Uit onderzoek van de geloofsbrieven van mevrouw Ilse Coopman, wonende Sprietwegestraat 1a, 8310 Sint-Kruis, blijkt dat zij voldoet aan alle voorwaarden om te kunnen worden aangesteld:
- zij voldoet aan de verkiesbaarheidsvereisten cfr. artikel 8 en 58 van, het lokaal en provinciaal kiesdecreet;
- er stellen zich geen onverenigbaarheden overeenkomstig artikel 10 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Mevrouw Ilse Coopman zal zetelen in dezelfde berekken als de heer Dirk Barbier (berek 2 en berek 3).
De samenstelling van de berekken en de rangorde worden aangepast.
De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag door de heer Dirk Barbier (aangeboden met brief d.d. 29 september 2022), als effectief lid van de gemeenteraad namens de fractie N-VA.
De gemeenteraad keurt de geloofsbrieven van de opvolger, mevrouw Ilse Coopman, goed zodat haar installatie als lid van de gemeenteraad kan gebeuren.
Mevrouw Ilse Coopman wordt toegelaten tot de eedaflegging en legt de eed af in handen van de voorzitter van de gemeenteraad en is aldus geïnstalleerd als gemeenteraadslid van de Stad Brugge.
De gemeenteraad neemt kennis van de nieuw ontstane rangorde naar aanleiding van de gewijzigde samenstelling van de gemeenteraad.
Raadslid Stefaan Sintobin licht zijn actuele vraag toe.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
In uitvoering van artikel 10 van het Huishoudelijk Reglement van de gemeenteraad wordt volgende actuele vraag van raadslid Stefaan Sintobin geagendeerd:
Simon Mignolet won met glans de gouden schoen en uiteraard de trofee van beste keeper. Het was de eerste keeper na Michel Preudhomme (1989) die de gouden schoen won.
Mignolet won de schoen niet alleen door zijn prestatie in de nationale competitie maar uiteraard ook door zijn bijna ‘bovenaardse’ prestatie in de Champions League. Door de sterke Europese campagne van Club Brugge in het algemeen en Mignolet in het bijzonder werden de ploeg en Simon ambassadeurs voor onze stad, iets wat bijzonder gewaardeerd wordt. Dit verdient dan ook een eerbetoon vanuit de stad.
“Van welke Brugse ploeg men ook supporter is, iedereen heeft ongetwijfeld bewondering voor de uitzonderlijke prestaties van Simon in de nationale én de Europese competitie. Ik stel dan ook voor om Simon Mignolet en zijn familie uit te nodigen op het stadhuis en hem het nodige eerbetoon te betuigen met de ganse gemeenteraad. Ik vraag aan het stadbestuur dan ook om dit voorstel te overwegen en de nodige inspanningen te doen om dit te realiseren.
De procedure tot aanwerving via mobiliteit (= categorie A)
Na het overmaken van de vacatures aan de dienst DGR DRP-P tot publicatie kunnen de personeelsleden van de geïntegreerde politie hun kandidaturen indienen. Na de benoeming door de gemeenteraad van de weerhouden kandidaten of bij delegatie door de Burgemeester, worden deze benoemingen gepubliceerd in het bulletin van het personeel (BPC). Het personeelslid betekent zijn beslissing om de betrekking al dan niet op te nemen aan DGR DRP-P, aan de overheden van vertrek en bestemming (binnen de 14 kalenderdagen te rekenen vanaf de datum van de betekening). Het benoemde personeelslid wordt in zijn nieuwe betrekking aangesteld op de eerste dag van de tweede referentieperiode volgend op zijn aanwijzing, tenzij anders bepaald.
Na een vruchteloze mobiliteitsronde, kan de politiezone zich onmiddellijk formeel engageren voor een aanwerving via de nieuwe selectieprocedure voor externe werving inspecteur van politie (laureaten).
In een overgangsfase zullen de aspiranten die op 1 april 2022 aan de basisopleiding gestart zijn, kunnen deelnemen aan de klassieke mobiliteit.
De vacante plaatsen
Operationeel kader:
Officierenkader: 2 plaatsen commissaris van politie:
- 1 plaats Kabinetschef Korpschef (tevens belast met beleidsondersteuning en optimale bedrijfsvoering (met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats (Adjunct)-Diensthoofd interventiebeheer (met mobiliteitsreserve).
Middenkader: 6 plaatsen hoofdinspecteur van politie, 1 plaats hoofdinspecteur van politie met bijzondere specialisatie ICT:
- 3 plaatsen teamcoach terrein regio (met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats teamcoach recherche - tewerkstelling LCCU - HINP met bijzondere specialisatie ICT (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats teamcoach interventiebeheer/wachtofficier (met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats onderzoeker (met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats teamcoach functioneel beheer (met mobiliteitsreserve).
Basiskader: 20 plaatsen inspecteur van politie:
- 1 plaats teamlid back-office aangifte-onthaal (met mobiliteitsreserve);
- 2 plaatsen teamlid aangifte-onthaal (met mobiliteitsreserve);
- 2 plaatsen teamlid regio (met mobiliteitsreserve);
- 6 plaatsen teamlid interventie (met mobiliteitsreserve);
- 4 plaatsen wijkinspecteur (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats wijkinspecteur - Zeebrugge (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve);
- 2 plaatsen teamlid TOOP (met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats teamlid dispatching (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve);
- 1 plaats teamlid verkeersafhandeling (met mobiliteitsreserve).
De selectiecommissie en de -modaliteiten:
Operationeel kader:
Selectiecommissie: CP Kabinetschef Korpschef (tevens belast met beleidsondersteuning en optimale bedrijfsvoering (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer - vervanger: Commissaris van politie Leen GHEYLE, diensthoofd recherche.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Commissaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties en operationele steun.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Commissaris van politie Leen GHEYLE, diensthoofd recherche - vervanger: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Adviseur Charlotte LIBBERECHT, diensthoofd HR-ontwikkeling en welzijn - vervanger: Eerste Assistent Bo BOCHER, teammedewerker kabinet korpschef.
Selectiecommissie: CP (Adjunct) - Diensthoofd interventiebeheer (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Commissaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer - vervanger: Commissaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties en operationele steun.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Adviseur Marie DE ROOVER, adjunct-diensthoofd HR-beheer - vervanger: Adviseur Charlotte LIBBERECHT, diensthoofd HR-ontwikkeling en welzijn.
Selectiecommissie: HINP Teamcoach terrein regio (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Commissaris van politie Jordy HAVERBEKE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Hoofdinspecteur van politie Lien NAESSENS, teamcoach terrein regio - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Catherine VAN WULPEN, coördinator LIK.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste Assistent Isabelle VANOOTEGHEM, teammedewerker kabinet korpschef - vervanger: Assistent Charlotte DERMUL, teammedewerker COPS.
Selectiecommissie: HINP Teamcoach recherche - HINP met bijzondere specialisatie ICT - tewerkstelling LCCU (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Leen GHEYLE, diensthoofd recherche - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Hoofdinspecteur van politie met bijzondere specialisatie ICT Jack DEWAELE, teamcoach recherche LCCU - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Tony CRAENHALS, teamcoach recherche.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Sam VANDENBORRE, teammedewerker verkeerstechniek - vervanger: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer.
Selectiecommissie: HINP Onderzoeker - intern toezicht (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Commissaris van politie Leen GHEYLE, diensthoofd recherche.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Hoofdinspecteur van politie Christophe VERNIMMEN, onderzoeker - vervanger: Eerste Hoofdinspecteur van politie Franky DE MEYER, onderzoeker.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Kelly BLEYAERT, teammedewerker verkeersbelemmeringen - vervanger: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer.
Er is geen vrouwelijk personeelslid met de vereiste kwalificaties beschikbaar.
Selectiecommissie: HINP Teamcoach interventiebeheer/wachtofficier (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Karen DANIELS, teamcoach interventiebeheer/wachtofficier.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Charlotte VAN BELLE, teammedewerker regio - vervanger: Assistent Sam VANDENBORRE, teammedewerker verkeerstechniek.
Selectiecommissie: HINP Teamcoach functioneel beheer (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Eerste Hoofdcommissaris van politie Dirk VAN NUFFEL, korpschef - vervanger: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Hoofdcommissaris van politie Yves ROTTY, directeur operaties en regiowerking - vervanger: Commissaris van politie Alex VAN DER BEKE, diensthoofd informatiebeheer.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Hoofdinspecteur van politie Nathalie CATRYSSE, teamcoach functioneel beheer - vervanger: Commissaris van politie Alex VAN DER BEKE, diensthoofd informatiebeheer.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer - vervanger: Eerste Assistent Bo BOCHER, teammedewerker kabinet korpschef.
Selectiecommissie: INP Teamlid back-office aangifte/onthaal (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer- vervanger: Commissaris van politie Leen GHEYLE, diensthoofd recherche.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Hoofdinspecteur van politie Wendy VAN DAMME, teamcoach aangifte/onthaal - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Wouter SABBE, teamcoach interventiebeheer/wachtofficier.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Charlotte DERMUL, teammedewerker COPS - vervanger: Assistent Stefanie BRAET, teammedewerker regio.
Selectiecommissie: INP Teamlid aangifte/onthaal (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer - vervanger: Commissaris van politie Jordy HAVERBEKE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Hoofdinspecteur van politie Wendy VAN DAMME, teamcoach aangifte/onthaal - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Wouter SABBE, teamcoach interventiebeheer/wachtofficier.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Stefanie BRAET, teammedewerker regio - vervanger: Assistent Charlotte DERMUL, teammedewerker COPS.
Selectiecommissie: INP Teamlid regio (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Wouter ROMMEL, regiohoofd - vervanger: Commissaris van politie An-Sofie HATSE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Inspecteur van politie Josephine LOYSON, teamlid regio - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Sofie DESPIEGELAERE, teamcoach terrein regio.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Stijn WACKENIER, teammedewerker facilitair beheer - vervanger: Assistent Michaël DESMEDT, teammedewerker HR-beheer.
Selectiecommissie: INP Teamlid interventie (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer - vervanger: Commissaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties en operationele steun.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Hoofdinspecteur van politie Karen DANIELS, teamcoach interventiebeheer/wachtofficier - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Wesley DHOORE, teamcoach interventiebeheer/wachtofficier.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste Assistent Bo BOCHER, teammedewerker kabinet korpschef - vervanger: Assistent Stefanie BRAET, teammedewerker regio.
Selectiecommissie: INP Wijkinspecteur (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie An-Sofie HATSE, regiohoofd - vervanger: Commissaris van politie Jordy HAVERBEKE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Inspecteur van politie Mieke DEKETELAERE, wijkinspecteur - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Tom MAERTENS, teamcoach terrein regio.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Charlotte VAN BELLE, teammedewerker regio - vervanger: Assistent Charlotte DERMUL, teammedewerker COPS.
Selectiecommissie: INP Wijkinspecteur - Zeebrugge (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie An-Sofie HATSE, regiohoofd - vervanger: Commissaris van politie Jordy HAVERBEKE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Inspecteur van politie Mieke DEKETELAERE, wijkinspecteur - vervanger: Hoofdinspecteur van politie Tom MAERTENS, teamcoach terrein regio.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste assistent Isabelle VANOOTEGHEM, teammedewerker kabinet korpschef - vervanger: Eerste Assistent Bo BOCHER, teammedewerker kabinet korpschef.
Selectiecommissie: INP Teamlid TOOP (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties en operationele steun - vervanger: Commissaris van politie Franky LYCKE, regiohoofd.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Inspecteur van politie Florence VAN DYCK, patrouillehondengeleider - vervanger: Eerste Inspecteur van politie Muriel VAN DAELE, teamlid TOOP.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Assistent Kelly BLEYAERT, teammedewerker verkeersbelemmeringen- vervanger: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer.
Selectiecommissie: INP Teamlid dispatching (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Commissaris van politie Sofie SENESAEL, diensthoofd interventiebeheer - vervanger: Commisssaris van politie Koen GOUWY, diensthoofd coördinatie directie operaties en operationele steun.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Inspecteur van politie Ellen VAN PAEMEL, teamlid dispatching - vervanger: Eerste Inspecteur van politie Mario BOI, teamlid dispatching.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer - vervanger: Assistent Charlotte VAN BELLE, teammedewerker regio.
Selectiecommissie: INP Teamlid verkeersafhandeling (met mobiliteitsreserve)
De voorzitter: Hoofdcommissaris van politie Guy VINCKE, directeur beheer - vervanger: Eerste Hoofdcommissaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Officier van een korps van de Lokale Politie: Eerste Commissaris van politie Alain STRUBBE, diensthoofd verkeer - vervanger: Eerste Hoofdcommisssaris van politie William VAN SEVEREN, directeur verkeer.
Een personeelslid van het operationeel kader van een korps van de Lokale Politie dat ten minste bekleed is met de graad die overeenstemt met de bij mobiliteit te begeven betrekking: Eerste Hoofdinspecteur van politie Peter DE LANNOIT, teamcoach verkeersafhandeling - vervanger: Eerste Commissaris van politie Alain STRUBBE, diensthoofd verkeer.
Een secretaris zonder beraadslagende stem: Eerste Assistent Fabienne VERHAGEN, teammedewerker HR-beheer - vervanger: Assistent Charlotte VAN BELLE, teammedewerker regio.
Voor de opengestelde functies binnen het officierenkader wordt aan de kandidaten voorafgaand gevraagd om een paper op te stellen die tijdens het interview zal worden verdedigd. De paper is adviserend. Naast het selectie-interview en de adviserende paper wordt mogelijks voorafgaand een aantal adviserende competentiegerichte proeven afgenomen.
Voor de opengestelde functies binnen het officierenkader worden de namen van de kandidaten officieren voor de Lokale Politie Brugge schriftelijk ter kennis gebracht aan de Procureur-Generaal bij het Hof van Beroep te Gent, conform artikel 54, tweede lid van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus.
De plaatselijke selectiecommissie voor officieren van de Lokale Politie kan een beroep doen op extern deskundigen die beslagen zijn in één of meer aangelegenheden die verband houden met de te begeven betrekking en/of een ervaring kunnen aantonen van tenminste vijf jaar in het domein met betrekking tot de functiebeschrijving van de betrokken betrekking (art. 18 KB Mob).
Voor de opengestelde functies binnen het middenkader wordt naast het selectie-interview voorafgaand een aantal adviserende competentiegerichte proeven en een adviserende vergelijkende kennistest afgenomen. Deze dienen verplicht afgenomen te worden vooraleer door te gaan naar het gedragsinterview.
Voor de opengestelde gespecialiseerde functie (vermeld in de tabel I van de bijlage 19 PRPol) binnen het middenkader van teamcoach recherche tewerkstelling LCCU HINP met bijzondere specialisatie ICT dient bijkomend vermeld te worden dat de kandidaten in het bezit van het bedoelde brevet voorrang genieten tot de gespecialiseerde functie. Niet-brevethouders mogen ook solliciteren en verbinden zich ertoe de specifieke opleiding te zullen volgen. Het personeelslid dat geen voldoening geeft tijdens de stage of opleiding die voortvloeit uit zijn/haar aanwijzing in een gespecialiseerde betrekking, wordt herplaatst naar zijn/haar functie.
Voor alle opengestelde functies binnen het basiskader wordt in ieder geval een gedragsgericht interview tijdens de selectie afgenomen.
Voor de opengestelde gespecialiseerde functies binnen het basiskader van wijkinspecteur, wijkinspecteur Zeebrugge en teamlid dispatching verbindt iedere geslaagde kandidaat die niet in het bezit is van het brevet vermeld in de tabel I van de bjlage 19 RPPol zich ertoe de specifieke opleiding te volgen. Het personeelslid dat geen voldoening geeft tijdens de stage of opleiding die voortvloeit uit zijn/haar aanwijzing in een gespecialiseerde betrekking, kan worden herplaatst in een andere functie in hetzelfde kader, bijkomend dient vermeld te worden dat kandidaten in het bezit van het bedoelde brevet voorrang genieten tot de gespecialiseerde functie van teamlid dispatching, wijkinspecteur en wijkinspecteur Zeebrugge.
De gemeenteraad keurt de vacantverklaring en de selectieprocedure in het kader van de eerste mobiliteitscyclus - dienstjaar 2023 goed.
De selectiemodaliteiten worden als volgt vastgelegd:
In december 2022 vond een overleg plaats met de provincies West- en Oost-Vlaanderen maar ook met de gemeenten waar de Ronde van Vlaanderen start, passeert of aankomt. De bedoeling van het overleg was en is te komen tot een gezamenlijk veiligheidsplan die vertaald zal worden in een interprovinciaal BNIP (bijzonder nood- en interventieplan). Eén van de gezamenlijke afspraken die tijdens het overleg werd gemaakt, was alvast het opstellen van een algemene tijdelijke politieverordening waarin enerzijds veiligheidszones voor de gemeente(n) worden bepaald en anderzijds ook algemene regels worden vastgelegd voor het organiseren van randactiviteiten naar aanleiding van de start en/of doortocht van de Ronde van Vlaanderen.
