Notulen  Gemeenteraad

De kas van 31 maart 2023 wordt geverifieerd en goedgekeurd.

Hierbij worden de saldi van de bankrekeningen gecontroleerd op juistheid met de boekhoudkundige verwerking ervan. 

De stand van de individuele bankrekeningen wordt gecontroleerd met het totaal van de klasse 5 in de balans.

De kas van 30 juni 2023 wordt geverifieerd en goedgekeurd.

Hierbij worden de saldi van de bankrekeningen gecontroleerd op juistheid met de boekhoudkundige verwerking ervan. 

De stand van de individuele bankrekeningen wordt gecontroleerd met het totaal van de klasse 5 in de balans.

Aankoop van 1 motorfiets BMW R1250RT als vervanging van een afgeschreven motorfiets wegens gebruikelijke slijtage.

Aankoop van een interventievoertuig ter vervanging van een afgeschreven voertuig.

Aankoop van 4 elektrische fietsen ten behoeve van de verschillende regio's.

Duurzame cacao en chocolade

Het partnerschap Brugge-Ebolowa werkt sinds 2020 aan het verduurzamen van de lokale cacao en chocoladeketen. Hiervoor is een traject in zowel Ebolowa als Brugge uitgewerkt, waarbij we met verschillende externe partners samenwerken. In een notendop:

In Brugge streven we naar meer bewustwording omtrent het belang en de impact van duurzame chocolade bij zowel de chocolademakers, - verkopers als -consumenten. Naast info- en netwerkmomenten voor de Brugse chocoladesector, promoten we ook onze Brugse Fairtrade stadschocolade Sjokla naar Bruggelingen en toeristen en organiseren we diverse activiteiten en events waarop het belang van duurzame chocolade wordt benadrukt, zoals Heerlijk Brugge, Feest in 't Park, de Faire Ronde, de Week van de Fair Trade,.... Hiervoor wordt o.m. samengewerkt met de Gilde van de Brugse Chocolatiers, Ter Groene Poorte en Oxfam Wereldwinkel.

In Ebolowa werken we toe naar een leefbaar inkomen voor de cacaoboeren door in te zetten op capaciteitsopbouw en logistieke ondersteuning van coöperaties i.f.v. duurzame cacaoproductie en -verwerking. Daarnaast maken hun campagnes i.k.v. Ebolowa Fair Trade Stad ook deel uit van dit traject. Ebolowa vervult meer en meer een voorbeeldrol in de regio door de keuze voor duurzame productie en verwerking van cacao en andere producten. Meer gedetailleerde info in het jaarplan en het actieplan in bijlage.

Dit traject maakt ook deel uit van het in februari door de Gemeenteraad goedgekeurde actieplan van het partnerschap (2023_GR_00086). 

Subsidie Provincie West-Vlaanderen

De voorbije 3 jaar gaf de Provincie West-Vlaanderen 45.000€ toelage voor het partnerschap Brugge - Ebolowa. Er werd een projectaanvraag ingediend voor 2023, 2024 en 2025 om de subsidies te verlengen i.k.v. de verdere versterking van de acties rond duurzame cacao en chocolade.

De deputatie van de Provincie West-Vlaanderen keurde intussen de aanvraag voor subsidie goed. 

De Provincie voorziet 60.000 € voor dit partnerschap voor 3 jaar of 20.000 €/jaar. Na de ondertekening van de subsidieovereenkomst tussen Stad Brugge en de Provincie zal de Provincie 20.000 € storten aan Stad Brugge. Stad Brugge stort dit bedrag door naar Ebolowa voor de realisatie van het vooropgestelde actieplan. 

Om de subsidie te kunnen ontvangen, moeten volgende documenten worden ingediend bij de Provincie (zie bijlage):

• De subsidieovereenkomst tussen Stad Brugge en de Provincie West-Vlaanderen;
• Een samenwerkingsovereenkomst met minstens twee organisaties in Brugge, zijnde Oxfam Wereldwinkel Brugge en de Gilde van de Brugse Chocolatiers;
• De samenwerkingsovereenkomst tussen Brugge en Ebolowa;
• Een actieplan voor de ganse looptijd van het project, met een uitgewerkt jaarplan voor het eerste werkjaar.

1. Inleiding

De brief van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv van 26 april 2022 was de start van een lange en complexe discussie. De 'design & build'-constellatie -die voorheen tot bijzonder bevredigende resultaten geleid heeft (cfr. BMCC)- impliceert dat zoveel mogelijk verantwoordelijkheden en (financiële) risico's bij de opdrachtnemer gelegd worden. Zo werd in de opdrachtomschrijving o.m. duidelijk gestipuleerd dat het gunningsbedrag als uitgangspunt 'geplafonneerd' wordt en dat er bijvoorbeeld 'geen prijsherziening' van toepassing is. In 'normale omstandigheden' vergt de handhaving van deze bepalingen een dagelijkse opvolging en veel discussie op de werf, maar in het verleden werd aangetoond dat dit haalbaar is. Maar sinds de opeenvolging van (mondiale) crisissen sinds 2020 is de context fundamenteel gewijzigd. Het bestek van de opdracht werd reeds goedgekeurd door de Gemeenteraad in zitting van 28 mei 2019. De prijzen in de BAFO-offerte van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv dateren ook van prijsbevragingen van 2020. 

