voet voor voet), leeftijden en structuren, voor zover de stationaire omstandigheden en de structuur van ons eigendom dit toelaten.
• Geef de voorkeur aan zeldzame of begeleidende soorten bij het opruimen, deprimeren en hameren.

7. Ingangen 

• In het kader van de door de Waalse regering vastgestelde uitzonderingen herbiciden, fungiciden, insecticiden of rodenticiden alleen als laatste redmiddel gebruiken en bij gebrek aan bevredigende alternatieve methoden.   
• Gebruik geen pesticiden binnen 12 meter van beken, watermassa's en bronnen.
• De wijzigingen op de juiste wijze toepassen en op basis van een betrouwbare bodemanalyse waaruit blijkt dat de minerale onevenwichtigheden die de gezondheid van de opstand in de weg staan, moeten worden gecorrigeerd.
• Bemest onze bossen niet.

8. Zones humides 

• Beperk de doorgang van hogedrukmachines op de grond tot perioden van vorst of voldoende droge "droge" grond, tenzij er een werkende scheidingswand is.
• Maak geen nieuwe afvoer.
• Op minder dan 12 meter van de oevers van waterlopen en meren mogen geen naaldbomen worden geplant en mag de ontwikkeling van natuurlijke naaldzaailingen niet worden aangemoedigd. 

9. Andere gebieden van bijzonder biologisch belang 

• Behoud of herstel zelfs gebieden van bijzonder biologisch belang, zoals bosranden, open plekken, vijvers en vijvers.

10. Dood hout en bomen van biologisch belang 

• In loofopstanden, voor zover de kenmerken van ons eigendom dit toelaten, onderhouden we een netwerk van dood hout in het bos (staand en/of op de grond), holtes en oude bomen, binnen de vereiste fytosanitaire en veiligheidslimieten.
• Onderhouden en aanwijzen:
  • tijdens het vellen van ten minste één van deze bomen met een omtrek van meer dan 125 cm per hectare; 
  • en/of eilanden van veroudering of veroudering, tot 2% van de loofoppervlakte van ons eigendom.

11. Interventie in het bos en op school

• Om een evenwicht op lange termijn te garanderen tussen de groei van het bos en de houtkap die daar wordt uitgevoerd, zolang de grootte van ons eigendom en de sanitaire omstandigheden dit toelaten.
• Gebruik bij het snijden het standaardformulier dat door Filière Bois Wallonie wordt verstrekt of andere documenten waarin met name de prijs, de hoeveelheid en de kenmerken van de partij, het certificaatnummer, de vermelding "PEFC 100% gecertificeerd" en de gebruiksduur worden vermeld.
• Voor door ons uitgevoerde ingrepen in het bos:
  • noodprocedures opstellen om het risico op vervuiling tot een minimum te beperken; 
  • de veiligheidsinstructies in acht te nemen;
  • Laat geen afval achter.
• Voor ingrepen in het bos uitgevoerd door een derde partij:
  • Gebruiksspecificaties die, afhankelijk van de risico's die verbonden zijn aan het type en de locatie van de interventie, het volgende bepalen:
    • geen exogeen afval achter te laten;
    • de veiligheidsinstructies voor het werken in het bos te respecteren;
    • Voorkom schade aan wegen, resterende bomen en opstanden, bodem en watervoorraden.
  • Doe een beroep op een erkend bosbouwaannemer op basis van een door PEFC Belgium erkend referentiekader of gecertificeerd in verband met de bosbeheernormen die op hem van toepassing zijn[1].
  • Toezicht houden op de uitvoering van ingrepen in het bos in overeenstemming met de lastenboeken.
  • Reageer als er schade wordt vastgesteld.
• Voor kaalslag van meer dan 5 ha naaldbomen en 3 ha loofbomen; 
  • Om gezondheids- of klimatologische redenen: 
    • Dien een aanvraag in bij de DNF;
    • En Breng Filière Bois Wallonie op de hoogte van de verlening van deze machtiging.
  • Om een andere reden:
    • Dien een aanvraag in bij de DNF;
    • En dien een gemotiveerde aanvraag in bij het Filière Bois Wallonie en voeg daarbij de vergunning die door de DNF is afgegeven.
• Bij kaalslag moeten de snijvlakken worden aangepast aan de risico's van erosie van hellende bodems, destabilisatie van naburige opstanden, opwelling van waterlichamen of gevolgen voor het landschap.
• Vermijd het strippen van de organische horizonten en oogst voorzichtig stronken, residuen of fijne fracties om het evenwicht van de bodem niet te verstoren.

[1]. Dit punt over PEFC-erkende bosbouwaannemers is momenteel niet van toepassing.

12. Conversie

• Elke omzetting van bossen in niet-bosgebieden, herbebossing van niet-bosecosystemen wordt uitgevoerd in overeenstemming met de vereisten van de PEFC-normen voor duurzaam bosbeheer.
• Elke conversie van ernstig aangetaste bossen wordt uitgevoerd in overeenstemming met de vereisten van de PEFC*-normen voor duurzaam bosbeheer. 