De algemene tijdelijke politieverordening zorgt ervoor dat de randactiviteiten die n.a.v. de Ronde van Vlaanderen worden georganiseerd in kaart kunnen worden gebracht maar ook dat die beter gereglementeerd en op een veilige manier georganiseerd kunnen worden. Er wordt immers vastgesteld door de organisator, maar ook door de provincies West- en Oost-Vlaanderen, dat er steeds meer en diversere nevenactiviteiten plaats vinden maar ook dat de Ronde van Vlaanderen meer en meer als informatie en publiciteitsmedium gebruikt wordt voor commerciële en maatschappelijke boodschappen. Een aantal bijkomende maatregelen dringen zich op om de veiligheid van de toeschouwers te kunnen waarborgen en om het normaal verloop van de wedstrijd te kunnen garanderen.
De algemene tijdelijke politieverordening omvat volgende onderdelen:
Via mail werd advies gevraagd en verkregen over de algemene tijdelijke verordening van:
De gemeenteraad keurt de algemene tijdelijke politieverordening opgesteld naar aanleiding van de start en doortocht van de Ronde van Vlaanderen voor Elite Mannen op 2 april 2023 goed.
Raadsleden Geert Van Tieghem, Janos Braem, Hilde Decleer, Stefaan Sintobin en Pascal Ennaert komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Traject
De elektrische shuttlebus zal een traject rijden van ongeveer 8,5 kilometer. Volgende haltes worden bediend: Station – Bargeplein (Katelijneparking) – Katelijnepoort – Dijver – Stadsschouwburg – Howest – Ezelpoort – Markt Wollestraat – Eekhoutpoort – Bargeplein (Katelijneparking) – Station.
Frequentie
Elke halte wordt minstens om de twintig minuten bediend. De eerste rit vertrekt aan het station (Kiss&Ride) om 7u. De laatste bus komt toe aan het station (Kiss&Ride) om 19u. Dit zowel op weekdagen als in het weekend, ook op feestdagen. Gelet op het traject betekent dit de inzet van minimaal twee voertuigen. De opdrachtnemer stelt zelf een reisschema op. Enkele uitzonderingen zijn mogelijk:
Specificaties van de voertuigen
De voertuigen zijn 100% elektrisch en hebben een lengte van maximaal 6,50 meter. Er zijn minimaal 10 zitplaatsen en 8 staanplaatsen aanwezig. Bovendien is er minstens één extra plaats voor een rolstoelgebruiker of kinderwagen. De voertuigen hebben een lage instapvloer waarbij personen in een rolstoel gebruiksvriendelijk kunnen in/uitstappen met hulp van een uitklapbaar of uitschuifbaar paneel.
Laadinfrastructuur
De opdrachtnemer is zelf verantwoordelijk voor het 's nachts bijladen van de voertuigen. Indien overdag bijladen noodzakelijk is, zoekt de opdrachtnemer zelf naar een oplossing. De dichtsbijzijnde publieke snellaadpunten situeren zich aan het station (kant Sint-Michiels). Er is geen financiële tussenkomst van de opdrachtgever.
Prijs voor de reiziger
Het gebruik van de centrumshuttle is gratis.
Toelichting bestek
Een bestek werd uitgewerkt voor een openbare procedure waarbij volgende criteria van toepassing zullen zijn :
We verwijzen naar het bestek in bijlage.
Looptijd en evaluatie
De opdrachtnemer start de shuttledienst tussen 1 juli en 1 september 2023 (in de beoordelingscriteria krijgt de inschrijver een hoge score voor opstart op 1 juli). De opdracht heeft een looptijd van 2 jaar. Aansluitend op de bovenvermelde looptijd kan de opdracht 2 maal verlengd worden met een periode van 1 jaar, op basis van artikel 57, tweede lid, van de Wet Overheidsopdrachten. De opdracht wordt ten laatste beëindigd op 30 juni 2027.
De gemeenteraad keurt het bestek en de wijze van gunnen voor de organisatie van de elektrische shuttledienst goed.
Raadsleden Ilse Coopman, Andries Neirynck en Pascal Ennaert komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
1. Doelstelling
Het doel van het project is de herbestemming en grondige renovatie van 'Huize Minnewater' in een nieuw stadskantoor ('Huis van de Bruggeling') en nieuwe multifunctioneel inzetbare ruimtes voor Brugse verenigingen en organisaties. Bij de uitvoering van dit project dient rekening gehouden te worden met een doorgedreven renovatie met een uiterst kwalitatieve afwerkingsgraad voor de verschillende gebouwzones en de voorziene functies.
2. De procedure
Er wordt gekozen voor een openbare procedure voor aanneming van diensten waarbij op zoek wordt gegaan naar een multidisciplinair ontwerpteam voor het verbouwen van 'Huize Minnewater', inclusief omgeving. Het gekozen team zal uiteindelijk o.a. moeten voorzien in:
De wensen van de opdrachtgever voor elk van deze opdrachtonderdelen wordt nauwkeurig beschreven in het bestek.
3. Bestek
Het definitieve bestek met bijlagen wordt via onderhavige nota ter goedkeuring voorgelegd aan de Gemeenteraad.
Het bestek werd samen opgemaakt met de experten van dienst facilitair beheer die, samen met de cel projectcoördinatie, het volledige bouwproject de komende jaren verder zullen opvolgen.
In het goed te keuren bestek zijn alle modaliteiten en eisen voor de opdracht overzichtelijk beschreven.
In het bestek wordt meegegeven dat het multidisciplinair ontwerpteam dat uiteindelijk de opdracht toegewezen zal krijgen, belast zal worden met het ontwerp van onderstaande deelaspecten.
3.1. het 'Huis van de Bruggeling'
Het ‘Huis van de Bruggeling’ zal gehuisvest worden in de westvleugel met de vier ziekenzalen die haaks staan op voorgevel aan de straatzijde. Omwille van de specifieke functies binnen in het gebouw werden in de loop der tijd verschillende verbouwingen en renovaties uitgevoerd waarbij de leesbaarheid van ziekenzalen en hun specifieke karakter verdwenen is. Het stadsbestuur wenst het originele karakter van het gebouw opnieuw leesbaar te maken. Het stadsbestuur denkt voor de opmaak van het ontwerp te vertrekken van een casco situatie waarbij teruggekeerd wordt naar de originele vormgeving van de ziekenzalen. Aan de opdrachtnemer wordt gevraagd een ontwerp op te maken voor een ‘stadskantoor van de toekomst’, uiteraard steeds met respect voor de aanwezige erfgoedwaarden. De leesbaarheid en circulatie in het gebouw moet herbekeken en versterkt worden. De verbouwingswerken en herinrichtingswerken van het ‘Huize Minnewater’ hebben een veelzijdig doel: duurzaamheid, herkenbaarheid en zorgen voor een architecturale eenheid.
Voor de inrichting van de nieuwe landschapskantoren en het ontwerpen van het vast meubilair is het de bedoeling dat alle nieuwe hedendaagse interventies (vergaderruimtes, verlichting, akoestiek, technieken) zoveel mogelijk rust zullen uitstralen om de kwaliteiten van de oorspronkelijke architectuur tot hun recht te laten komen.
De ruimten onder het dak zullen ook opgenomen worden bij de herbestemming van het gebouw. Aan de opdrachtnemer wordt gevraagd te onderzoeken hoe door nieuwe ingrepen een aangename ruimtebeleving met voldoende natuurlijk licht en een goede akoestiek kan bereikt worden. Bij deze ingrepen kunnen nieuwe zichten en belevingen in en van het gebouw gecreëerd worden.
De nieuwe ingrepen die nodig zijn voor de herbestemming tot stadskantoor zullen hoofdzakelijk gebeuren intern in het gebouw. Toch zijn er aan de tuinzijde en aan de binnentuinen recentere aanbouwen die qua stijl, materiaalgebruik en vormgeving niet aansluiten bij de architectuur van de ziekenzalen. Aan de opdrachtnemer wordt er gevraagd te onderzoeken waar door punctuele ingrepen, die duidelijk hedendaags zijn, deze recentere bouwvolumes geïntegreerd en vervlochten kunnen worden met de specifieke karaktereigenschappen en de historiek van het gebouw. Het is belangrijk dat de voorgestelde ingrepen de vloeroppervlakte niet verminderen. Het herbestemmingsproject zet in op de historische kwaliteiten van het gebouw en laat enkel interventies toe die beleving van het pand verder versterken.
3.2. Bouwdeel voor Brugse verenigingen en organisaties
De ‘zone voor Brugse verenigingen en organisaties’ zal gehuisvest worden in de oostvleugel, de voormalige kloostervleugel van twee bouwlagen met een massieve achterbouw.
Ook voor deze vleugel wordt voor het voorontwerp vertrokken van een 'casco'-situatie. Er zijn voor deze herbestemming reeds enkele krachtlijnen uitgezet betreffende de nieuwe invulling. Het verfijnen en concretiseren van mogelijke invullingen zal via werkgroepen en participatie met de verschillende clusters en diensten in een traject van januari tot juli 2023 verder worden uitgewerkt, zodanig dat het aangestelde ontwerpteam na aanstelling aan de slag kan met een geconcretiseerde invulling.
3.3. De kapel
De centrale ontvangstruimte aan de hoofdingang in de Professor Dr. J. Sebrechtsstraat, gekoppeld aan de ‘kapel’, wordt gedeeld en polyvalent gebruikt. Gelet op de ligging tussen beide eerder vermelde invullingen zal deze inkomhal in de praktijk een 'verdeelfunctie’ vervullen tussen de 2 gebouwgedeeltes. In het verlengde van de inkomhal bevindt zich de ‘kapel’, die in de toekomst voornamelijk dienst zal doen als een ontmoetingsruimte en/of tentoonstellingsruimte. In het bestek wordt gevraagd om te voldoen aan de gestelde eisen op gebied van duurzaamheid en toegankelijkheid zonder afbreuk te doen aan de bestaande architectuur van de kapel.
3.4.Tuin 'Huize Minnewater'
Op vandaag wordt 'Huize Minnewater' volledig omgeven door een bakstenen omheiningsmuur met een tuin. Deze tuin doet op vandaag voornamelijk dienst als parking en groene buffer voor de bewoners van het woonzorgcentrum. De herbestemming van de site heeft als missie het definiëren en karakteriseren van zowel bestaande als nieuwe buitenruimtes, waarbij wordt gedacht aan een duurzame eenheid voor de hele site. In het bestek wordt dan ook gevraagd om te onderzoeken welke nieuwe buitenfuncties kunnen gecombineerd worden in het ontwerp van de bestaande buitenruimte & beplanting. Het betreft nadenken over volgende invullingen: een eventterrein, receptie/trouwfoto’s, speelplein, waterpartij inkom ‘Huis van de Bruggeling’, nieuwe horecagelegenheid met terras, fietsenstallingen werknemers & bezoekers, ontmoetingsplekken voor gasten en medewerkers zorgvuldig geïntegreerd in de tuin.
Er wordt gevraagd om een omgevingsaanleg te creëren die zorgt voor een coherentie tussen deze verschillende onderdelen zonder hen aan eigen identiteit te laten inboeten. Het ontwerp met een uitnodigende circulatie en diverse buitenruimtes met bijzondere beplanting verhogen de aantrekkingskracht van de tuin en zorgen ervoor dat deze een belangrijke rol in de openbare ruimte van de buurt en Brugge gaat spelen. Bij de herinrichting van de tuin en de binnentuinen is het uitgangspunt dat geprobeerd moet worden om de aanwezige bomen maximaal te behouden. Indien voor een bepaalde reden een boom moet geveld worden moet deze zeker gecompenseerd worden op een andere plaats in de tuin. Het ambitieus ontwerpvoorstel streeft naar een klimaatadaptieve stadsoase met een sterke samenhang met de omliggende omgeving en de verschillende nieuwe functies. De flexibel inzetbare tuin richt zich op verschillende doelgroepen en biedt zo een grote maatschappelijke meerwaarde. Om de ontwikkeling van natuurlijke elementen te ondersteunen, wordt elke zone zorgvuldig geanalyseerd en ontworpen. Een algemene vermindering van het aantal verharde oppervlakten, een zorgvuldig beheer van regenwater en een diverse en robuuste selectie van vegetatie zullen levendige en dynamische buitenruimten garanderen, verdere eenheid wordt gegeven door een goeddoordachte beplanting en een beperkt palet aan materialen.
3.5. Professor Dokter J. Sebrechtsstraat
Er wordt gevraagd om in de ontwerpfase de Professor Dokter J. Sebrechtsstraat mee op te nemen in het ontwerp als een autoluwe straat. Een eenvoudig, krachtig en leesbaar ontwerp transformeert de Dokter J. Sebrechtsstraat van een alledaagse parkeerstraat tot een multifunctionele publieke ruimte waar reizigers, bezoekers en bewoners elkaar passeren en ontmoeten. In het ontwerp staat het comfort voor voetgangers en fietsers centraal en zorgen een duurzaam, hoogwaardig materiaalgebruik en een rijke groenstructuur voor een levendige autoluwe straat. Er wordt gevraagd om ook de hoofdingang van ‘Huize Minnewater’ toegankelijk te maken voor personen met een beperking. De ingreep zal gebeuren in overleg met INTER en de betrokken erfgoeddiensten en brengt kwaliteit en rust in het straatbeeld en zorgt voor identiteit en samenhang.
In deze opdracht zit enkel de opdracht voor een ontwerp van de straat vervat. Dit om, ontwerpmatig, tot een coherent verhaal te komen van gebouw/site/straat. De effectieve omgevingsvergunningsaanvraag en uitvoering van een heraanleg van de straat zit bij Stad Brugge en zal een onderdeel uitmaken van het nieuw meerjarenplan voor de volgende legislatuur en het nieuwe werkenplan van de cluster openbaar domein.
3.6. 'Voormalige portierswoning en bakkerij' en 'voormalige woning van de aalmoezenier van het gasthuis'
Beide woningen liggen op het einde van de Begijnvest & Professor Dokter J. Sebrechtsstraat. De twee woningen zijn ontworpen in de neogotische stijl van Huize Minnewater. Op vandaag bevinden zich verschillende functies in deze gebouwen: stookplaats, sociale kruidenier De KABA, OCMW Brugge. Mits er alternatieven gevonden worden voor de bestaande functies is het op (lange) termijn de ambitie om beide locaties op te nemen bij het project’ Huize Minnewater’. Daarom wordt aan het ontwerpteam gevraagd om, bijkomend, tevens een vrijblijvende offerte op te maken voor de opmaak van een ontwerp voor beide woningen. Afhankelijk van de feitelijke situatie of eventuele beslissingen de komende periode kan door het stadsbestuur later nog beslist worden of al-dan-niet wordt ingegaan op deze offerte voor deze 2 gebouwen wordt door het stadsbestuur.
4. Gunningscriteria
De offertes worden beoordeeld aan de hand van de volgende gunningscriteria (waarbij punten worden toegekend op een schaal van 100 punten):
5. Indicatieve vooropgestelde timing
Het spreekt voor zich dat het zeer moeilijk is om vooraf een strikte timing op te maken voor dergelijke omvattende en complexe procedures en werkzaamheden. Louter indicatief worden hieronder enkele streefdoelen vooropgesteld:
De gemeenteraad keurt het bestek voor de "aanstelling van een multidisciplinair ontwerpteam voor het verbouwen van 'Huize Minnewater' (inclusief omgeving)" goed.
Raadsleden Raf Reuse en Arnold Bruynooghe komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Er wordt goedkeuring gevraagd voor de zoneringsplannen van volgende pleinen:
Betrokken horecazaken ontvangen een nieuwe, aangepast terrasvergunning.
Openbaar domein staat in voor het plaatsen van klinknagels voor de start van terrasperiode 1 (vóór 1 april 2023), dit in functie van het uitvoeren van controles.
De gemeenteraad keurt de zoneringsplannen, mét verwerking advies strategische cel zoals door dienst vergunningen voorgesteld, voor volgende pleinen goed:
Op ’t Zand en de Vrijdagmarkt beter consequent, dus allen met bloembakken.
Dienst Openbaar Domein staat in voor het plaatsen van klinknagels voor de start van terrasperiode 1 (vóór 1 april 2023).
De stad Brugge heeft nu een overeenkomst met B-Post voor de postbedeling maar deze overeenkomst loopt af op 31 december 2023.
De VVSG heeft in 2018 eveneens overheidsopdracht uitgeschreven en in 2019 sloot de VVSG een raamovereenkomst met Bpost inzake het ophalen, het sorteren, het vervoer en de distributie van brieven, postpakketten en aangetekende zendingen die nationaal of grensoverschrijdend moeten bezorgd worden.
Bij mail van 28 juli 2022 liet de VVSG weten dat zij hun rol als aankoopcentrale voor de postbedeling voor de diverse steden en gemeenten wensen stop te zetten. Er is echter wel nog een mogelijkheid om in de lopende raamovereenkomst toe te treden indien men dit doet vóór ten laatste 3 februari 2023. Door dit te doen heeft men opnieuw een overeenkomst voor 4 jaar voor de postverwerking.
Aangezien zowel de VVSG als de stad Brugge op dit ogenblik een overeenkomst hebben met B-Post, zijn de voorwaarden en tarieven gelijkaardig.
Door hiervoor te kiezen, wordt de huidige werking verder gezet zonder dat er veel extra inspanningen moeten worden gedaan.