De gewijzigde -en bij aanvang van de opdracht onvoorzienbare- context resulteerde dus in de brief van 26 april 2022 van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv (“impact van de huidige internationale situatie op de grondstoffen en de grondstofprijzen en de hiermee samenhangende bevoorrading” resulteert in prijsstijging sedert de datum van de ingediende 'best and final offer' (BAFO) van januari 2021  "met meer dan 25%").

De problematiek van de prijsstijgingen is trouwens geen unieke situatie voor het museumproject. Elk bouwproject, groot of klein, privaat of publiek, wordt de voorbije 2 jaar geconfronteerd met aanzienlijke prijsstijgingen die -afhankelijk van de aard en complexiteit van het project- gemiddeld neerkomen op zo'n 25%. Stad Brugge heeft voor het museumproject, gelet op de opdrachtomschrijving, al het mogelijke gedaan om dit voor het museumproject te vermijden. Maar uiteindelijk hebben juridische adviezen van 3 gespecialiseerde advocatenkantoren (Rasschaert Advocaten, Crivits & Persyn en GD&A Advocaten) heel duidelijk gesteld dat, los van de initiële opdrachtomschrijving, artikel 38/9 AUR van toepassing is om abnormale en onvoorzienbare prijsstijgingen te compenseren. Dit werd eerder uitvoerig toegelicht en teruggekoppeld in eerdere collegedossiers (7 juni 2022 (gekoppeld besluit 2022_CBS_02272) - 6 februari 2023 (gekoppeld besluit 2023_CBS_03029) - 7 juli 2023 (gekoppeld besluit 2023_CBS_03029)). De juridische adviezen sloten trouwens ook aan bij de concrete en duidelijke federale aanbevelingen om prijsherziening toe te passen om het hoofd te bieden aan de gewijzigde marktcontext (cfr. "Aanbevelingen van de Kanselarij Eerste Minister" van 2022, waarbij besturen aangeraden worden om in constructief overleg een oplossing te vinden voor de uitzonderlijke prijsstijgingen).

Op 7 juli 2023 werd door Stad Brugge een voorstel om de abnormale prijsstijgingen sedert april 2023 in het licht van artikel 38/9 AUR te compenseren overgemaakt aan CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv (bijlage 1). Op 3 augustus 2023 volgde een ontvangstbevestiging van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv, met daarin de melding dat het voorstel van Stad Brugge niet aanvaardbaar was, maar daaraan gekoppeld ook enkele datumvoorstellen om dat verder te bespreken (bijlage 2). Op 17 augustus 2023 volgde dan nog een schrijven van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv met een voorbereiding voor de vervolgbespreking (bijlage 3).  Op 18 augustus volgde dan weer een antwoord van Stad Brugge (bijlage 4).

Na grondige afweging van alle andere mogelijke alternatieven en na voormelde juridische adviezen werd geconcludeerd dat:

• het uitblijven van een onderling akkoord over de vraag tot schadeloosstelling van CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv er naar alle waarschijnlijkheid zal voor zorgen dat een gerechtelijke procedure zal worden opgestart, in het kader waarvan CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv haar werkelijke kosten zal trachten te bewijzen en te verhalen op de Stad Brugge. Cfr. bijgevoegd advies GD&A: "De inhoudelijk-technische weerlegging ervan zal niet eenvoudig zijn, aangezien voor elke post waarvoor door CIT BLATON een meerprijs wordt gevraagd, een tegenargumentatie zou dienen te worden ontwikkeld. Gelet op het zeer feitelijk karakter van de discussie zal één en ander niet evident zijn. Bovendien is het onmogelijk in te schatten wat de effectieve financiële impact van dergelijke procedure zal zijn. Een gerechtelijke procedure zal ook zo’n 1 jaar tot 1,5 jaar in beslag nemen. Indien er een gerechtsdeskundige zou worden aangesteld, kan er van worden uitgegaan dat voormelde tijdspanne verdubbeld zal worden. Navolgend kan ook een beroepsprocedure worden overwogen die eveneens een tijdspanne van zo’n 2 tot 3 jaar in beslag neemt. Daarenboven dient ermee rekening te worden gehouden dat, wanneer de betalingstermijnen in artikel 95 AUR overschreden worden, CIT BLATON conform artikel 69 AUR van rechtswege en zonder ingebrekestelling recht heeft op de betaling van een jaarlijkse intrest ten belope van 12 % naar rato van het aantal dagen vertraging in de betaling. Gelet op de grootteorde van het bedrag dat in deze ter discussie staat, zal dit bedrag aan verwijlinteresten dan ook snel oplopen. Tot slot kan niet worden uitgesloten dat een en ander een negatieve impact zou hebben op de (correcte verderzetting van) de uitvoering van de opdracht, terwijl het halen van de vooropgestelde termijnen in deze van cruciaal belang zou zijn voor de Stad (o.a. voor de toekomstige programmatie, aansluitende projecten,…)".
• voor dit specifieke bouwproject enkel het instrument van een prijsherzieningsformule geschikt was om de sterk schommelende prijzen in de huidige volatiele markt op een correcte manier financieel te vertalen. Het werken met een 'formule' die zich aanpast aan de vigerende marktomstandigheden (met dus mogelijke fluctuaties in positieve en negatieve zin) is in de feiten de meest aanvaardbare oplossing (die trouwens in globo standaard in heel de bouwsector toegepast wordt)). Cfr. bijgevoegd advies GD&A: "De verhoging van de vaste factor van 20% naar 25% is zonder meer in het voordeel van de Stad, daar één vierde (in plaats van één vijfde) van de prijs vast blijft en dus niet wordt herzien in functie van de prijsstijgingen. CIT BLATON stelt - terecht - dat zij daarmee een aanzienlijk deel van het risico op zich neemt. Waar zij in principe recht heeft op een integraal “herstel”, ziet zij af van een herziening van 25% van de prijs. Daarbij mag ook worden opgemerkt dat in het document van de Kanselarij van de Eerste Minister “Aanbevelingen i.v.m. de aanzienlijke prijsstijgingen met name ingevolge de oorlog in Oekraïne” van 7 juli 2022 zelfs wordt voorgesteld om de vaste factor te reduceren ingevolge de problematiek van de prijsstijgingen waarmee aannemers worden geconfronteerd. De aanpassing van de andere factoren (42% / 33%) zou verantwoord zijn omdat dit meer aanleunt bij de realiteit van het specifieke project, waarin de prijs van de materialen meer zou doorwegen in de totaalprijs dan de prijs van de arbeid. Gelet de verwachting dat de materiaalprijzen en de bijhorende i-index naar de toekomst zullen dalen, terwijl dat allicht niet het geval zou zijn voor de loonindex (s), lijkt deze aanpassing eveneens in het voordeel van de Stad te zijn. Het thans ter tafel liggende globaal voorstel, waarbij ook van de zijde van CIT BLATON belangrijke toegevingen werden gedaan, lijkt derhalve zeer redelijk te zijn".

