Het schepencollege van Stad Brugge besliste op 9 januari 2023 om de erkenningsaanvraag als onroerenderfgoedgemeente in te dienen. Bijgevolg valt Brugge onder de overgangsbepaling van het Wijzigingsdecreet van 10 juni 2022. Op 16 december 2022 informeerde het agentschap Onroerend Erfgoed Stad Brugge i.v.m. de overgangsmaatregel en werd de vraag om een akkoord van de gemeenteraad gesteld.
Als voorbereiding op de nieuwe vaststelling voerde de dienst Monumentenzorg & Erfgoedzaken in december 2022 een screening uit van de bestaande inventaris. Uit de screening kwam naar voor dat er van de 4516 vastgestelde items dertien panden op de inventaris gesloopt werden en dat er voor één pand een adreswijziging nodig is. Zonder akkoord zal het agentschap Onroerend Erfgoed de onroerende goederen zoals opgenomen in de inventaris van Brugge niet mee opnemen in de vaststellingsprocedure die start op 1 april 2023. Het vaststellingsbesluit van 2014 blijft dan onbeperkt geldig, inclusief de verouderde informatie (reeds gesloopt of fout adres).
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd zich akkoord te verklaren dat de Vlaamse regering nog een laatste vaststelling doet voor Brugge. Het agentschap bezorgde een formulering om op te nemen in het gemeenteraadsbesluit.
De gemeenteraad verklaart zich akkoord met de laatste vaststelling van de inventaris bouwkundig erfgoed van Brugge door de Vlaamse regering.
Op aangeven van het agentschap Onroerend Erfgoed wordt volgende bepaling opgenomen in het gemeenteraadsbesluit: “Indien de gemeente erkend wordt als onroerenderfgoedgemeente, geeft zij conform artikel 59 van het decreet van 10 juni 2022 tot wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, wat betreft de uitvoering van de visienota lokaal erfgoedbeleid en de toekenning van beboetingsbevoegdheid aan de gewestelijke beboetingsentiteit haar akkoord voor een laatste Vlaamse vaststelling van het bouwkundig erfgoed, zoals opgenomen in de Inventaris onroerend erfgoed, waarvan het openbaar onderzoek plaatsvindt in 2023. De gemeente zal tijdens de lopende procedure de betrokken onroerende goederen niet opnemen in een ander openbaar onderzoek voor het vaststellen van de inventaris van bouwkundig erfgoed zoals vermeld in het Onroerenderfgoeddecreet.”