De politiezone was ook reeds aangesloten bij de raamovereenkomst van de stad Brugge en stapt mee over op de raamovereenkomst van de VVSG.
Het OCMW had nog een eigen contract voor de postbedeling die eveneens afloopt 31 december 2023. In zitting van 9 januari 2023 heeft het bestuur van Mintus beslist om de stad te volgen en mee over te stappen naar de raamovereenkomst van de VVSG, en dit voor OCMW, Mintus en verenigingen.
Alhoewel de raamovereenkomst van de VVSG dezelfde voorwaarden en prijzen biedt als wat de stad en de politie heeft met de huidige overeenkomst, is er een aspect dat in deze raamovereenkomst (en ook in onze huidige overeenkomst) niet is voorzien dat wel een besparing zou kunnen opleveren.
Het gaat hierbij om "direct mail", dit wil zeggen een groot aantal dezelfde brieven die naar verschillende geadresseerden wordt verzonden.
Voor deze direct mail zal, na verder onderzoek naar de noodwendigheid en het voordeel ervan, een aparte marktbevraging kunnen worden georganiseerd die dan loopt naast de overeenkomst voor de gewone post; en dit voor de groep Brugge.
De gemeenteraad beslist om met de Groep Brugge aan te sluiten bij de raamovereenkomst van de VVSG voor de postbedeling.
Na verder onderzoek over de noodzaak en het voordeel ervan, zal er bijkomend een marktbevraging worden georganiseerd voor de verdeling van grote volumes briefwisseling.
In overleg met IT worden ook mogelijkheden onderzocht om te werken via e-box (burgerprofiel).
De SDG's zorgen voor meer verbinding tussen duurzame initiatieven. Het is een perfect kader en instrument om te werken rond duurzame ontwikkeling. Om scholen te stimuleren om een concrete vertaalslag te maken van de SDG's én die ook meer zichtbaarheid te geven, stelt de Noord-Zuiddienst voor om SDGeneration te lanceren. Het platform informeert, engageert en monitort scholen (basis en secondair) tot de SDG’s. Ze inspireert scholen tot duurzame acties, koppelt bestaande duurzame acties in een groter geheel en brengt een netwerk van SDG-scholen voort. Bovendien centraliseert het platform inspiratiebronnen en specifieke stedelijke (en/of regionale) campagnes waarop scholen zich kunnen inschrijven. De scholen krijgen de kans om meer in beeld te komen met hun acties en er ook erkenning voor te krijgen. Zo maken ze deel uit van een duurzame schoolbeweging en worden ze er in ondersteund. Leerlingen zien dat duurzaamheid het werk is van velen en dat samenwerking cruciaal is. Jaarlijks reiken de stadsbesturen van de deelnemende steden en gemeenten een SDG-badge uit aan scholen die SDG-acties hebben geregistreerd. Via een koppeling met de bestaande website SDG-tv.be, een initiatief van Scholengroep Impact, zien we de kans om SDGeneration naar meerdere steden/gemeenten binnen de regio Brugge uit te dragen.
Uitwerking
Scholen die deel zijn van de SDGeneration:
Criteria scholen:
Rollen
Regionale samenwerking
Via een samenwerking met de gemeenten in de referentieregio Brugge geef de stad ook de naburige gemeenten de kans om een SDG-scholenwerking op hun grondgebied uit te rollen. Via een gezamenlijk financieringsmodel is de uitwerking ervan financieel haalbaar. Er werd reeds een principiële goedkeuring tot samenwerking ontvangen van Beernem, Blankenberge, Damme, Knokke-Heist, Oostkamp en Zedelgem.
Stad Brugge zal als trekker en stad met het meest aantal scholen een plafondbedrag van € 3.500 per jaar inbrengen. De inbreng van de andere gemeenten is berekend op basis van het toegekende subsidiebedrag en de daaraan gekoppelde eigen inbreng. Factoren die deze berekening mee bepalen zijn het effectief aantal deelnemende gemeenten en het aantal scholen op hun grondgebied.
Voor de financiering van dit model ontvangt de stad de subsidie 'Wereldburgerschap' van de Provincie West-Vlaanderen. De subsidie bedraagt 30.000 euro per jaar met een maximum van 75% van de reële kosten die in aanmerking komen gedurende maximaal drie opeenvolgende jaren. De resterende 25% wordt gefinancierd door de deelnemende gemeenten en bedraagt minstens 10.000 euro per jaar.
De samenwerkingsovereenkomsten tussen Stad Brugge en de provincie (bijlage 1) en Stad Brugge en de steden en gemeenten (bijlage 2 - 7) geven een detail van de financiële toelage en het engagement.
Timing
januari 2023 | Vormgeving, productie en communicatie SDGeneration + overeenkomsten lokale besturen |
april - juni 2023 | Brede communicatie naar alle scholen |
juni 2023 | Eerste infomoment met scholen |
september 2023 | Lancering SDGeneration |
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomsten met gemeenten Beernem, Blankenberge, Damme, Knokke-Heist, Oostkamp en Zedelgem i.k.v. SDGeneration voor de periode 2023-2026 goed.
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst met Howest betreffende SDGeneration voor de periode 2023-2026 goed.
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst met Scholengroep Impact betreffende SDGeneration voor de periode 2023-2026 goed.
De subsidieovereenkomst met Provincie West-Vlaanderen voor de financiële ondersteuning van SDGeneration i.k.v. Wereldburgerschap voor de periode 2022-2026 wordt goedgekeurd.
Raadslid Nele Caus komt tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
1. Specifieke noden bij anderstalige nieuwkomers
Veel anderstalige nieuwkomers zijn eenzaam of hebben nood aan sociale contacten. Vaak heeft deze groep een beperkt netwerk dat vooral bestaat uit mensen die dezelfde herkomst delen. Het is niet evident om Bruggelingen die al langer in de stad wonen, te leren kennen.
Het is heel moeilijk te integreren, functioneren, je thuis te voelen en kansen te creëren als je geen sociaal netwerk hebt. Hoe breder en diverser je netwerk, hoe meer kansen tot zelfontplooiing, integratie en participatie. ‘Wat’ je precies kent in een nieuwe samenleving is soms minder belangrijk dan ‘wie’ je kent, om je weg te vinden en te groeien.
Nieuwkomers geven aan dat het erg moeilijk is een sociaal netwerk op te bouwen. Zeker (sociaal-) kapitaalkrachtige netwerken, buiten de eigen herkomstgroep, zijn moeilijk uit te bouwen. Vrijblijvende, vriendschappelijke, ongedwongen ontmoetingen zijn er heel weinig, wat als een groot gemis wordt ervaren en het gevoel van ‘erbij horen’ in de nieuwe samenleving inperkt.
Compagnons Brugge zet hierop in en verbindt anderstalige nieuwkomers met Bruggelingen die in de rol van buddy stappen. Samen op stap gaan, zorgt daadwerkelijk voor een wederzijdse ontmoeting. Een factor die vanzelfsprekend erg waardevol is tijdens een integratieproces. Het spreken van een gemeenschappelijke taal is immers essentieel om elkaar goed te begrijpen. De Nederlandse taal wordt verder geoefend door de sociale interactie tussen buddy en nieuwkomer.
Vanuit Compagnons worden buddy’s en buddykoppels goed ondersteund en versterkt. Zo zijn er minimum 3 intervisiemomenten per jaar. Er wordt ook minimaal 4 maal per jaar ingezet op ontmoeting waarbij onder meer groepsbezoekjes aan Feest in 't Park en het organiseren van een zomerbar tot de mogelijkheden behoren. Daarnaast wordt er ook op regelmatige basis vorming voorzien naar de buddy’s toe. Thema’s die reeds aan bod kwamen zijn grenzen bewaken, omgaan met diversiteit, kennis van het Brugse vrijetijdsveld en tips om effectief in te zetten op het bestaande vrijetijdsaanbod in onze stad, …
2. Samen vrije tijd beleven:
Op vandaag is Compagnons de enige buddywerking in onze stad die specifiek inzet op het luik vrije tijd. Dit betekent dat dit project een unieke positie heeft om nieuwkomers toe te leiden tot het segment vrije tijd. Gezien de grote behoefte bij nieuwkomers aan toeleiding tot onder meer sport, cultuur en jeugdactiviteiten, zien we Compagnons Brugge dan ook als een waardevol project dat hier een belangrijke rol kan spelen. Het project werd door partnerorganisatie FMDO uitgebreid toegelicht aan de desbetreffende diensten. Hierbij werden onder meer afspraken gemaakt naar het communiceren van concrete vrijetijdsmogelijkheden aan de duo’s van Compagnons en de aanbodmogelijkheden te onderzoeken om de betrokken diensten en hun vrijetijdsaanbieders sterker te maken op cultuursensitief vlak. Brugse diensten zijn eveneens op zoek naar manieren om hun werkingen toegankelijker te maken en in te zetten op een meer diverse deelnemers- of bezoekerspopulatie.
3. Vierde pijler inburgering
In 2020 keurde de Vlaamse regering een nieuw decreet goed omtrent de hertekening van het inburgeringsbeleid. Eén element uit dit decreet is in het bijzonder relevant voor ons als lokaal bestuur, namelijk de toevoeging van een nieuwe modaliteit: ‘de vierde pijler inburgering’. De eerste drie pijlers zijn de lessen Nederlands, de maatschappelijke oriëntatie cursus en trajectbegeleiding of loopbaanoriëntatie. De vierde pijler is een participatie- en netwerktraject van 40 uur. Het nieuwe decreet trad in voege op 1 januari 2022, maar de implementatie van de vierde pijler werd uitgesteld naar januari 2023.
Onder de vierde pijler zullen inburgeraars een traject op maat krijgen met als doel om hun sociale participatie in de maatschappij te stimuleren en hun netwerk te versterken. Dit traject kan verschillende vormen aannemen. Het decreet noemt enkele voorbeelden, zoals een buddyproject, toeleiding naar vrijwilligerswerk of een taal- of kennismakingsstage, maar ook alternatieve activiteiten, zoals oefenkansen Nederlands of vrije tijd, kunnen in de vierde pijler worden opgenomen.
Het verschil met de eerste drie pijlers is dat de regie voor dit traject niet bij Vlaanderen ligt, maar bij het lokaal bestuur, in samenspraak met het Agentschap Integratie en Inburgering. Omdat het lokaal bestuur meer zicht heeft op welke organisaties er bestaan binnen hun stad, krijgen zij de taak om het aanbod te ontsluiten. Concreet wordt het de taak van het lokaal bestuur om het aanbod van de bestaande organisaties in kaart te brengen waar inburgeraars kunnen instappen in het traject van 40 uur. De regiefunctie van het 4de pijlerverhaal werd voorbereid door de dienst Diversiteit. De rol van buddywerkingen en de koppeling naar het segment vrije tijd binnen dit verhaal vormen onmisbare puzzelstukjes binnen dit geheel.
4. Voorstel subsidieovereenkomst 2023-2025
Om de werking van FMDO vzw voor het buddyproject Compagnons in Brugge te verankeren en op een duurzame manier te verbreden, wordt een structurele subsidieovereenkomst voor de periode 2023-2025 met de organisatie afgesloten.
Volgende objectieven worden jaarlijks voorop gesteld:
Het budget van FMDO vzw voor de buddywerking wordt begroot op 38.700 euro (2023), 41.700 euro (2024), 44.700 euro (2025). Het budget is voorzien voor de financiering van de medewerker (0,6 VTE) en werkingsmiddelen. Een meer gedetailleerde begroting is terug te vinden in bijlage 2.
De subsidie voor de werking van FMDO vzw in Brugge kan voorzien worden via middelen van Plan Samenleven voor werkingsjaar 2023. Dit kan tot 2x toe verlengd worden, volgens beschikbaarheid van de middelen.
5. met middelen van Plan Samenleven
Stad Brugge ontving van de Vlaamse Overheid, via Plan Samenleven, een subsidie van 333.800 euro om diversiteit in de samenleving te bevorderen. Eén van de acties binnen het Plan Samenleven is 'het aanbieden van oefenkansen Nederlands'. Aan Stad Brugge wordt in 2022-2023 135.000 euro subsidie verleend om minstens 2.250 anderstaligen een oefenkans Nederlands aan te bieden. Het buddyproject vormt een onderdeel van een breder aanbod oefenkansen Nederlands in Brugge.
Met dit dossier worden extra kredieten t.b.v. 38.700 euro (2023), 41.700 euro (2024), 44.700 euro (2025) gevraagd. Bijkomende kredieten zijn niet toegestaan, maar voor de uitgave van deze werkingssubsidie zijn er ook bijkomende ontvangsten t.b.v. 38.700 euro (2023), 41.700 euro (2024), 44.700 euro (2025). Met 4de aanpassing mjp zullen zowel ontvangsten als uitgaven verhoogd worden met zelfde budgetgrootte.
De werkingssubsidie wordt geboekt in 2023 op rekening: 74050000, beleidsitem: BI090200 en actie: SA001516 (voorheen SA00090). Dit werd reeds voorzien in het gekoppeld besluit 2022_CBS_05413.
De uitbetaling gebeurt in 2 schijven: 75% bij start van het project (eerste kwartaal) en 25% in het derde kwartaal van het desbetreffende jaar. Er kan tot prefinanciering overgegaan worden bij voorleggen factuur.
De gemeenteraad keurt de subsidieovereenkomst met FMDO vzw, voor het buddyproject Compagnons voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2025 goed, waarbij een maximale subsidie van 38.700 euro (2023), 41.700 euro (2024), 44.700 euro (2025) wordt toegekend.
Raadslid Nele Caus komt tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Vrijwilligerswerk als hefboom tot sociale participatie
De organisatie Refu Interim vzw wil de sociale en professionele zelfredzaamheid en integratie van nieuwkomers bevorderen. Concreet koppelen zij nieuwkomers aan organisaties en diensten via vrijwilligerswerk.
Dit vertaalt zich in de volgende kerndoelstellingen:
Refu Interim zoekt vrijwilligerswerk binnen de brede sociale en culturele sector voor mensen die nieuw in België zijn. Medewerkers van Refu Interim matchen vrijwilligers en organisaties en voorzien opvolging voor, tijdens en na het vrijwilligerswerk. Veel aandacht gaat naar een motiverende, creatieve en persoonlijke aanpak. Ze organiseren daartoe oriëntatiedagen en workshops zodat vrijwilligers kunnen proeven van het vrijwilligerswerk. Daarnaast gaan ze in gesprek met organisaties en zetten samenwerkingen op zodat ook onze vrijwilligersorganisaties diverser en inclusiever worden.
Deze doelstellingen sluiten nauw aan bij volgende beleidsdoelstellingen uit het meerjarenplan 2020-2025:
Als participatietraject binnen vierde pijler inburgering
Binnen de groep nieuwkomers zijn er ook inburgeraars die verplicht een inburgeringstraject dienen te volgen. De groep verplichte inburgeraars die niet studeren of werken moeten volgens het nieuw inburgeringsdecreet vanaf januari 2023 een 40u sociaal participatietraject volgen, de zgn. vierde pijler inburgering. Met het project '4You' van Refu Interim hebben we specifiek in het kader van vierde pijler inburgering reeds twee jaar een proeftuin doorlopen. Dit proeftuinproject werd positief geëvalueerd door de Vlaamse Overheid en succesvol afgerond. Met vol vertrouwen kunnen we een stap verder gaan en de werking van Refu Interim structureel ondersteunen zodat het concreet aanbod 'vrijwilligerswerk' voor inburgeraars verder kan voorzien worden als mogelijk participatietraject in Brugge. Het zijn immers de lokaal besturen die volgens het decreet dienen in te staan voor het ontsluiten van een lokaal aanbod voor verplichte inburgeraars die een participatietraject dienen te volgen.
Resultaten 2021-2022
Refu Interim ging steeds op zoek naar zoveel mogelijk samenwerkingen met lokale organisaties en diensten binnen diverse sectoren (cultuur, jeugd, sport, welzijn, evenementen, onderwijs,..). In Brugge werden er concrete samenwerkingen opgestart met diverse diensten: Cultuurcentrum, Musea, Oranje vzw, 't Sas, Bruggeplus, Cactus muziekcentrum, diversiteitsdienst, sportdienst, Huis van het Kind, erfgoedcel, scholen,... Nieuwkomers werden als vrijwilliger ook vaak ingezet op specifieke evenementen: WK wielrennen, Wintergloed, nieuwjaarsreceptie Groep Brugge, Feest in 't Park, Cactus festival, Bomboclat,...
Enkele cijfers:
Voorstel subsidieovereenkomst 2023-2025
Om de werking van Refu Interim vzw in Brugge te verankeren en op een duurzame manier te verbreden, wordt een structurele subsidieovereenkomst voor de periode 2023-2025 met de organisatie afgesloten (bijlage 2).
Volgende objectieven worden voorop gesteld:
Het jaarbudget van Refu Interim wordt begroot op 79.565 euro. Daarmee gaan twee projectmedewerkers (1,8 VTE) aan de slag. Naast eigen bijdrage en subsidies van andere overheden, wordt aan Stad Brugge een werkingssubsidie van 35.000 euro op jaarbasis gevraagd. Een meer gedetailleerde begroting is terug te vinden in bijlage 1.