2. Resultaat na onderhandelingen

2.1. De prijsherzieningsformule

Met de ambitie om tot een akkoord te komen werd constructief samengezeten door vertegenwoordigers van de Stad Brugge (vergezeld van GD&A Advocaten) enCIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv (vergezeld van advocatenkantoor Schoups) op 24 augustus 2023, 1 september 2023 en 4 september 2023 (op die laatste datum in de aanwezigheid van burgemeester Dirk De fauw en schepen Mercedes Van Volcem).

Doorheen de besprekingen werden alle mogelijkheden onderzocht, maar finaal bleek dat enkel het gangbare instrument van de prijsherziening tegemoet kan komen aan de nieuwe reële marktsituatie en dit voor een langere periode (die eventuele fluctuaties doorheen de bouwperiode kan opvangen). Finaal werd, voor wat betreft de prijsherzieningsformule, volgende formule weerhouden, die het best aansluit met de realiteit en een evenwicht in de risico’s garandeert:

P=p*(0.33s/S + 0.42i/I* i2021/I2021 + 0.25)

• P komt overeen met de herziene prijs (maandelijkse uitvoering)
• P komt overeen met de oorspronkelijke prijs (BAFO)
• s komt overeen met de waarde van de index S op het moment van de herziening (lonen)
• S komt overeen met de waarde van de index S op het moment van BAFO 
• i komt overeen met de waarde van de I-waarde op het moment van de herziening (materialen)
• I komt overeen met de waarde van de I-waarde op het moment van BAFO

Deze formule reflecteert op aanvaardbare wijze de prijsevolutie voor het geheel van de aanneming (ruwbouw, afwerking, technieken, erelonen). Deze vertrekt vanuit de klassieke I (zie punt 2 hierboven) en gaat in november 2022 naar I2021 vermits vanaf januari 2023 de klassieke I niet meer gepubliceerd wordt.

In "klassieke" herzienbare contracten dempt een vaste factor van 0,2 de effecten van de herziening, dit wil zeggen dat 20% van de waarde van de opdracht vast blijft. In dit dossier wordt de vaste factor van 20%, omwille van het 'design & build'-karakter van de opdracht, opgedreven naar 25%. Cfr. bijgevoegd advies GD&A: "De verhoging van de vaste factor van 20% naar 25% is zonder meer in het voordeel van de Stad, daar één vierde (in plaats van één vijfde) van de prijs vast blijft en dus niet wordt herzien in functie van de prijsstijgingen."

De link wordt behouden met de klassieke I die als dusdanig beter aansluit bij de evolutie van de basisprijzen van de in de opdracht verwerkte materialen.

Het relatieve aandeel van materialen weegt in de opdracht hoger door dan het relatieve aandeel van arbeid, hetgeen motiveert om de relatieve ponderatie aan te passen naar 33% S en 42% I. Cfr. bijgevoegd advies GD&A: "De aanpassing van de andere factoren (42% / 33%) zou verantwoord zijn omdat dit meer aanleunt bij de realiteit van het specifieke project, waarin de prijs van de materialen meer zou doorwegen in de totaalprijs dan de prijs van de arbeid. Gelet de verwachting dat de materiaalprijzen en de bijhorende i-index naar de toekomst zullen dalen, terwijl dat allicht niet het geval zou zijn voor de loonindex (s), lijkt deze aanpassing eveneens in het voordeel van de Stad te zijn".