* Dit punt is momenteel niet van toepassing, het zal zijn wanneer de door PEFC Belgium vastgestelde termen zijn gedefinieerd of zijn geïntegreerd in de Belgische regelgeving.   

13. PREVENTIE EN BEHEER VAN SCHADE IN VERBAND MET OVERBEVOLKING VAN WILD (HERTEN, REEËN, WILDE ZWIJNEN)

• Om een evenwichtig beheer tussen het bos en het wild te garanderen met alle middelen die ons ter beschikking staan.
• Rekening houden met de draagkracht bij de ontwikkeling en bosbouw van ons eigendom om de speldruk te verminderen.
• Informeer de houder(s) van jachtrechten over de implicaties van PEFC-certificering. 
• In samenwerking met de houder(s) van de jachtrechten, en eventueel met elke andere betrokken belanghebbende (bv. de beheerder), een eerste inventarisatie van de wildschade uitvoeren wanneer we toetreden tot het charter en deze minstens om de 3 jaar herzien.
• In geval van onaanvaardbare schade:
  • Informeer zowel de houder van het jachtrecht als het Filière Bois Wallonie. 
  • Definieer een strategie om weer in evenwicht te komen en implementeer deze. 

Aanvullende maatregelen die van toepassing zijn op eigenaren met een oppervlakte van meer dan 50 ha aan één stuk:

• Zo snel mogelijk, en uiterlijk bij de hernieuwing van onze jachtconcessieovereenkomst(en), de clausules invoegen die ons in staat stellen te voldoen aan de vereisten van de PEFC-normen voor duurzaam bosbeheer. 
• Houd ons op de hoogte van de jachtquota (gedefinieerd op het niveau van de jachtraad), de naleving ervan, de evolutie van het evenwicht tussen bos en wild en regelgevende maatregelen met de houder van jachtrechten.
• Voor het specifieke geval van wilde zwijnen:
  • Vraag monsters aan op basis van kwalitatieve geslacht-leeftijd-gewichtsverhoudingen. 
  • Verbied het afschrikkend voederen van wilde zwijnen van 1 november tot en met 28 februari (29 februari in schrikkeljaren).
  • Combineer het bovenstaande verbod met andere drukmaatregelen om een aanvaardbaar niveau van effecten te herstellen.
  • Als er na twee jachtseizoenen geen overtuigende resultaten zijn, verbied dan het voeren totdat een aanvaardbaar niveau van effecten is teruggekeerd.
• In geval van onaanvaardbare schade:
  • Definieer de strategie om weer in evenwicht te komen met de beheerder en de houder van de jachtrechten en voer deze uit. 
  • In geval van aanhoudende schade over een periode van 3 jaar, informeer de jachtraad.

14. Sociaal-ecologisch bos

• Blokkeer of ontmoedig de toegang tot openbare wegen, kruisingen of langs ons terrein niet, tenzij tijdelijk verboden om veiligheidsredenen.
• Op onze voorwaarden toegang verlenen tot particuliere boswegen op ons terrein, voor recreatieve, recreatieve, culturele of educatieve activiteiten, en met respect voor bosecosystemen, in het bijzonder wanneer er een duidelijk voordeel is ten gunste van de veiligheid of het netwerk van een niet-gemotoriseerd traag padcircuit.
• In aanvulling op wat is voorzien in de wetgeving, staat de organisatie van gemotoriseerde recreatieve activiteiten niet toe buiten de paden en paden die voor dit doel zijn gemarkeerd.
• Houd rekening met elementen van historische, culturele en landschappelijke waarde bij het beheer van ons bos.

15. Audit en participatie

• Aanvaard het bezoek en stel ons ter beschikking van een auditor die tot taak heeft de naleving van onze verplichtingen te controleren. 
• Het bijhouden van informatie die nodig is om de uitvoering van onze verplichtingen aan te tonen. Deze informatie zal tijdens de audit beschikbaar zijn voor raadpleging.
• Voldoen aan de voorwaarden voor toegang tot de PEFC-certificering die zijn gedefinieerd door Filière Bois Wallonie, in geval van een verzoek tot deelname of herplaatsing.

Datum:........./........./..................

Handtekening

Een administratieve rechtzetting dient dus te gebeuren d.m.v. de opmaak van een addendum.

Er is geen netto meerkost voor de Stad of inhoudelijke wijziging.

Met het voorliggende addendum wordt artikel 3 aangepast, waarbij de subsidie van het 'Buurtgericht Netwerk' in mindering wordt gebracht van het te betalen bedrag aan de Stad.

Was voorzien:

2023:

50.000 euro door de Stad te betalen aan SPOOR

25.000 euro door SPOOR te betalen aan Stad

2024:

51.000 euro door de Stad te betalen aan SPOOR

2025:

52.000 euro door de Stad te betalen aan SPOOR

wordt met het addendum aangepast

2023:

25.000 euro door de Stad te betalen aan SPOOR

2024 en 2025 blijven ongewijzigd.

Als bijlage de oorspronkelijke overeenkomst, het addendum en het advies van Algemeen Bestuur.