De subsidie voor de werking van Refu Interim in Brugge kan voorzien worden via middelen van Plan Samenleven voor werkingsjaar 2023. Dit kan tot 2x toe verlengd worden, volgens beschikbaarheid van de middelen.
Met middelen van Plan Samenleven
Stad Brugge ontving van de Vlaamse Overheid, via Plan Samenleven, een subsidie van 333.800 euro om diversiteit in de samenleving te bevorderen. Eén van de acties binnen het Plan Samenleven is 'het aanbieden van oefenkansen Nederlands'. Aan Stad Brugge wordt in 2022-2023 135.000 euro subsidie verleend om minstens 2.250 anderstaligen een oefenkans Nederlands aan te bieden. Het aanbieden van vrijwilligerswerk vormt een onderdeel van een breder aanbod oefenkansen Nederlands in Brugge.
Met dit dossier worden extra kredieten t.b.v. 35.000 euro jaarlijks gevraagd. Bijkomende kredieten zijn niet toegestaan, maar voor de uitgave van deze werkingssubsidie zijn er ook bijkomende ontvangsten t.b.v. 35.000 euro. Met 4de aanpassing mjp zullen zowel ontvangsten als uitgaven verhoogd worden met zelfde budgetgrootte.
De werkingssubsidie ten bedrage van 35.000 euro worden geboekt in 2023 op rekening: 74050000, beleidsitem: BI090200 en actie: SA001516 (voorheen SA00090). Dit werd reeds voorzien in het gekoppeld besluit 2022_CBS_05413.
De uitbetaling gebeurt in 2 schijven: 75% bij start van het project (eerste kwartaal) en 25% in het derde kwartaal van het desbetreffende jaar. Er kan tot prefinanciering overgegaan worden bij voorleggen factuur.
De gemeenteraad keurt de subsidieovereenkomst met vzw Refu Interim, voor vrijwilligerswerk als hefboom voor de participatie en integratie van nieuwkomers voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2025 goed, waarbij een subsidie van 35.000 euro per jaar wordt toegekend.
Raadslid Andries Neirynck komt tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
De eigenaars van de woning gelegen te 8380 Brugge, Dudzeels Neerhof 18 A wensen de vrij liggende strook grond naast hun woning, met een oppervlakte van 186,44 m², thans behorende tot het openbaar domein, aan te kopen met de bedoeling hun tuin te vergroten en bijkomende beplanting aan te brengen.
Het perceel, gelegen te 8380 Dudzele, Dudzeels Neerhof, is gekend bij het kadaster in de 15e afdeling Brugge (Dudzele), sectie E, als deel van het openbaar domein voor een oppervlakte van 186,44 m² en wordt afgebeeld als lot 1, op het hierna vermeld opmetingsplan.
De wegenis, infrastructuurwerken en groenzones werden ingelijfd in het openbaar domein blijkens akte afstand onroerend goed van 8 januari 1993, verleden voor de heer Dirk Van Buylaere, Adjunct-Commissaris bij het Aankoopcomité te Brugge.
Op 7 maart 2022 werd voor deze grondtransactie een opmetingsplan opgemaakt door het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert, en op 8 maart 2022 een schattingsverslag, waarbij de waarde van het perceel werd geraamd op € 350/m² of € 65.254,00.
Het opmetingsplan werd geregistreerd in databank van de plannen van afbakening van de FOD Financiën, Patrimoniumdocumentatie met het referentienummer 31007-102691 met gereserveerd perceelidentificatienummer 1053 A P0000.
Er werd een KLIM opgevraagd. Er blijken geen leidingen of andere nutsvoorzieningen doorheen het gevraagde perceel te lopen. (mail 17 september 2021)
Op 13 april 2022 werd een blanco bodemattest door de OVAM afgeleverd.
Op 25 november 2022 werd een stedenbouwkundig uittreksel verleend.
De koopvrager dient in te staan voor alle aan deze verkoop verbonden kosten.
Er kon tot een overeenkomst worden gekomen met de koper omtrent de prijs. Hiertoe werd op 16 mei 2022 een koopverbintenis ondertekend.
Voor deze verkoop werd een ontwerp-akte opgemaakt.
De gemeenteraad dient akkoord te gaan met de verkoop volgens de voorwaarden beschreven in de ontwerpakte.
De gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan de verkoop van een gemeten oppervlakte van 186,44 m² grond uit het openbaar domein, gelegen te 8380 Dudzele, Dudzeels Neerhof, thans gekend bij het kadaster in de 15e afdeling Brugge (Dudzele), sectie E, deel van het openbaar domein, afgebeeld als lot 1, op het opmetingsplan opgemaakt op 7 maart 2022 door het landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert, tegen de prijs van € 65.254,00 en verder onder de voorwaarden opgenomen in de ontwerpakte.
De voorzitter van de gemeenteraad, de algemeen directeur, de financieel directeur en desgevallend hun vervangers worden gemachtigd om alle stukken in verband met voormelde verkoop te ondertekenen en om de algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting om ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
Raming: € 396.100 excl. btw - € 479.281 incl. btw (basisopdracht en 3 ev. verlengingen).
Wijze van gunnen: openbare procedure.
De gemeenteraad keurt het voorstel en de wijze van gunnen goed voor de raamovereenkomst voor groenbeheer door sociale economie (2023-2026).
Raming: € 479.281 incl. btw.
Wijze van gunnen: openbare procedure.
Raadsleden Nele Caus en Andries Neirynck komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
Uitgangspunten bij het ontwerp zijn om zoveel mogelijk bestaande beplanting te behouden en zo min mogelijk verharding te gebruiken. Het terrein krijgt een nieuwe toegang langs het buurthuis ’t Meulentje, de oude toegang wordt geseponeerd. We streven naar vergroening van het terrein om zo meer spelprikkels te geven aan de kinderen, een meerwaarde te zijn voor de natuur maar ook de treinsporen visueel bufferen.
Waar verharding gebruikt wordt, is deze deels waterdoorlatend, door het gebruik van strakke grasdallen die qua stijl perfect aanleunen bij de architectuur van het nieuwe jeugdlokaal, en rekening houdende met de voorschriften in kader van de brandveiligheid. Op het centrale plein is een grote vrije zone voorzien, zodat de brandweer zich daar kan opstellen indien nodig.
Het terrein heeft als hoofddoel de jeugd een groene ontmoeting/speelplaats te bieden waar veel kan en mag. Het grasveld werd bewust open gehouden zodat de jeugdbeweging niet belemmerd wordt om te spelen en te organiseren. Wel zijn er verspreid over het ganse terrein hoogstambomen om schaduw te kunnen bieden op zomerse dagen. De luifel zal hier ook verkoeling bieden maar ook als schuilplek dienen wanneer het regent. Hetzelfde geldt voor de fietsenstalling. De fietsenstalling is goed toegankelijk en langs beide zijdes te bereiken.
Op 24 juli ’22 werd de vergunning verleend, begin augustus werd de beslissing aangeplakt, midden september was deze officieel in orde.
Raming: 143.283,00 euro excl. btw - incl. btw 171.652,53 euro.
Verwacht bedrag riolering voor Farys: 8.190 euro.
Wijze van gunnen: openbare procedure.
Uitvoeringstermijn: 35 werkdagen.
35 werkdagen = effectieve uitvoeringsperiode.
Opmerking: dit is excl. uithardingsperiode van de beton.
De gemeenteraad keurt het ontwerp en de wijze van gunnen, openbare procedure, goed voor het geraamde bedrag van 171.652,53 euro incl. btw.
Aannemer Verkinderen heeft werken uitgevoerd in verband met mobiliteitsingrepen. De kosten voor deze werken liggen hoger dan geraamd werd. Het goedgekeurde krediet is daardoor niet toereikend om twee facturen te betalen.
De volgende facturen dienen nog betaald te worden:
In totaal vragen wij dus 319.223,29 euro incl. btw:
Overzicht kosten (bedragen in euro) excl. btw incl. btw
Totaal goedgekeurde krediet 1.440.000,00 1.742.400,00
Totaal te betalen VS 9B + VS 10A 263.820,90 319.223,29
Kredietoverschrijding in % 18,32
Het totaal goedgekeurde krediet van de opdracht wordt overschreden met 18,32%, maar de drempel van de procedure, openbare procedure, wordt niet overschreden.
Financieel:
Op actie SA00679 Raamcontract mobiliteitsingrepen staat momenteel 37.864,89. Om het krediettekort op te lossen, zullen wij ook krediet verschuiven vanuit de dienst Mobiliteit:
De gemeenteraad geeft goedkeuring voor het betalen van de facturen ten bedrage van 319.223,29 euro incl. btw aan aannemer Verkinderen Aannemingen bvba, Pathoekeweg 9b bus 2, 8000 Brugge.
De kredieten worden als volgt verschoven via een interne afspraak:
30.000 euro van BI020002 – SA01466 – Kruispunt Walram Romboudtstraat naar SA00679 - raamcontract mobiliteitsingrepen.
143.225,00 euro van BI020001 – SA01466 – Kruispunt Walram Romboudtstraat naar SA00679 - raamcontract mobiliteitsingrepen.
Volgende interne kredietaanpassing wordt goedgekeurd:
108.133,40 euro van BI020001 – SANP00151 – Gistelse steenweg Phare OV Corridor naar SA00679 - raamcontract mobiliteitsingrepen.Raadsleden Sandrine De Crom, Pascal Ennaert en Andries Neirynck komen tussen.
Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
Bestaande bovenbouw:
Karel de Stoutelaan: (Vanaf Leopold I-Laan tot aan de Filips de Goedelaan)
Dit deel van de Karel de Stoutelaan bestaat uit een rijweg in grijze monolietbeton met een breedte van 6 meter (3 meter per rijvak) met aan weerszijden een aanliggend fietspad van 1.5 meter breed, afgebakend door witte markeringen. De parkeerstroken bevinden zich aan beide zijden van de straat tussen het fietspad en het voetpad en bestaan uit kasseien. De parkeerstroken hebben een breedte van 2.5 meter. Ter hoogte van het kruispunt met de Keizer Karelstraat werd in 2009 – 2010 bij de heraanleg van de Keizer Karelstraat een verkeersgeleider in combinatie met 2 midden eilanden en 2 zebrapaden aangelegd in de Karel de Stoutelaan. De fietspaden werden ter hoogte van dit kruispunt heraangelegd in rode betonklinkers ter hoogte van de voetpadzone en in rode asfalt bij de dwarsing van de Keizer Karelstraat. In dit deel van de straat staan de straatbomen die vooral bestaan uit berken, essen en paardenkastanjes, in de voetpadzone. Dit deel van de Karel de Stoutelaan is er tevens een snelheidsregime van zone 50.
Zeger van Malestraat:
De Zeger van Malestraat is een wegprofiel van 12 meter (rooilijn – rooilijn). De rijweg bestaat er uit kasseien met een breedte van 7 meter inclusief greppels. Er mag aan beide zijden geparkeerd worden in dezelfde richting gezien er eenrichtingsverkeer is komende van de Maria van Bourgondiëlaan richting de Karel de Stoutelaan. De verhoogde voetpaden bestaan uit grijze betontegels en hebben aan beide zijden een breedte van ongeveer 2.20 meter, afgeboord met een opstaande boordsteen. In de Zeger van Malestraat staan geen straatbomen. In de Zeger van Malestraat geldt een snelheidsregime van 30km/u.
Filips de Goedelaan:
De Filips de Goedelaan is een fietsstraat in beide richtingen. De rijweg bestaat er uit grijze monolietbeton met een breedte van 6 meter (3 meter per rijvak). Aan beide zijden zijn langse parkeerstroken, aan de kant van het stil ende in grijze monolietbeton met een breedte van 2.30 meter, aan de zijde van de woningen in kasseien met een breedte van 2.75 meter. Het voetpad aan de zijde van de woningen hebben een breedte van gemiddeld 3 meter en bestaan uit grijze betontegels. Het wandelpad langs het stil ende bestaat uit een dolomietverharding met een breedte van 3 meter. Tussen het dolomietpad en de langse parkeerstroken staan statige esdoorns in de gazonstrook van gemiddeld 3.40 meter breed. Aan de zijde van de woningen staan straatbomen ter hoogte van de kruispunten met de Karel de Stoutelaan, Lauwerstraat, Tornooistraat en de Scheepsdalelaan. In de Filips de Goedelaan geldt een snelheidsregime van 30km/u.
Nieuwe bovenbouw:
Karel de Stoutelaan: (Vanaf Leopold I-Laan tot aan de Filips de Goedelaan)
In dit gedeelte wordt de straat ingericht voor zone 30 MET voldoende ruimte conform de voorschriften van De Lijn vanwege de aanwezige bushaltes. De rijweg wordt er voorzien in vlak gezaagde kasseien als centrale strook met een breedte van 3 meter met aan weerszijden een comfortstrook voor de fietsers in uitgewassen monolietbeton van telkens 1.5 meter breedte. (totale rijwegbreedte 6 meter exclusief greppel) Ter hoogte van de Gouden Boomstraat en de Keizer Karelstraat wordt er telkens een plateau aangelegd in uitgewassen monolietbeton als snelheidsremmer in dit rechte deel. De plateau ter hoogte van de Keizer Karelstraat zal terug een centrale middenberm bevinden voor de veiligheid van overstekende voetgangers. De parkeerstroken worden verhoogd aangelegd door middel van een boordsteen type IE (opstand 5cm). De parkeerstroken zullen worden aangelegd in kasseien afkomstig van de opbraak, breedte 2.20 meter. De groenstrook tussen de parkeerstrook en het voetpad meet 1.75 meter breedte. De voetpaden zullen uit platines bestaan met een breedte van gemiddeld 2.80 meter. Op regelmatige afstanden komen verbindingspadjes tussen het voetpad en de parkeerstroken zodat automobilisten het gazon niet dienen te betreden om tot bij het voetpad te kunnen. Tevens zullen er op regelmatige basis vuilnisbakken, zitelementen en fietsnietjes voorzien worden.
Het kruispunt met de Leopold I -Laan zal worden afgestemd op de VRI studie en het wijkmobiliteitsplan.
Filips de Goedelaan: Over de gehele lengte wordt eenrichtingsverkeer ingericht voor de automobilist, komende van de Scheepsdalelaan richting de Karel de Stoutelaan. De rijweg wordt zoals deze nu reeds is, een fietsstraat, zone 30. De rijweg wordt er aangelegd in asfalt met een breedte van 4 meter exclusief greppel. De kruispunten met de Tornooistraat en Lauwerstraat worden aangelegd in uitgewassen monolietbeton met telkens een asverschuiving als snelheidsremmer. De parkeerstroken worden voorzien in kasseien. Aansluitend wordt en verhoogd voetpad aangelegd aan de zijde van de woningen in platines formaat 14/14/7. De parkeerstroken worden aangelegd in kasseien afkomstig van de opbraak en zijn als volgt opgedeeld:
Gedeelte tussen Scheepsdalelaan en Tornooistraat: Eenzijdig aan de kant van de woningen.
Gedeelte tussen de Tornooistraat en Lauwerstraat: Aan beide zijden van de straat.
Gedeelte tussen de Lauwerstraat en de Karel de Stoutelaan: Eenzijdig aan de kant van de woningen.
De groenstrook met de statige bomen wordt aan de zijde van het stil ende uitgebreid. Bijkomend worden bomen aangeplant en wordt het bestaande dolomietpad heraangelegd. Er worden bijkomend extra verlichtingspunten voorzien langs het wandelpad voor de veiligheid en sociale controle. Er wordt een afzonderlijk dossier i.v.m. de straatverlichting voorgelegd met onder meer de keuze van het type straatverlichting (armatuur,...). Ter hoogte van de Tornooistraat en Lauwerstraat wordt telkens een verbinding voorzien naar de rijweg. Tevens zullen op regelmatige plaatsen zitbanken met vuilnisbakken voorzien worden.
Het aansluitpunt met de Scheepsdalelaan, ter hoogte van de Ezelpoort wordt tevens voor een deel aangepast gezien de rijweg eenrichting wordt voor automobilisten. Het bestaande plein effect wordt behouden door dezelfde materiaalkeuze te behouden zoals in de bestaande toestand.
Zeger van Malestraat: Het eenrichtingsverkeer vanaf de Maria van Bourgondiëlaan wordt behouden, alsook de zone 30 regeling. De rijweg wordt terug in kasseien aangelegd met een breedte van 3.65 meter. Aanliggend worden aan beide zijden van de rijweg langse parkeerstroken voorzien in kasseien met elk een breedte van 2 meter. Tussen de rijweg en de parkeerstroken ligt een greppel van 0.3 meter breedte. De voetpaden worden in opstand aangelegd door middel van een boordsteen type IE. De materialisatie van de voetpaden zijn grijze betonstraatstenen 22x22x8 cm. Gezien de hoge parkeerdruk worden hier geen bomen in de parkeervakken voorzien.
Bestaand rioleringsstelsel:
Karel de Stoutelaan: Het deel tussen de Leopold I-Laan en de Filips de Goedelaan bestaat de riolering uit een gemengd stelsel. Aan beide zijde van de straat ligt een gemengde rioolstreng onder de parkeerstrook. Ter hoogte van het Visartpark ligt slechts aan een zijde (kant van de woningen) een gemengde rioolstreng.