De commerciële korting die destijds bij BAFO door de opdrachtnemer werd aangeboden is niet aan herziening onderhevig.

• Deze formules zullen op de maandelijkse vorderingsstaten worden toegepast en na goedkeuring gefactureerd. Zij worden niet meer verrekend als ze negatief zijn ten opzicht van de BAFO-waarden.
• Het principe van herziening geldt zowel voor de basisbestelling als voor de uitbreidingen (zoals BRON, gekoppeld besluit 2021_GR_00427). Voor de uitbreiding wordt als referentiedatum september 2021 gehanteerd. Enkel het aandeel werken en erelonen is aan herziening onderhevig.

2.2. Overige afspraken

In de marge van de aanvaarding door de gemeenteraad op het onderhandelde voorstel, zijn er nog enkele andere belangrijke afspraken die deel uitmaken van het globale akkoord.

1. De eerder door Stad Brugge geweigerde bis-vorderingsstaten (nu voor een totaalbedrag van 1.484.010 euro (incl. BTW)) worden door CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv  ingetrokken en worden opnieuw ingediend met correcte toepassing van de afgesproken prijsherzieningsformule (het verschil tussen de gevorderde 'werkelijke kosten' in die vorderingsstaten en de bedragen die na toepassing van de afgesproken prijsherzieningsformule gevorderd kunnen worden is aanzienlijk). Eventuele van toepassing zijnde verwijlintresten (10,5%) worden bovendien niet gevorderd door CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv . Stad Brugge engageert zich van haar kant om, zo snel mogelijk na goedkeuring door de Gemeenteraad, de betreffende vorderingsstaten uit te betalen;
2. voor de openstaande verrekeningen wordt gewerkt met 3 rubrieken voor de toepassing van ‘toeslagen’/algemene kosten en winst op de verrekeningen’, waarbij door CIT Blaton rekening gehouden wordt met de reële situatie per verrekening. Dit zorgt ervoor dat deze 'toeslagen/algemene kosten' voor verschillende verrekingen aanzienlijk goedkoper worden.

CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv engageert zich bijkomend om:

1. de huidige planning (met name voorlopige oplevering uiterlijk eind april 2025) aan te houden en te garanderen (de timing van het museumproject is cruciaal). Stad Brugge stemt ermee in om geen ‘events’ voor 1 september 2025 te organiseren. De periode mei-augustus is periode voor aanpassing eventuele opmerkingen verslag voorlopige oplevering, inrichting en andere technische uitvoeringen. Om de Stad garanties te geven naar timing toe werd in de 'bijakte' ter zake wel nog de volgende clausule opgenomen: "Ingebruikname BRUSK als tentoonstellingsruimte: 1 september 2025. Partijen preciseren dat een starttermijn van enige vertragingsboete of andere sancties m.b.t. tot de uitvoeringstermijn slechts kunnen aanvatten vanaf ten vroegste 1 september 2025, behoudens ingeval voornoemde datum van 1 september 2025 niet zou worden gehaald, in welk geval de vertragingsboete wordt toegepast vanaf 1 juli 2025". 
2. na het akkoord ten volle opnieuw te organiseren naar de van toepassing zijnde ‘design & build’-context. Het is de verantwoordelijkheid van de ontwikkelaar en van het consortium om het gegunde project intern zodoende te organiseren en uit te voeren volgens de regels van de kunst, zonder de verantwoordelijkheden continu bij de bouwheer te leggen (en dit binnen budget en binnen timing).

3. Juridisch advies GD&A

In navolging van de eerdere juridische adviezen en ondersteuning van zowel advocatenkantoor Crivits & Persyn als Rasschaert Advocaten werd GD&A Advocaten bijkomend aangesteld om Stad Brugge, vanuit hun expertise, bij te staan bij de finale onderhandelingen met CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv. Hun advies bij het onderhandelde voorstel wordt integraal toegevoegd aan onderhavig dossier (toegevoegd als bijlage 5).

Conclusie van het juridisch advies van GD&A (cfr. 'BESLUIT' van bijgevoegd advies): 

"Gelet de tijdig, door CIT BLATON, ingediende claim op grond van artikel 38/9 AUR is de Stad Brugge - juridisch gezien - gehouden om de opdrachtnemer integraal schadeloos te stellen voor de schade die hij lijdt ingevolge de diverse crises die zich sinds februari 2022 voordoen. De bedoelde prijsstijgingen kunnen niet zomaar worden genegeerd of op de opdrachtnemer worden “afgewenteld”, zoals ook door de Kanselarij van de Eerste Minister werd bevestigd. Aanbevolen wordt om een correcte prijsherzieningsclausule te voorzien die de toelaat om de fluctuaties in de prijzen op een correcte wijze te ondervangen.