Filips de Goedelaan: In het midden van de rijweg ligt een gemengd stelsel. Vanaf de Tornooistraat watert de streng af richting het Visartpark. Het gedeelte vanaf de Tornooistraat tot aan de Scheepsdalelaan watert af naar het stelsel in de Scheepsdalelaan.
Zeger van Malestraat: Hier is een gemengd stelsel gelegen in het midden van de rijweg. Deze streng takt aan op het rioleringsstelsel in de Karel de Stoutelaan.
Nieuw rioleringsstelsel:
Karel de Stoutelaan: Voor het gedeelte tussen de Leopold I-Laan en de Filips de Goedelaan wordt een aanleg van een gescheiden stelsel voorzien waarvan aan beide zijden van de straat een RWA en DWA streng lopen onder de parkeerstrook/rijweg.
Filips de Goedelaan: Aanleg van een gescheiden stelsel waarvan een RWA en een DWA streng wordt aangelegd ter hoogte van de parkeerstrook (zijde van de woningen) en onder de rijweg. De helft van de RWA streng watert af richting het Visartpark, de andere streng watert af richting de Scheepsdalelaan. Deze streng staat in verbinding met de vesten, als aanvoerpunt voor regenwater.
Zeger van Malestraat: Aanleg van een gescheiden rioolstelsel waarvan RWA en DWA onder de rijweg lopen.
Dimensionering en modellering van het ganse rioolstelsel werd opgemaakt en gesimuleerd door Hydroscan in samenspraak met de Stad en Farys. In functie van de aanwezige nutsleidingen kunnen bepaalde rioolstrengen nog opschuiven om minder hinder te veroorzaken tijdens de uitvoering van aanleg.
Voorstel fasering:
De opdracht wordt uitgevoerd in 3 fasen:
Fase 1: Filips de Goedelaan - 1 juni 2023 - 30 september 2023;
Fase 2: Karel de Stoutelaan - 1 oktober2023 - 30 maart 2024;
Fase 3: Zeger van Malestraat - 1 april 2024 - 15 juni 2024.
Tijdens de weekdagen zijn de werkuren van 6h tem 22h toegelaten. Plaatsen van bestrating is bijkomend toegelaten op zaterdagen van 7h tot 15h.
Er mag gewerkt worden in juli en augustus.
Wijze van gunnen:
Openbare procedure
Raming:
Raming: € 4.037.182,55 excl. btw - € 4.318.156,35 incl. btw, waarvan 1.337.970,49 excl. btw ten laste van stad Brugge hetzij 1.618.944,29 incl. btw - het aandeel ten laste van Farys/ TMVW 2.699.212,06 excl. btw.
In bijlage is de volledige raming, alsook een samenvattend overzicht van de raming opgenomen.
Uitvoeringstermijn:
381 kalenderdagen.
Het ontwerp, waarbij in de Zeger van Malestraat fietscomfortstroken worden voorzien, en de wijze van gunnen voor de heraanleg van de Karel de Stoutelaan, Filips de Goedelaan en Zeger van Malestraat wordt goedgekeurd.
De kosten ten laste van de Stad Brugge worden geraamd op 1.337.970,49 excl. btw hetzij 1.618.944,29 incl. btw.
De totale kosten bedragen € 4.037.182,55 excl. btw - € 4.318.156,35 incl. btw waarvan het aandeel ten laste van Farys/ TMVW 2.699.212,06 excl. btw.
Raadsleden Olivier Strubbe en Pol Van Den Driessche komen tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
De Ronde van Vlaanderen moet een feest worden voor de Bruggelingen. Door lokale verenigingen en inwoners de kans te geven op ondersteuning om zelf iets op te zetten rond de Ronde van Vlaanderen stimuleer je die sociale verbinding via sport.
Door te werken met een duidelijk en eenvoudig systeem van aanvraag wil de stad de drempels verlagen voor het uitwerken van dergelijke initiatieven.
Het subsidiereglement 'Samen maken we de Ronde" wordt goedgekeurd.
Zie verslag in bijlage.
De gemeenteraad geeft goedkeuring voor het toekennen van een toelage van 11.734,29 euro als stadstussenkomst voor de restauratiewerkzaamheden aan de straatgevel van het pand Vrijheidsstraat 68, 8310 Brugge.
Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut.
De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur.
Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd.
Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie SA00584, rekening 66420100 2023.
Zie verslag in bijlage.
Aan Yante bvba (Abdijhoek 18, 8210 Loppem) wordt een toelage van 18.750,00 euro toegekend als stadstussenkomst voor de restauratiewerkzaamheden aan de straatgevels, achtergevel, het dakgebinte en de moer- en kinderbalken van het pand Sint-Annarei 1.
Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut.
De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur.
Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd.
Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie SA00584, rekening 66420100 2023.
Het schepencollege van Stad Brugge besliste op 9 januari 2023 om de erkenningsaanvraag als onroerenderfgoedgemeente in te dienen. Bijgevolg valt Brugge onder de overgangsbepaling van het Wijzigingsdecreet van 10 juni 2022. Op 16 december 2022 informeerde het agentschap Onroerend Erfgoed Stad Brugge i.v.m. de overgangsmaatregel en werd de vraag om een akkoord van de gemeenteraad gesteld.
Als voorbereiding op de nieuwe vaststelling voerde de dienst Monumentenzorg & Erfgoedzaken in december 2022 een screening uit van de bestaande inventaris. Uit de screening kwam naar voor dat er van de 4516 vastgestelde items dertien panden op de inventaris gesloopt werden en dat er voor één pand een adreswijziging nodig is. Zonder akkoord zal het agentschap Onroerend Erfgoed de onroerende goederen zoals opgenomen in de inventaris van Brugge niet mee opnemen in de vaststellingsprocedure die start op 1 april 2023. Het vaststellingsbesluit van 2014 blijft dan onbeperkt geldig, inclusief de verouderde informatie (reeds gesloopt of fout adres).
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd zich akkoord te verklaren dat de Vlaamse regering nog een laatste vaststelling doet voor Brugge. Het agentschap bezorgde een formulering om op te nemen in het gemeenteraadsbesluit.
De gemeenteraad verklaart zich akkoord met de laatste vaststelling van de inventaris bouwkundig erfgoed van Brugge door de Vlaamse regering.
Op aangeven van het agentschap Onroerend Erfgoed wordt volgende bepaling opgenomen in het gemeenteraadsbesluit: “Indien de gemeente erkend wordt als onroerenderfgoedgemeente, geeft zij conform artikel 59 van het decreet van 10 juni 2022 tot wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, wat betreft de uitvoering van de visienota lokaal erfgoedbeleid en de toekenning van beboetingsbevoegdheid aan de gewestelijke beboetingsentiteit haar akkoord voor een laatste Vlaamse vaststelling van het bouwkundig erfgoed, zoals opgenomen in de Inventaris onroerend erfgoed, waarvan het openbaar onderzoek plaatsvindt in 2023. De gemeente zal tijdens de lopende procedure de betrokken onroerende goederen niet opnemen in een ander openbaar onderzoek voor het vaststellen van de inventaris van bouwkundig erfgoed zoals vermeld in het Onroerenderfgoeddecreet.”
Sinds haar oprichting kwam de commissie zo’n 35 keer bijeen en gaf ze advies over uiteenlopende projecten, dossiers en thema’s. Na tien jaar adviesverlening en i.f.v. een verdere professionalisering van de stedelijke erfgoedcommissies, werd een (interne) analyse opgemaakt over de algemene werking van de ECU. Dat leidde tot concrete voorstellen.
De gemeenteraad gaat akkoord om de Expertencommissie Unesco formeel te erkennen als een stedelijke adviesraad zoals omschreven in het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (art. 41. 13°).
Raadsleden Pol Van Den Driessche en Andries Neirynck komen tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Zie advies cluster Omgeving in bijlage.
De gemeenteraad:
A. Project Lanssenssite ter hoogte van de hoek Krakeleweg en de Sint-Pieterskaai (twee straatnamen)
Deze verkaveling, op grens van Sint-Pieters en Sint-Jozef, ligt nabij de Boudewijnsluis en -brug. Er zijn twee nieuwe straten voorzien (zie plan bijlage 2).
1. Pannewegel (rode zone op plan)
Op het stadsplan van Salmon (1904-1907) vond de hoofdarchivaris op deze plek een ouwe toponiem terug. Er liep daar namelijk een oude buurtweg (nr. 8), genaamd Pannewegel.
Straatnaambord: Pannewegel, Oude buurtweg
2. Boudewijnkaai (paarse zone op plan)
Door de aanwezigheid van de Boudewijnsluis en -brug wordt geopteerd voor de naam Boudewijnkaai.
Straatnaambord: Boudewijnkaai, Koning der Belgen, 1930-1993
B. Project ‘Veemarkt Sint-Michiels’, nabij Koningin Astridlaan 101 (één straatnaam)
Na het bekijken van het goedgekeurd ontwerp (zie plan, bijlage 3) voor de aanleg van dit project, waar een marktfunctie (deels overdekt) zal voorzien zijn, wordt er gekozen voor de naam Markthalstraat.
Straatnaambord: Markthalstraat (geen onderschrift).
C. Verkaveling ter hoogte van de Korte Molenstraat 13 (één straatnaam)
Deze verkaveling (zie plan bijlage 4) is reeds in de commissie van 20 oktober 2021 aan bod gekomen (als nog niet goedgekeurde verkaveling). Er waren toen reeds twee suggesties gedaan van oude molentermen naar analogie met de straatnamen in de buurt: Askopstraat of Karbonkelstraat. Er wordt gekozen voor de tweede naam. Karbonkel is de term voor een klein kamwiel of voor een conische lantaarn in een molen.
Straatnaambord: Karbonkelstraat, Oude molenterm
D. Herbenoemen deel Oorlogsvrijwilligerslaan (twee straatnamen)
Het Team Administratie Woningenbestand van de Cluster Klant maakt melding van de ingewikkelde loop van de Oorlogsvrijwilligerslaan wat voor problemen zorgt voor de hulpdiensten, post en pakjesbezorgers. Op hun voorstel, uitgewerkt op een plan (zie bijlage 5), en waarbij er omzeggens geen adreswijzigingen moet worden doorgevoerd, wordt de Oorlogsvrijwilligerslaan ingekort als volgt:
- Groene lijn: verlenging van de bestaande Wilgenroosstraat;
- Donker blauwe lijn: nieuwe straatnaam;
- Bordeaux lijn: nieuwe straatnaam.
Advies:
De Commissie volgt dit voorstel. Het deel van de Oorlogsvrijwilligerslaan in het verlengde van de Wilgenroosstraat (groene lijn) wordt ook de Wilgenroosstraat en stelt voor om gezien de aanwezigheid van bloemennamen in deze wijk te opteren voor Madeliefjesstraat (donker blauwe lijn) en Klaprozenstraat; (bordeaux lijn), twee bloemen die verwijzen naar de Eerste Wereldoorlog.
Straatnaamborden: Madeliefjesstraat en Klaprozenstraat.
E. De benaming van het nieuwe park nabij het Veltembos
De commissie stelt vast dat dit park, zonder advies te hebben gevraagd aan de Straatnamencommissie, reeds een naam heeft gekregen door de cluster Openbaar Domein, namelijk Park Steevens. Dat met deze naam wordt verwezen naar de hoverniersfamilie die de gronden van dit park reeds lang in haar bezit had, kan de Commissie mee instemmen, maar echter niet met de schrijfwijze. In Brugge zijn alle parknamen in één woord geschreven met op het einde het woorddeel 'park', zoals het Astridpark en het Graaf Visartpark, Daarom adviseert de commissie om dit voortaan Steevenspark te noemen.
Straatnaambord: Steevenspark, hoveniersfamilie
1. Project Lanssenssite (Sint-Pieters)
Twee nieuwe straten in de verkaveling tussen Krakeleweg en Boudewijnsluis:
Pannewegel, Oude buurtweg;
Boudewijnkaai, Koning der Belgen, 1930-1993.
2. Project ‘Veemarkt' (Sint-Michiels)
In deze verkaveling waar ook nog een marktplaats voorzien is, komt één straat:
Markthalstraat.
3. Verkaveling ter hoogte van de Korte Molenstraat 13 (Sint-Andries)
In deze verkaveling komt één straatnaam:
Karbonkelstraat, Oude molenterm.
4. Herbenoemen deel Oorlogsvrijwilligerslaan
Om de complexe loop van deze straat op te lossen, wordt één gedeelde voortaan aanzien als het verlengde van de bestaande Wilgenroosstraat en krijgen twee delen een nieuwe straatnaam: Madeliefjesstraat en Klaprozenstraat.
5. Herbenoemen Park Steevens (nabij het Veltembos)
De namen van parken worden voorgelegd aan de Commissie van Toponymie & Straatnamen en volgen de geldende schrijfwijze waarbij het woord 'park' op het einde komt: Steevenspark, Hoveniersfamilie.
Binnen het raamcontract depotmeubilair dat met de firma Bruynzeel werd afgesloten (zie ook bijlage 1 voor het CBS-gunningsbesluit, bijlage 2 voor het bestek en bijlagen 3 en 4 voor de offerte en inventaris van Bruynzeel), wenst de bibliotheek compactrekken aan te kopen voor dit magazijn t.b.v. 166.460,28 euro incl. btw.(zie bijlagen 5, 6 en 7 voor de offerte, de inventaris en de lay-out van de rekken).
De bibliotheek vraagt de goedkeuring voor deze aankoop.
De aankoop van magazijnrekken t.b.v..166.460,28 euro incl. btw. bij de firma Bruynzeel (BE 0418.637.944), volgens de voorwaarden van het raamcontract depotmeubilair, wordt goedgekeurd.
Er zijn drie fases voorzien om tot de volledige vernieuwing van het centrale gedeelte en politiehuisvesting te komen. Fase 2 is de herhuisvesting van de fietsdienst binnen het gebouw, en de derde fase is voorzien om de kleedkamers te verplaatsen en uit te breiden en ook de nodige douches te voorzien.
Het ontwerp en de lastvoorwaarden van het dossier "plaatsen van nieuwe toiletten, uitbreiden en vernieuwen keuken, nieuwe publieke inkom in de ex mbz gebouwen, gelegen te Lodewijk Coiseaukaai 2, 8000 Brugge", geraamd op 201.162,69 euro excl. btw of 243.406,85 euro incl. btw wordt goedgekeurd.
Voor deze werken wordt de veiligheidscoördinator, zijnde Struktuur bvba, Dorpsstraat 90 te 9800 Deinze, aangesteld in het kader van het lopende raamcontract met Farys. De uitgave voor de veiligheidscoördinator wordt geraamd op 691,98 euro excl. btw of 837,29 euro incl. btw.
De desbetreffende uitgave, geraamd op 201.854,67 euro excl. btw of 244.244,14euro incl. btw euro incl. btw zal worden benomen op het budget van de Politie, BU2022/2023, begrotingsartikel 33045/722-60.
Raadsleden Geert Van Tieghem en Raf Reuse komen tussen.
Schepenen Minou Esquenet en Mercedes Van Volcem antwoorden.
Percelen
De opdracht voor werken wordt opgedeeld in percelen.
Perceel 1: afbraak- en grondwerken
Dit perceel omvat:
Perceel 2: veiligheidswerken en herstelling
Dit perceel omvat:
Raming
De raming van de werken bedraagt 196.587,76 euro excl. btw of 237.871,19 euro incl. btw, als volgt opgedeeld:
Voor deze werken wordt de veiligheidscoördinator, zijnde Struktuur bvba, Dorpsstraat 90 te 9800 Deinze, aangesteld in het kader van het lopende raamcontract met Farys. De uitgave voor de veiligheidscoördinator wordt geraamd op 684,20 euro excl. btw of 827,88 euro incl. btw.
Gunningswijze
Als wijze van gunnen wordt de openbare procedure voorgesteld.
Het ontwerp en de lastvoorwaarden van het dossier "afbraakwerken site De Lijn, Gaston Roelandtsplein 15 te 8310 Assebroek (perceel 1: afbraak- en grondwerken / perceel 2: veiligheidswerken en herstelling)", geraamd op 196.587,76 euro excl. btw of 237.871,19 euro incl. btw wordt goedgekeurd.
De wijze van gunnen met name de openbare procedure wordt goedgekeurd.
Voor deze werken wordt de veiligheidscoördinator, zijnde Struktuur bvba, Dorpsstraat 90 te 9800 Deinze, aangesteld in het kader van het lopende raamcontract met Farys. De uitgave voor de veiligheidscoördinator wordt geraamd op 684,20 euro excl. btw of 827,88 euro incl. btw.
De uitgave wordt benomen op 2023 - 22800007 - BI011908 - SA01329 - UD045.
Er wordt goedkeuring gevraagd voor de meerkost in het raamcontract tot het onderhouden en herstellen van daken en goten, t.b.v. 100.954,69 euro excl. btw ten opzichte van de maximale waarde van het contract goed te keuren.
We vragen ook goedkeuring om facturen uit te betalen t.b.v. 243.507,64 euro incl. btw en incl. prijsherziening voor de uitgevoerde werken van de firma Monument Hainaut.
De gemeenteraad keurt de uitbetaling goed van facturen t.b.v. 243.507,64 euro incl. btw en incl. prijsherziening voor de uitgevoerde werken van de firma Monument Hainaut.
Er wordt goedkeuring gevraagd voor de meerkost in het raamcontract tot het onderhouden en herstellen van daken en goten, t.b.v. 100.954,69 euro excl. btw ten opzichte van de maximale waarde van het contract.
Deze uitgave wordt als volgt benomen: Dienstjaar 2022, BI011908, SRB011908, rekening 61030100.
Raadslid Pol Van Den Driessche komt tussen.
Schepen Minou Esquenet antwoordt.
Gezien de slechte toestand van het gebouw zijn er diverse meerwerken. Tijdens uitvoering is ontdekt dat er in de muren een zeer hoog zoutgehalte aanwezig is. Het naar buiten komen van deze zouten zorgen ervoor dat de afwerkingslagen worden beschadigd. Om dit te vermijden is het noodzakelijk om zoutbufferende pleisters te plaatsen.
De meerwerken van deze verrekeningen zijn voornamelijk de hoge uitvoeringskosten voor het aanbrengen van een zoutbufferende pleister ter hoogte van de muren.
Zie verantwoordingsnota in bijlage.
De Gemeenteraad gaat akkoord met de verrekening 2 van Artes Woudenberg voor de restauratiewerken van de kapel, het passantenhuis van OLV van Nazareth en het Magdalenagasthuis, Nieuwe Gentweg 110 te 8000 Brugge, t.b.v. 264.030,84 euro (6% btw inb.). Deze uitgave wordt als volgt benomen op het dienstjaar 2022: BI072001 - SA00380 - Rekening 270000007.
Er wordt een bijkomend ereloon t.b.v. 26.403,08 euro (btw inb.) voorzien voor de ontwerper, LMS Vermeersch, Tempelhof 41 te 8000 Brugge. Deze uitgave wordt als volgt benomen op het dienstjaar 2023: BI072001 - SA00380 - Rekening 270000007.
Er wordt een bijkomend ereloon t.b.v. 935,87 euro (btw inb.) voorzien voor de veiligheidscoördinator, Struktuur bvba, Dorpstraat 90 te 9800 Deinze. Deze uitgave wordt als volgt benomen op het dienstjaar 2023: BI072001 - SA00380 - Rekening 270000007.
De maximum bijpremie van 10% op het gesubsidieerd bedrag bedraagt 77.887,01 euro mits toestemming van het Agentschap Onroerend Erfgoed op het einde van de werken.
Er wordt een bijkomend krediet gevraagd te voorzien op '2023-27000007-BI072001-SA00380-UD045' t.b.v. 691.300,51 euro in totaal waarvan 358.713,19 euro extra te voorzien is voor het bijstellen van de inschatting van de prijsherziening na ontvangst van de vorderingsstaten tem september ‘22 en 332.587,32 euro extra te voorzien is om de meerwerken en verrekeningen inclusief ontwerper en VC op te vangen tem verrekening 2.
Na het afronden van de haalbaarheidstudies en de detailstudie en de opmaak van conditiestaatmetingen voor 14 gebouwen opgenomen in het OEPC traject dat het VEB (Vlaams Energiebedrijf) uitvoert in opdracht van de stad Brugge, werd een aankoopstrategie voorgesteld met een timing voor de aanstelling van de ESCO partij. De selectieleidraad (goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 28 november 2022) werd uitgestuurd begin december 2022 en de kandidaatstellingen worden ingewacht tegen halverwege januari 2023. De kandidaten worden geselecteerd eind januari 2023.
In deze nota wordt aan de gemeenteraad het bestek, bestaande uit 4 delen (de gunningsleidraad, het prijsopgave formulier, het technisch dossier en het voorstel mastercontract tussen de ESCO-partij en de stad Brugge) voorgelegd in het OEPC-traject dat het Vlaams Energiebedrijf in opdracht van de stad Brugge volmaakt.
Het bestek wordt uitgestuurd naar de geselecteerde partijen die kunnen meedingen naar de opdracht van onderhouds- en energieprestatie contract voor de 14 aangeduide gebouwen.
De gemeenteraad keurt het bestek goed dat VEB, als aanbestedende overheid, zal uitsturen naar de geselecteerde partijen die de OEPC-opdracht voor stad Brugge kwaliteitsvol kunnen uitvoeren.
(H)eerlijk Brugge heeft als hoofddoel om bewustwording te creëren bij de Bruggeling rond alle aspecten van de duurzame voedselstrategie (stadslandbouw, korte keten, Fair trade, voedselverlies,...). Eveneens is het een uitgelezen moment voor de leden van het Brugs Food Lab om naar buiten te treden met hun activiteiten en projecten. Daarbij zal de handleiding duurzame voeding op evenementen gebruikt worden (cbs 19/12/2016 - voorbeeldfunctie).
Alle aspecten van duurzaam eten kunnen opnieuw aan bod komen: stadslandbouw, koken met lokale ingrediënten, zelf je groenten telen, meer seizoensgebonden eten, minder vlees eten, beter bewaren, minder verspillen, kiezen voor fairtrade en biologische producten.
In 2023 zal (H)eerlijk Brugge opnieuw doorgaan in het K. Astridpark, ditmaal een volledig weekend 6-7 mei.
Het centraal thema waar we rond zullen werken is ‘(on) kruiden’.
De bijkomende toelage (20.000€) voor het Brugs Food Lab dient om het event (H)eerlijk Brugge 2023 mee te organiseren en verder uit te bouwen. (H)eerlijk Brugge werd jaarlijks georganiseerd door de Stad Brugge. Vanaf 2023 neemt vzw Stadmakers mee de lead in de organisatie voor het event van (H)eerlijk Brugge (met inhoudelijke input - samenwerking Stad) en daarom wordt dit budget verschoven van de stad Brugge naar vzw Stadmakers met de bedoeling het efficiënter te kunnen inzetten en een win-win te creëren. Het budget wordt open en transparant beheerd door de stuurgroep van het Brugs Food Lab waarbinnen ook vertegenwoordigers van de stad Brugge en vzw Stadsmakers zijn vertegenwoordigd.
De op vandaag bestaande niet-financiële inzet van de stad Brugge (uitleendienst, communicatie, stadsdrukkerij, dienst elektromechanica,…) en van de Republiek (productie, technische ondersteuning,……) blijft onverminderd behouden binnen de samenwerking van dit event. Dienst klimaat en milieu wordt nauw betrokken bij inhoudelijke uitwerking van dit event.
Deze overeenkomst voor bijkomende toelage werd nagekeken door dienst bestuurszaken, cfr. bijlage.
Programma 6 mei:
14u00 – 17u00 kook battle Foodwave (EU project ism NZ en jeugddienst): jeugdbewegingen worden uitgedaagd om duurzaam te koken. De NZ dienst voorziet 5 keukeneilanden.
17u00 – 20u00 diner waar het verhaal verteld wordt van lokale producten - producenten - org. Brugs Food Lab.
20u00 – 23u00 verhalen vertellen, inspirerende figuur: Willem Hiele - org Brugs Food Lab.
Zondag 7 mei - org Brugs Food Lab
09u00 – 11u00 Brunchbag : brunch met producten van leden van het Brugs Food Lab.
11u00 – 17u00 ecosysteem en markt: leden van het Brugs Food Lab en andere korte keten initiatieven kunnen hun werking etaleren. Workshops en kookdemo"s (keukeneilanden van 6 mei).
Medewerking wordt gevraagd van een aantal stadsdiensten zoals uitleendienst, citymarketing, stadsdrukkerij,... zie gunstig advies.
Het college heeft op 23/12/2022 zijn principiële goedkeuring verleend voor het organiseren van (H)eerlijk Brugge op zaterdag 6 mei 2023 en zondag 7 mei 2023 in het K. Astridpark.
Uiterlijk drie maanden voor de opbouw van het evenement dient het Brugs Food lab de vergunningsaanvraag in bij dienst Vergunningen.
Op het einde van 2023 vindt er een evaluatiemoment plaats.
De gemeenteraad geeft goedkeuring voor het toekennen van een bijkomende toelage van 20.000 euro aan Stadsmakers vzw voor de organisatie van (H)eerlijk Brugge 2023. Het budget is te benemen van BI035000, SA00462, 64960100.
Een wet staat hiërarchisch hoger op de ladder dan een rechtspositieregeling, d.i. hogere regelgeving.
De wet is van rechtswege van toepassing op de contractuele medewerkers van Stad Brugge. Dit houdt in dat een contractuele medewerker zowel zijn rechten conform de nieuwe wet mag uitputten als conform artikel 233 in onze rechtspositieregeling.
Dit betekent dat de medewerker dan zowel recht heeft op 2 dagen afwezigheid zonder attest (cf. RPR) als op de 3 dagen afwezigheid zonder attest (cf. de wet), wat het totaal op 5 dagen afwezigheid zonder ziekteattest kan brengen per kalenderjaar.
Om te vermijden dat beide regelgevingen van toepassing zijn op hetzelfde moment wordt voorgesteld om onderstaande tekst (in blauw) te doorhalen in de RPR en het arbeidsreglement en te vervangen door de nieuwe regelgeving.
Onderstaande tekst wordt aangepast in de rechtspositieregeling:
Artikel 233
…
§2. attestering
Medewerkers bezorgen het attest van arbeidsongeschiktheid aan de dienst Personeel & Organisatie uiterlijk de tweede werkdag van de afwezigheid wegens ziekte. Het attest vermeldt de vermoedelijke duur van de afwezigheid wegens ziekte. Een gescande ziektemelding per email is rechtsgeldig op voorwaarde dat het originele attest alsnog wordt opgestuurd of ingeleverd bij de dienst Personeel & Organisatie ten laatste 7 kalenderdagen na de ziektemelding.
Een ziekteattest waarbij wordt vermeld dat het om een consultatie gaat, wordt niet beschouwd als ziekte.
De contractuele medewerker verwittigt ook tijdig het ziekenfonds. Dit gebeurt aan de hand van het formulier “vertrouwelijk”. Dit dient eerst ingevuld te worden door de dokter.
Bij afwezigheid wegens ziekte van één dag is niet meteen een attest vereist. Dit is wel verplicht vanaf de derde afwezigheid van één dag in de loop van hetzelfde kalenderjaar. De medewerker mag in zijn/haar loopbaan maximaal 10 keer en voor telkens een maximumduur van één dag afwezig zijn zonder attest van arbeidsongeschiktheid en dit te rekenen vanaf 1 mei 1980.
Het personeelslid is niet verplicht om een ziekteattest voor te leggen bij afwezigheid wegens ziekte van één dag of voor de eerste dag van een arbeidsongeschiktheid, dit tot driemaal per kalenderjaar.
Bij afwezigheid wegens ziekte zonder ziekteattest blijft de verwittigingsplicht bestaan.
Bij een onderbroken werkdag is geen ziekteattest vereist. Dit is wel verplicht vanaf de derde onderbroken arbeidsdag in de loop van 12 maanden. Een onderbroken arbeidsdag is de eerste dag van het gewaarborgd loon. Bij een statutair personeelslid wordt een ziektekredietdag in mindering gebracht.
Onderstaande tekst wordt aangepast in het arbeidsreglement:
artikel 11.2.: ziekte en arbeidsongeval
De medewerkers die wegens ziekte of arbeidsongeval niet aan het werk kunnen, moeten in eerste instantie vóór 9.00 uur hun leidinggevende verwittigen, tenzij er andere afspraken zijn binnen de eigen dienst (op te nemen in dienstcharter).
Vervolgens verwittigt de medewerker het ziektemeldpunt op de dienst. Deze plicht geldt ook als een eerdere ziekteperiode verlengd wordt.
Deze verwittiging gebeurt telefonisch, met een mailbericht of in eigen persoon aan de dienst Personeel & Organisatie.
Met het oog op eventuele controles is men verplicht zijn/haar adres mee te delen waar men op dat ogenblik verblijft indien het afwijkt van de wettelijke verblijfplaats.
Medewerkers bezorgen het ziekteattest aan de dienst Personeel & Organisatie uiterlijk de tweede werkdag van de afwezigheid wegens ziekte. Het attest vermeldt de vermoedelijke duur van de afwezigheid wegens ziekte.
Een gescande ziektemelding per email is rechtsgeldig op voorwaarde dat het originele attest alsnog wordt opgestuurd of ingeleverd bij de dienst Personeel & Organisatie ten laatste 7 kalenderdagen na de ziektemelding.
Een ziekteattest waarbij wordt vermeld dat het om een consultatie gaat, wordt niet beschouwd als ziekte.
De contractuele medewerker verwittigt ook tijdig het ziekenfonds.
Een correcte aangifte van arbeidsongeschiktheid gebeurt steeds met een ‘Getuigschrift van arbeidsongeschiktheid’, ook bekend als het document ‘Vertrouwelijk’. Dit document wordt ter beschikking gesteld door elke mutualiteit. Dit dient eerst ingevuld te worden door de dokter.
Bij afwezigheid wegens ziekte van één dag is niet meteen een ziekte-attest vereist. Dit is wel verplicht vanaf de derde afwezigheid van één dag in de loop van hetzelfde kalenderjaar. De medewerker mag in zijn/haar loopbaan maximaal 10 keer en voor telkens een maximumduur van één dag afwezig zijn zonder ziektemeldingsformulier en dit te rekenen vanaf 1 mei 1980.
Het personeelslid is niet verplicht om een ziekteattest voor te leggen bij afwezigheid wegens ziekte van één dag of voor de eerste dag van een arbeidsongeschiktheid, dit tot driemaal per kalenderjaar.
Bij afwezigheid wegens ziekte zonder ziekteattest blijft de verwittigingsplicht bestaan.
Gezondheidstoezicht:
De medewerkers die onderworpen zijn aan een periodieke gezondheidsbeoordeling zijn verplicht onderworpen aan het gezondheidstoezicht: bij werkhervatting, na een afwezigheid van minstens 4 weken, ten gevolge van om het even welke ziekte, aandoening of ongeval, of wegens bevalling. Dit onderzoek gebeurt ten vroegste op de dag waarop het werk of de dienst wordt hernomen en ten laatste op de tiende werkdag daarna.
Alle medewerkers hebben het recht om te genieten van een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting in geval van arbeidsongeschiktheid van vier weken of meer, met het oog op een eventuele aanpassing van hun werkpost. Dit onderzoek dient onmiddellijk te gebeuren bij werkhervatting. De aanvraag gebeurt rechtstreeks bij de arbeidsgeneesheer door de medewerker.
De leidinggevenden geven onmiddellijk aan de dienst Personeel & Organisatie de namen door van de medewerkers die na een arbeidsongeschiktheid van minimum vier weken het werk hebben hervat.
Mits toestemming van de medewerker kan de arbeidsgeneesheer overleg plegen met de behandelende arts en/of adviserend geneesheer.
Deze bijkomende rechten van de contractuele medewerkers worden op die manier ook toegekend aan de statutaire medewerkers.
Er wordt goedkeuring verleend aan bovenstaande wijzigingen aan het arbeidsreglement en aan de rechtspositieregeling voor de personeelsleden van Stad Brugge.
De wijzigingen aan het arbeidsreglement en aan de rechtspositieregeling voor de personeelsleden van Stad Brugge werden voorgelegd aan het bijzonder onderhandelingscomité voor de personeelsleden van Stad Brugge/OCMW Brugge van 6 december 2022.
In een recent verleden werd voor een aantal functies van huisbewaarder de inschaling van het betaalde pakket reeds opgetrokken van E1-E3 naar D1-D3, meer bepaald voor de huisbewaarderstaken op volgende locaties:
De opwaardering van deze pakketten gebeurde telkens bij een wissel van Huisbewaarder. De pensionering van de huidige Huisbewaarder Belfort is dan ook de concrete aanleiding om dit dossier voor te leggen. Bedoeling is om deze beweging door te trekken naar de overige huisbewaardersfuncties op het moment dat daar aanleiding toe is. Behalve de huisbewaarder Belfort die in dit dossier wordt voorgelegd, zijn er nog 2 overgebleven locaties waar de huisbewaarders op E1-E3 verloond worden, met name Stadsschouwburg en de Stedelijke Academie.
De opwaardering is gebaseerd op de professionalisering van de takenpakketten, de digitalisering en hierdoor grotere verwachtingen rond kennis en competenties van de huisbewaarders. De vernieuwde functieomschrijving voor deze functie wordt als bijlage aan dit dossier toegevoegd.
Het verschil in loonkost tussen een functie op E1-E3 en D1-D3 bedraagt 2.241,67 EUR op jaarbasis. Deze meeruitgave kan worden afgedekt door de gewijzigde werking van het evenemententeam (verschuiving en samenwerking met Openbaar Domein) die in een latere zitting wordt voorgelegd en die een minderuitgave zal betekenen.
De functie Huisbewaarder Belfort wordt opgewaardeerd naar salarisschaal D1-D3.
De opwaardering werd ter advies voorgelegd aan het Bijzonder Overlegcomité van 10 januari 2023.
In zitting van 18 mei en 7 september 2020 werd aan het College een nota voorgelegd met de grote lijnen van het nieuwe organogram van de oude dienst Patrimoniumbeheer, die voortaan Facilitair beheer zou worden. Daarnaast werden ook een aantal prioritair in te vullen functies goedgekeurd. In zitting van 28 september 2020 keurde de Gemeenteraad de grote lijnen van het nieuw organogram goed.