Het globaal voorstel dat heden – na lang onderhandelen – op tafel ligt, lijkt billijk en redelijk te zijn voor beide partijen. Zoals aanbevolen (en zoals thans in quasi élk bouwproject het geval is), zou er op een correcte wijze toepassing worden gemaakt van een prijsherzieningsformule. Er werd vertrokken van de standaardprijsherzieningsformule zoals deze in de Belgische bouwsector wordt toegepast voor bouwopdrachten, waaronder DB(F)(M) opdrachten, maar deze werd vervolgens nog “bijgesteld” in het voordeel van de Stad Brugge. Niet alleen wordt de vaste factor (het deel van de prijs dat niet wordt herzien) bepaald op 25%. Dit is opmerkelijk, aangezien er standaard wordt uitgegaan van een vaste factor van 20% (buiten het geval van de uitzonderlijke prijsstijgingen die in de huidige conjunctuur worden genoteerd, die veeleer aanleiding zouden kunnen geven tot een reductie van vaste factor). CIT BLATON stelt - terecht - dat zij daarmee een aanzienlijk deel van het risico op zich neemt. Waar zij in principe recht heeft op een integraal “herstel”, ziet zij af van een herziening van 25% van de prijs.

De andere factoren van de prijsherzieningsformule worden meer afgestemd op de werkelijke kostprijsstructuur van de opdracht (42 % voor de materialen en 33% voor de arbeid / lonen). Ook deze verhouding lijkt positief te kunnen uitvallen voor de Stad Brugge gelet de verwachte daling van de materialenindex. Er kan worden bevestigd dat de Stad, in het kader van de onderhandelingen, de meest aanvaardbare en voordelige formule uit de wacht heeft kunnen slepen.

De andere afspraken die in het kader van het globaal voorstel werden / worden gemaakt (o.a. het intrekken van de reeds ingediende bis-staten, het afzien van de verwijlintresten daarop, de regeling omtrent de verrekeningen, de bevestiging van de cruciale timing en het opnemen van de verantwoordelijkheid bij de uitvoering van de DB-opdracht) zijn gericht op een succesvolle verderzetting van het project en komen de Stad Brugge uiteraard ten goede."

4. Afspraken vastgelegd in bijakte

Om de wederzijdse afspraken en engagementen vast te leggen wordt onder partijen en 'bijakte' opgemaakt. Deze 'bijakte', waar alle onderdelen die vermeld staan in onderhavig dossier, wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.

De 'bijakte' wordt integraal toegevoegd als bijlage bij deze nota.

5. Terugkoppeling naar de Vlaamse overheid - vraag tot financiële tussenkomst in de meerkost

De Vlaamse overheid is een essentiële partner in het museumproject en financiert 60% van de subsidieerbare kosten voor het masterplan BRUSK, waaronder het grootste deel van de gegunde opdracht aan CIT Blaton. De bevoegde Vlaamse administratie en de Minister-President zijn op de hoogte van de moeilijke besprekingen rond de financiering en de onvoorziene meerkosten. Er werd aangegeven dat ook op Vlaams niveau dezelfde problematiek geldt voor alle bouwprojecten. In die context bleek vanuit verkennende besprekingen dat er geen middelen waren om bijkomend bij te dragen aan het Brugse project in functie van de onvoorziene meerkosten. Aangezien er tot op heden geen akkoord was, was het moeilijk om dit in concreto verder te bespreken. Na akkoord met CIT BLATON REAL ESTATE DEVELOPMENT nv en goedkeuring door de Gemeenteraad is die situatie natuurlijk anders. Gelet op de financiële impact voor Stad Brugge wordt voorgesteld om toch nog eens formeel de vraag te stellen aan de Vlaamse overheid om, bijkomend aan het eerder financieel engagement, als structurele partner ook financieel bij te dragen aan de onvoorzienbare meerkosten voor dit belangrijk project, zowel op Brugs als op Vlaams als op internationaal niveau.

We wijzigen de flow van het vroeginterventieproject waardoor er meer expertise zit bij de medewerkers die de trajecten zullen uitvoeren en er nauwer contact kan gelegd worden met potentiele aanmelders. Als gevolg hiervan zal er één persoon zijn die alle aanmeldingen bekijkt en de indicatiestelling doet. Er wordt bekeken of vroeginterventie de meest gepaste vorm van hulpverlening is en indien dat het geval is, wordt er onmiddellijk doorverwezen naar het relevante traject (illegale middelen of legale middelen). Alles omtrent legale middelen wordt opgenomen door het CGG Noord-West-Vlaanderen. Dit wordt in tegenstelling tot het verleden waarin de trajecten opgenomen werden door de tabak-, alcohol- en drugpreventiewerker, nu opgenomen door klinische psychologen. Op die manier kan er een betere link gelegd worden naar eventuele onderliggende problematieken en kan er snel ingeschat en doorverwezen worden naar andere zorg indien van toepassing. In plaats van enkel trajecten rond alcohol kunnen er  ook aanmeldingen gedaan worden omtrent andere legale middelen zoals gamen, gokken, medicatie en lachgas. Omwille van deze uitbreiding van middelen is er een grotere personeelscapaciteit nodig. Met de daarbijhorende nood aan meer expertise van de uitvoerers, werd er beslist om het traject op te splitsen. Het traject legale middelen wordt door het CGG Noord-West-Vlaanderen opgenomen. het traject illegale middelen wordt opgestart  door De Sleutel Ambulant Centrum Brugge. Zij hebben reeds heel wat ervaring in het geven van individuele begeleiding aan jongeren met een problematisch gebruik, als vorm van vroegbehandeling vóór er sprake is van een afhankelijkheidsprobleem. Het vroeginterventietraject bevindt zich nog een stap eerder in het proces, waarbij er aan de slag gegaan wordt met jongeren die een beginnend gebruik of experimenteel gebruik hebben en waarbij de omgeving hierover bezorgd is. Wegens hun knowhow van illegale middelen, het werken met jongeren en hun uitgebreide netwerk is , mits tijd om zich in te werken in de vroeginterventie-methodiek, De Sleutel de ideale partner om aan de slag te gaan met het traject illegale middelen binnen het vroeginterventieprogramma. 

Als gevolg van de wijzigingen in flow, is er ook een financiële wijziging nodig. Het CGG Noord-West-Vlaanderen ontvangt dezelfde financiering zoals voorheen (zie samenwerkingsprotocol als gekoppeld besluit) maar behandelt meer thema's (zoals gamen/gokken) en zet actiever in op de bekendmaking van het traject in afstemming met het netwerk. De Sleutel Ambulant Centrum Brugge ontvangt een extra subsidie van 15 000 euro om het traject illegale middelen op te nemen.

Er werd rekening gehouden met het advies van de juridisch adviseur en alles werd conform advies aangepast. 

Er werd aan IMEWO gevraagd hun installaties uit het gebouw van het zwembad, gelegen te 8000 Brugge, Keizer Karelstraat 4, gekend bij het kadaster in de 8e afdeling Brugge, sectie M, met het perceelnummer 524 Y 004 P P0000, te willen verwijderen en een nieuwe distributiecabine voor elektriciteit in de tuinzone te willen bouwen.
Via de poort in de  tuinmuur  kan toegang worden genomen tot de tuinzone (Lauwerstraat 17) vanaf de openbare weg.

Voor de bouw van de nieuwe distributiecabine voor elektriciteit op het perceel, gelegen te 8000 Brugge, Lauwerstraat 17, gekend bij het kadaster in de 8e afdeling Brugge, sectie M, met het perceelnummer 0524 Z 004 P0000, dient nog een omgevingsvergunning te worden afgeleverd.

Conform het bouwplan is een oppervlakte van 38,96 m² grond nodig + een zone voor het vestigen van een erfdienstbaarheid.

Om aan IMEWO een recht van erfpacht te kunnen toestaan en een erfdienstbaarheid kunnen te vestigen voor de ondergrondse leidingen en de toegang naar de nog op te richten cabine op grond van de Stad dient een terugname van het gebruiksrecht uit de S-divisie van Farys te gebeuren voor de zone grond met een benaderende oppervlakte van 38,96 m² in de ommuurde tuinzone van de woning gelegen te 8000 Brugge, Lauwersstraat 17, gekend bij het kadaster in de 8e afdeling Brugge, sectie M, met het perceelnummer 0524 Z 004 P0000, zoals aangeduid op het bouwplan opgemaakt door de heer Kris Audenaert, landmeter-expert, landmeetkundig bureau Daeninck-Audenaert.

Dit plan zal na het verkrijgen van de omgevingsvergunning verder worden uitgewerkt tot een opmetingsplan voor de uitbreng en later het verlenen van een recht van erfpacht aan IMEWO.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de hiervoor beschreven terugname van het gebruiksrecht te willen goedkeuren.

Deze uitbreng gebeurt conform de bepalingen van de statuten van Farys: 

• Het ingebracht gebruiksrecht eindigt van rechtswege met de terugname van het gebruiksrecht. 
• De aandelensituatie wijzigt niet gezien er bij de initiële waardering geen afzonderlijke waardering is gehanteerd voor het betrokken perceel.  
• De eventuele bijhorende kosten worden via de werkingstoelage aan de Stad Brugge opgevraagd, samen met de jaarafrekening. 
• Gezien er geen investeringen zijn uitgevoerd op het betrokken perceel, dient er geen openstaande boekwaarde te worden opgevraagd bij de Stad, alsook geen regularisatie van BTW te worden uitgevoerd. 
• Eventuele kosten eigen aan de beslissing tot terugname van het gebruiksrecht, zijn ten laste van de Stad Brugge, en zullen separaat op eenvoudig verzoek door Farys worden overgemaakt voor vereffening en dit volgens gangbare afspraken.

Deze uitbreng gebeurt vanuit het standpunt van eigenaar en doet geen uitspraak over het al dan niet kunnen verkrijgen van een omgevingsvergunning.

Raming: € 136.500 excl. btw - € 165.165 incl. btw.

Procedure: onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Aan te schrijven firma's:

Op het dossier heeft de stad onvoorziene werken moeten laten uitvoeren.

Door de slechte ondergrond is er geopteerd om cementgebonden fundering aan te leggen, de reeds geplaatste onderfundering hebben we ter plaatse cement gemengd met de fundering.

Dit zorgt voor een meerprijs van 18.069, 27 euro.

Er zijn ook 3 werfdoeken geplaatst wat niet was voorzien: de prijs voor deze werfdoeken is 285,00 euro.