De uitgangspunten en motivatie voor de wijziging waren en blijven de volgende:
De prioritair in te vullen functies werden in de loop van 2021 ingevuld: een financieel deskundige, een coördinator Veiligheid, een coördinator Services en het diensthoofd, de directeur Facilitair beheer. In oktober 2021 werd de formatie goedgekeurd. In de eerste helft van 2022 volgden hieruit heel wat selecties. Al deze selecties kenden -muv 1 functie, bouwkundige veiligheid – een positief gevolg.
Via powerpoint stelt het diensthoofd de wijzigingen na evaluatie eind 2022 voor. Voor de organisatie blijven er een aantal uitdagingen op het vlak van HVAC, klantbeheer, het centraal-decentraal aansturen van de schoonmaak, het in regie houden dan wel uitbesteden van bepaalde taken (meer bepaald dakbedekking).
HET ORGANOGRAM
Bij de organisatiestructuur wordt de dienstverlening bekeken vanuit het oog van de klant (stadsbestuur, diverse stadsdiensten, burgers/verenigingen). Ten opzichte van de formatie van oktober 2021 worden een aantal wijzigingen voorgesteld op niveau van de subdiensten.
MOTIVATIE EN BUDGETNEUTRALITEIT
Door gericht pensioneringen niet te vervangen, bepaalde functies te heroriënteren of te vervangen door andere noodzakelijke profielen, heeft het diensthoofd de oefening budgetneutraal gehouden. De ruimte die hierdoor vrijkwam werd gebruikt om een aantal belangrijke wijzigingen in het personeelskader door te voeren.
Voor wat betreft de Vakspecialisten Dakbedekking wordt voorgesteld om het huidige exploitatiebudget te verschuiven naar de personeelsenveloppe, en een stuk middelen van de potfab te alloceren aan de exploitatie uitgaven van Facilitair Beheer (om herstellingen, werkingsmateriaal, uitrusting, … te financieren). Dit levert in totaal financieel een minuitgave op om de uitdagingen rond daken en goten beter aan te kunnen.
Op dit moment is er een licht budgettair positief resultaat. Het diensthoofd stelt voor om die middelen voorlopig te reserveren (vb. in kader van toekomstige oefeningen centraal – decentraal).
PER AFDELING/ONDERDEEL
Facilitair Beleid draagt de visie van het facilitair beheer van de stad uit en ontwikkelt een gedegen strategie. Facilitair Beleid werkt ondersteunend en richtinggevend voor de diverse teams.
Er is binnen Facilitair Beleid een kernteam om de structurele en projectgebonden samenwerking tussen diverse teams te bevorderen en de keuzes te maken tussen interne (zelf uitvoerend) dan wel externe regie (werkopvolging, uitbesteding) van de werken.
De centrale aansturing zorgt voor de noodzakelijke inhoudelijke synergiën binnen de eigen dienst, binnen de Cluster Shared Services alsook met de andere stadsdiensten en externe actoren. Men bouwt aan één organisatiecultuur en responsabiliseert de volledige dienst.
Er wordt vormgegeven aan een efficiëntere samenwerking met andere verwante diensten, zoals Eigendommen, Openbaar Domein, Mobiliteit, Vergunningen IDPBW, … Er is ook een samenwerkingscel vastgoed.
Door met een klein centraal administratief team te werken, kan de administratie in de andere afdelingen worden versterkt.
Het team Facilitair Beleid zou als volgt worden gewijzigd:
1 Directeur Facilitair Beheer (A5a-A5b).
1 Adviseur Vastgoed (A5a-A5b) – deze functie is uitdovend op deze weddenschaal en wordt na pensionering van de titularis aangepast.
1 Adjunct procesbeheer en beleid (A4a-A4b).
1 Stafmedewerker Facilitair Beleid (A1a-A1b).1 Data- en Digitaliseringsexpert (B1-B3) NIEUWE FUNCTIE.
1 Financieel expert (B1-B3).
1,5 Administratief medewerkers (C1-C3).
Motivering:
De inschatting is dat de taken van de data- en digitaliseringsexpert (nog niet ingevuld) kunnen worden toegevoegd aan de functie van de adjunct procesbeheer en beleid. De inhoud van beide functies is gelinkt en hierdoor kunnen efficiëntiewinsten worden gemaakt.
Hierdoor is er een besparing van een functie op niveau B1-B3.
Deze afdeling bestaat uit een Operationeel Team en een Team Bouwprojecten en wordt aangestuurd door de directeur Facilitair Beheer.
Dit operationeel team concretiseert de visie op een klantgerichte werking: een redelijk antwoord binnen een redelijke termijn geven bij vragen en meldingen, een vlotte realisatie van de noodzakelijke en wenselijke herstel- en aanpassingswerken, afstemming in planning van de facilitaire projecten, technische ondersteuning van de klant op vlak van beheer van de gebouwen. Het team werkt nauw samen met Team Bouwprojecten en biedt ondersteuning aan de experten bij het in kaart brengen van de conditiestaat van de gebouwen, gaat na welke investeringen nodig zijn met het oog op de instandhouding en/of aanpassing van de gebouwen of de renovaties ervan. Meerjaren-onderhoudplanning, welk type raamcontracten zijn wenselijk of zinvol. Er is een shift naar een meer proactieve manier van werken.
Het Operationeel team & Klantbeheer zou als volgt worden gewijzigd:
1 Coördinator Operationeel Team & Klantbeheer (A1a-A2a).1 Teamverantwoordelijke Klantbeheer (B4-B5).
1 Afdelingshoofd Operationeel Team & Klantbeheer (A4a-A4b) - NIEUW (betreft een samenvoegen van coördinator operationeel team & klantbeheer met teamverantwoordelijke klantbeheer, gebonden aan – op vandaag voorhanden - budgettaire ruimte).
2 Dienstleiders Operationeel Team (C4-C5).6 7 Technisch medewerker Klantbeheer (C1-C3) (bouwkunde – elektriciteit – HVAC).3 2 Administratief Medewerkers (C1-C3) voor helpdesk, raamcontracten, facturatie, …29 31 Vakspecialisten Bouwkundig en Technisch (C1-C3) (dakbedekking-, schilder-, metsel-, timmer-, las-, elektriciteit-, sanitair,- loodgietwerken).
Motivering:
De functie van Teamverantwoordelijke Klantbeheer op B4-B5, werd waarnemend ingevuld en de ervaring leert dat deze functie niet de verwachte meerwaarde biedt. Er is meer nood aan een functie die volgende doelstellingen bereikt : eenheid van aansturing en meer bruggen kunnen slaan over de subdiensten van Facilitair Beheer heen, naast de component van een meer proactieve klantenondersteuning en het versterken van de slagkracht.
Daarom is het voorstel om de functie Teamverantwoordelijke samen te voegen met de functie van coördinator operationeel team tot één functie afdelingshoofd Operationeel Team&Klantbeheer op A4-niveau.
Daarnaast is het voorstel om 1 administratief medewerker om te zetten naar 1 technisch medewerker klantbeheer op hetzelfde niveau.
Zo zorgen we samen voor een meer klant gedreven, kwalitatieve, duurzame en kostenbewuste facilitaire dienstverlening & beheer van de gebouwen en installaties van de Stad Brugge. Er worden realistische ambities voor de klanten geformuleerd, waarbij de verwachtingen, de (beleids)doelstellingen en de beschikbare middelen (capaciteit en budget) in evenwicht zijn. We zorgen voor de realisatie van deze ambities en een hoge klantentevredenheid via betrouwbare dienstverlening aan de klant.
Een tweede belangrijke wijziging betreft het toevoegen van 2 vakspecialisten dakbedekking.
Voorafgaand werd de overweging gemaakt om daken en goten blijvend uit te besteden, dan wel via eigen technische ploegen te ondervangen. Dit tweede levert het voordeel op dat er sneller, kwaliteitsvoller, kostenefficiënter & ruimer (preventieve luik zoals daken en goten periodiek reinigen) gewerkt kan worden.
Meer specifiek komt de dienst tot de vaststelling dat de huidige manier van werken, via aan derde partij, buitensporige kosten genereert. Zie daartoe de ingesloten bijlage en het CBS dossier 2002_CBS_04147 - A-punt - FAB/gebouw&installaties - raamcontract tot het onderhouden en herstellen van daken en goten, diverse stadsgebouwen - meerkost - naar gemeenteraad. De huidige manier van werken leidt tot een financiële uitdaging (ipv 82k per jaar het dubbele nodig) het niet kunnen waarmaken van de preventieve component (wat leidt tot meer reactief onderhoud) en onvoldoende slagkracht om herstellingen en projecten tot een goed einde te brengen.
Dit team staat in voor de strategie en beleidsopvolging voor alle bouwprojecten binnen facilitair beheer, verschaft beleidsadvies, werkt bestekken uit voor kleinere werken, zorgt voor technisch advies rond onderhoud en ontwerp, ...
De opsplitsing gebouwendienst – elektromechanica bestaat niet meer: het samenvoegen van deze teams versterkt de interne samenwerking. Een aantal zaken, waar de verantwoordelijkheid voor onduidelijk was, werden toegewezen aan het team Bouwprojecten. Het betreft o.m. bestekken en raamcontracten die door klantenbeheerders werden uitgewerkt.
Het team zou als volgt worden gewijzigd:
1 Directeur Bouwprojecten (A5a-A5b).3 4 Projectleiders Technische Installaties (A1a-A2a) onder voorbehoud van transfer van middelen van Musea (gekoppeld aan BRUSK en voortgang financieel verhaal).
5 Projectleiders Bouwkunde (A1a-A2a).
3 Projectexperten Technische Installaties (B1-B3) (2 ELEK – 1 HVAC).
1 Projectexpert Energie (B1-B3) (inwisselen niet ingevulde Data&Digitaliseringsexpert).5 6 Projectexperten Bouwkunde (B1-B3) onder voorbehoud van transfer van huidige personele middelen van Musea.
1 Projectexpert Bouwkunde en Publiek Sanitair (B1-B3) (0.5 VTE op projectmatige basis).
3,5 Administratief medewerker (C1-C3) voor opmaak/opvolging collegedossiers facilitair beheer, overheidsopdrachten, vorderingsstaten, …
Motivering:
Betreffende de projectexpert Energie: op vlak van HVAC, elektriciteit en watergebruik merkt de dienst dat er met de huidige personele bezetting een eenzijdige focus ligt op het operationeel houden én vernieuwen van de installaties. Gelet op de energetische uitdagingen vandaag en morgen, stelt het diensthoofd voor om structureel te investeren in personele tijd met een expliciete focus op energiebesparing. Doel is om alle HVAC, water- en elektrische installaties van het stadspatrimonium zo klimaatbewust mogelijk te optimaliseren. Dit impliceert het inregelen, monitoren en energetisch optimaliseren van de diverse installaties (elektrisch, HVAC, GBS, …); voorstudies en -onderzoeken uitvoeren met een duurzame en innovatieve reflex waarbij de expertise leidt tot opmaak van ramingen, plannen en bestekken om de duurzame klimaatdoelstellingen te operationaliseren. Deze persoon kan aanbestedingen nauwgezet opvolgen en toezicht houden op de kwalitatieve uitvoering van de werken binnen het vastgelegde budget en de uitvoeringstermijn en weet zich bij complexere dossiers ondersteund door de technische equipe.
Betreffende Projectexpert Technische Installaties, Projectexperten Bouwkunde en Projectexpert Elektronische Veiligheid (deze laatste ressorteert onder Veiligheid & Beveiliging): de museale diensten zoeken i.k.v. huidige en toekomstige verwikkelingen op het niveau infrastructuur, en dan vooral op het vlak van technieken, naar een optimale technisch sturende en ondersteunende werking. De vele projecten en de blijvende high end aandacht, leiden tot de nood aan een tweetal bijkomende profielen. Binnen Facilitair Beheer is er vandaag geen ruimte om deze profielen te voorzien, maar binnen Musea ontstaan op termijn mogelijkheden gelinkt aan de BRUSK oefening, die het geheel van de museale personele inzet omhelst, naast een uitbatingsmodel dat tot bepaalde besparingen leidt.
Beide diensten stellen samen voor om in de formatie van facilitair beheer de volgende functies in te schrijven, onder de strikte voorwaarde dat deze pas kunnen ingevuld als en wanneer de middelen voorzien kunnen worden door Musea:
Er wordt vertrokken vanuit het geloof in een centraal model waarbij voeling met/maatwerk voor Musea, binnen een centrale visie, efficiëntie en effectiviteit, te verkiezen valt. Eens de invulling budgettair mogelijk wordt, is het voorstel om te kiezen voor een structurele verankering in de werking van de musea, een optimalisatie van het meldingenbeheer en de uitbouw van een pro-actieve werking. Het inplannen zal via periodiek werkoverleg tot stand komen. Dit geheel wil FAB vatten in een SLA (voor de componenten component meldingenbeheer, eigenaarschap en pro-activiteit), naast een realistische projectenplanning. Dit SLA moet toelaten om enerzijds afgerekend te kunnen worden op de resultaten, en anderzijds de vertaling vormen van een heldere rolverdeling i.f.v. de hiërarchische en functionele aansturing, om zo tot optimaal rendement te komen. De technische projectcoördinatie impliceert ook het (meer en sneller) inschakelen van anderen binnen Facilitair Beheer, van de collega’s van het team bouwprojecten, over de administratieve collega’s tot de elektriciens van de werkplaats.
Het Team Services kreeg meer taken en verantwoordelijkheden. Het bestaat enerzijds uit een afdeling Schoonmaak en Catering waar wordt ingezet op centraal en decentraal georganiseerde schoonmaak en ook de catering binnen de stadsgebouwen wordt verzorgd. Er wordt geïnvesteerd in het coachen van het schoonmaakpersoneel.
Anderzijds is er de afdeling vlootbeheer waar zowel de gemotoriseerde vloot als straks ook de dienstfietsen worden beheerd, aangekocht, … Alles rond meubilair, kantoormateriaal en drukwerk kreeg een plaats in de verdere uitwerking van het magazijn in overleg met IDPBW, Openbaar Domein, Uitleendienst.
Het team zou als volgt worden gewijzigd:
1 Coördinator Services (A1a-A2a).
1 Teamcoach Transportbeheer (B1-B3).3 5 Teamcoach schoonmaak & catering (C1-C3) die moeten instaan voor de decentraliseringsoefening, stockbeheer, werkplanning in samenspraak met gebouwverantwoordelijke, … We gaan over naar 5 Teamcoaches om ook Onderwijs dezelfde service te kunnen bieden. Hiertoe wisselen we 2.3 VTE schoonmaakmedewerker (E1-E3) in.
3 Technisch Medewerker Vlootbeheer (C1-C3).
4 Technisch Medewerkers Magazijn (C1-C3)
3 Administratief medewerkers (C1-C3).
Schoonmaakmedewerkers (E1-E3) -0,41 VTE i.f.v. overeenkomst met Mintus aangaande buurtwerklocaties, zoals beschreven in nota CBS_2022_04792.
Motivering:
Om ook Onderwijs dezelfde service te kunnen bieden, moet het aantal teamcoaches opgetrokken worden. Het totaal aantal schoonmaakmedewerkers in de schoolgebouwen vertegenwoordigt 1/3de van het totaal aantal medewerkers.
Deze afdeling staat in voor de veiligheid van het patrimonium: evacuatie- en interne noodplannen, sleutelplanbeheer, veiligheid van het gebouw, organisatorische veiligheid, beveiliging en toegangsveiligheid, opvolging van asbest/legionella/ waterkwaliteit, keuringen en keuringsverslagen van de technische installaties, … dit in nauwe samenwerking met de (G)IDPBW.
Het team zou als volgt worden gewijzigd:
1 Coördinator Veiligheid & Beveiliging (A1a-A2a).1 2 Expert elektronische veiligheid (B1-B3) – onder voorbehoud van transfer van middelen van Musea (gekoppeld aan BRUSK en voortgang financieel verhaal).
1 Expert organisatorische veiligheid (B1-B3) (voorheen technisch gegradueerde organisatorische veiligheid).
1 Expert bouwkundige veiligheid (B1-B3) voor o.m. bouwkundige adviezen in infrastructuurdossiers, rond veiligheid (asbest, waterkwaliteit, …), opvolging keuringen, vergunningen, ondersteuning gebouwverantwoordelijken op vlak van veiligheid en beveiliging, … - wordt ingevuld door de resterende hoofd technisch medewerker C4-C5 (preformatie wijzigingen).
1 Adjunct-technische veiligheid (D4-D5) voor o.m. het onderhoud van de beveiligingsapparatuur, toegangsbeveiliging en sleutelplan, …
12 Centralisten veiligheidscentrale (D4).
0,5 Administratief medewerker (C1-C3).
Motivering :
Zie motivatie onder bouwprojecten, luik Musea.
De gemeenteraad keurt het voorstel van formatie van de dienst facilitair beheer, voorgelegd aan het BAOC van 10 januari 2023, goed.