Na de uitvoering van het speelplein zijn er opmerkingen geweest i.v.m. de reeds aangelegde gracht. We hebben dit laten toeleggen. Ook ter hoogte van de vlindertuin hebben we een lichte wadi laten uitvoeren om het water beter af te laten voeren. Dit zorgt voor een prijs van 6.340,00 euro.

De herziening op dit dossier bedraagt tot op heden 32.820,75 euro.

Totaal komt dit op een krediettekort van 57.515,02 euro.

Doorheen de voortzetting der werken werden er reeds 19 vorderingsstaten ingediend voor onderstaande bedragen: (zie ook bestand in bijlage 2023_08_22_Lijst.xls)

Totaal t.e.m. VS19: € 3.752.675,37 excl. btw., € 4.661.498,63 incl. btw en incl. herziening.

Op dit totaalbedrag werd er € 707.916,89 excl. btw prijsherziening uitbetaald, hetzij een gemiddelde van 18,86%.

• Van dit totaalbedrag is er € 3.503.895,25 incl. herziening (btw medecontractant) ten laste van TMVW. De herziening bedraagt hier € 550.937,08 op een netto bedrag van € 2.952.958,17 hetzij 18,66%.

• Van dit totaalbedrag is er € 1.157.603,38 incl. herziening en incl. btw ten laste van de Stad Brugge. De herziening bedraagt hier € 156.979,81 op een netto bedrag van € 799.717,20 hetzij 19,63%.

Dit maakt een totaalbedrag t.e.m. VS19 incl. prijsherziening en incl. btw van € 4.661.498,63.

Het reeds goedgekeurde bedrag voor deze werken bedraagt € 4.367.201,95 excl. btw (2021_CBS_03969). Dit betekent dat er geen financiële ruimte voorzien is voor de financiering van de prijsherzieningen.

Op de volgende vorderingsstaten en onderhoudsstaten zal ook een prijsherziening verschuldigd zijn. De evolutie van de prijsherzieningen in de toekomst is onzeker. We schatten dat deze zal oplopen tot 20%.

De redenen hiervoor zijn de stijgende materiaalprijzen en kortom steeds evoluerende prijsindexen. De huidige marktsituatie heeft dus geleid tot de hoger uitgevallen prijsherzieningen.

De totale prijsherziening op deze opdracht wordt geraamd op € 873.440,39 excl. btw (= 20% van het totale gunningsbedrag), ofwel € 910.999,51 incl. btw.

Toegepast op het aandeel van TMVW en Stad Brugge leidt dit tot volgend overzicht:

• De prijsherziening op het aandeel van TMVW (= € 3.472.937,00 - btw medecontractant) wordt geraamd op € 694.587,40 (btw medecontractant).

• De prijsherziening op het aandeel van Stad Brugge (€ 894.264,93 - excl. btw) wordt geraamd op € 178.852,99 excl. btw, hetzij € 216.412,11 incl. btw.

Wij vragen om 178.852,99 euro excl. btw, hetzij € 216.412,11 euro incl. btw extra te voorzien.

Door lokale verenigingen en inwoners de kans te geven op ondersteuning om zelf iets op te zetten rond de Olympische/Paralypische Spelen stimuleer je die sociale verbinding via sport.

De criteria zijn divers en de periode voor organisatie redelijk gespreid. Dat leidt er toe dat er heel wat inhoudelijke mogelijkheden zijn voor de organisator, zodat in totaliteit een ruim publiek zich aangesproken kan voelen.

Door te werken met een duidelijk en eenvoudig systeem van aanvraag wil de stad de drempels verlagen voor het uitwerken van dergelijke initiatieven.

De in de MJP voorziene middelen van Brugge Sport worden aangewend. Er wordt hiervoor geen extra budget benomen.

De werken werden opgevolgd door de Dienst Monumentenzorg en Erfgoedzaken. De uitvoering wordt goed bevonden. (cfr. verslag in bijlage)

De werken werden opgevolgd door de Dienst Monumentenzorg en Erfgoedzaken. De uitvoering wordt goed bevonden. (cf. verslag in bijlage)

Het betreft een aantal kleine en subtiele aanpassingen. In het nieuwe reglement, zie bijlage 1, werden alle aanpassingen in het geel aangeduid. Volledigheidshalve werd ook het huidig reglement bijgevoegd, met de passages die hervormd worden ook in het geel aangeduid. De voornaamste veranderingen betreffen:

1. Herformuleren of verduidelijken van enkele van de huidige voorwaarden:
1. Artikel 2, punt 1: aanvrager: momenteel kan gelijk wie een aanvraag indienen, wat soms voor onduidelijke situaties zorgt. Deze situaties kunnen we vermijden door de aanvrager te beperken tot de eigenaar. Dit geeft meer zekerheid aan de burgers, én zorgt voor een efficiëntere behandeling van deze dossiers.
2. Artikel 6 - §2: huurovereenkomst: momenteel wordt er een huurovereenkomst van onbepaalde duur verwacht. Dit zouden we versoepelen naar enkel een geregistreerd huurcontract, aangezien in de praktijk meestal gekozen wordt voor een contract van korte duur, wat nadien automatisch verlengd wordt naar een contract van onbepaalde duur.
3. Artikel 7 - §2: opstart dossier: volgens het huidige reglement kan de premie in schijven aangevraagd, toegekend en uitbetaald worden, wat gezien de serieuze stijging in aantal aanvragen, voor een enorme extra administratieve last zorgt. Elke aanvraag moet immers opnieuw het ganse beoordelings- en uitbetalingsproces volgen. Door het aantal aanvragen per dossier per jaar te beperken, worden de premieaanvragen meer gegroepeerd, zonder een financiële impact te hebben voor de burgers.
4. Artikel 8 - §1: factuurdatum: op heden mogen facturen 3 jaar oud zijn. Dit zorgt vaak voor vervelende situaties, waarin achteraf de factuur niet gedetailleerd genoeg blijkt, maar bij de aannemer geen bijkomende aanpassing meer verkregen kan worden. Ook de Vlaamse Mijn VerbouwPremie beperkt dit tot 2 jaar. Door dit gelijk te trekken, zorgen we voor uniforme premievoorwaarden, wat het vergemakkelijkt voor de burger die in meeste gevallen steeds beide premies aanvraagt.
5. Artikel 2 - punt 1: doelpubliek: zoals ondertussen reeds duidelijk is, heeft de opknappremie de laatste tijd enorm veel aan populariteit gewonnen. De keerzijde van deze medaille zorgt ervoor dat we goed moeten waken over het resterende beschikbare budget. Hierdoor zijn we genoodzaakt  na te denken en alvast toekomstgericht enkele acties te ondernemen. Gezien een verstrenging van de voorwaarden op dit moment minder geschikt lijkt, kunnen we ervoor opteren om terug te keren naar de essentie van de premie waarbij de focus ligt op het ondersteunen van de Brugse gezinnen. Zo vertrekken we van de particuliere eigenaar-bewoner of eigenaar-verhuurder, waardoor rechtspersonen uitgesloten worden.
2. Technische update van de betoelaagde werken:
1. Rubriek 1 - 1° - sanitair: conform huidig reglement verduidelijken we hier dat betegeling van vloeren en muren niet betoelaagd worden.
2. Rubriek 1 - 5° - geluid: premie voor akoestische isolatie wordt ook toegekend aan de categorie lage inkomens. Dit werd verkeerdelijk anders vermeld in het huidige reglement.
3. Rubriek 3 - 3° - valbeveiliging: ook valbeveiliging rondom trappen wordt vanaf nu betoelaagd.
4. Rubriek 4 - 2° - regenwaterput: conform de nieuwe hemelwaterverordening werden de voorwaarden hieraan aangepast. Zo moet de regenput minimum 5.000 liter opvangen, alsook aangesloten zijn op de toiletten, wasmachine én de tuin.
5. Rubriek 4 - verwijderd punt 3° - infiltratievoorzieningen: de nieuwe verordening voorziet ook strengere eisen inzake infiltratievoorzieningen. Gezien deze nieuwe voorwaarden moeilijk tot niet te controleren vallen, hebben we geopteerd om deze categorie te schrappen.
6. Rubriek 4 - 4° - isolatiewerken: opnieuw werd hier verduidelijkt wat reeds van toepassing is in het huidige reglement. Isolatiewerken worden betoelaagd indien ze deel uitmaken van het beschermd volume.
7. Rubriek 4 - 5° - hoogrendementsbeglazing: momenteel wordt de premie hiervoor berekend op basis van een percentage op de glasprijs. Dit zorgt voor veel frustratie en vertraging in de dossiers, gezien de afzonderlijke glasprijs meestal niet standaard op de factuur vermeld staat. Hierdoor moet er steevast nadien nog een bijkomende verklaring gevraagd worden aan de aannemer, wat op veel onbegrip stoot. Dit kunnen we vermijden door ipv een percentage een vaste prijs per m² glas te hanteren. Hiervoor stellen we dezelfde prijs/m² voor als bij de Vlaamse Mijn VerbouwPremie, namelijk 16 EUR/m², met een extra aanpassing voor zowel de lage inkomens, als voor sociale verhuur.

De motivatie om toe te treden tot KDV-GIS is meerledig:

• Beperkte administratieve inspanning om GIS-opdrachten te laten uitvoeren: indien de taak duidelijk is en er stelt zich geen capaciteitsprobleem binnen KDV-GIS, kan de opdracht eenvoudig worden opgenomen (per mail). Uiteraard is sowieso de afstemming met cel overheidsopdrachten nodig;
• Stadsbreed gebruik van de overeenkomst: alle clusters/diensten van stad Brugge die behoefte hebben aan GIS-ondersteuning maar geen GIS-collega in hun cluster tewerk stellen, kunnen beroep doen op deze overeenkomst mits inbrenging van benodigde budget voor de opdracht;
• BTW-vrije dienstverlening: KDV-GIS factureert geen btw waardoor GIS-opdrachten goedkoper uitgevoerd worden dan indien men voor dezelfde opdracht de markt zou op gaan;
• Expertise: doordat de GIS-operatoren uit de KDV-GIS werkzaam zijn voor verschillende besturen, geniet stad Brugge ook van de opgedane expertise in haar opdrachten.