De budgetneutraliteit wordt gemanaged door het spreiden van de selectieprocedures, alsook door het verschuiven van personeelsmiddelen van dienst Musea naar Facilitair Beheer en het verschuiven van werkingsmiddelen van Facilitair Beheer naar de personeelsenveloppe.
Raadslid Raf Reuse komt tussen.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Derby nv (KBO 0407.042.484) met maatschappelijke zetel te Waversesteenweg 1100 bus 3 in 1160 Oudergem vroeg op 10 november jl via aangetekend schrijven een convenant aan voor hun uitbating Ladbrokes op Generaal Lemanlaan 10 in 8310 Assebroek. Op 16 november stuurden zij de gevraagde stukken online door. De huidige vergunning van het kantoor loopt af op 19/03/2023. Zij wensen open te zijn ma-zo 10u30-20u00.
De werknemers die in de zaak zullen staan zijn:
TYSON David;
PEKMEZ Ismet;
AQUINO Mary Ann;
PITA JIMENEZ Patrick;
NTORE Jean-Billy;
MASSOKY WOBOS Yannick;
CARTON Tamara.
Ter verduidelijking bij deze namen stuurde legal volgende verklaring: Dit zijn inderdaad allemaal werknemers van Ladbrokes. Meestal werken wij met zelfstandige commissionairs om onze wedkantoren uit te baten. In dit geval hebben we er geen voor ons kantoor te Assebroek. Daarom wordt het kantoor uitgebaat door ons eigen personeel, maar dat kan wisselen. Het kantoor te Assebroek wordt meestal uitgebaat door David Tyson, maar soms ook door de andere werknemers van wie ik de namen opgaf.
Voorstel overeenkomstig beleidsvisie en type-convenant: De uitbater kiest vaste openingsuren met als tijdsvork 9h30 - 22h.
De openingsuren worden dus van ma-zo 10u30-20u00.
Afwijkingen op de vaste gekozen openingsuren worden niet toegestaan, om het toezicht hierop handhaafbaar te houden.
Er wordt voorgesteld aan de Gemeenteraad om, in uitvoering van de gemeenteraadsbeslissing van 30 mei 2022 met deze bestaande zaak een convenant af te sluiten vermits er door de politie géén overlast/klachten aan te voeren zijn en een transparant personeelsbeleid kan aangetoond worden door de aanvrager (als onderdeel van de dossiersamenstelling).
De gemeenteraad gaat akkoord met de verlenging van de uitbating F2 van het wedkantoor in Generaal Lemanlaan 10 te 8310 Assebroek, op naam van de vergunninghouder Ladbrokes nv en met het voorgestelde type convenant.
Raadslid Pol Van Den Driessche interpelleert over verkaveling Sint-Trudostraat in Steenbrugge.
Raadslid Andries Neirynck interpelleert over aanvraag omgevingsvergunning voor 4 appartementsblokken in de Sint-Lenardsstraat.
Raadslid Raf Reuse interpelleert over wateroverlast verkaveling Sint-Trudostraat.
Raadsleden Olivier Strubbe, Pascal Ennaert, Stefaan Sintobin, Andries Neirynck en Jean-Marie De Plancke komen tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Raadslid Pol Van Den Driessche interpelleert over fusieplannen AZ Sint-Jan en AZ Sint-Lucas.
Raadslid Katrien Cattoor komt tussen.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Raadslid Stefaan Sintobin interpelleert over Brugse kandidatuur ‘Europees Culturele Hoofdstad’.
Raadsleden Karin Robert, Chris Marain en Pol Van Den Driessche komen tussen.
Schepen Nico Blontrock antwoordt.
Raadslid Stefaan Sintobin interpelleert over vondelingenluik in Brugge.
Raadslid Karin Robert interpelleert over vondelingenschuif in een bredere context.
Raadslid Sandrine De Crom komt tussen.
Schepen Pieter Marechal en Burgemeester Dirk De fauw antwoorden.
Raadslid Stefaan Sintobin interpelleert over controles bij nachtwinkels en ‘exotische’ restaurants.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Raadslid Andries Neirynck interpelleert over Code van Goede Praktijk en een gemeentelijke verordening rond padel in Brugge.
Schepen Franky Demon antwoordt.
Raadslid An Braem interpelleert over Live is Live Zeebrugge.
Raadslid Nele Caus komt tussen.
Schepenen Mieke Hoste, Mercedes Van Volcem en Burgemeester Dirk De fauw antwoorden.
Raadslid An Braem interpelleert over evaluatie Wintergloed.
Raadslid Nele Caus interpelleert over eindejaarsperiode en Wintergloed (Kerstmarkt en Lichtwandeling).
Raadsleden Sandrine De Crom, Sandra Wintein, Stefaan Sintobin, Jean-Marie De Plancke en Olivier Strubbe komen tussen.
Schepen Mieke Hoste en Burgemeester Dirk De fauw antwoorden.
Karel Scherpereel interpelleert over energiesteun van het OCMW.
Schepen Pablo Annys antwoordt.
Voorzitter Annick Lambrecht interpelleert over sluipverkeer door Lissewege.
Raadsleden Geert Van Tieghem, Janos Braem, Benedikte Bruggeman en Olivier Strubbe komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Raadslid Geert Van Tieghem interpelleert over projectvoorstel ‘opstart gemeenschapsdienst voor langdurig werklozen’.
Raadsleden Raf Reuse, Sandrine De Crom, Jos Demarest en Pascal Ennaert komen tussen.
Schepenen Pablo Annys, Mercedes Van Volcem, Pieter Marechal en Burgemeester Dirk De fauw antwoorden.
Voorzitter Annick Lambrecht interpelleert over roltrappen station Brugge.
Raadsleden Janos Braem, Yves Buysse en Jos Demarest komen tussen.
Raadslid Janos Braem interpelleert over mobiliteit in Sint-Gillis en de Lange Rei.
Raadslid Stefaan Sintobin komt tussen.
Burgemeester Dirk De fauw en Schepen Mercedes Van Volcem antwoorden.
Raadslid Hilde Decleer interpelleert over nieuw brandregime van de straatverlichting.
Raadsleden Karin Robert en Arnold Bruynooghe komen tussen.
Burgemeester Dirk De fauw antwoordt.
Kennisgeving dat de toezichthoudende overheid geen formele opmerkingen geformuleerd heeft bij de derde aanpassing van het meerjarenplan.
De gemeenteraad neemt kennis van de technische bemerkingen die de toezichthoudende overheid formuleerde.
Raadslid Pascal Ennaert komt tussen.
Schepen Franky Demon antwoordt.
De toewijding voor landschappelijk, archeologisch en bouwkundig erfgoed behoort al decennia tot het DNA van Brugge. Archeologische opgravingen binnen en buiten het historisch centrum vormen de fundamenten van de stadsgeschiedenis. In 1977 richtte Stad Brugge als één van de eerste steden in Vlaanderen een archeologische dienst op. Sindsdien brengen talloze opgravingen en tentoonstellingen de rijke geschiedenis van de stad tot bij de burger. Na 40 jaar evolueerde de archeologische dienst tot Raakvlak Intergemeentelijke Onroerenderfgoeddienst Brugge en Ommeland. De vrijwaring van kloostertuinen, stadsvesten, kasteeldomeinen, boomgaarden, waterlopen, polders, meersen en moeren illustreren dan weer de zorg voor het landschappelijk erfgoed over het ganse grondgebied. Qua bouwkundig erfgoed kan Brugge nationaal uitpakken met het oudste stedelijk premiestelsel voor particuliere eigenaars (1877), met de oudste stedelijke adviescommissie (1904), met de eerste dienst voor monumentenzorg (1971) en met de eerste ruimtelijke beleidsplanning op basis van de historische morfologie (1972). De erkenning van het begijnhof (1998), het belfort (1999) en de volledige binnenstad (2000) als werelderfgoed was een bevestiging van de aanhoudende inzet van het stadsbestuur. Brugge is dé Vlaamse onroerenderfgoedgemeente bij uitstek en de erkenningsaanvraag maakt dat ook tastbaar.
Anderzijds moet terdege rekening gehouden worden met recente wijzigingen en toekomstige evoluties op Vlaams niveau. De toepassing van het subsidiariteitsprincipe en het kerntakendebat zorgen ervoor dat het agentschap Onroerend Erfgoed op diverse vlakken een radicale koerswijziging realiseert. Er wordt een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de mogelijkheden en kansen voor erkende en niet-erkende gemeenten. Dat geldt voor coaching en andere ondersteuning van erkende gemeenten door het agentschap. Dat geldt eveneens voor de inspraak bij beslissingen op Vlaams niveau die rechtstreekse en onrechtstreekse gevolgen hebben voor Brugge (beschermingen en opheffingen, Vlaamse beleidsvoorbereiding, financiering van de eigen portefeuille en van beschermd erfgoed op het eigen grondgebied enz.).
In het Verzameldecreet dat het omgevingsdecreet wijzigt en dat een eerste maal principieel werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering, wenst de Vlaamse overheid de mogelijkheid om in een verordening zaken vergunningsplichtig te maken te schrappen. Het huidig onroerenderfgoedbeleid van Stad Brugge is daar zeer sterk op gebaseerd. De stedelijke verordening zorgt er zo voor dat niet de ganse binnenstad beschermd moet worden als stadsgezicht. De erkenning als onroerenderfgoedgemeente biedt Stad Brugge de mogelijkheid om dat op te vangen door bvb. toelatingen te voorzien. Momenteel biedt alleen die lokale ruimtelijke regelgeving een zekere basisgarantie voor het werelderfgoed van de historische binnenstad. Het Werelderfgoedcomité hamert net op het bestaan van formele garanties om de toekomst van dat historisch centrum te vrijwaren.
De verplichte en vrijwillige taken die de Vlaamse overheid verwacht van een erkende onroerenderfgoedgemeente worden al voor een groot stuk opgenomen door de stadsdiensten Openbaar Domein (landschappelijk erfgoed), Monumentenzorg & Erfgoedzaken (bouwkundig erfgoed), Patrimoniumbeer (voorbeeldfunctie), Inspectie & Handhaving (handhaving en verbaliseren) en de stadsarcheoloog (archeologisch erfgoed). Daarnaast maakt Brugge deel uit van het werkingsgebied van de Intergemeentelijke Onroerend Erfgoed Dienst (IOED) Raakvlak, die de betrokken gemeenten ondersteuning biedt voor het onroerend erfgoed, en is er ook een goede samenwerking met het regionaal landschap Houtland & Polders dat ook een sterke landschappelijke erfgoedreflex hanteert in zijn werking. Voor de werking als onroerenderfgoedgemeente zal de IOED een cruciale rol opnemen, in essentie bij het uitvoeren van het nieuwe en aanzienlijke takenpakket m.b.t. archeologisch erfgoed dat vloeit uit de erkenning als onroerenderfgoedgemeente.
Een aantal taken en bevoegdheden zijn nieuw, wat het stadsbestuur extra mogelijkheden biedt om nieuw beleid te ontwikkelen en bestaande beleidsdoelstellingen te versterken. Organisatorisch zal dat de nodige aanpassingen vragen qua werkwijze, processen, taakverdeling en inzet van bestaande en nieuwe medewerkers. In de periode tussen de aanvraag in januari en de erkenning vanaf juli 2023 wordt daarvoor veelvuldig overleg voorzien met de betrokken diensten. Na de erkenning wordt een structureel ambtelijk overleg met alle betrokkenen opgezet om de geïntegreerde werking te garanderen en wordt ook de samenwerking met de IOED verder uitgebouwd en verankerd.
De beoogde erkenning start vanaf 1 juli 2023 maar dat betekent niet dat op dat moment alles operationeel moet zijn. Een groeipad voor eventuele hiaten is mogelijk. Zo beschikt Brugge over een vrij recente en dus uitgebreide inventaris van het bouwkundig erfgoed, die minister Diependaele uiterlijk in 2024 nog een laatste keer zal vaststellen. Daardoor is het bvb. niet nodig om op korte termijn in te zetten op het actualiseren van deze inventaris. Stad Brugge heeft meerdere adviesraden voor onroerend erfgoed en betrekt nu reeds vrijwilligers en erfgoedverenigingen bij haar werking, zodat de nodige tijd genomen kan worden om die onderlinge wisselwerking te optimaliseren. Verschillende medewerkers van Raakvlak, van de diensten Monumentenzorg & Erfgoedzaken en van Inspectie &Handhaving volgden de opleiding tot gemeentelijk verbalisant onroerend erfgoed en legden de test af. Vanaf 1 januari 2024 – wat de decretaal voorziene datum is – kan ook de verbaliserende taakstelling opgenomen worden.
Het agentschap Onroerend Erfgoed gaf tijdens diverse infosessies aan dat de aanvraag tot erkenning als onroerenderfgoedgemeente aantoont dat een gemeente wil investeren in het behoud en beheer van zijn onroerend erfgoed. Aangezien Stad Brugge reeds een decennialange traditie heeft in een gedegen beheer met bouwkundig erfgoed zal de investering beperkt zijn. Op vlak van bouwkundig erfgoed worden deze taken reeds grotendeels uitgevoerd. De dienst Monumentenzorg ziet het bijkomende takenpakket binnen het huidig personeelsbestand haalbaar, o.a. door interne taakverschuivingen en nauwere samenwerking binnen de cluster Omgeving om bijkomende werklast op te vangen. Voor archeologie is er een compleet nieuw takenpakket dat uitgevoerd zal worden door de Raakvlak: opvolging en handhaving van al het archeologisch onderzoek binnen Brugge (gemiddeld 80 onderzoeken per jaar), aktenames van archeologienota’s en deze bijhouden in een digitaal register, kwaliteitscontrole van archeologisch onderzoek en bewaken dat de Code van Goede Praktijk voor Archeologie en Metaaldetectie wordt nageleefd, toelatingen geven voor archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem, afbakenen van een Gebied Geen Archeologie (GGA ) en actief inventariseren van Archeologische Zones (AZ). Dit aanzienlijk nieuwe takenpakket zal gewaarborgd worden door een aan te stellen beleidsarcheoloog (1 VTE a-niveau) die in nauwe samenwerking met de andere diensten zal instaan voor een optimale integrale en geïntegreerde onroerenderfgoedwerking. Een nieuw en structureel overlegplatform moet ook de afstemming met de diensten Openbaar Domein en Inspectie & Handhaving garanderen i.f.v. het landschappelijk erfgoed en handhaving.
Jaarlijkse subsidie
Vanaf 2024 kan een erkende gemeente een jaarlijkse subsidie ontvangen voor de ondersteuning van de werking als onroerenderfgoedgemeente. Deze subsidiëring is nieuw en de aanvraag moet gelijktijdig met de aanvraag voor een erkenning gebeuren op uiterlijk 15 januari 2023. De aanvraag wordt gelijktijdig voorzien met de aanvraag voor de erkenning. Voor kunststeden zoals Brugge is een jaarlijkse en geïndexeerde subsidie van 90.000 euro voorzien. De subsidie mag enkel aangewend worden voor de financiering van eigen personeelskosten. Aanwerving van bijkomend personeel is geen verplichting. De aanvraag voor de subsidie bestaat uit een verklaring op eer waarmee de stad bevestigt dat de subsidie zal aangewend worden voor personeelskosten gelinkt aan het onroerenderfgoedbeleid. Het voorstel is om de ondertekening van deze verklaring op eer te delegeren naar de Algemeen Directeur.
De subsidie wordt in functie van de erkenningsaanvraag voorlopig ingeboekt op de budgetten van de cluster Omgeving als bijdrage in de personeelskosten. In functie van de aanpassing van het meerjarenplan zal dit verder uitgesplitst worden in verhouding tot de extra taken die verschillende diensten opnemen.
Uiterlijk op 30 april 2023 beslist de minister, op advies van het agentschap Onroerend Erfgoed, of hij de subsidie toekent. Als de subsidie goedgekeurd is, dient ten laatste op 1 november van 2023 een samenwerkingsovereenkomst met het agentschap afgesloten te worden. In de samenwerkingsovereenkomst worden de doelstellingen voor de onroerenderfgoedwerking van Stad Brugge vastgelegd voor de subsidieperiode 2024-2026 (drie jaar). De samenwerkingsovereenkomst en de subsidie vangen aan op 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar waarin de subsidieaanvraag is goedgekeurd, in dit geval 1 januari 2024. In 2026 kan een nieuwe subsidieaanvraag ingediend worden voor de periode 2027-2032 (zes jaar). Het voorstel is om de ondertekening van deze samenwerkingsovereenkomst te delegeren naar de Algemeen Directeur.
De gemeenteraad neemt kennis van de erkenningsaanvraag als onroerenderfgoedgemeente en van de geïntegreerde beleidsvisie onroerend erfgoed.
Er wordt kennis genomen van de aanvraag voor een jaarlijkse en geïndexeerde subsidie te besteden aan personeelsmiddelen voor de werking als onroerenderfgoedgemeente. Indien deze middelen in een latere fase gebruikt zouden worden om bijkomend personeel aan te werven, dan dient dit opnieuw voorgelegd te worden aan het college.
De ontvangst van de subsidie en de daartegenover staande uitgave worden met de vierde aanpassing van het meerjarenplan opgenomen. In dezelfde aanpassing van het meerjarenplan wordt het actieprogramma gekoppeld in BBC.